Zwem

Te koop: tof huis voor sportievelingen

Gister in de verkoop gegaan: ons huis. In aanvulling op Funda wil ik nog zeggen dat het een tof huis is voor sportievelingen:

  • Het water van de oude tak van de Delftse Schie is vlakbij. Officieel mag je er niet zwemmen, zeg ik er maar eerlijk bij, maar daar wordt niet actief op gehandhaafd. Kajakken, roeien, suppen en noem maar op, dat kan allemaal probleemloos .Daarom ook de foto hieronder die ook op Funda staat van de SUP’ers bij een zwemtocht. De foto is gemaakt op ongeveer 20 meter van ons huis, en daar kun je het water in, met een beetje klauteren. Ik kan me dus thuis omkleden als ik ga zwemmen, en nu met het winterzwemmen sta ik binnen een paar tellen uit het water onder m’n eigen warme douche.

  • We konden er ons hele wagenpark van tien fietsen kwijt (met een beetje passen en meten – niet te zien op Funda, we hebben als gekken opgeruimd).
  • Je bent zó de stad uit om te wandelen, hard te lopen of te fietsen.
  • Binnen een kwartier fietsen zitten zes zwembaden.
  • Vlakbij is een fietspad met hectometerstreepjes (ideaal om intervallen te lopen) en iets verderop is een openbaar atletiekbaantje (300m).
  • Er zijn diverse verenigingen in de buurt.
  • Zowel de reusachtige zolder van het huis als de zij-slaapkamer zouden zich goed lenen voor een ‘pain cave’ (denk ik). Sowieso ruimte zat.

Zegt het voort! Geïnteresseerden kunnen zich melden bij makelaar Ingrid van VENK.

 

Door |2024-01-13T14:08:01+01:0013 januari 2024|Fiets, Loop, Triathlon algemeen, Zwem|0 Reacties

De plannen voor het nieuwe jaar

Ik heb er op dit blog al naar gehint, in elk geval dat er wat speelde, en ik heb gepopeld om het erover te gaan hebben, en nu eindelijk kan dat: het grootste plan voor het nieuwe jaar is dat we gaan verhuizen! We weten het al een aantal maanden maar om redenen die met ons oude huis te maken  hebben, hielden we het hier in de buurt nog even voor ons en waren we daarom terughoudend op de sociale media. Maar nu ons oude huis bijna in de verkoop gaat, mag iedereen het weten!

We hebben eind september een huis gekocht in Kapelle – met onder andere voldoende ruimte voor al onze fietsen (die nu bijna opgestapeld in de bijkeuken staan) en een tuin:

We zijn er erg bij mee. We zijn een paar jaar mee bezig geweest met ons oriënteren en toen we in de zomer eenmaal gingen bezichtigen, ging het vlot. Het heeft me natuurlijk wel stevig beziggehouden het afgelopen jaar, tussen alle andere dingen door. Met leuke dingen, zoals een verkennings-fietstocht om Goes en om het Veerse Meer (gevolgd door een duik erin), maar soms ook met wat stress. De aanstaande verkoop van ons oude huis is bijvoorbeeld ook spannend natuurlijk.

Aanleiding voor de verhuizing is enerzijds dat Henk graag een tuin wil, nu hij met pensioen is, dat we een huis willen waar we oud in kunnen worden (het nieuwe huis is ‘levensloopbestendig’, zoals dat heet), en dat ik in toenemende mate behoefte kreeg aan meer rust en ruimte om me heen. Ik heb me ook op dit weblog vaker uitgelaten over de drukte en agressie op de randstedelijke fietspaden bijvoorbeeld, dat speelt zeer zeker mee. We hebben gezocht ruwweg langs de spoorlijn tussen Bergen op Zoom en Vlissingen, omdat ik nog regelmatig naar de Randstad zal reizen voor werk en dat niet allemaal met de auto wil doen. Het nieuwe huis is op minder dan één kilometer van het station. Ik ga enigszins terug naar mijn roots in de zin dat het Zeeland is, maar Zuid-Beveland ken ik eigenlijk helemaal niet zo goed. Vanuit Vlissingen reden we daar altijd alleen maar doorheen.

Ik ga dus ook mijn trainingsgebied verleggen. Fietsen, hardlopen en wandelen lijkt me heerlijk in onze nieuwe omgeving. Van al onze woonwensen hebben we maar één ding niet kunnen realiseren, en dat is zwem- en  kajakwater direct om de hoek, zoals bij ons ‘oude’ huis. De Oosterschelde is 5 kilometer ver en het Veerse Meer iets verder, en ik ben al lid van een appgroep met mensen die in het seizoen regelmatig tussen Kattendijke en Wemeldinge zwemmen. In een frappant geval van ’toeval bestaat niet’ stonden we namelijk op de zaterdag nadat we hadden gehoord dat we het huis hadden in het parc fermé van de triathlon van Zierikzee naast een Kapelse triatlete en leeftijdsgenote, Corine. Zij vertelde ons over die groep en een vrouwenfietsclub. De inburgering komt op dat punt dus wel goed, ik kijk ernaar uit!

We zijn al af en toe wat aan het oriënteren, zoals in november in de Grote Zakloop en eind december waren we een paar dagen in Zeeland waarin ik alvast het winterzwemmen vanaf het strandje van Wemeldinge kon uitproberen, 58 slagen in Oosterscheldewater van 8,5 graad – zie filmpje op mijn Strava. Afgelopen zaterdag konden we helaas niet naar de wallenloop in Goes vanwege droevige familieomstandigheden, maar dat halen we nog wel een keer in.

De verhuizing beïnvloedt ook onze sportieve plannen, want het is een grote klus. We hebben hem na de marathon gepland, zodat manlief die voor de 35e keer kan uitlopen, nog als Rotterdammert. Ik heb bij het opruimen al gemerkt dat veel tillen en sjouwen moe maakt, dus ik houd me sportief enigszins gedeisd tot in mei. Ik train wel, maar zonder grote ambities voorlopig. In spinning heb ik ook gewoon geen zin op het moment. Ik ben wel gemotiveerd voor het zwemmen, want dat stuk in de Oosterschelde is een heel eind! Het andere doel voor 2024 is om opnieuw naar de Radweltpokal te gaan. Ik ga de tijdrit weer doen en manlief wil zich op de vintage wedstrijden storten.

Ik ben dus opnieuw tijdritgericht aan het trainen, maar minder fanatiek dan vorig jaar. Toen wilde ik ook onderzoeken hoe ver ik nog kon komen op m’n 57e als ik weer alles op het fietsen zou richten. Dat is niet uit de verf gekomen door de darmproblemen, en ook dit jaar zit dat er niet in, daarvoor is een verhuizing te ingrijpend. Overigens gaan we laten inpakken en hoeft er niet veel aan het nieuwe huis te gebeuren – maar toch. Met een beetje geluk kan ik in augustus misschien wel een hoger vermogen rijden dan afgelopen jaar – mits ik fit blijf.

Net als vorig jaar heb ik enorm veel zin in het nieuwe jaar! Kapelle, here we come!

 

Door |2024-01-10T17:47:36+01:0010 januari 2024|Fiets, Loop, Triathlon algemeen, Zwem|1 Reactie

Jaarterugblik met de getallen

Traditiegetrouw schrijf ik een eindejaarspost, met een terugblik op mijn sportjaar (zoals vorig jaar). Ik wil het dit jaar kort houden, want dit jaar werd gedomineerd door acht maanden gekwakkel door pech, vooral de gekneusde ribben in maart en van mei tot november een darminfectie, en daar heb ik al genoeg over geschreven hier. Daar kwam nog wat persoonlijke turbulentie bij (schoonvader overleed, boek verscheen, manlief ging met pensioen en er speelde nog iets wat ik binnenkort hier ga aankondigen) en een boel slecht weer.

Dat het dus geen geweldig sportjaar werd, blijkt ook uit de getallen:

(kilometers) 2023 2022 2021 2020
Zwemmen
?* (boven 92) ?* (boven 120) 75 132
Fietsen 3618** 4004 4863 4686
Hardlopen 617 1034 1003 780
Wandelen 640 744 456 549

*De weinig precieze zwemkilometers ligt aan mijn horloge,
dat soms een paar en soms een heleboel baantjes niet registreert.

**Net als andere jaren telde ik de stadsfietskilometers (naar schatting tegen de 2000) niet mee.

Nou zijn die lage getallen niet alleen maar het gevolg van het gekwakkel. Ik had bewust hardlopen en zwemmen op een lager pitje gezet vanwege mijn seizoensdoel, bij fietsen moet je minstens 500 ‘virtuele’ kilometers optellen (spinning) en bij die sport lag het accent ook weloverwogen bij intensief en dus wat korter.  Desalniettemin waren het onder normalere omstandigheden wel meer kilometers geworden. Voor lekker lang fietsen had ik vooral in de zomer onvoldoende energie. Ik heb dat wel gemist ook.

De vele wandelkilometers verrassen me: meer dan in de coronajaren! Dat ligt voor een deel ook aan het gekwakkel: soms was dat het enige wat ik kon of waar ik puf voor had. Maar er zitten bijvoorbeeld ook een paar geweldige lange wandelingen door Berlijn tussen. Bovendien heb ik kennelijk de verworvenheid van tijdens de coronabeperkingen, de ‘ommetjes’, behouden. Recent mijlpaaltje was nog dat ik wandelend Amsterdam bereikt heb, over het Pelgrimspad. Ik kan nu zeggen dat ik van huis naar Amsterdam, de Duitse grens, de twee Noordzee-veerhavens en Vlissingen gewandeld ben.

Hoe veel uur ik precies aan andere dingen, vooral yoga en krachttraining, heb besteed, weet ik niet doordat ik de binnensporten op één hoop registreer, maar dat zal niet heel afwijkend zijn van vorig jaar, denk ik.

Ondanks dat alles heb ik wel weer een boel plezier beleefd aan het sporten: aan de tijdrit, waarin ik sneller reed dan ooit tevoren (ook al was het een uitgesproken kwakkeldag) en de rest van de tijd in Oostenrijk, aan het trainen voor die tijdrit, aan de andere sporten, waarbij zwemmen extra aandacht verdient: ik schreef recentelijk nog over de lol van zowel het binnen- als buitenzwemmen. Aan nog een paar andere evenementen, waarbij de Zwemloop Wassenaar er qua prestatie uit sprong omdat ik toen een zeldzame goede dag had en zo sneller was dan vorig jaar. Aan de Parkruns dichtbij en verder weg.  Aan een boel gezelligheid en gezamenlijke lol. Enzovoort.

Tijdens de tijdrit van de Radweltpokal, augustus – toch wel het hoogtepunt van mijn sportjaar

Wat verder de grote winst van dit jaar is, is dat ik er ondanks alles nu prima voor sta – gemiddeld minstens gelijk aan vorig jaar. Toen had ik al een paar maanden wel intensief getraind op de fiets, nu niet, maar ik heb de laatste maanden veel meer en gerichter gezwommen en die sport staat er nu veel beter voor. Ook met krachttraining voor mijn benen ben ik veel verder dan vorig jaar om deze tijd. Toen was ik nog aan het zoeken, met last van m’n rug en knieën; nu heb ik thuis en in de traptraining alweer hetzelfde niveau als vorig jaar op m’n best, in augustus. Hardlopen staat er ongeveer hetzelfde voor en de aanvullende zaken, zoals de core stability training, ook. Ik voel me fit en alles gaat lekker. Dat vind ik een hele prestatie van mezelf!

Naar omstandigheden was het dus wel een goed jaar. Ik ga het nieuwe jaar dan ook weer met zin en vertrouwen tegemoet. Binnenkort meer over de plannen!

 

Door |2024-01-01T09:39:24+01:0031 december 2023|Boeken, Fiets, Loop, Triathlon algemeen, Zwem|0 Reacties

Kicken – letterlijk en figuurlijk

Afgelopen donderdag was de laatste training van de cursus Techniek&Conditie bij TriExperience in Rhoon. Die bestond uit vijftien trainingen. Elke training bestond uit een ‘droog’ gedeelte met losmaken en rekken als warming-up en/of krachttraining. Daarna zwommen we in, deden we techniek en pasten we die toe in een SWOD: swim workout of the day. Daarbij gaven Frank en Cynthia ook individuele feedback.

We waren met zes zwemmers per baan, geordend naar borstcrawl-snelheid. Ik zwom in de middelste baan. Met zes was die wel vol, maar dat is maar een enkele keer geweest: de bezetting wisselde en nam ook wat af. Ik heb zelf twee keer gemist, om eerder al geplande culturele redenen (concert en theater). Er deden een paar meer of minder bekenden mee. Ik vond het sociaal eerst wat zoeken en ben ook nog een keer pissig geweest in de gemeenschappelijke dames-kleedkamer, waarna ik voor een individueel hokje koos, maar gaandeweg werd het ook wel gezellig.

Het zwembad in Rhoon, foto van mei 2022

Ik heb ‘T&C’ heel erg leuk gevonden, om twee hoofdredenen:

1. Ik heb een boel nieuwe dingen geleerd

Ik heb het hier al vaker geschreven: als ik nou één ding leuk vind, is het wel nieuwe dingen leren. Daarvan was er tijdens deze 15 trainingen verrassend veel. Ik deed mijn eerste cursus bij TriExperience in 2011, toen leerde ik van Frank en Cynthia borstcrawlen. Dit was mijn zevende cursus bij hen, en tussendoor deed ik ook nog dingen bij andere trainers. Toch blijk ik nog steeds niet uitgeleerd aan de borstcrawltechniek.

Het eerste onderdeel van deze serie, strekken en insteken, was weliswaar zeer nuttig voor mij (hoofd laag houden, Louise!) maar wel herhalend. Daarna gingen we aan de slag met ademhaling en daar leerde ik echt iets nieuws: ik ben vooral veel flexibeler geworden in mijn ademfrequentie. Ervoor zwom ik in 1 op 2 (1 ademhaling op 2 slagen) of 1 op 3 en daar hield ik me dan aan, maar nu wissel ik dat veel makkelijker af. Klinkt logisch, maar het was voor mij toch een eye-opener. Uit het derde onderdeel pikte ik vooral een veel ontspannener contrafase (hand boven water terug naar voren brengen) op – wat zwom dat ineens relaxed!

Alsof dat nog niet genoeg was, waren er ook nieuwe andere dingen. Bij de landtrainingen deed ik wat nieuwe ideeën op voor loszwaai- en core-oefeningen. Ik schreef hier eerder al over hoe leuk het was om te leren zinken. Later gingen we aandacht besteden aan schoolslag en vlinderslag. Schoolslag heb ik natuurlijk vroeger geleerd en sindsdien altijd nog wel gedaan, maar er nooit meer instructie of training in gehad. De modernere, kortere doorhaal met hoge elleboog had ik wel eens uitgeprobeerd, maar dat was alles. Die doorhaal zetten we in, en daarbij kwam ook nog een andere houding voor mijn hoofd en dieper ‘duiken’, zodat je langer uitdrijft. Dat was toch een geheel nieuwe schoolslagervaring, moet ik zeggen. Kicken – letterlijk ook, want mijn beenslag bleek al effectief te zijn en we zwommen soms met een dubbele beenslag. Dan word je van schoolslag ook goed moe!

Tijdens de cursus heb ik geen foto’s gemaakt, maar hier demonstreer ik mijn school-beenslag in het open water, eerder vandaag (manlief maakte weer het filmpje):

 

En toen begonnen we aan de vlinderslag. Halverwege die les snapte ik er niks van en dacht ik dat het niet voor mij was weggelegd, maar daarna viel het kwartje en zwom ik een paar baantjes in een slag die ik nog nooit eerder had gedaan. Het leek me altijd heel zwaar, en zo’n krachtpatser ben ik niet met mijn armen. Zwaar is het zeker, maar ook hier kon ik met inzet van romp en benen vrij ver komen. Ik zwem al sinds de middelbare school altijd een baantje uit met wat ik ‘man van Atlantis-slag’ noem (alleen een leeftijdsgenoot uit de baan naast de mijne kende die ook), en precies die dolfijn-achtige golfbeweging is de basis voor vlinderslag. Wist ik veel, waren al die uitzwem-baantjes voor het lekker ineens toch nuttig! De zwaarte zat ‘m vooral in m’n rug – het leverde een aangenaam soort spierpijn op daar. En dus weer die kick, met die benen, ook figuurlijk: kijk mij nou, ik vlinderzwem!

Bij de laatste training donderdag zwommen we als SWOD wisselslag, nooit eerder gedaan, erg leuk ook – die afwisseling heeft wat speels. Het is wel zo dat na het gehengst op de school- en vlinderslag borstcrawl ineens heel harmonieus en soepel voelt. Ik hoef op zich geen school- en vlinderslag te kunnen voor de triathlon, maar beide slagen helpen daarbij wel, als activering en krachttraining. En verder is het gewoon léuk.

2. Ik heb erg lekker gezwommen

Het schemerde hierboven al even door: het zwemmen ging vaak lekker. Niet altijd – halverwege die vlinderslagles had ik wat frustratie en ook bij het thema ademhalen ging niet alles goed. Toen ging ik net door een (laatste) rottige vlaag met m’n darmen, en m’n buik zat af en toe in de weg en mijn bereidheid tot afzien was kleiner dan normaal. En zwemmen met weinig adem is afzien. We zwommen wel tot 1 op 8, nou, dan heb je ademtekort hoor, dat voelt gewoon rot. We deden ook nog ‘hypoxy’-oefeningen: onder water zwemmen met weinig lucht. Daar bakte ik weinig van en ik kon die ook niet goed zelf oefenen in de drukte van het zwembad, dus dat heb ik verder maar laten zitten. Maar direct daarna, ook in de kick van het opgelost zijn van de darminfectie, heb ik heel erg lekker gezwommen, dankzij die grotere ontspanning in de contrafase die me helemaal zen maakte.

Ik kwam bijna elke keer best een beetje moe in het zwembad aan, want op donderdag gaf ik ik ook vier uur achter elkaar college. Dus bijna elke week dacht ik: ’t gaat ‘m niet worden. En dat viel altijd mee. Het ging dan altijd gaandeweg steeds lekkerder De vermoeidheid van college geven zit veel meer in mijn hoofd, en als ik daar na een tijdje overheen kwam, zwom ik heerlijk.Ook al was het soms best wel aanpoten. Maar ook dat is lekker natuurlijk.

Ik ging ook steeds lekker naar huis: vanaf het begin mede door de losmaak- en rekoefeningen lekker ‘opgerekt’, later in zen-toestand en/of dus met een grote kick. De vlinderslagkick was zo groot dat ik iets te hard naar huis reed: voor het eerst in al die ritjes naar het zwembad in Rhoon liep ik een bekeuring op!

Hoogtepuntje was ook nog een keer tijdens de schoolslag. We moesten toen met plankje in zo min mogelijk beenslagen een baantje zwemmen. Tot mijn eigen verbazing ‘won’ ik dat van iedereen, ook van de snelle mannen  in baan 1. Ik haalde het in zes slagen, daarna bijna in vijf (ik kwam 20 centimeter te kort), en in mijn eigen zwembad lukte het later zelfs in vier. Waar ik die beenslag vandaan heb, geen idee, maar ik ben competitief genoeg om bij zoiets stiekem 😇 te denken. Overigens zit een deel ervan volgens mij in geduld: mezelf helemaal uit laten drijven. En in sterke benen, dat wel natuurlijk ook, maar mijn beenslag bij borstcrawl is juist helemaal niet zo goed.

Wat ik vijftien weken lang ook erg leuk heb gevonden, was om weer doel en richting te hebben in mijn zwemmen. Het had een jaar in de onderhoudsstand gestaan met het oog op de tijdrit als seizoensdoel, en dat was niet verkeerd en ik behield een redelijk niveau. Maar ik moest wel vaak een beetje zoeken naar een nuttige en aangename invulling van m’n trainingen. Nu nam ik naar het zwembad een printje mee van de oefenstof die we steeds na de training toegestuurd kregen, en ging ik dus ‘huiswerk maken’. Ik realiseerde me maar weer eens hoe fijn het is om zo’n soort structuur te hebben, dat is wel een van de leuke dingen aan gericht trainen.

* * *

Ik ben benieuwd wat vijftien weken donderdagavond-trainen en huiswerk maken me heeft opgeleverd. In januari ga ik weer eens wat op tempo zwemmen – langzaam-maar-zeker richting het nieuwe seizoen. Voorlopig kan ik ook nog wel verder oefenen, ook met school- en vlinderslag. De inspiratie duurt dus langer dan de duur van de cursus. Frank & Cynthia – bedankt, en tot de volgende keer!

 

Door |2023-12-25T14:08:54+01:0024 december 2023|Zwem|0 Reacties

Zwemmen in de decemberregen

Manlief (die meegaat als toezichthouder, zelfs als het regent) maakte afgelopen zaterdag dit filmpje van m’n winterdip van 32 slagen, 7 meer dan de week ervoor, bij ongeveer dezelfde watertemperatuur, namelijk net boven de 4 graden:

 

Het allergaafste moment was eigenlijk net erna: dat ik doodleuk in m’n badpak in december door de regen terug naar huis liep!

 

 

Door |2023-12-12T09:22:57+01:0012 december 2023|Zwem|2 Reacties

Je moet er inderdaad niet aan denken

Op mijn dips in het open water krijg ik heel vaak de reactie:

Ik moet er niet aan denken!

En dan zeg of denk ik: inderdaad, je moet er niet aan denken, je moet het gewoon dóen. Dat is de kunst van koudwaterzwemmen. Je lichaam kan een paar minuten kou prima hebben, maar je hoofd maakt er iets rampzaligs van. Dat hoofd laat je lekker razen en ondertussen ervaar je gewoon wat kou doet.

Ik was me daar vorig jaar al bewust van, toen ik met wetsuit aan doorzwom. Dit jaar doe ik het zonder, en dat versterkt het nog. Elke keer opnieuw moet ik mezelf over een hobbel heen helpen om dat koude water in te gaan, en eenmaal erin is het hartstikke okee en na de allereerste schrik zelfs lekker. Nouja, ambivalent lekker: aan de ene kant voel ik een prettige, prikkelende energie door de kou, aan de andere kant geeft mijn lijf natuurlijk wel degelijk ook signalen af van: doe me dit niet aan, veels te koud. Het is zaak om die signalen rustig aan te horen en er niet van in de stress te schieten. Komt goed, lijf, komt goed.

Vorig jaar ervoer ik ook wanneer ik voor mijn gevoel over de grens ging: ik kreeg op een gegeven moment pijnlijk koude handen, en die bleven dan uren na het zwemmen gevoelig. Dat was te ver, vond ik, en ik heb het zwemmen toen zo aangepast dat dat niet meer zou optreden. Accepteren van wat zich aandient betekent niet dat het okee is om schade toe te brengen natuurlijk, of om tegen heug en meug door te beuken. Dit jaar heb ik daar tot nu toe nog geen last van gehad. Ik blijf veel korter in het water; afgelopen zondag, in water van geen vijf graden meer, maar een minuutje. Zodat het okee blijft voelen.

Het balanceren tussen de verschillende sensaties uit mijn lichaam en wat mijn hoofd daarmee doet, dat maakt winterzwemmen reuze-interessant. Het gaat om lessen die in het dagelijks leven net zo relevant zijn. Accepteren van wat zich aandient. Trouw blijven aan hoe je wilt leven, zonder contact met je emoties te verliezen. Niet paniekerig met de eerste impulsen meegaan, maar die ook niet onderdrukken. Rustig blijven, vertrouwen.

Het is om zulke ervaringen en lessen dat ik het koudwaterzwemmen geweldig vind. Daarnaast levert het een veranderde verhouding tot kou op: ik ben me ook buiten het water bewuster van het verschil tussen pijn (de uitwerking van de kou als zodanig) en lijden (wat mijn hoofd ervan maakt), en ik kan er beter tegen, ook simpelweg door afharding, vooral van mijn handen. Die verandering verzoent me in bredere zin meer met de winter, wat ik altijd een moeilijke tijd vind. Openwaterzwemmen (en #projectdaglicht) helpen me door de donkere, koude tijd heen.

Dan schijnt het dat koudwaterzwemmen  ook nog allerlei gezondheidsvoordelen heeft, voor je weerstand en bruin vet enzo, maar ik weet niet of 1 minuut per week daar genoeg voor is en ik weet ook niet of ik het allemaal wel geloof. Het zou mooi meegenomen zijn. Tot nu toe ben ik deze winter nog zonder virusinfectie doorgekomen, en dat is mooi – maar dus geen idee of het zwemmen daarvoor uitmaakt.

Manlief was tot een paar weken geleden solidair, inmiddels vindt hij het echt te koud (het slaat op zijn kuitspieren). Hij nam wel een keer zijn camera mee het water in.

(Over dat witte uitsteeksel: mijn horloge zit aan het verder nutteloze zwembrilletje om m’n dipjes – waarbij ik schoolslag zwem – te kunnen registreren.
Achter me zie je m’n zwemboei met daaraan een waterthermometer.)

Door |2023-12-05T09:05:43+01:005 december 2023|Zwem|0 Reacties

Filmtip: Nyad

Ik ben gister (19 november) in het Wennekerpand naar Nyad geweest. Ik vind het een dikke aanrader voor iedereen die zwemt, maar zeker ook voor iedereen die zich bezighoudt met sporten boven een zekere leeftijd, zeg, rond de 60, want dat is Diana Nyad in de film. De film is waargebeurd, hooguit wat geromantiseerd, begrijp ik. Het is een sensationeel verhaal, met ook nog wat relevante thema’s langs de zijlijn – er zit veel in de film.

Op haar 64e levert Nyad (‘waternimf’) een ongelofelijke prestatie: ze is de eerste persoon ooit die van Cuba naar Florida zwemt, 110 mijl, meer dan 50 uur non-stop zwemmen. Dat is al onvoorstelbaar, maar dat is dan ook nog in water met verraderlijke stromingen, haaien en levensgevaarlijke kwallen (brrr!). Gekkenwerk, en ja, dat is het ook, dat wordt in de film wel duidelijk. Maar het lukt haar – uiteindelijk – wel.

Wat haar drijft en wat dat kost is al heel interessant, maar dat ze dat doet als 60+-vrouw geeft er nog een extra dynamiek aan. Ze laat zich duidelijk niet inpakken door haar leeftijd. Dat is – lijkt mij – terecht. Ze was in haar jonge jaren al marathonzwemkampioen, en juist op die rustige duur die je voor zo’n monster-inspanning nodig hebt, heb je rond je 60e nog niet veel ingeboet. Ze zegt dat zelf ook in de film: wat ze aan fysieke vermogens heeft ingeboet, heeft ze mentaal gewonnen.

Bovendien: op het totaal van de lengte, de extreemheid en de gevaren van zo’n tocht is haar leeftijd bijna een verwaarloosbaar detail. Bijna niemand kan dit immers, ook mensen in de kracht van hun leven niet. En voor een haai of een kubuskwal maakt 30 of 60 jaar oud zijn echt niet uit. Desalniettemin denkt haar omgeving daar anders over – sponsoren bijvoorbeeld. Ik vond dat opvallend – ik ken zelf ook voorbeelden van de uitvergroting van de rol van leeftijd immers. Dus hoe leeftijd de schuld van alles krijgt.

Eén zo’n uitvergroting die ik frappant vond had ook op zwemmen betrekking. Ik deed vorig jaar in de zomer mee aan de Jan de Koele zwemtocht, die ik ook in 2016 had gezwommen. Tussen 2016 en 2022 ben ik beter gaan zwemmen, het gunstige gevolg van laat ermee begonnen zijn en dus lang nog kunnen doorontwikkelen. Desalniettemin was ik vorig jaar bijna een kwartier trager. Dat was omdat wind en stroming ongunstiger waren. Zwemmend raak ik altijd gevoel voor tijd en afstand kwijt, dus ik had geen idee. Ik kwam uit het water, zag m’n tijd en flapte er tegen de eerste de beste persoon in mijn omgeving, een oudere man, uit: ‘Sohee, bijna een kwartier trager dan in 2016’. Zegt hij: ‘Ach ja, de leeftijd hè?’ Nee dus.

Leeftijd krijgt makkelijk van alles de schuld, en Nyad gaat daar doelbewust niet in mee. Als je rond je zestigste nog ambitieus bent op sportgebied word je algauw voor gek uitgemaakt, mogelijk ook nog meer als vrouw dan als man. Een vrouw te zien die boven de zestig nog zo gedreven is (en zo fit), ik vond dat heerlijk verfrissend. Gek, ja – maar wel inspirerend!

 

 

Door |2023-11-20T16:55:58+01:0020 november 2023|Vrouwensport, Waarom, Zwem|1 Reactie

De twee winterprojecten

Net als de vorige winters ben ik bezig met ‘loods Louise goed de winter door’ en doe ik daarvoor twee projecten:

  • Het ene is hetzelfde als de voorgaande jaren, mijn corona-ontdekking: project daglicht. Dat wil zeggen: ik ga in de tijd dat het wintertijd is elke dag in het daglicht naar buiten, in totaal minstens zeven uur per week. Dit is jaargang 4. De derde week daarvan loopt nu bijna af en tot nu toe heb ik het probleemloos gehaald zonder iets extra’s te moeten doen. Ik kwam vanzelf veel buiten overdag, onder andere doordat ik net vijf dagen naar Terschelling geweest ben. We hebben daar veel gewandeld en op zondag, toen het prachtig weer was, een lange duurloop gedaan:

 

  • Het andere lijkt op dat van vorig jaar en is net even anders: ik zwem nog steeds elke week buiten, maar dit jaar zonder wetsuit. Nouja, zwemmen, het is dippen: even erin is genoeg. Ik vond het vorig jaar een enorm avontuur om door te zwemmen, maar ik vond het maar gedoe met dat wetsuit dat aan moet en later moet drogen voor maar een paar minuten zwemmen. Ook anders aan dit jaar is dat manlief meedoet. Het is opnieuw een avontuur. In de Schie bij ons achter moet ik elke keer over een fikse drempel om mezelf het water in te krijgen; eenmaal erin is alles prima en valt me op dat opnieuw mijn handen de beperkende factor zijn: die krijgen het het koudst. Afgelopen maandag in de schaatsbaan van Terschelling ging het eigenlijk makkelijker dan thuis. Manlief had zelfs tijd om foto’s te nemen vanuit het water:

 

Ondanks al die regen van de laatste tijd gaat het best goed. Als ik maar zulke leuke dingen kan doen, is de koude, grauwe en donkere tijd van het jaar goed te doen!

 

 

 

Door |2023-11-17T17:15:18+01:0017 november 2023|Loop, Waarom, Zwem|0 Reacties

Hoera, ik kan zinken!

Een grote drijfveer voor mij bij het sporten is: nieuwe dingen doen, en in het bijzonder: nieuwe dingen leren. Iets kunnen wat ik eerder niet kon dus. Vandaag kwam ik dan ook triomfantelijk terug uit het zwembad: het was me gelukt te zinken! Ik leg het uit.

We zijn bij Techniek&Conditie bezig met het thema ademhaling. Vorige week donderdag deden we een oefening waarbij je eerst een flinke teug lucht moest nemen, dan voorover gaan ‘hangen’ in het water. De lucht in je longen werkt dan als een ballon: je blijft drijven. Daarna moesten we onze longen helemaal legen, en daardoor zak je naar de bodem. Dat was, voor mij althans, de theorie. In de praktijk bleef ik hangen aan het wateroppervlak, met m’n bovenkant. Het leek wel alsof m’n hoofd dreef, ook al zit daar geen lucht in (nouja, soms lijkt dat wel zo).

Ik had geen idee hoe ik mijn longen leger kon krijgen. Doel van de oefening was dan ook om te ervaren dat je nog meer reserve-lucht hebt dan je denkt. Nou, die had ik dus.

Eerste vallende kwartje was dat die lucht misschien niet in, maar áán mijn hoofd zat: onder m’n badmuts. Ik heb aan het eind van de training m’n badmuts afgezet. Eerder kon niet, want met natte handen een natte badmuts over m’n grote hoofd trekken lukt niet, en zonder badmuts gaat m’n haar slobberen en in m’n ogen hangen. Ik probeerde het toen nog snel even en dat leek beter te gaan.

Een paar dagen later ging ik in het zwembad zelf proberen. Inderdaad kon ik zonder badmuts wel op de bodem komen, maar ik moest daarbij wel smokkelen: mezelf met m’n handen naar beneden wapperen. Dat moest toch ook zonder kunnen, leek me.

Of nouja, eigenlijk dacht ik nogal fanatiek Ik! Wil! Dit! Kunnen! Ik denk namelijk dat ik best wel een aardige beheersing van m’n ademhaling heb, dankzij de zangles en stemvorming van vroeger en de yoga van de laatste jaren. Alleen is dat wel allemaal vooral buikademhaling, en ook zonder badmuts bleef ik vooral aan de bovenkant drijven, wat me het idee gaf dat de lucht bleef zitten in de toppen van m’n  longen. Daar krijg je ‘m met buikspieren niet uit. Hoe dan wel? Dat moet mij toch ook lukken?!

Op het droge bedacht ik dat het legen van de toppen van je longen lukt door jezelf klein te maken: schouders naar voren, bocheltje in bovenrug, kin naar borst, in elkaar kruipen – precies het tegenovergestelde van wat je moet doen als zanger of spreker dus. Ik dacht: onthouden voor in het water.

Gewapend met het nieuwe inzicht ging ik vandaag weer naar het zwembad. Eerst zwemmen, dan badmuts af en de badmeesters waarschuwen, dat ze niet denken dat ik lig te verdrinken op de bodem van het zwembad. De eerste poging mislukte nog, maar bij de tweede, jawel: ik zonk naar de bodem! Met m’n armen voor m’n borst gekruist, wat helpt bij het in elkaar kruipen, en dus zeker zonder te smokkelen.

Het lukt, ik zink! dacht ik triomfantelijk. En daar lag ik dan.

Nou is de volgende stap in de oefening dat je 10 seconden op de bodem blijft liggen, dan 10 seconden zitten en dan nog 10 seconden liggen. Dat is me nog diverse bruggen te ver en dat hoef ik niet per se te kunnen van mezelf. Ergens zijn oefeningen zonder adem natuurlijk ook heel onaangenaam. Ik heb vandaag ook gezwommen met een ademfrequentie van 1 op 6, 1 op 7 en 1 op 8. Dat is al onprettig genoeg, moet ik zeggen.

Maar ik ben heel blij met het onder de knie hebben van zinken!

 

Door |2023-10-23T17:18:47+02:0023 oktober 2023|Waarom, Zwem|0 Reacties

Nieuwe plannen

Tussen de tijdrit en het seizoenstoetje in Zierikzee had ik op trainingsgebied gefreewheeld: het was overgangstijd. Na Zierikzee wilde ik de draad weer oppakken. Ik had plannen gemaakt – en liep er meteen in de eerste week al tegenaan dat ik daar niet goed genoeg over had nagedacht. Ik had twee fouten op elkaar gemaakt:

  • Ik had geen heldere keuze gemaakt. Ik had me, eenmaal terug uit Oostenrijk, met verrassend groot enthousiasme op de andere twee sporten gestort. Ik had veel zin in hardlopen, en had bedacht dat het misschien wel net kan lukken om eind november in duurlooptempo een leuke halve marathon te lopen. Daarnaast is de zwemcursus erg leuk en nuttig, en wil ik daarvoor ook oefenen. Ik heb de andere twee sporten meer gemist dan waar ik me bewust van was! Daarbij wilde ik toch ook mijn fietsen op peil houden, met in het achterhoofd het – nog vage – plan om volgend jaar opnieuw naar de Radweltpokal te gaan. Duurlopen vlot opbouwen is zwaar, de donderdagavond-zwemtraining is soms zwaar, en pittig fietsen is ook zwaar, of anders de krachttraining ervoor wel: ik had forse spierpijn van de eerste keer squats en lunges weer. Dat zouden dus drie zware trainingen per week zijn. Dat is te veel.
  • Ik was min-of-meer ‘vergeten’ dat ik minder belastbaar ben dan normaal, zeker in de slechte vlagen met mijn darmen. Ik was dat niet echt vergeten, maar het was een paar weken relatief goed gegaan en met freewheelen loop ik er ook niet zo tegenaan dat ik soms moe en futloos ben en/of slechter herstel dan ik gewend ben. Dat is echter wel nog steeds de realiteit.

Dus wat er gebeurde is dat ik een paar dagen lekker had getraind en toen op vrijdag ineens helemaal geparkeerd stond. Mijn eerste trainingsweek was al meteen te zwaar en er begon een slechte darmenvlaag, de slechtste sinds augustus op vakantie. Het voelde ook een beetje zoals in Oostenrijk: de ene dag gaat alles nog, de volgende dag wil er niks meer. Zwaar frustrerend, maar ook leerzaam natuurlijk.

Ik heb nu op twee fronten weer perspectief:

  • Fietsen wordt de sluitpost en gaat echt even de onderhoudsstand in. In december zie ik dan wel weer verder. Ik bedacht dat allemaal al nadat ik die vrijdag op de fiets had geconstateerd dat intervallen fietsen op FTP er niet in zat. Ik toerde toen verder en had het eigenlijk meteen al op een rijtje. Met het weer van de afgelopen dagen is minder fietsen ook niet zo erg, moet ik zeggen – het seizoen speelt zeker ook een rol. Ik kan me erbij neerleggen dus, ook bij het onvermijdelijke teruglopen van m’n fietsspecifieke conditie.
  • Voorlopig moet ik me blijven aanpassen aan hoe het met mijn darmen gaat. Maar: het gaat nog even duren, maar er gloort voorzichtig weer wat hoop. Ik ben er heel vasthoudend voor moeten zijn, veel voor moeten doen, heel wat stress om gehad en ik ben geconfronteerd geweest met de ernst van het zorginfarct (wachtlijst darmspecialist: 12-15 maanden, en er is zelfs wachttijd voor wachtlijstbemiddeling), maar ik heb afgelopen week voor elkaar weten te krijgen dat ik andere medicijnen krijg tegen de parasiet. Hopelijk gaan die hun werk doen en is dat ook echt de oorzaak van de narigheid (dat is niet zeker). Duimen jullie mee?

In het wikken en wegen van mijn trainingsaanpak realiseerde ik me dat het bij een chronisch gezondheidsproblemen dat op en neer gaat (en dat gaan ze meestal) niet veel zin heeft om mesocycli te plannen, dus het idee van ‘drie weken op, 1 week af’. Soms dwingt de beperkte energie tot meer rust in die drie weken, en stel dat de week af net in een goede periode valt, dan blijft er helemaal weinig tijd over om iets op te bouwen. Dat is weer een bevestiging van wat ik vaker ben tegengekomen: de traditionele trainingsleer gaat uit van gezonde mensen. Als je dat niet bent, is trainen veel minder te plannen. Ik zal het voorlopig nog veel meer moeten nemen zoals het komt. Ik ben daar al veel beter in geworden sinds de zomer, maar ik leer nog steeds bij!

 

Door |2023-10-15T17:37:03+02:0015 oktober 2023|Fiets, Loop, Trainer, Zwem|0 Reacties
Ga naar de bovenkant