Triathlon algemeen

Aankoop-avonturen

Ik schrijf hier niet zo heel vaak over spullen, maar nu maar weer een keer wel en – voor alle duidelijkheid – ik doe dat geheel onafhankelijk. Ik heb de laatste tijd namelijk een paar avonturen (nouja…) beleefd bij de aankoop van nieuwe dingen. Ik had nogal wat nodig, en dat ging niet allemaal zonder slag of stoot.

Het begon ermee dat ik een opvolger zocht voor de Tri-Slide die op was. Dat is spul om makkelijker uit een wetsuit te komen en schuren daarvan te voorkomen, zonder het neopreen te beschadigen en zonder dat je handen er ook vet van worden. Ik heb twee van die spuitbussen versleten, maar ik kon het nu niet meer vinden. Dan maar op zoek naar een alternatief. Bij Bol zocht ik op ‘body glide’, zo dacht ik dat het heette, maar dan krijg je, uhm, heel andere dingen in de resultaten, namelijk uit de categorie ‘erotiek’. ‘Anti-chafe balm‘ deed het – je moet het maar net weten – en zo bestelde ik  een stick. Die werd een paar dagen later bezorgd… zonder dop erop. De envelop was aan de binnenkant al vettig en bovendien is het onhandig meenemen zo natuurlijk. Dus retour. Die retourzending raakte kwijt, ofzoiets, in elk geval: ik kreeg m’n geld niet terug. Gelukkig had ik het verzendbewijs nog. Na wat ge-heen-en-weer met Bol en het verzendende bedrijf kwam het gelukkig goed, en meer dan dat: ik kreeg mijn geld terug en vanwege het ongemak gratis een stick opnieuw. Dit keer wel met dop:

Daarna bestelde ik bij Triathlonaccessoires een nieuwe triathlon-fietsbroek. Dat is eigenlijk de onderkant van een tweedelig triathlonpakje. Zo’n pakje heb ik al jaren (onlangs hier nog te zien). Ik vind het broekje met de dunne zeem fijn op de triathlonfiets, fijner dan een gewone fietsbroek, die in de aerohouding een beetje prop wordt. Het broekje gebruikte ik dus vaak en het was aan het verslijten. Gelukkig vond ik hetzelfde merk in een goede maat. Bestellen ging echter ook niet zonder slag of stoot, want in plaats van twee tot vijf werkdagen levertijd duurde het er acht, met dus ook wat mailen heen en weer. Maar het is er en ik ben er blij mee. Het is zelfs mooier dan het oude broekje, meer een gewone fietsbroek: egaal zwart met wat langere pijpen.

Die broek is natuurlijk fijn met het oog op de naderende tijdrit, en daarvoor had ik ook nog iets anders nodig: nieuwe buitenbanden. Als ik het me goed herinner, zitten op mijn triathlonfiets nog steeds de oorspronkelijke banden, Vittoria Rubino’s, van eind 2014. Sinds ik op Strava zit, halverwege 2018, gaat dat om bijna 6500 kilometer; in totaal misschien dus wel om 10.000. Ze zijn nog niet eens op, maar voor de tijdrit wilde ik toch nieuwe. Het was een aardige zoektocht naar wat de beste banden voor mij zouden zijn: snel, ja, maar ook stabiel in de bochten en niet te snel lek, graag. Uiteindelijk kwam ik, mede dankzij een topic op het forum van Fiets met daarin een verwijzing naar een tabel met testresultaten, tot de conclusie dat het in het hogere prijssegment allemaal niet zo veel uitmaakt. Dus in de buidel tasten – het werden uiteindelijk Michelins. Als die ook weer 10.000 kilometer meegaan, kosten ze 1,1 cent per kilometer.

M’n buik enigszins vol van online aankopen ben ik vorige week naar mijn favoriete fysieke winkel gegaan om nieuwe loopschoenen te kopen: Run2Day. Ik loop al jaren het lekkerste op de Nike Free schoenen die ik daar ook ooit heb gekocht: licht, halve drop, weinig demping, soepel rond mijn voeten. Ze hebben echter als nadeel dat ik er wat moeizaam in kom. Voor alleen hardlopen is dat geen probleem, maar voor het wisselen in de triathlon is het onhandig. Gelukkig was er nog net een overjarig paar van een vergelijkbaar type met een soepeler instap in mijn maat. Ze lopen heerlijk, de bovenkant is net een pantoffel. Vanwege dat overjarige kreeg ik ook nog eens een mooie korting.

Ondertussen was ik ook nog bezig met het kopen van een nieuwe telefoon – de oude was na drie jaar (al!) het loodje aan het leggen. Dat heeft minder met het sporten te maken, behalve dan dat ik er eentje wil die tegen vocht en schokken kan, dus die ik goed mee kan nemen op de fiets. Bovendien wil ik er niet al te veel geld aan kwijt zijn. Ik hoef niks superhips en statusvols en mijn geld  besteed ik liever aan leuke dingen doen (en aan sportspullen dus, op het moment). Het is gelukt, alles doet het en ik ben er blij mee, maar het oriënteren, kopen, installeren en ‘dresseren’ heeft me ruim twee werkdagen gekost en hier en daar wat ergernis. Zoiets doe ik dus het liefst in de zomerperiode, als het qua werk rustig is. Wat een gedoe.

Enigszins koopmoe moest ik wat moed verzamelen en toen volgde als slot nog de minst avontuurlijke aankoop: sportvoeding bij Duursport.nl, succes gegarandeerd. Dat doe ik namelijk al jaren, het gaat altijd goed, en ik bestelde niks nieuws: hun huismerk energierepen, de gels die me sinds vorig jaar goed bevallen voor tijdens wedstrijden (alleen dan te gebruiken, want ze zijn peperduur), en eiwitrepen waar je een freaky hero van wordt:

Had ik hier al eens geschreven dat ik dol ben op die eiwitrepen, vooral de triple chocolate? Ze zijn ook prijzig, maar ik eet ze echt als traktatie. Ik heb nauwelijks speciale herstelproducten nodig (in m’n gewone eten zit genoeg eiwit), maar ze zijn handig en zooooo lekker. ‘Goed voor mijn herstel’ is vooral een excuus om lekker te snoepen na het sporten 😉

 

Door |2023-08-08T14:52:06+02:009 augustus 2023|Fiets, Loop, Triathlon algemeen, Zwem|0 Reacties

Omgaan met een wisselvallig lijf

De verbetering die ik laatst omschreef, zet zich voort. Darmen worden beter, en de laatste dagen heb ik duidelijk meer energie, dat is fijn. Net daarvoor, vorige week zaterdag, had ik nog een slechte dag, en toen realiseerde ik me hoe lastig het is om met een wisselvallig lijf om te gaan:

  • Als ik mijn leven inricht op mijn goede dagen, kom ik er af en toe doorheen te zitten of moet ik dingen afzeggen, wat ik altijd moeilijk vind. Mijn ziekmelddrempel als eigen baas is bijvoorbeeld torenhoog, maar sowieso kom ik afspraken graag na en vind ik het best een hobbel om te zeggen: ‘sorry, te moe’ ofzo.
  • Als ik mijn leven inricht op mijn slechte dagen, ontneem ik mezelf een boel leuke dingen en geef ik het gekwakkel een veel te bepalende rol in mijn leven. Daardoor wordt het te groot: groter dan nodig is.

Het is niet zo of-of, er is ook nog wel een middenweg natuurlijk, maar het dilemma zit wel tussen deze twee keuzes in. Ik heb sinds het begin van mijn gekwakkel zo veel mogelijk door laten gaan, zeker op werkgebied. Sporten was wel een sluitpost: ik heb gedaan wat ik kon en aangepast waar nodig. Desalniettemin werd ik bek-af – achteraf gezien mogelijk vooral doordat die antibioticakuur erin hakte. Sindsdien ontstond er rust door de zomerperiode, en bovendien heb ik een paar keer wel iets afgezegd. Dat heeft me ook wel goed gedaan.

Voorlopig houd ik het er maar op dat ik binnenkort weer – voor mijn doen – normaal belastbaar ben. Dus eerste bullet zonder mitsen en maren – nouja, de gebruikelijke van het leven.

Wat ik nu schrijf, is ongetwijfeld voor veel mensen met chronische klachten op het gebied van vermoeidheid en energie enzo bekend, maar ik had het nog niet eerder zo helder voor ogen. Ook al had ik in de overgang eigenlijk ook last van dat fluctuerende energieniveau, zeker in de periode dat ik slecht sliep. Ik modderde toen ook maar wat aan, maar zo helder als zaterdag was het toen zeker niet voor me. Weer wat geleerd dus.

 

Door |2023-08-03T09:28:05+02:005 augustus 2023|Triathlon algemeen, Vrouwensport|0 Reacties

Anders verder

Helaas moest ik vorige week om deze tijd constateren dat de antibiotica de darminfectie niet heeft opgelost. Het was best een tijd goed, acht dagen zelfs, ik kreeg serieus hoop dat het over was. Maar vorige week vrijdag begon er weer wat onrust. Zaterdag had ik nog wel een leuke sportdag in Amsterdam, met hardlopen en zwemmen.  Maar maandag had ik zelfs de ergste diarree tot nu toe. Heel naar: binnen een paar tellen van niks naar moeten hollen naar de wc, in de trein, geen wc-papier, en heel heftig. Ik ben daar best wel van geschrokken en ik baalde natuurlijk ook enorm: net die dag ging de infectie, met z’n pieken en dalen, de zevende week in.

Ik baalde. Ik baalde van niet precies weten wat ik heb, van de angst om niet tijdig bij een wc te kunnen zijn, van dat ik alleen maar narigheid heb overgehouden van de antibiotica (die spruw waar ik eerder over schreef – wordt beter maar is nog niet weg), van de smetvrees die ik er zo langzamerhand van krijg (ik voel me soms een wandelend brok besmettelijke viezigheid), van hoe lang het duurt, van het afscheid van het idee van een lekkere, zorgeloze zomer met onbekommerd sporten. En ook weg het laatste beetje hoop dat ik nog echt wat op kon bouwen voor de tijdrit. Gelukkig heb ik die dag wel heerlijk gewandeld.

De dag erna praatte de (vakantie-vervangende) huisarts me weer wat moed in. Er is kans dat zulke heftige diarree juist de ziekteverwekker uit mijn darmen heeft verjaagd, dus dat het het begin van het einde is, en anders zal het ook echt, heus overgaan, al kan dat duren. Om van die ene angst af te zijn, heb ik loperamide voorgeschreven gekregen, een stopmiddel dat ik zo af en toe kan gebruiken als er geen wc is.

’s Avonds dinsdag heb ik lekker gespind; ik zag m’n hoogste hartslag in tijden. Ik voel me echt wel beter dan een tijdje terug, mede dankzij die steeds langere periodes zonder klachten.

Eenmaal thuis bleek dat, wat we al even zagen aankomen, het leven van onze hamster Robbie op het eind liep. Ze is maar acht maanden geworden, en, met een voor mij pijnlijke speling van het lot: ze is gestorven aan diarree. Althans, ik denk dat het zo’n speling is, maar het kan ook zijn dat dat ik haar heb besmet. Die kans is – volgens mij – heel klein. Maar toch.

De dood van een hamster, zelfs zo’n voortijdige, kan ik op zich wel hebben, maar toch zat ik er woensdag even totaal doorheen. Ik heb het hier al vaker geschreven en niet eens over alles: het is een veeleisend jaar geweest, en sinds eind februari sukkel ik lichamelijk van het een in het ander, met als belangrijkste hindernissen de gekneusde ribben van maart/april en nu zeven weken aan de kwakkel met m’n darmen.

Het is me heel lang gelukt om m’n conditie op peil te houden en zelfs, tussendoor, nog ietsje te verbeteren. Maar de laatste paar weken komt de klad erin, en dat is niet zo gek natuurlijk. Ik heb sinds eind februari welgeteld vijf weken gehad waarin ik normaal heb kunnen trainen. Al die andere weken moest ik minstens een paar dagen een aangepast programma draaien, of ik kon alleen maar een beetje wandelen of yoga doen. Het valt me eigenlijk nog wel mee. Ik ben nog steeds overall fit (naar mijn eigen definitie) bijvoorbeeld.

Maar net de laatste weken zakt het vermogen dat ik kan trappen als ik hard wil fietsen (FTP) in. Ik weet dat het niet anders is, dat het tijdelijk is, dat mijn basis goed is, en dat ik juist de afgelopen maanden heb geleerd hoe makkelijk ik dat vermogen kan opbouwen als ik me meer richt op ‘kort en hard’ dan op lang. Maar nu heb ik vooral teleurstelling natuurlijk: ik raak kwijt wat ik heb opgebouwd.

Ondertussen heb ik mijn best gedaan om ook alle andere dingen zo goed mogelijk door te laten lopen: thuis, werk, boek, vrienden en – gelukkig – ook een boel leuke dingen. Het was zeker niet alleen maar ellende. Ellende die ik bovendien ook best wel kan relativeren, al is het alleen maar omdat ik op het moment mensen om me heen heb met veel grotere gezondheidsproblemen.

Maar, zo realiseer ik me sinds woensdag, alles bij elkaar was het me wel te veel. Ik heb me te veel voortgesleept; ik ben moe, het is op.

Dus: verder op een andere manier. Meer aan mezelf toekomen. Sporten alleen naar behoefte en voor de ‘back to basics’: genieten van buiten zijn en van het bewegen. Van het gezelschap, zoals bij wandelen met vriendinnen – drie keer deze week, dat was fijn. Het nóg meer nemen zoals het komt.

Die tijdrit, daarvan wist ik al lang dat die niet zouden worden wat ik ervan had gehoopt en nu is ook het laatste restje ambitie daarvoor weg. Ik ga dan gewoon lekker op vakantie, 20 kilometer hard rijden en het zien als een verkenning – wie weet later nog eens, in een beter jaar?

 

Door |2023-07-21T22:45:55+02:0021 juli 2023|Fiets, Triathlon algemeen|1 Reactie

Team Sportkunstenaar bij Hellevoet Heroes

Dit is het dertiende seizoen waarin manlief en ik allebei aan triathlon doen. Desalniettemin hadden we gister een primeur: we hebben voor het eerst ooit met z’n tweetjes een team gevormd om mee te doen aan een trio-triathlon. Het was die van Hellevoetsluis, Hellevoet Heroes, een sprint. Henk heeft gezwommen en gelopen, ik heb gefietst. Ik sloeg zo twee vliegen in één klap: een mooie oefentijdrit en uitbreiding van mijn collectie triathlons in Zuidwest-Nederland.  Henk vond het wel een leuk idee. Zodoende vormden we Team Sportkunstenaar.

Toen ik me in het parcours verdiepte, was ik wel een beetje jaloers op Henk, want het zwemmen was door de historische haven van Hellevoetsluis en het lopen over de vesting. Het fietsen zou voor mij allemaal bekend terrein zijn en ik fiets daar graag, onder andere naar Vlissingen of op een rondje Voorne-Putten, maar ik zag ook dat het heel bochtig was, en dat in drie rondjes.

In contrast met de vorige weken was het gister herfstig. Het werd gelukkig net op tijd droog en goed sportweer. Hier is m’n teamgenoot in het – overigens zeer langgerekte – parc fermé:

Er stond wel nog steeds een forse windkracht 4. Dat maakte het zwemmen zwaar, begreep ik van Henk en anderen, vooral het stukje de haven uit en het Haringvliet op, met stevige golven. Wel was het inderdaad een mooi parcours, ook voor toeschouwers. Deze foto maakte ik van de start van onze serie:

De series zaten kort op elkaar en het was me al opgevallen dat het op een gegeven moment hartstikke druk was in de wisselzone. En, zo bleek, daarna ook op het fietsparcours. Dat was inderdaad bochtig, maar ook smal, en het 180-graden-keerpunt het krapste dat ik ooit heb meegemaakt. Grote snelheidsverschillen tussen de debutanten op hybrides en de snelle mannen op tijdritbolides met dichte wielen. En dat dus met z’n allen tegelijk in drie rondjes, waarvan een stuk heen-en-weer. Zo druk en chaotisch heb ik slechts één keer eerder meegemaakt, in Kopenhagen. Ik heb voorzichtig gedaan, wilde voor alles heel blijven, en kon pas in het derde rondje een beetje vrijuit fietsen. Gelukkig heb ik geen ongelukken ofzo gezien. Maar het was wat mij betreft wel over het randje.

Ik was benieuwd wat mijn benen konden na een maand darminfectie en nog bezig met antibiotica (maandag mee begonnen, ik weet nog niet of het helpt, gelukkig weinig bijwerkingen) plus de week Berlijn, en dat viel niet tegen, dat is een opsteker. Ik zit naar schatting ongeveer op hetzelfde niveau als bij de twee triathlons net ervoor (FTP in de buurt van 230), en dat is al heel wat. Nouja, ik heb dus de afgelopen zes weken geen progressie geboekt en dat is jammer natuurlijk, maar het valt me eigenlijk mee dat ik ook niet achteruit ben gegaan, ik heb kennelijk net genoeg kunnen blijven doen. Hopelijk kan ik de komende tijd weer verder gaan opbouwen.

Vanwege het parcours was het maar beperkte tijdrittraining en eerder een stevige intervaltraining, maar ik stak er toch een paar dingen van op: ik heb met succes een shirt getest om het windvangen te voorkomen wat in april gebeurde en ik realiseerde me dat ik bij zo’n inspanning niet gauw tevreden ben. Ik ben ofwel voor mijn gevoel niet diep genoeg gegaan, ofwel ik krijg zere benen en dan denk ik: oei, zere benen. Gister leerde ik dat ik dan dus niet ‘oei’ moet denken, maar ‘fijn’. Alles eruit persen is de bedoeling natuurlijk. Ik ben niet helemaal tot de bodem gegaan, dat kon niet, maar wel genoeg om vandaag wat kramperige kuiten te hebben. Mooi zo.

Henk was wat moeizaam op gang gekomen met lopen na die lange pauze en er zat wat hoogteverschil in het loopparcours op de vesting, maar hij was wel tevreden. We finishten als 4e van 7 teams, en dat lijkt me niet verkeerd als team met een gemiddelde leeftijd (waarbij Henk twee keer telt) van 63 en een vrouw erbij!

Het was ook een gezellige, kleinschalige triathlon, en zo heb ik ze het liefste. Leuke dingen in de (drie!) goodybags ook:

Het was de tweede editie. Aan de logistiek mogen ze wat mij betreft nog sleutelen, maar verder is het een aanwinst.

 

 

Door |2023-07-02T16:12:45+02:002 juli 2023|Fiets, Triathlon algemeen|0 Reacties

Dientamoeba fragilis

Ik weet amper hoe je het uitspreekt, maar het zat (zit?) wel in mijn darmen: de parasiet dientamoeba fragilis. Hoeft niet behandeld te worden, want gaat meestal vanzelf over, en daar lijkt het ook op: ik voel me langzaam-maar-zeker beter worden, zowel qua darmen zelf als in z’n algemeenheid. Energieniveau laat nog wel wat te wensen over, maar daar zit ook de hitte achter natuurlijk.

Onduidelijk hoe ik eraan ben gekomen, aan die dientamoebaatjes, in elk geval kan ik niet zomaar zwemwater de schuld geven. In het vervolg toch nog beter m’n handen wassen – als dat kan, want ik herinner me wel sportevenementen met dixies zonder handenwasmogelijkheid.

Ik kon de afgelopen dagen wel weer wat sporten, zij het nog niet intensief. Daarvoor was ik nog te futloos, maar ook gaf het rare druk in mijn buik. Ik hoop de komende tijd echt helemaal op te knappen en dan een tijdje vooruit te kunnen zónder pech!

Ondertussen is mijn plannetje van ‘kijken hoe ver ik op mijn 57e nog kan komen als ik weer alles op het fietsen zet’ enigszins in het water aan het vallen, want ik heb sinds eind februari vaker niet dan wel goed kunnen trainen. Het wordt dus hooguit ‘kijken hoe ver ik op mijn 57e nog kan komen als ik zo goed en zo kwaad als het gaat het fietsen train’.

Tot nu toe viel het me eigenlijk nog mee wat ik wél voor elkaar kreeg, onder andere bij de twee triathlons, maar sindsdsien heb ik niet veel meer kunnen doen. Desalniettemin: gister heb ik een rustige duurrit gereden en toen leken m’n benen nog prima in orde. Hopelijk kan ik op die basis straks lekker verder bouwen. De tijdrit komt sowieso niet in het geding.

 

Door |2023-06-12T15:19:28+02:0012 juni 2023|Fiets, Triathlon algemeen|0 Reacties

Mijn seizoentje zit erop

Ik ben twee triathlons verder dan woensdag. Ze waren leuk! Het ging allebei goed, en er waren contrasten: donderdag was een nieuwe triathlon, vanochtend mijn vijfde deelname in Ter Aar, dus op vertrouwd terrein. Donderdag was het warmer dan gevreesd dankzij de zon die er net doorheen kwam, vanochtend was het koeler en winderiger dan gedacht; de zon liet zich niet zien.  Manlief deed donderdag zelf ook mee; vandaag was hij chauffeur, soigneur, supporter en hij maakte foto’s, dus die in deze post zijn allemaal van Ter Aar en niet van de Biesbosch.

Het gaat me op het ogenblik vooral om het fietsen, en dat ging allebei wel goed, al viel vandaag me een beetje tegen. Dat lag deels aan de wind. Ik had donderdag 33,7 km/u gemiddeld gefietst, niet helemaal voluit gaand, en ik had gehoopt vandaag wel voluit en dan door de grens van de 34 te gaan, voor het eerst ooit. Maar daarvoor woei het dus te hard. En misschien was ik ook in iets minder goede doen: de twee tussenliggende dagen voelde ik me wat brak: moe, onrustig geslapen, gister verhoogde rusthartslag. Ik twijfelde toen zelfs nog of ik wel zou kunnen starten, maar vandaag is beter. Ik kwam uit op een NP van 5 Watt hoger dan donderdag, en beide triathlons braken eerdere vermogens-records. Maar dus nog geen snelheidsrecord. Naar omstandigheden heb ik gewoon goed gefietst. Het voelde ook lekker. Donderdag ook trouwens.

Zwemmen was allebei de keren okee. De watertemperatuur donderdag viel me mee (graad of 17) en het was een mooi plasje. Vandaag raakten we op het laatst met z’n vieren in de baan in een inhaal-veldslag verwikkeld, maar dat is in het zwembad altijd wel even zo.

Relatief heb ik vandaag beter gelopen, mede dankzij het koele weer – 1 seconde per kilometer langzamer dan donderdag, maar ik had meer gegeven op de fiets, dus dat is okee. Het harde fietsen voel ik sowieso wel, dat moet ik bij het lopen bekopen, maar dat was dit seizoen de bedoeling. Net zoals het ook okee was dat wisselen beide keren traag ging, daar laat ik toch wel veel liggen. Vandaag kreeg ik m’n schoenen niet aan. Daar ben ik totaal niet mee bezig geweest; als ik weer serieus met triathlon aan de slag wil, moet ik daarom andere hardloopschoenen.

Waar ik donderdag heb genoten van het parcours, met hardlopen over een klein paadje langs uiterwaarden met ganzen en schapen, moest ik vandaag accepteren dat voor het eerst Ter Aar geen Ter Huh werd. Nouja, dat is dan maar zo. Het blijft een leuke triathlon, kleinschalig en overzichtelijk en van alles wat. Het was wel iets anders omdat er minder startseries op de 1/8e en kwart waren, en in plaats daarvan jeugdcompetitie. Daardoor was het veel drukker, want jeugd heeft meer toeschouwers en begeleiders.

Grappig: mijn buurman in de wisselzone, en dus ook baangenoot bij het zwemmen, was steeds in de buurt. Dat heb ik nooit eerder meegemaakt, dat iemand anders op alledrie de onderdelen ongeveer even hard gaat als ik. Uiteindelijk heb ik hem met een paar seconden verslagen. Het was beide keren gezellig, donderdag met veel debutanten ook.

Donderdag keek ik een beetje op mijn neus dat ik in het kleine startveld drie leeftijdsgenotes voor me had, waarvan er één ook nog harder had gefietst. Vandaag eindigde ik in het linkerrijtje van de vrouwen (12e van 27). Ik doe nog steeds lekker mee! En nu het vizier dus nog meer richting fietsen. Hopelijk onder wat gunstigere omstandigheden van weer en lijf dan de afgelopen maanden.

Tot slot toch nog één foto van donderdag: de leukste medaille ooit, voor mij als knaagdierliefhebber:

 

Door |2023-05-21T17:00:19+02:0021 mei 2023|Fiets, Triathlon algemeen|1 Reactie

Mijn seizoentje gaat beginnen

Morgen doe ik mijn eerste triathlon van het seizoen, en dan meteen zondag nog een, allebei de 1/8e.  En dat is het dan ook voorlopig. Nouja, ik doe er ook nog een als fietser in een duo of trio, en misschien eind september ook nog wel een. Maar na zondag gaat ook hardlopen in de onderhoudstand en gaat de focus dus nog meer op het fietsen, met nog drie maanden tot aan mijn hoofddoel. Van de twee aanstaande triathlons is die van morgen een opwarmertje, om er weer even in te komen, en vooral ook: genieten van het parcours. Zondag wil ik in Ter Huh zo hard mogelijk fietsen, als tussentijds testje weer.

Dit is dus opnieuw een schakelmoment in het seizoen. Het zit voor mijn gevoel kort op het vorige, en helaas heb ik in de tussenliggende weken weer niet onbekommerd kunnen trainen. Waar ik tussen eind februari en 9 april last had gehad van drukte, familieomstandigheden en gekneusde ribben, had ik sindsdien nog steeds wel wat drukte en omstandigheden, last van m’n rug als gevolg van die ribben, een zo-zo trainingsweekend en meteen daarna, jawel, werd ik verkouden. Dat was ik de hele winter nog niet geweest, sterker nog, het was op de dag af 51 weken geleden, voor mij nogal bijzonder, zeker in een winter waarin er nogal wat virussen zijn rondgegaan.

Dus op dat punt mag ik niet mopperen, maar door de timing kreeg ik wel wat zelfmedelijden: wéér niet lekker kunnen trainen, ik krijg de regelmaat er maar niet in. Ik moest bovendien leuke dingen afzeggen en had enkele saaie en hangerige dagen. Vorige week had ik zelfs een dagje verhoging en ik snotter nog steeds – wat bij mij altijd lang duurt.

Nou goed. Ondertussen kregen twee mensen in mijn omgeving veel slechter gezondheidsnieuws, dus waar zeur ik over. Ik heb het al vaker gezegd: als op mijn leeftijd verkoudheid je grootste gezondheidsprobleem is, valt het allemaal nogal mee.

En oja, over het gebrek aan onbekommerd trainen: het is ook nog eens heel vaak slecht weer. Met – gelukkig – een enkele uitzondering, zoals afgelopen zondag, toen ik gelukkig net weer genoeg was opgeknapt om samen met Nicole mee te doen aan de Vestingloop Hellevoetsluis, een werkelijk schitterend parcours:

Nicole in actie op de vesting

Morgen wordt ook gewoon koud, voor een triathlon op Hemelvaartsdag. Ik heb zin in het verzetje, ben benieuwd naar het parcours; als ik kan sporten, gaat dat best wel lekker. Ondanks alles heb ik er dus gewoon zin in!

 

Door |2023-05-17T15:57:35+02:0017 mei 2023|Fiets, Loop, Triathlon algemeen|0 Reacties

Uit de kreukels komen

Het ‘makkelijke’ aan fysiek ongemak na vallen is dat het in principe gewoon geneest. Dat is simpeler dan een overbelastingsblessure of iets onduidelijks. ‘Gewoon’ wil echter niet zeggen dat het herstel in een rechte lijn gaat, dat vond ik wel interessant om te zien. Hier de ups en downs van de laatste weken:

  • De gekneusde ribben begonnen eenmaal ingetapet (na een week – zie foto – de tape heeft twee weken gehouden) aan een weg omhoog maar wel met betere en slechtere dagen. In die weken kon ik steeds meer, op sportgebied, en dat was dan ook steeds met ongemak, maar dat leek een soort noodzakelijk kwaad. Het diepere ademhalen bijvoorbeeld, dat was steeds ongemakkelijk omdat ik dan tegen stijfheid aan ademde, maar daardoor kwam het wel los.
  • Na een week of vier was de kneuzing wel zo’n beetje hersteld, maar toen zat er nog iets muurvast in m’n rug. Bij de tijdrit heb ik die spier (?) een beetje geweld aangedaan, dus toen hield ik een flinke tijd last van mijn rug. Uiteindelijk kon ik op 21 april naar de chiropractor die mijn rug los heeft gemaakt. Wat een verademing (ook letterlijk).
  • Maar…. die ontspanning in m’n rug schoot een beetje door en prompt trok m’n bekken hartstikke scheef. Zo scheef was het in jaren niet geweest. Ik liep er bijna mank van en ik kreeg last van een knie. Dat voelde ik bij elke stap. Een paar dagen kon ik toen helemaal niks, uit angst die knie verder te beschadigen. Dat was mentaal een paar dagen superzwaar, want dacht ik er eindelijk te zijn, was ik ineens nog verder van huis. Ik had verder ook een paar stressvolle dagen en juist dan kan ik enorm verlangen naar ‘de wei in’, maar dat ging dus niet. Vorige week maandag klotste m’n chagrijn hier tegen de plinten, zal ik maar zeggen.
  • De dinsdag erna, vorige week dus, kon ik terug naar de chiropractor, bekken rechtgezet, en ze had wat peptalk: die knie beschadigen zou niet zo gauw gebeuren, dus ik mocht wel sporten. En dat ging ook, dus ik heb net een lang weekend achter de rug waarin ik lekker kon trainen, kon doen wat ik wilde, met vooral een boel fietsen. Heerlijk, zeker zondag, eindelijk ook eens een dag mooi weer en dus onbekommerd voor een lange rit op weg.
  • Tijdens die lange rit voelde ik wel nog steeds behoorlijke stijfheid aan de gekneusde kant en daardoor moet die heup harder werken dan normaal. Vandaag daarvoor nog een keer naar de chiropractor geweest. Het is nu zeven weken geleden en nog steeds niet helemaal over, maar ik kan wel alles weer.
  • Toen de ribben zo ver genezen waren dat ik weer wat mobieler werd, ging me opvallen dat de bij mijn eerste val gekneusde pink nog steeds zeer deed. Er leek helemaal geen schot in te zitten, maar de laatste twee weken lijkt het toch te verbeteren, mede dankzij het intapen dat ik weer ben gaan doen. Desalniettemin ben ik net naar de huisarts geweest om te checken of er niet toch meer nodig is. Mogelijk is er inderdaad ergens een beetje iets gescheurd geweest ofzoiets, daar zou ik een foto voor kunnen laten maken, maar vervolgens is de behandeling niet anders. Get vergt gewoon geduld….
  • Bij de huisarts heb ik ook nog even laten kijken naar een ander plekje dat zeer blijft doen, al heb ik daar heel weinig last van: de onderkant van m’n elleboog. Die doet zeer als ik op mijn onderarm rust, wat ik niet veel doe, maar bijvoorbeeld wel bij de onderarm-plank. Daar heeft de zenuw kennelijk een tik gehad en dat kan inderdaad heel lang duren.

Alles bij elkaar kan ik nog steeds wel voelen dat het een zware tijd is geweest. De drie weken tussen het overlijden van mijn schoonvader en het verschijnen van mijn boek, met de twee vallen erin en dus ook een week waarin ik veel pijn had van die ribben, behoren tot de meest veeleisende uit mijn leven. Ook leuk dus, met het boek, maar het was alle zeilen bijzetten. Er kwam nog een boel achteraan ook, deels gewoon weer suffe pech, zoals het stukgaan van mijn computer vorige week. Het is gewoon niet mijn beste tijd. En dan ook nog qua weer zo’n prutvoorjaar….

Wat er aan vorm onder alle pijntjes vandaan komt, is echter helemaal niet zo slecht. Dankzij wat ik zo goed en zo kwaad mogelijk toch heb kunnen doen de afgelopen weken. Bovendien ga ik voelen dat ik meer tijd heb dan in heel lang doordat het boek af is. Ik merk aan mijn werkagenda ook dat ik een tijd te druk ben geweest voor relatiebeheer – het is nogal rustig. Dat kan financieel gelukkig wel even lijden, en het maakt tijd voor nog meer herstel, ook van mijn hoofd. Ik hoop vooral heel erg dat het nu een tijdje allemaal een beetje mee blijft zitten!

 

Door |2023-05-03T08:46:42+02:002 mei 2023|Fiets, Triathlon algemeen|0 Reacties

Alles tegelijk!

Morgen is het dan zo ver: dan verschijnt Optimaal blijven sporten voor 45+’ers. Het is er écht, afgelopen dinsdag kreeg ik de foto hiernaast toegestuurd van de uitgever. Verder dan dat ben ik nog niet gekomen – morgen houd ik het zelf vast! Dan is ook de boekpresentatie. Een grote dag, waar ik al een hele tijd naar uitkijk.

Alsof dat nog niet genoeg is, was er de afgelopen tijd van alles ‘loos’. In de eerste plaats overleed eind februari mijn schoonvader. We zagen dat al een tijd aankomen, maar het was toch nog plotseling en hij was ons dierbaar. Naast wat dat met ons deed heeft vooral Henk nu ook nog een boel praktisch geregel. Net ervoor had Henk zelf te horen gekregen dat hij glaucoom heeft, als een soort ‘nabrander’ van zijn staaroperaties – ook hij heeft veel tegelijk.

Ik zelf struikelde een dag na Pa’s overlijden bij hardlopen in het donker over een scheve of losse tegel. Niks echt ernstigs: een gekneusde pink en een kras op mijn bril was het enige wat niet binnen een paar dagen over was, en ik kon aangepast toch door blijven trainen, op een weekje zwemmen overslaan na. Afgelopen weekend, dik twee weken later, ging ik echter nóg een keer op mijn oren, dit keer door een samenloop van omstandigheden*. Ook nu niks echt ernstigs, maar wel opnieuw een blauwe knie en veel pijn aan m’n rechterflank door gekneusde ribben.

Pech dus. Dit keer kan ik niet doortrainen. Beetje fietsen en wandelen, verder kalm aan. Niet fijn, maar het is niet anders, en gelukkig ligt mijn seizoensdoel nog een eind in de toekomst (ik sta ingeschreven voor de tijdrit ondertussen!).

Niet kunnen sporten is ergens ook nog wel handig, want dat levert tijd op. Druk is en was het namelijk ook, want afgezien van de week tussen het overlijden en de uitvaart van Pa ging mijn werk gewoon door. Dat was af en toe best een spagaat, met drie benen zelfs: thuis/Pa, werk en boek. Voor het boek had ik vooral  logistieke dingen te regelen voor die presentatie morgen. En deze site is net ‘op poten’, met dank aan Marika van de Websitewinkel.

Daarbij hadden we ook nog leuke dingen, want in een dikke week gingen we respectievelijk naar Theo Maassen in het Nieuwe Luxor, Big Country in de Baroeg en Stromae in… Brussel! Die laatste twee dingen waren wel heel memorabel, want ze waren allebei fantastisch én het waren mijn eerste twee popconcerten in meer dan drie jaar – ik was sinds de coronabeperkingen nog niet weer gegaan.

Supergaaf, maar het betekende dus wel dat ik tussen alle bedrijven door met m’n zere ribben naar Brussel op en neer ben gegaan. Beetje moe nu. Vanavond vroeg naar bed en dan morgen die grote dag!

 

* De omstandigheden: onderweg op mijn stadsfiets naar de Baroeg zondag kreeg ik een lekke band. Dat was vlakbij metrostation Zuidplein. Ik heb daar mijn fiets neergezet en ben verder gaan lopen. Ondertussen bedacht ik de handigste logistiek: op de terugweg zou ik m’n fiets op de metro zetten naar Centraal Station om m’n band daar te laten vervangen. Zo gezegd, zo gedaan. Maar toen bleek de lift op het metrostation stuk en de vaste trappen hebben er geen gootje. Op de roltrap ging het mis. Die is steil, snel en glad om met een fiets te ‘nemen’, en bovendien reageerde mijn voorwiel mogelijk net iets anders door die lekke band. De fiets ging glijden en nam mij mee…

Door |2023-04-09T20:23:26+02:0016 maart 2023|Boeken, Triathlon algemeen|0 Reacties
Ga naar de bovenkant