Fiets

2015 – de getallen

In mijn jaaroverzicht beloofde ik ook nog de getallen van 2015. Hier komen ze.

  • Fietsen: 54 keer (waarbij woon-werk als 2 telt, en dat heb ik, naar Den Haag, vrij veel gedaan dit jaar), 85 uur, 1910 km. Daarbij spinning en tacx samen 11 uur (13 keer). Stadsfiets naar schatting ongeveer 150 uur. Ik houd daarvan de afstand niet bij, maar dat gaat dik over de 2000 km natuurlijk. Nog geen 2000 kilometer als ‘echte’ fietsafstand is voor mijn doen lachwekkend weinig. Ter vergelijking: vorig jaar fietste ik alleen al op onze vakantie in Canada meer. Maar goed, dit was het jaar van investeren in de andere twee sporten.
  • Hardlopen: 101 keer, 153 uur, 1252 km, dat is zeker meer dan ooit. Vanaf  half februari is die tijd inclusief loopscholingsoefeningen e.d. bij de club. Ik zet m’n horloge aan als we beginnen en uit als we stoppen. Dat leidt soms tot hele lage gemiddeldes, maar die pauzetijd is wel ook trainingstijd natuurlijk.
  • Zwemmen: 94 keer, 73 uur, 165 km, waarvan 20 keer (dik 14 uur, 31,5 kilometer) in open water. Ik denk dat het totaal meer is dan ooit, maar dat weet ik niet zeker. Wel meer dan ooit in open water, ondanks het korte seizoen.
  • Triathlon: het op de goede knoppies drukken om te schakelen naar de andere sport ging  tijdens de wedstrijden niet altijd goed, dus hij heeft bij twee wedstrijden niet goed geregistreerd, maar wat hij wel heeft is 6 keer (waarvan 1 keer training/oefening met die knopjes), 15 uur en 314 km. Beter omgaan met de Suunto is een goed voornemen, ik deed ook de Movescount-labelling nog niet heel handig.
  • Fitness (incl. sinds de zomer trouw elke week bodybalance): 42 keer, 32 uur.
  • Wandelen, 12 keer, 50 uur, 215 km (maar niet alles geregistreerd).

Manlief heeft zijn getallen ook gepost. Hij heeft maar liefst 2515 kilometer gelopen!

 

Door |2016-01-02T12:17:15+01:002 januari 2016|Fiets, Loop, Triathlon algemeen, Zwem|0 Reacties

Eind goed, al goed

Ik doe vandaag alvast mijn sportjaarterugblik, want morgen wil ik over de zwemvierdaagse schrijven die dan afgelopen is. En die ene dag maakt ook niet echt meer uit voor het algemene beeld van dit jaar, dat ik samenvat als ‘eind goed, al goed’. Daarmee druk ik enerzijds uit dat het geen makkelijk jaar was, en anderzijds dat ik nu toch sta waar ik wilde staan. Die twee kanten werk ik hieronder uit.

Geen makkelijk jaar

2015 was om vier redenen geen makkelijk sportjaar voor mij:

  • In de eerste plaats was er de blessure. Voor het eerst had ik iets vaags en langdurigs dat mijn hele wedstrijdseizoen in de war stuurde. Het begon rond 3 mei en half augustus heb ik mezelf beter verklaard, maar zelfs nu nog kamp ik met wat naweeën. Er wordt ook nog steeds aan gewerkt, zal ik maar zeggen, en ik ben allang blij dat ik weer alles kan. Want dat was tussen mei en half augustus niet het geval, en dat leidde onder andere tot 2 ‘DNF’s’ in het triathlonseizoen, in  Bilzen en in Krimpen. Af en toe was ik ook wel bezorgd dat het niet meer goed zou komen, en dat was misschien nog wel het allermoeilijkste.
  • In de tweede plaats heb ik mezelf niet kunnen verrassen op het gebied van lang lopen. Ik wist al langer dat dat niet makkelijk is voor mijn lijf: ik ben jaren bezig geweest met de stap van 10 kilometer naar de halve marathon. Dit jaar heb ik de stap gezet van de halve naar de hele marathon, en dat was hetzelfde beeld: ik moet die extra kilometers bijna één voor één bevechten. Ik heb tijdens de slechtere lange duurlopen ontzettend afgezien, en de marathon zelf was ook een wat ambivalente ervaring. Tsja, dat lijf dat graag eindeloos fietst, loopt niet makkelijk lang hard.
  • Wat ik dit jaar node heb gemist, is het topvormgevoel, het echte pieken, de kick van een wedstrijd doen waarin alles lukt. Dat zijn de allerbeste sportmomenten! In 2014 had ik dat gevoel een aantal keren, nu was het er nooit helemaal. Dat komt vooral door het eerste punt, de blessure, waardoor ik het hele triathlonseizoen lang al blij was als ik pijnvrij finishte (zoals bijvoorbeeld in Triathlon010, de Vrouwentriathlon in Beesd en in Binnenmaas). Ik heb gelukkig wel nog een paar keer aan die echte flow kunnen ruiken, bijvoorbeeld tijdens de laatste kilometers van de halve marathon in het Westland, en ook wel in trainingen. Maar het was een jaar zonder pieken, en dus wat vlak.
  • Dit jaar, vooral de laatste paar maanden, heb ik meer last gekregen van de hormonale disbalans richting de overgang. Daarover een andere keer meer, kort gezegd vind ik het vooral raarder dan ik vooraf had verwacht, dat hormonale gewiebel. En bij vlagen heel vervelend.

Ik sta waar ik wilde staan

Ik citeer mezelf even, van 1 januari:

ik verwacht nog minder fietskilometers. Want even vooruitblikken: ik wil de komende twee maanden de duurlopen uitbreiden naar 30 kilometer, waar alles boven de 21 kilometer onbekend terrein is, dus dat is best spannend. Ondertussen wil bij het zwemmen weer wat meer op duur en snelheid gaan trainen. Vanaf maart volgen de fiets- en triathlonmaanden, met wedstrijden in mei en juni. Daarna wil ik gaan trainen voor mijn eerste marathon, die in september of oktober gaan plaatsvinden. Vervolgens is het uitrusten, de balans opmaken, en plannen gaan maken voor het seizoen erna, dat van de hele triathlon in 2016.

Dat heb ik allemaal bereikt:

  • Ik heb mijn duurlopen uitgebreid, weliswaar eerst maar naar 25 kilometer, maar na de zomer naar de 30. En dat was inderdaad onbekend terrein en dat vind ik sowieso altijd geweldig, grenzen verleggen. Ik kan me nog herinneren dat ik bij de Heinenoordtunnelloop voorbij de 21,1 kwam en wist: zo ver heb ik nog nooit gelopen! De eerste keer 28 ging ook lekker – daarna kwam de klad er een beetje in, maar ik heb toch wel degelijk ook een paar keer 30 km hardgelopen. Geen 42: bij die marathon die er inderdaad kwam, zij het in november, heb ik moeten wandelen. Maar ik heb hem wel volbracht en ik vond het een geweldige belevenis!
  • Ik heb het zwemmen in duur uitgebreid. Ik heb in augustus 3,5 km gezwommen onder zware omstandigheden, en dat was een grote stap onderweg naar de Ironman. Die Beach-to-Beach Challenge was trouwens één van de hoogtepunten van dit jaar. Ook bij zwemmen heb ik de lol van het grenzen verleggen gehad. Sneller ben ik niet geworden. Ook daarin speelt de blessure een rol, ik zwem al maanden met pijn. Ik ben inmiddels wel weer bijna zo snel als twee jaar geleden toen ik mijn PR op de kilometer zwom (20’34), en dat is al heel wat, want ertussenin ben ik langzamer geweest.
  • Dat wedstrijdseizoen was weliswaar een beetje moeizaam, maar ik heb toch, against all odds, de halve triathlon kunnen volbrengen. Ik vind het nog steeds een mirakel! Bovendien was het een heel wijze les op mentaal gebied.
  • Die mindere fietskilometers, ja, klopt, want het was het jaar van investeren in die anderen twee sporten en het werd nog minder dan verwacht door de blessure. Maar toch was het een mooi fietsjaar vanwege het wennen aan de triathlonfiets. Die kwam op 2 januari, dus ik heb er inmiddels een jaar op zitten. En dat was fijn: ik ben moeiteloos aan het aerostuur gewend en ik rijd er heel lekker op, veel lekkerder dan ik had verwacht. Ik ben er bovendien aanzienlijk sneller op dan op mijn oude racefiets. Door het ontbreken van dat echte piekgevoel heb ik voor mijn gevoel nog steeds niet echt op kunnen knallen, dus ik weet nog niet eens wat we samen kunnen als ik op mijn best ben. Ik kijk dus uit naar volgend jaar! Sowieso eigenlijk, want zo weinig fietsen is maar niks.
  • De plannen zijn er, voor volgend jaar, en daarvoor waren de drie punten hiervoor  belangrijke input. Meer over de plannen op nieuwjaarsdag, maar in elk geval: het plan voor de Ironman in 2016 staat nog steeds fier overeind!

Dan tot slot nog wat andere memorabele zaken: ik liep dit jaar twee kleine PR’s, op de 5 kilometer en op de halve marathon, ik heb leren planken (zit inmiddels aan de 4′ maar doe het technisch beter dan toen), ik heb de Wicklow Way gelopen, ik heb veel plezier van mijn Suunto, en ik heb talloze bijzondere, leuke, gezellige en mooie sportmomenten meegemaakt. Daar heb ik op dit weblog regelmatig verslag van gedaan, en ook dat vond ik erg leuk om te doen.

* * *

In mijn dagelijks leven speelt sport een enorme rol. Daar ben ik me in 2015 nog maar eens extra van bewust geworden, toen het een tijdje niet lekker ging. Ik zal in januari eens kijken of ik wat getallen over 2015 uit m’n Movescount kan halen, maar eigenlijk gaat het daar niet om. Die kunnen niet vangen wat sport voor me betekent: betekend heeft in 2015 en zal betekenen in 2016. 

Goeie jaarwisseling gewenst allemaal! En ik eindig met wat dan toch de mooiste foto van het jaar is voor mij: het mirakel en de wijze les:

Finisher-shirt triathlon Bocholt

 

Door |2015-12-30T13:03:51+01:0030 december 2015|Fiets, Loop, Triathlon algemeen, Vrouwensport, Waarom, Zwem|1 Reactie

Een slecht begin is…

Als een goed begin het halve werk is, wat is dan een slecht begin? Vorige week was mijn eerste opbouwweek richting de Ironman op 28 augustus. Nou moet je je daar niet meteen iets heel Groots bij voorstellen; belangrijkste wapenfeit was eigenlijk dat ik voor het eerst sinds de marathon weer eens wat langer zou lopen, 15 km. En vanwege het mooie weer kwam er, ook voor het eerst sinds lang, een stukkie serieus fietsen bij: een rondje op de triathlonfiets.

Maar o, wat ging het allemaal belabberd. Deels had ik dat zelf veroorzaakt door maandag bloed te geven (verslag). Dinsdag heb ik heel rustig gezwommen, dat was okee, en woensdag bodybalance ook. Donderdag wilde ik bij het zwemmen alweer iets meer gas geven, maar dat ging toch nog niet en ik was bovendien wat laat en dus maar kort in het zwembad en technisch zwom ik ook beroerd en m’n bovenrug zit af en toe nogal vast wat mijn schouder belemmert (ik snak naar fysiotherapiebezoek, even een manueel-therapie-kraakje en het is opgelost, dat heb ik sowieso regelmatig nodig – maar ik kan pas in het nieuwe jaar terecht) – en zo werd het eigenlijk helemaal niks.

Dat fietsen vrijdag voelde lekker, heerlijk na al die weken alleen maar op het stadsbarreltje te rijden weer eens een echt lekkere fiets onder de kont. Maar ik schrok van mijn gemiddelde na afloop: 22,5 km/u. Okee, het woei en ik heb bloed gegeven, maar zó sloom???

Zaterdag dan die beoogde 15 kilometer lopen. En dat ging helemaal voor geen meter. Ik raakte enigszins vertwijfeld, maar later begreep ik wel een beetje hoe het kwam. Wat ik had aangezien voor spierpijn in mijn lies bleek iets heftigers te zijn dan dat, onverklaarbaar pijntje, beetje verrekt? Vandaar dat mijn ene been maar niet voor mijn andere wilde. Denk ik/hoop ik. In elk geval: het werden er 14, die kilometers, waarin ik ook heb gewandeld en weer uitkwam boven de 7’/km. Hopelijk een incident.

De vertwijfeling zat hem er trouwens in dat ik me de hele week af en toe ook nogal raar voelde, volgens mij door hormonengewiebel, en soms ben ik wel eens bang dat de overgang me te grazen aan het nemen is. Vandaag kan ik dat weer beter relativeren, maar feit is wel dat ik de afgelopen paar weken op dat vlak heftiger zijn geweest dan voorheen. Mijn oog viel toevallig op mijn blogpost van een dik jaar geleden, en daar moet ik al bijna om lachen: me in de eerste helft van mijn cyclus beter voelen en in de tweede slechter, dat klinkt me nu al héél regelmatig in de oren, het is nog veel grilliger geworden dan toen. 

Nou goed, niet het halve werk dus, maar vandaag, na gister een leuke dag in Thialf bij het NK schaatsen, gewoon weer met nieuwe moed aan een nieuwe week beginnen. Met vooral ook leuke trainingsdingen op het programma: net als vorig jaar de zwemvierdaagse en morgen de jaarlijkse oliebollenloop bij RA, misschien zaterdag de nieuwjaarsloop bij Spirit. Best wel veel, maar ik heb dan ook de hele week vrij – lekker.

Tot slot nog een grappig dingetje. Vrijdag reed er een racefietster voor me op een smal fietspad in de Broekpolder die (nog) langzamer ging dan ik. Ze reed nogal in het midden en zelfs een beetje naar links, dus ik wist niet hoe ik haar moest passeren. ‘Pas op’ roepen – geen reactie. ‘Ga je naar rechts?’ roepen, inmiddels van vlak achter haar – geen reactie. Toen zag ik het pas: ze had oordoppen in. Dat had ik niet verwacht, want ze was met iemand samen. Okee, harder: ‘Oehoe!’ Nóg geen reactie. Daarna heb ik op mijn allerhardst ‘HEEEEEE’ gebruld, en dát hoorde ze. De adrenaline en krachtsinspanning die dat kostte, gaven een grappige hartslagpiek in de verder zo rustige duurtraining:

Piekje in hartslaggrafiek

Door |2015-12-28T11:51:02+01:0028 december 2015|Fiets, Loop, Triathlon algemeen, Vrouwensport|0 Reacties

Mooi hè alles

Mooi he alles

Het is een aloude Loesje-poster waar ik sinds een dikke week steeds mee in mijn hoofd zit. Want wat is het lekker weer en wat zijn de herfstkleuren mooi dit jaar!

Mijn twee fietstrainingen van de afgelopen week stonden helemaal in dat teken, en dat terwijl het in beide gevallen om ‘gewoon’ woon-werk-fietsen ging. Nouja, dat wil bij mij dus zeggen: thuis-opdrachtgever-fietsen. Als dat praktisch haalbaar is, doe ik dat graag.

Vorige week maandag gaf ik ’s middags een training in de buurt van de Zevenhuizer Plas (die ik in augustus ben overgezwommen, maar dat terzijde). Heen rond lunchtijd onder een stralende, warme zon langs de Rotte – heerlijk. Terug was de zon net onder aan het gaan, en dat gaf prachtige, melancholieke kleuren, opnieuw langs de Rotte. Okee, als je dan wat verder om je heen kijkt zie je de flats van Ommoord en dergelijke, maar dichterbij is het toch alleen maar landelijk, en schijnen die laatste zonnestralen op bomen, water, gras en een enkele paardenrug. Geweldig.

Gister fietste ik naar Den Haag. Ik vertrok in de kille mist, en toen ik in Delft even niet oplette, was die zomaar weg. ‘Hallo wereld!’ dacht ik. In Rijswijk zag ik de zon boven de daken uit komen piepen, en eenmaal in het centrum van Den Haag was het stralend zonnig met een kraakblauwe lucht.

Op de terugweg was het bijna meteen donker, maar toen vond ik het simpelweg heerlijk om buiten te zijn, want ik had het binnen de hele dag net iets warm-benauwd gehad. Een uur lang herfstlucht inademen is dan letterlijk een verademing, zeker het laatste stuk, voorbij Delft, toen het rustig werd. Bovendien gaf het me een kick om te merken dat mijn benen beter voelden dan ’s ochtends: er was weliswaar een werkdag overheen gegaan, maar ze waren duidelijk alweer meer hersteld van de lange duurloop van de dag ervoor.

Soms denk ik wel: het is best een boel gedoe, dat ‘zakelijke’ fietsen. Ik sleep kilo’s spullen mee, kan mijn fiets niet fatsoenlijk stallen (bij de Rijksoverheid zelfs niet, dat stelt me nog steeds teleur), sta me in de wc om te kleden, douchen ho maar, en ik kan mijn kleren ook niet uithangen. Het naarste moment van de dag is altijd bij vertrek die nog licht-klamme en muffe spullen weer aantrekken. En dan is het druk, in Den Haag vooral, maar later in Delft opnieuw. En donker dus. En vanwege het omkleden kost het me alles bij elkaar toch een boel extra tijd, ten opzichte van de metro.

Maar toch. Ik doe niets liever. Vanwege die Loesje.

 

 

Door |2015-11-03T13:13:10+01:003 november 2015|Fiets, Waarom|0 Reacties

Dialogen met de niet-sporter

Waargebeurde mini-dialoogjes tussen de sporter en de niet-sporter:

1.

Onze auto staat op de stoep voor de deur, want we zijn hem aan het inladen voor een weekend weg. De buurman komt nieuwsgierig kijken .

Buurman: Waar gaan jullie heen?
Henk: Naar Ieper – ik ga daar zondag een marathon lopen.
Buurman: Een marathon? Is dat ver? Hoe ver is dat dan?

2.

We zijn met de auto op weg, dit keer naar Vlissingen. Onderweg stapt Henk op de Neeltje Jans uit om het resterende gedeelte te gaan lopen, als 30 km duurtraining. In Middelburg heeft hij moeite om de weg te vinden. Hij spreekt een voorbijgangster aan.

Henk: Mevrouw, kunt u mij misschien vertellen hoe ik het beste in Vlissingen kan komen?
Middelburgse vrouw, kijkt eens goed naar Henk: Lopend? U bent hárdlopend? Maar meneer, dat heeft u toch helemaal niet nodig, u bent al zo slank!

3.

Ik (alweer enige tijd geleden): Ik ga de Marmotte fietsen, een prestatietocht van 180 kilometer in de Franse Alpen, over vier cols.
Vriendin: O, en waar slaap je dan onderweg?

Variant (3b):

Henk: Ik heb drie keer de Elfstedentocht geschaatst, 200 kilometer door Friesland.
Buitenlander: O, en hoe regelen ze dan de slaapplaatsen?

 

Door |2015-09-25T13:09:26+02:0025 september 2015|Fiets, Loop|0 Reacties

Foto marathonfietsbegeleiding

Henk vond via Facebook een foto die mijn verhaal van eerder vandaag over de In Flanders Fields marathon fraai illustreert. Hier is manlief (700) onderweg, niet ver meer van de finish, met z’n mede-strijder, diens fietser (beide uit de omgeving van Ieper afkomstig), en ik. Met inmiddels een jasje aan, maar je ziet nog wel dat beide fietsers hetzelfde shirt dragen.

ieperfoto

 

Door |2015-09-15T18:00:58+02:0015 september 2015|Fiets, Loop|0 Reacties

Wat is dat nou voor fietstraining?

Dit is de snelheidsgrafiek die mijn Suunto-horloge heeft gemaakt van mijn fietsritje van afgelopen zondag:

gekkefietstrainingHuh? Grotendeels zo vlak als een streep, met een paar pieken en dalen, vooral aan het eind, en gemiddeld 12,5 km/uur gereden – wa’s da nou?

Nou, dat is meefietsen met manlief tijdens de In Flanders Fields marathon, vanaf Diksmuide op ongeveer 18,5 km tot aan de finish. En je kunt aan de grafiek zien dat hij goed liep: een vlakke lijn, en zelfs aan het eind wellicht ietsiepietsie harder – hij liep voor het eerst een negatieve split, inderdaad in zo’n 12 km/u, en kwam uit op 3u23 (zie ook zijn eigen Movescount).

Die pieken en dalen, die komen doordat de fietsers af en toe even om moeten rijden, bij de bruggen en sluizen vooral (het parcours loopt langs het water), en doordat ik twee keer ben gestopt om foto’s te maken, niet heel succesvol overigens. Maarja, moet-ie ook maar niet zo hard lopen, het was niet scherp te krijgen. Na de finish ging dat beter:

In Flanders Field Marathon 2015

Als je heel goed kijkt, zie je onder de medaille niet Henk staan, maar Chavasse Noel, een Britse soldaat die in de Eerste Wereldoorlog is omgekomen. Want dat is wat deze marathon zo bijzonder maakt: het parcours loopt langs de frontlinie en langs diverse monumenten uit die Grote Oorlog, en de lopers dragen de naam van een gevallene. Henk ervaart dat ook wel zo: hij loopt dan toch een beetje voor de nagedachtenis aan deze Noel.

Vlak voor de finish loopt het parcours dan ook nog onder de Menenpoort door, met de namen van tienduizenden gesneuvelden erop. En de finish is op het plein van Ieper, dat eruit ziet alsof het middeleeuws is, maar geen gebouw is ouder dan uit de jaren twintig – de hele stad was plat immers. We waren nu voor de derde keer in Ieper en ik ben en blijf enorm onder de indruk van dit stukje wereld, waar de oorlog nog zo tastbaar is en zo respectvol wordt herdacht. Ik was zelf op zaterdag nog een uurtje wezen lopen in de stad, en dat voelde bij de Menenpoort en langs de begraafplaatsen bijna indiscreet: joggen door een museum.

Het andere bijzondere aan de marathon is dat elke loper een fietser mee mag nemen – dat kan omdat het een kleinschalige is, met dit keer maar een dikke 700 inschrijvingen. Ik was dus ’s ochtends uit Ieper op de fiets vertrokken, met een aparte Suunto-registratie, in een wat normaler tempo, maar wel met onderweg nog een stop om de Duitse begraafplaats van Langemark te bezoeken. Die was gesloten vanwege renovatie, maar ik kon wel wat zien over de omheining. Ik vond dit een ontroerend beeld: geallieerde poppy’s, neergelegd door een Brits legeronderdeel, bij de vijanden van toen:

In Flanders Field Marathon 2015

Daarna door naar Diksmuide, naar de voet van de IJzertoren, waar ik veel te vroeg was, want ja, geen rust meer in mijn lijf, want ik moest op tijd zijn om ‘mijn’ loper te treffen. Grappig net als vorig jaar, dat moment waarop ik dan ineens zie: hé, allemaal mensen met hetzelfde t-shirt aan als ik! Begeleidende fietsers krijgen namelijk een t-shirt, zodat duidelijk is dat zij mee mogen fietsen.

Rond half 12, had-ie gezegd, altijd spannend, maar hij was keurig op tijd, om 11u29 ongeveer. En hij bleef dus netjes op tijd lopen, in een ietsje uitdunnend groepje met andere 50+-mannen, en nog één andere fietser, ook wel gezellig, grappig om dan ‘die Nederlanders’ te zijn tussen verder alleen maar Vlamingen.

En zo bereikten we voor half twee Ieper, na 42 (Henk) en 50 (ik) kilometer, met de hele tijd vrijwel ideale loop-omstandigheden (om zo langzaam te fietsen was het ietsje fris). Dat was mooi, en het was helemaal mooi omdat vanaf kwart over twee, 4u15 na de start, de hemelsluizen open gingen: het ging toen gieten, gieten, gieten. Niet fijn voor de achterhoede. Maar ‘mijn’ loper was toen zelfs al onder de douche vandaan!

Door |2015-09-15T14:09:30+02:0015 september 2015|Fiets, Loop|0 Reacties

Tampon wordt lippenstift

Ik zag net iets heel frappants. Via @sbonnema op Twitter werd ik geattendeerd op een bericht op Fietsvrouwen.nl over een nieuw fietskledingmerk voor vrouwen. Even nieuwsgierig kijken – mwah, tekst spreekt me niet aan. Ik heb al minstens 10 jaar geen maatje S voor mannen meer hoeven te kopen, en die ‘lippenstift’ in dat kleine zakje-met-rits, gadverdarrie, dat is dus precies het stereotype neerzetten van vrouwen waar ik niet van houd. Waarom zouden mannen geen zakje voor wat kleingeld willen?

Maar toch even doorgeklikt naar de site van de kleding zelf, want het viel me ondertussen wél op dat het geen suf-roze was. En in die (overigens heel belabberd geschreven) tekst helemaal geen lippenstift: dat extra kleine vakje is voor ‘de maandelijkse vlaggetjesweek’: voor een tampon of maandverband dus. En dát spreekt me wel aan. Dat is immers iets waar alle vrouwen mee zitten. 

Niet dat ik daar per se een apart vakje voor nodig heb, onder de repen of boterhammen achterin gaat ook prima, maar het gaat me om de framing. Zet je een sportvrouw neer als iemand met een lippenstift (stereotype) of iemand die wel eens een tampon nodig heeft (alle vrouwen)? En ik vind het ook wel lef om het in je marketing-uitingen te hebben over het taboe menstruatie.

Dus, misschien best een leuk merk, dat Bitter-Sweat. Al vind ik dat met die maten moeilijkdoenerij. Als ik een L nodig heb in plaats van een M denk ik: die kleding valt wel heel klein!

 

 

Door |2015-09-10T10:50:51+02:0010 september 2015|Fiets, Vrouwensport|0 Reacties

Weer eens wat spulletjes

De afgelopen tijd weer wat nieuwe spulletjes gekocht of in gebruik genomen. Vandaag nog een zwikje sportsokken, maar dat is niet zo interessant. Bijzonderder zijn:

1. Een yoga-matje. Heeft alles te maken met ‘project nieuwe vloer’. Tot nu toe deed ik oefeningen (rekken, buikspieren, planken) altijd op een deken en het vloerkleed beneden op de houten vloer. Maar de houten vloer is niet meer, en op de nieuwe vloer ligt stranks geen vloerkleed meer want er zit vloerverwarming in. Bovendien is-ie dan hard, want het wordt een grindvloer (hopelijk heel mooi!). Het werd dus tijd voor een goed matje, in mijn lievelingskleur:

Paars yoga-matje

2. Een open-water-veiligheids-zwemding. Ik weet niet hoe je zoiets noemt, op internet vind ik safer swimmer. Hebben we al een tijdje liggen, heeft Ralph een keer voor ons gekocht ergens. Afgelopen week in gebruik genomen. Omdat het je zichtbaarheid verbetert en je kan er zelfs een beetje op drijven in geval van nood. En dat is wel goed, want dat zwemmen in open water blijft tricky. Er kan bovendien wat in wat droog blijft, sleutels en geld enzo. Het zit om je middel en je merkt er bij het zwemmen niks van:

boei

3. Leeslensjes voor in mijn sportbril. Met mijn lenzen in kon ik met m’n kippige 40+-ogen (in het dagelijks leven varifocus, zeg maar) de kleine getallen op mijn Suunto niet lezen, en dat wil ik wel graag. Tijdens de wedstrijd heb ik in één scherm de drie gegevens die ik gebruik: trapfrequentie, hartslag en afgelegde afstand. Maar die wil ik dan dus wel kunnen lezen, en dat kan nu dankzij Hydrotac inplakleeslensjes (‘stick-on bifocal lenses’). Het was een beetje zoektocht, uiteindelijk ben ik eraan geholpen door mijn eigen Opticien Moerkerken en die heeft ze ook op de goede plek geplakt. Werkt prima: ik kijk er niet tegenaan bij het fietsen, maar kan wél lezen. Ze zijn amper te zien op de foto, maar dat moet natuurlijk ook:

bril

 

Door |2015-08-04T18:02:32+02:004 augustus 2015|Fiets, Triathlon algemeen, Zwem|0 Reacties

Aaah!

Weer een korte update. Dat “aaah!” uit de titel dacht ik vanmiddag toen ik wegfietste bij de chiropractor. Zo lekker voelde de ruimte in mijn heup die ik op dat moment voelde – die bewoog voor het eerst in tijden weer normaal. Met andere woorden: ik heb op dit moment het idee dat de chiropractie-behandeling geholpen heeft. Wat ik vertelde over de symptomen, paste in elk geval allemaal duidelijk in een plaatje van een probleem met m’n S/I-gewricht, en daar ben ik voor behandeld – wat ook nog een hele belevenis was, vond ik, op een tafel die een soort stompen geeft.

Het is nog even afwachten, het zal ook nog wel weer terugvallen, maar ik heb goede hoop dat ik eindelijk de laatste stappen aan het zetten ben op de terugweg van de blessure. Hèhè!

Door |2015-07-24T18:19:39+02:0024 juli 2015|Fiets, Triathlon algemeen|0 Reacties
Ga naar de bovenkant