Boeken

Workshops over optimaal training geven aan ouder wordende lopers

Gister was ik op de Looptrainersdag van de Atletiekunie. Ik ben daar drie keer eerder geweest als deelnemer, altijd met veel plezier. Dit keer was ik er workshopleider. Dat maakte het deels heel anders, en ergens vond ik het wel jammer om zelf geen workshops te kunnen volgen. Ik gaf er zelf twee, in ronde 2 en 3, en had er dus een kunnen volgen in de eerste ronde, maar toen verkoos ik een rustig rondje wandelen, goed voor de energiebalans op een lange en drukke dag. Deels was het ook hetzelfde, want het bleef ook zo een levendig evenement met prettig contact met looptrainers uit alle hoeken van het land.

En met een fraai plenair verhaal als aftrapper: Patrick van Hees, geluksexpert. Die had een interessant verhaal over waar mensen blij en gelukkig van worden, waarbij hij de algemene onderzoeksresulaten vergeleek met die van de aanwezigen. Het riep veel vragen bij me op waar in een zaal met 1100 aanwezigen natuurlijk geen tijd voor is, en ik nam me voor om eens te kijken of ik in kleiner en interactiever verband ooit eens iets met hem kan doen – wie weet.

Ik zag namelijk een boel raakvlakken met wat ik zelf in mijn workshops ging vertellen, bijvoorbeeld over het belang van doelgerichtheid voor geluk, over dat de omstandigheden weliswaar heel sh*t kunnen zijn, maar je altijd nog je gedachten en je gedrag zelf kunt beïnvloeden, en over de rol van wijsheid en levenservaring. Van Hees wist dat er ene 83-jarige hardlooptrainer in de zaal zat, en hij zei dat hij die graag zou spreken omdat je van zo iemand veel kunt leren. Dat sluit aan bij wat ik vertel naar aanleiding van de uitspraak ‘de ouderdom komt met gebreken’, dat die alleen de nadelen van ouder worden belicht, terwijl ‘de ouderdom komt met wijsheid’ net zozeer geldig is, maar daar gaat het maar weinig over. Hier zie je trouwens mij op de foto precies terwijl ik dat vertel:

Want na plenair gedeelte, wandeling en de allerlaatste voorbereiding (vooral: beamer aan de praat krijgen, dat ging heerlijk probleemloos) begon ik aan mijn workshops. Ik vond het heel leuk om te doen. Kern ervan was het gedachtegoed van hoofdstuk 1 van mijn boek: dat je je vormt naar je eigen beelden van en gedachten over veroudering.  Op deze slide zie je net de kern dus, met ook nog een citaat van Boeddha dat mijn boek net niet heeft gehaald (‘life is shaped by our mind, we become what we think’):

Ik had de deelnemers zeven vragen en stellingen voorgelegd, met steeds de keuze tussen twee antwoorden, A en B. A was steeds het negatievere, dus hoe meer A ze antwoordden, des te negatiever hun beeld van veroudering. In sommige gevallen zou ik ook A antwoorden (want ja, de ouderdom komt écht met gebreken), maar wel met een boel nuancering – zoals over die wijsheid. Die nuancering heb ik gegeven toen we de zeven vragen langsliepen, en ik kon ook aan de hand ervan illustreren hoe dat gaat, met dat je vormen naar je eigen beeld van veroudering. Dat ga ik nou hier niet doen, lees daarvoor maar mijn boek.

Daarna gingen de deelnemers in drie groepen uiteen om zich te buigen over de drie casussen die ik had gemaakt. De casussen zelf waren fictief maar gebaseerd op echte verhalen en ervaringen: van een loper van 59 voor wie de huidige groep bij de atletiekvereniging te snel is geworden door verjonging, maar voor wie ‘het niet meer hoeft’ als hij  naar een langzamere groep moet, van een loopster van 50 die als het even tegenzit vindt dat ze te oud wordt voor ‘die gekkigheid’ en van een wandelaarster van 65 die nieuw is bij de groep en denkt dat buiten adem raken gevaarlijk is op haar leeftijd. Hoe ga je daar als trainer mee om – wat zeg je? Ik hoorde in de groepen goede overwegingen en ze kwamen allemaal met positieve maar realistische reacties en oplossingen.

Ik leerde er zelf ook nog wat van – dat had ik gehoopt, en dat pakte dus goed uit. Dat de oplossing voor dat het tegenzit soms zo simpel kan zijn als nieuwe schoenen kopen bijvoorbeeld, daar zou ik niet aan denken. Of dat zo’n opmerking als ‘buiten adem raken is gevaarlijk op mijn leeftijd’ misschien meer de hakken in het zand zetten is tegenover een horkerige groepsgenoot of omdat het allemaal te veel in één keer is dan een échte angst. En dat je aan die loper die niet naar een andere groep wil kan vragen: ‘wat heb je nodig om wel prettig bij de vereniging te blijven lopen?’ – daarmee zijn wijsheid optimaal aansprekend.

Sowieso pakte mijn werkvorm goed uit, al zeg ik het zelf, en dat is altijd erg leuk. Dit was nieuw voor mij om te doen, ik had mezelf aangeboden bij de Atletiekunie, en ik moest toen de uitwerking nog bedenken. Dat vind ik ook van mijn reguliere werk een van de leukste dingen: werkvormen bedenken en uitwerken, van de casussen en vragen schrijven tot handouts maken. Groepen van 35 (beide workshops zaten in no-time vol!) zijn wel groot en druk, dus dat vroeg een aardige inspanning, maar het zijn natuurlijk wel heel constructieve en welwillende deelnemers. In de eerste ronde had ik een daarvan gevraagd een paar actiefoto’s van me te maken, dus die zie je hier (veel dank!).

Ik kreeg leuke reacties, globaal (‘eindelijk eens een positiever verhaal over ouder worden!’) tot een specifiek detail: ‘wat goed dat je de overgang noemde’. Ik verkocht ook nog een paar boeken, dus ik ging dik tevreden naar huis. Heen en weer kon ik meerijden met Paul, de trainer van manlief, wat makkelijk en gezellig was. Half 8 van huis en om 6 uur terug – en daarna lekker op de bank uitpuffen!

 

Door |2023-11-05T19:46:56+01:005 november 2023|Boeken, Trainer|0 Reacties

Drie boekentips

Ik heb de laatste weken drie boeken gelezen die ik de moeite waard vond, maar ook weer niet van dien aard dat ze elk een aparte blogpost verdienen. Dus hier een verzamel-blogpost met drie boekentips.

1. Marathon van Theo Engelen.

Ik had een ander boek van Engelen gelezen en dat vond ik wel goed. Ik zag toen dit, en dat wilde ik wel lezen, zeker afgelopen weekend, rond manliefs deelname aan de Kustmarathon. Ook dit was wel goed. Leest lekker weg en het is spannend in de zin van dat ik graag wilde weten hoe het verder ging en afliep. Geen literair hoogstandje; de structuur is simpel: man loopt marathon, hoofdstukken per groepje kilometers, in elk hoofdstuk staan flashbacks en op de finish is de puzzel van zijn verleden compleet. Dat verleden is heftig en de marathon zwaar, dus dat gaat samen op. Het loopt mijns inziens net iets te goed af. Maar meeslepend is het wel, en de hoofdpersoon zou zó iemand uit mijn kennissenkring kunnen zijn, of iemand die ik coach: duursporter van middelbare leeftijd, eerste marathon, hardlopen hielp hem door een moeilijke tijd heen. Gewoon een lekker leesboek.

2. Master of Change, van Brad Stulberg.

Stulberg volg ik al jaren en zijn nieuwe boek is dus een ‘moetje’, overigens eentje waar ik naar uitkijk – ik had het al ge-pre-ordered, wat nog wat voordeeltjes opleverde. Mijn verwachtingen waren dus torenhoog. Ik vond de eerste helft erg goed. Stulberg introduceert daar het concept ‘rugged flexibility’ als levenswijze voor het omgaan met de alomtegenwoordige en onvermijdelijke verandering (waaronder hij overigens ook ouder worden schaart).  Belangrijk daarbij is dat je verandering en de onzekerheid die daarmee gepaard gaat ziet als iets wat erbij hoort, in plaats van iets om je tegen te verzetten of te ontkennen (‘change is not the exception, change is the rule’). Je wordt ook nooit meer echt helemaal ‘de oude’, er vindt re-ordering plaats. En ook dat is okee.

In de tweede helft werkt hij de houding uit in concrete acties en dat vind ik wat rommelig. Ik weet van Stulberg dat hij een achtergrond bij McKinsey heeft, en dan denk ik: heb je daar niet iets strakker leren structureren? Maar ik besef dat daar die torenhoge verwachtingen een rol spelen. Ook zegt een stemmetje: misschien moet Stulberg ervoor oppassen niet met te veel haast steeds een nieuw boek de markt in te slingeren?

Aan zijn vorige boek hield ik een paar concrete voornemens over die me hebben geholpen, dat is nu niet het geval. Maar interessant is het wel. En goed geschreven en onderbouwd verder ook.

3. Met de jaren van Arjan Videler en Rosalien Wilting

Voor dit boek werd ik getipt door Miriam, die contact met mij opnam naar aanleiding van mijn eigen boek – ze dacht dat het wel in mijn straatje zou passen. En inderdaad! Het boek betoogt dat therapie op oudere leeftijd zinvol is. Dat klinkt een beetje droog, maar dat is het boek juist niet, want er zitten uitgebreide voorbeelden in. Die las ik ademloos: wat een indrukwekkende levensverhalen, en wat maken sommige mensen toch een boel ellende mee. Het is ook echt niet zomaar even ‘eind goed, al goed’ met wat therapie of andere behandelingen, maar het kan wel veel schelen. Voor de oudere zelf, maar ook voor diens omgeving: partner, kinderen, vrienden, maar ook bijvoorbeeld verzorgenden.

Over het behandelen van psychische problemen van ouderen wordt vaak gedacht dat het zinloos is: dat heeft toch weinig nut meer en na zo lang zijn hun problemen toch niet meer op te lossen. Met zo’n negatieve manier van denken over ouderen zie je over het hoofd dat zij juist dankzij hun wijsheid en levenservaring misschien verder kunnen komen dan jongeren. En over dat nut: mentale gezondheid bevorderen is ook goed als zodanig. De auteurs leveren zo (overigens met niet heel veel woorden) ook kritiek op doorgeslagen rendementsdenken. Ik las het met instemming.

Het boek is vooral gericht op mensen die met ouderen werken en anderen in de geestelijke gezondheidszorg, maar ik vond het zeer toegankelijk. Hooguit is het denken in diagnoses voor mij altijd even vervreemdend, maar dat speelde geen grote rol. De (oudere) mens staat centraal. Gelukkig maar!

 

 

 

Door |2023-10-11T16:20:23+02:0011 oktober 2023|Boeken, Loop|0 Reacties

Hoe ouder worden als sporter niet moet

coverEr zijn soms van die boeken die ik wel móet lezen. Toen ik op het Triathlonforum las over De weg van de meeste weerstand van Lionel Shriver (die van We need to talk about Kevin) dacht ik dat meteen. Het gaat namelijk over ouder wordende duursporters en over de vraag hoe ver je kan, moet of wil gaan voor sport. Ik heb het onlangs ademloos uitgelezen, maar een echte aanrader vind ik het toch niet.

Het boek gaat over een echtpaar van in de zestig. Zij heeft altijd veel gesport, waaronder hardlopen, om fit te blijven, niet voor wedstrijden – ze is het liefst alleen. Haar knieën zijn echter versleten (het staat er niet zo letterlijk, maar ik denk: kapotgesport, haar hele leven te veel gedaan), hardlopen kan niet meer en de rest wordt ook steeds moeilijker. Net dan begint haar echtgenoot met sporten, met hoge ambities: hij traint eerst voor een marathon en daarna voor een hele triathlon. Dat roept natuurlijk spanningen op in het huwelijk, zeker omdat hij zich bij een fanatieke groep aansluit en zich ook nog eens intensief laat begeleiden door de trainer, een jonge, mooie vrouw. De echtgenoten hebben bovendien ook nog wat oud zeer te verwerken voor wat betreft hun kinderen.

Het verhaal werkt toe naar zijn grote triathlon. Dat is spannend, zeker als er van alles mis gaat met hem wat haar vermoeden (vermengd met jaloezie) dat hij veel te ver gaat bevestigt. De vragen die het boek oproept heb ik ook: over de de zin van sport, het risico op mateloosheid ervan, de rol van de commercie erin, de drang om bij een groep te willen horen, zoals de massa van een marathon of grote triathlon (het heet niet Ironman in het boek, maar het is net zoiets, inclusief mensen die het logo laten tatoeëren enzo). Ik kon daarom bijna niet stoppen met lezen.

En toch vond ik het boek onbevredigend. Dat zat hem er vooral in dat ik de hoofdpersonen niet zo sympathiek vond en ook niet goed begreep. Ondanks dat haar zieleroerselen breed worden uitgesponnen snapte ik haar niet en vond ik haar stomme dingen doen. Hij is al helemaal stom bezig, en bij elkaar wordt zo de sport- en triathlonwereld nogal negatief neergezet dus ook. De zingevingsvragen worden wel opgeroepen, maar niet of alleen negatief beantwoord: sporten is vooral een krampachtige poging om fit te blijven, hip te zijn en ergens bij te horen. Het einde onderstreept dat nog eens, op clichématige wijze. Daarmee is het ook bepaald geen positief beeld van de ouder wordende duursporter.

Het stomme van de hoofdpersonen en ook de soms mij veel te uitvoerige beschrijving van haar inwendige wereld en hun conversaties zaten hem misschien een beetje in de vertaling. Ik las het boek in het Nederlands en heb wel vaker meegemaakt dat het origineel beter te pruimen is – alsof ik de gekke neiginkjes van de Amerikaanse cultuur beter kan hebben in hun eigen taal. Want Amerikaans is het zeker, al is de thematiek net zo relevant voor hier. Actueel ook, en dat moet ik Shriver zeker nageven: ze heeft een goed oog voor de tijdgeest. Het gaat en passant bijvoorbeeld ook nog over het klimaat, woke en cancelen.

Het zet bovendien dus een heel groot vraagteken bij de fit-hype. Dat is welkom, maar het vraagteken is me wel wat te groot. Nog steeds vind ik dat ik het ‘moest’ lezen en dat heb ik dus toch met plezier gedaan. Maar de nasmaak is niet zo prettig.

 

Door |2023-08-15T16:00:34+02:0014 augustus 2023|Boeken, Extra, Loop, Triathlon algemeen|0 Reacties

Fiets de Podcast: Optimaal blijven fietsen als de leeftijd omhoog kruipt!

Vandaag verschenen: Podcast #50 van Fiets Magazine, met mij! Ik praat een dik uur lang met hoofdredacteur Edwin en podcastmaker Herman over fietsen, trainen en mijn boek. Ik ben daarvoor in mei naar de studio onderin het gebouw van de redactie in Amsterdam geweest. Op het fotootje kun je zien hoe we erbij zaten. Het was mijn eerste podcast-ervaring en ik vond het erg leuk om te doen: uitgebreid praten met gelijkgestemde mensen over onderwerpen die me na aan het hart liggen. Met wat zijsprongetjes naar onder andere mijn favoriete ontbijt, de film ‘Slag om de Schelde’ en Trappistenbieren!

 

Door |2023-07-13T18:29:58+02:0013 juli 2023|Boeken, Fiets, Trainer|2 Reacties

Ik lees te veel

Toen ik vorige maand snotterig op de bank hing, heb ik bijna in één ruk The Female Body Bible uitgelezen. Het was net verschenen en ik had het ge-pre-orderd, want ik wist: dat boek, dat móet ik lezen.

Ik schrijf dan altijd graag kort erna hier een recensie, maar dat duurde even. Ik moest echt even nadenen over hoe ik er hier over wilde schrijven. Ik vind het namelijk enerzijds een goed en belangrijk boek, en anderzijds ben ik teleurgesteld. Ik realiseer me dat die teleurstelling mogelijk meer zegt over mij dan over het boek, maar ik wil er wel eerlijk over zijn.

Eerst het goede. Dat blijkt grotendeels al uit hoe snel ik het uitgelezen heb: het is goed geschreven en het gaat over het ene na het andere relevante onderwerp voor sportvrouwen. Ik dacht steeds: nog één hoofdstuk. En dan had ik dat uit, en dan zag ik de volgende hoofdstuktitel en dan dacht ik: nou, nog eentje dan. Repeat. Het is de manier van lezen die ik eigenlijk het liefste heb, ook al leidde die in mijn leven wel eens tot slaapgebrek en werk-ontwijkend gedrag.

Het gaat om onderwerpen als de menstruatiecyclus, voorbehoedsmiddelen, bekkenbodem, sport-bh’s, eten, slapen, psyche, levensfasen, de sportomgeving. En dat alles dus door een ‘female filter’. Daar is in de sport nog altijd baanbrekend werk te doen, en dat doet dit boek. Smullen. Hopelijk vindt het boek zijn weg naar vrouwelijke sporters, maar ook naar bijvoorbeeld coaches en beleidsmakers.

Vanwaar dan toch teleurstelling? Dat zit hem in dingen waar het boek misschien weinig aan kan doen. Zo leerde ik weinig nieuws. Ik volgde al een aantal webinars bij The Well HQ dus ik heb al veel van ze geleerd en het is te hopen dat ze via de verschillende kanalen verschillende groepen bereiken. Ik leerde nog wel over een nieuw onderwerp: de grotere gevoeligheid van vrouwen voor hersenschuddingen. En daarnaast hier en daar een nieuw detail.

Iets anders waar het boek misschien ook weinig aan kan doen is dat het het verschil met mannen uitvergroot. Ik weet niet hoe je dat met zo’n boek kunt vermijden. Maar ik krijg er wel een beetje jeuk van. Eerder deze week las ik een post die die jeuk voor wat betreft de invloed van de menstruatiecyclus mooi uiteenzet. Die post constateert: we schieten een beetje door van het eerdere negeren van de vrouwelijke geslachtshormonen naar alles eraan ophangen, zonder dat dat op onderzoek is gebaseerd:

(…) the trend has gotten ahead of the research by positioning hormones as the key to women’s fitness. “The message right now is that we’re defined entirely by our menstrual cycle or hormonal status,” says Alyssa Olenick, an exercise physiologist at the University of Colorado, as if that’s the only factor that matters when it comes to exercise. “But we’re more than just periods and hormones.” There are, for example, many things that can go into making you feel sluggish, and a little less able to complete a HIIT workout.

De uitvergroting van vrouw-specificiteit en daarmee het reduceren van sportvrouwen tot hun vrouw-zijn, is misschien een noodzakelijke tussenstap en onvermijdelijk als je een boek over vrouwen schrijft, maar wat ik wel echt problematisch vind aan The Female Body Bible is dat het daarbij aan ‘cherrypicking’ doet uit de wetenschap. De auteurs beweren evidence-based te werken, maar te stuiten op hiaten in onderzoek (ja, die zijn er, veel zelfs, gezien het weinige onderzoek onder vrouwen), en die hebben ze dan ingevuld op basis van eigen ervaringen en waarnemingen. Ergo adviezen over cyclus-gericht trainen die niet door onderzoek worden onderbouwd. Dat vind ik lastig. Je baseert je op wetenschap of je doet dat niet; het kan niet half-half al naar gelang het je uitkomt, vind ik.

En helaas zijn er zo meer inconsistenties die ik problematisch vind. Ik geef twee voorbeelden die mij opvielen (en waarvan ik vind dat proeflezers of redacteuren ze hadden moeten zien):

  • Het hoofdstuk over de psyche opent met een verhandeling over dat de gemiddelde verschillen tussen mannen en vrouwen kleiner zijn dan die binnen mannen respectievelijk vrouwen, en dat je geen typische vrouwelijk hersenen hebt. Vervolgens gaat het hele hoofdstuk over man-vrouw verschillen, zelfs met woorden als ‘andere bedrading’ erin. Hoe zit dat?
  • De twee levensfasen van hormonale onrust, puberteit en overgang, worden niet als ziekte gezien, zo staat aan het begin van het hoofdstuk daarover. Maar verderop is hormoonsuppletie toch dé oplossing voor overgangsproblemen, voor bijna alle vrouwen, en zou het goed zijn als we de overgang en menopauze zien als ‘oestrogeentekort’. Want, zo betoogt het, bij diabetes los je het insulinetekort toch ook op met medicijnen. Dus is het wel een ziekte, denk ik dan. Nee, toch niet, zo staat er letterlijk een paar alinea’s verder nog een keer. Dat snap ik niet.

Maar wat me uiteindelijk in het boek de meeste jeuk geeft, daar is-ie weer, is al dat ‘moeten’ – ik schrijf dat hier heel vaak als het gaat om publicaties over vrouwen en sport (voorbeeld 1, voorbeeld 2, voorbeeld 3). Als je niet je cyclus, je slaap en je eten bijhoudt in een app en als je niet je bekkenbodemoefeningen, je krachttraining en je activiteiten voor de slaaphygiëne doet, dan gaat het mis. Een positief mens- of vrouwbeeld vind ik dat niet.

Het is wel heel gangbaar. Die manier van denken past netjes in het huidige systeem, noem het maar het neoliberale kapitalistische paradigma, van individuele verantwoordelijkheid, maakbaarheid en optimalisatie. Daar wordt veel aan verdiend.

Of als je daar niet aan wil: het past keurig in een wereld waarin vrouwen al zo veel moeten: minstens werken, zorgen en sexy, slank en gezond blijven. Kan dat niet wat minder?

Dan kan je dus best zeggen dat we inderdaad niet in een vrouw-vriendelijke (sport-)wereld leven en dat we met z’n allen ons best moeten doen om dat te verbeteren, en dat klinkt dan best wel ferm feministisch, maar ergens laat je toch een kans liggen om te kijken naar de invloed van die manier van denken op ons hele wezen en handelen. En precies op dat punt had ik toch zeker meer verwacht van dit boek. Nog niet zo lang geleden las ik Good for a Girl en dat vond ik op dit punt activistischer en interessanter. Ook Fit at mid-life vond ik kritischer en feministischer.

Maarja, misschien heb ik gewoon al te veel gelezen op het gebied van vrouwen en sport.

Als je dat nog niet hebt, is The Female Body Bible een aanrader.

 

Door |2023-06-08T13:55:40+02:008 juni 2023|Boeken, Vrouwensport|0 Reacties

Acceptatie na de menopauze

Ook al is het voor mij tegenwoordig niet meer zo actueel, toch interesseert de overgang me nog steeds, en dan natuurlijk vooral in relatie tot sport. Ik heb er op dit blog vaak over geschreven en in mijn boek gaat er een paragraaf over. Voor die paragraaf heb ik extra mijn best gedaan om er bronnen in op te nemen, om andere vrouwen op weg te helpen in de zoektocht naar informatie. Ik heb daar mogelijk de neiging aan overgehouden om graag te lezen over de overgang.

Vandaar dat ik met belangstelling het themanummer van Psychologie Magazine over hormonen las (mei 2023). Zowaar stond er een van de beste stukken in over de overgang die mij onder ogen zijn gekomen, op pagina 38-49. Het betreft een interview met gynaecoloog Dorenda van Dijken en het viel me vooral op door de nuance en het oog voor verschillen tussen vrouwen. Een voorbeeld is het stukje over hormoonsuppletie. Van Dijken zegt daarover dat dat niet voor iedereen is en ook niet zonder risico’s, maar dat het wel kan helpen om te voorkomen dat je leven door de overgang een hel wordt.

Ik ben blij met goede stukken, ik zie nog steeds wel een positieve ontwikkelingen in de inmiddels al meer dan tien jaar dat het onderwerp me bezighoudt. Betere informatie, minder taboe. Hopelijk hebben veel vrouwen daar wat aan.

Aan het eind komt het artikel zelfs ineens toch nog dichtbij. De interviewer vraagt:

Ik ken vrouwen die zich na de menopauze beter voelen dan ooit. Stabieler, zelfverzekerder. Gloort er een beloning?’

Van Dijken antwoordt:

Dat ligt er erg aan hoe je daarmee omgaat. De menopauze is een kantelpunt: je komt in één klap in een volgende levensfase. Vrouwen worden denk ik veel harder geconfronteerd met het verouderingsproces dan mannen. (…) Dus, het klinkt soft, maar er hoort ook acceptatie bij. Als je daartoe in staat bent, kan de menopauze ook veel moois brengen. Sommige vrouwen zijn heel blij dat ze (…) geen hormonale schommelingen meer hebben. (…) De overgang kan een bevrijding zijn.

Dat herken ik, en iets soortgelijks schrijf ik ook in Optimaal blijven sporten: na de overgang kan er een betere, stabielere periode aanbreken, met bijvoorbeeld een boel sportplezier. Ik had daar al wel eens als reactie op gekregen dat dat niet voor iedereen geldt. Als je je bijvoorbeeld sterk identificeert met je vruchtbaarheid en met een sexy, jeugdig uiterlijk is veroudering in het algemeen en de overgang in het bijzonder alleen maar narigheid. De rimpels en de verdwijnende taille zijn dan heel erg. Acceptatie ervan is echter cruciaal om weer fijn verder te kunnen.

Ik heb het altijd al belangrijker gevonden wat ik met mijn lijf kan doen dan hoe het eruit ziet, en dat maakt het makkelijker om deze levensfase te accepteren. Zo lang ik lekker kan sporten, kan ik niet zitten met een rimpeltje hier en een grijze haar daar. Die toegenomen stabiliteit maakt het sporten juist weer makkelijker dan het in de overgang was, en daar ben ik blij mee.

Misschien is dat, zo realiseer ik me nu, de opbrengst van de moeilijkere jaren: dat het fijn is dat ze voorbij zijn. Ik heb in die ene klap (nouja, het duurde jaren) een grote horde genomen in het verouderings-acceptatieproces. Er zullen er nog meer volgen, ongetwijfeld, maar deze levensles heb ik alvast binnen.

 

Door |2023-06-01T14:19:34+02:001 juni 2023|Boeken, Vrouwensport|0 Reacties

Hier kan ik mee verder

Vrijdagavond zei ik tegen manlief: dit wordt m’n slechtst voorbereide wedstrijd ooit. Ik ben niet alleen vier weken aan het kwakkelen geweest met gekneusde ribben, maar meer in het algemeen heb ik al een hele tijd zo veel andere dingen aan mijn hoofd dat ik weinig bezig was geweest met de tijdrit van gister.

Ik zei dat vrijdagavond toen ik erachter kwam dat de ventielen van m’n fiets verstopt zaten. Er zit antilekvloeistof in de banden en die hebben te lang stilgestaan. Gelukkig lukte het bij de stand met technische assistentie om m’n achterband op 7 bar te krijgen. Voor was nog net hard genoeg. M’n fiets heeft meer kleine mankementjes, de komende tijd maar eens mee aan de slag.

Gelukkig was het mooi weer – eindelijk zon, en beslist warm genoeg voor kort-kort.

Ik heb een korte warming-up gedaan bij de stand van TrueKinetix, die fiets wilde wel eens proberen.

Dat de warming-up te kort was, paste in het plaatje van de slechte voorbereiding. Ik had het ‘pielen’ met zo’n fiets onderschat, dus toen was ineens de tijd op. Nouja.

Toen na even ouwehoeren met andere deelneemsters van mijn serie…

… van start!

En eigenlijk ging het toen nog best wel goed. Ik vond 28 kilometer/51’30 nog best lang duren onderweg, maar eenmaal over de finish leek het in een flits voorbij gegaan te zijn. Wonderbaarlijk, die tijdsbeleving bij zoiets. Ik herinner me nog dat ik na het laatste keerpunt de vermoeidheid ging voelen en toen dacht: straks bij m’n hoofddoel ben ik er nu gelukkig al.

Ik heb een fatsoenlijk vermogen gereden, zeker gezien het gekwakkel met m’n ribben. Het is zo’n beetje wat ik andere jaren ook kon aan het eind van het seizoen: gemiddeld vermogen 225 Watt en NP van 232. Dus heeft mijn wintertraining inderdaad vruchten afgeworpen en dat is een mooie basis om mee verder te gaan.

M’n longen ontdekten nog een stijf stuk ribbenkast, wat hoger dan de kneuzing – maximaal ademhalen in de aerohouding ging steeds meer pijn doen. Ik heb dat eerder gehad in het genezingsproces, dat ik merkte dat mijn longen niet hun normale ruimte konden benutten. Daarna was het dan steeds los en had ik dus meer ruimte, hopelijk werkte dat nu ook zo. Verder ging het met die ribben en de stijve onderrug best okee. Vandaag wel fikse spierpijn in het midden van m’n rug, maar dat is deels ook het gebrek aan gewenning aan de aerohouding.

Bij het vermogen valt mijn snelheid tegen: 32,8 km/u, ik heb daar al eens harder gereden met minder vermogen. Het beetje wind dat er was, stond niet gunstig, en verder waren er die mankementjes, de zachte voorband, niet helemaal optimaal aerodynamisch zitten door rug en ribben. Bovendien zag ik later op de foto’s (overigens allemaal door m’n trouwe supporter, chauffeur en fotograaf manlief gemaakt) dat m’n shirt ook wind ving:

Oeps!

Dat mag allemaal wel wat beter.

Gelukkig waren er ook flatteuzere foto’s bij, zoals deze:

Ik werd zevende van negen D40+-vrouwen. Het niveau was weer eens knetterhoog, dat is steeds bij die wedstrijd. Ik zei nog tegen die dame voor de start: alleen al het materiaal is intimiderend.

Na mijn finish liep ik bijna recht tegen Jeanette aan, en zo kon ik haar inderdaad een exemplaar van Optimaal blijven sporten geven, waar zij onder andere in hoofdstuk 2 in staat:

Verder ook nog wat mensen gesproken over het boek, dus het was ook in dat opzicht welbesteed.

In de auto onderweg naar huis dacht ik al: ‘uh, m’n helm?’ En jahoor: die had ik laten liggen. Hij is terecht, begreep ik, hopelijk komt-ie snel weer thuis. Verstrooider zijn dan normaal, daar heb ik vaker last van als ik een vol hoofd heb.

Ik hoop voor de komende periode op een verder wat luwere tijd, zodat ik met meer aandacht kan sporten. Ik heb werk aan de winkel met m’n materiaal en met wennen aan de aerohouding, maar dat is ook precies wat er de komende tijd op het programma staat: vaker op de triathlonfiets. Er komt voorlopig wekelijks een keer zo’n training bij, ten koste van de ene week spinning en de andere week hardlopen. Zo wordt de training specifieker. Leuk!

 

Door |2023-04-10T11:26:03+02:009 april 2023|Boeken, Fiets|0 Reacties

2 x in Natuurlijk in Overschie

Ik sta twee keer in de nieuwste editie van Natuurlijk in Overschie, ons glossy wijkblaadje: op p. 19 sta ik (oranje jasje, rugzakje, zwarte hoofdband) in het midden van de bovenste foto over de Nighttrail van Unltd, het sportkledingbedrijf van buurman Olaf….

…en op p. 33 staat mijn boek aangekondigd. Dat is al de tweede grote aankondiging; er stond er ook al een in Fiets Magazine!

Door |2023-04-06T17:07:06+02:006 april 2023|Boeken, Loop|0 Reacties

Toffe boekpresentatie

Wat een geweldige avond, gister – de presentatie van Optimaal blijven sporten voor 45+’ers. Lang naar uitgekeken en ook nog best wat werk aan gehad, maar dan heb je ook wat (;

De presentatie zelf was bij Run2Day Rotterdam. Het daar organiseren ging van een leien dakje, dankzij fijn contact met Wilma van Onna, en de winkel zelf is al een leuke omgeving, het is bijna ook een soort hardloopmuseum (ga er eens kijken, zou ik zeggen, de moeite waard). Ik had de geïnterviewden, proeflezers en meedenkers uitgenodigd, naast enkele vrienden, sportmaatjes en mensen van de uitgeverij en via Henk en Run2Day. De ontvangst was vanaf half 6, en toen om 6 uur de laatste klanten uit de winkel waren, gingen we ‘los’.

Om te beginnen kreeg ik het boek uit handen van Inge, de uitgever, en stond er dus even later trots mee in mijn handen:

Daarna heeft Henk de kurk van een lekkere fles bier laten knallen (er moesten bubbels zijn natuurlijk maar ik ben zelf niet zo’n liefhebber van champagne en aanverwanten) en hebben we het glas geheven:

Let op het scherm achter de groep: grote verrassing om mijn boek daar zo groot aangekondigd te zien!

Vervolgens heb ik de meedenkers, proeflezers en geïnterviewden een exemplaar gegeven, met een enkel woordje van dank erbij. Ik vond het erg leuk om zo veel van hen bij elkaar te zien, als gemeenschap rond het boek. Ik heb hun boeken gesigneerd en er werden er ter plekke ook een paar gekocht. Ik kreeg ook nog een paar cadeautjes, erg leuk, had ik niet op gerekend!

Na een dik uur zijn we met een deel van het gezelschap om de hoek Afrikaans gaan eten, enjera:

We waren om een uur of 11 thuis – moe maar tevreden. Dat voel ik me allebei nu nog! Mijn gekneusde ribben waren gister goed doorgekomen, mede dankzij de adrenaline en pijnstillers, maar vandaag protesteren ze weer luid en duidelijk. Dat valt een beetje tegen, maar het was het waard.

Ik voel vandaag ook wel ontspanning: de klus is geklaard, het boek is de wereld in. Ik ben nu natuurlijk hartstikke benieuwd hoe het het gaat doen!

 

 

 

Door |2023-03-18T17:48:25+01:0018 maart 2023|Boeken|2 Reacties
Ga naar de bovenkant