Jaararchieven: 2015

Zwemvierdaagse (2)

Net als vorig jaar heb ik meegedaan met de Zwemvierdaagse in Zwembad West. Voor € 3,50 kun je daar in de kerstvakantie vier keer zwemmen, tussen 1 en 4 uur, en dan krijg je naderhand steeds nog iets te drinken ook, en vandaag een oliebol en een medaille:

zwemvierdaagse2

Als je goed kijkt, zie je dat-ie anders is van kleur dan die van vorig jaar, want dit was mijn tweede deelname, dus ik kreeg nu een zilveren.

Anders dan vorig jaar was ik dit jaar steeds samen met Nicole, en dat was gezellig! Hier staan we in de kantine onze medailles te showen, lekker charmant met dat natte haar:

Zilveren zwemvierdaagsemedaille

Ook net een beetje anders dan vorig jaar was dat het nu vier dagen achter elkaar waren, en dat het er dus op deze laatste dag van het jaar dus ook op zit. Ondanks dat ik steeds kort en rustig gezwommen heb, voel ik die vier zwemdagen achter elkaar wel. Net als vorig jaar heb ik me helemaal op techniek geconcentreerd, vooral op het stuwen met links (dat is nog steeds niet echt goed, wat dat betreft ben ik in een jaar niet heel veel opgeschoten, mede door de blessure) en dat was wel eens nuttig, want die oefeningen als scullen en hondjesslag* had ik al lang niet meer gedaan. Maar ook best zwaar dus, ondanks dat ik steeds maar ongeveer 40 baantjes zwom. In totaal is dat een vergelijkbaar weektotaal met normaal, maar ik heb dus wel heel anders gezwommen.

De zwemvierdaagse is er ook niet helemaal het evenement naar om eens even een stevige duur- of tempotraining neer te zetten. Met 15 of 25 baantjes haal je de medaille ook. Het evenement heeft iets gezelligs en kneuterigs. Het is ook super-kleinschalig: het was nog rustiger dan vorig jaar. Dat doet wel een beetje vrezen voor de voortzetting ervan. Ik hoop dat het door blijft gaan, want ik vind het alleen al heerlijk dat je tussen kerst en oud&nieuw ergens banen kunt zwemmen. Mijn andere zwembad bijvoorbeeld is helemaal dicht. Lang leve de Zwemvierdaagse!

 

* Die link is naar een pagina van TriExperience, en dat is niet toevallig: daar heb ik die oefeningen geleerd. En kennelijk is dat bijna een handelsmerk – ik werd gisteren herkend als oud-TriExperience-cursist door een andere zwemmer. Die zag mij die oefeningen doen en vroeg of ik die daar had geleerd. Ja dus. Al bijna vier jaar geleden, maar nog steeds supernuttig!

Door |2015-12-31T17:26:54+01:0031 december 2015|Zwem|0 Reacties

Eind goed, al goed

Ik doe vandaag alvast mijn sportjaarterugblik, want morgen wil ik over de zwemvierdaagse schrijven die dan afgelopen is. En die ene dag maakt ook niet echt meer uit voor het algemene beeld van dit jaar, dat ik samenvat als ‘eind goed, al goed’. Daarmee druk ik enerzijds uit dat het geen makkelijk jaar was, en anderzijds dat ik nu toch sta waar ik wilde staan. Die twee kanten werk ik hieronder uit.

Geen makkelijk jaar

2015 was om vier redenen geen makkelijk sportjaar voor mij:

  • In de eerste plaats was er de blessure. Voor het eerst had ik iets vaags en langdurigs dat mijn hele wedstrijdseizoen in de war stuurde. Het begon rond 3 mei en half augustus heb ik mezelf beter verklaard, maar zelfs nu nog kamp ik met wat naweeën. Er wordt ook nog steeds aan gewerkt, zal ik maar zeggen, en ik ben allang blij dat ik weer alles kan. Want dat was tussen mei en half augustus niet het geval, en dat leidde onder andere tot 2 ‘DNF’s’ in het triathlonseizoen, in  Bilzen en in Krimpen. Af en toe was ik ook wel bezorgd dat het niet meer goed zou komen, en dat was misschien nog wel het allermoeilijkste.
  • In de tweede plaats heb ik mezelf niet kunnen verrassen op het gebied van lang lopen. Ik wist al langer dat dat niet makkelijk is voor mijn lijf: ik ben jaren bezig geweest met de stap van 10 kilometer naar de halve marathon. Dit jaar heb ik de stap gezet van de halve naar de hele marathon, en dat was hetzelfde beeld: ik moet die extra kilometers bijna één voor één bevechten. Ik heb tijdens de slechtere lange duurlopen ontzettend afgezien, en de marathon zelf was ook een wat ambivalente ervaring. Tsja, dat lijf dat graag eindeloos fietst, loopt niet makkelijk lang hard.
  • Wat ik dit jaar node heb gemist, is het topvormgevoel, het echte pieken, de kick van een wedstrijd doen waarin alles lukt. Dat zijn de allerbeste sportmomenten! In 2014 had ik dat gevoel een aantal keren, nu was het er nooit helemaal. Dat komt vooral door het eerste punt, de blessure, waardoor ik het hele triathlonseizoen lang al blij was als ik pijnvrij finishte (zoals bijvoorbeeld in Triathlon010, de Vrouwentriathlon in Beesd en in Binnenmaas). Ik heb gelukkig wel nog een paar keer aan die echte flow kunnen ruiken, bijvoorbeeld tijdens de laatste kilometers van de halve marathon in het Westland, en ook wel in trainingen. Maar het was een jaar zonder pieken, en dus wat vlak.
  • Dit jaar, vooral de laatste paar maanden, heb ik meer last gekregen van de hormonale disbalans richting de overgang. Daarover een andere keer meer, kort gezegd vind ik het vooral raarder dan ik vooraf had verwacht, dat hormonale gewiebel. En bij vlagen heel vervelend.

Ik sta waar ik wilde staan

Ik citeer mezelf even, van 1 januari:

ik verwacht nog minder fietskilometers. Want even vooruitblikken: ik wil de komende twee maanden de duurlopen uitbreiden naar 30 kilometer, waar alles boven de 21 kilometer onbekend terrein is, dus dat is best spannend. Ondertussen wil bij het zwemmen weer wat meer op duur en snelheid gaan trainen. Vanaf maart volgen de fiets- en triathlonmaanden, met wedstrijden in mei en juni. Daarna wil ik gaan trainen voor mijn eerste marathon, die in september of oktober gaan plaatsvinden. Vervolgens is het uitrusten, de balans opmaken, en plannen gaan maken voor het seizoen erna, dat van de hele triathlon in 2016.

Dat heb ik allemaal bereikt:

  • Ik heb mijn duurlopen uitgebreid, weliswaar eerst maar naar 25 kilometer, maar na de zomer naar de 30. En dat was inderdaad onbekend terrein en dat vind ik sowieso altijd geweldig, grenzen verleggen. Ik kan me nog herinneren dat ik bij de Heinenoordtunnelloop voorbij de 21,1 kwam en wist: zo ver heb ik nog nooit gelopen! De eerste keer 28 ging ook lekker – daarna kwam de klad er een beetje in, maar ik heb toch wel degelijk ook een paar keer 30 km hardgelopen. Geen 42: bij die marathon die er inderdaad kwam, zij het in november, heb ik moeten wandelen. Maar ik heb hem wel volbracht en ik vond het een geweldige belevenis!
  • Ik heb het zwemmen in duur uitgebreid. Ik heb in augustus 3,5 km gezwommen onder zware omstandigheden, en dat was een grote stap onderweg naar de Ironman. Die Beach-to-Beach Challenge was trouwens één van de hoogtepunten van dit jaar. Ook bij zwemmen heb ik de lol van het grenzen verleggen gehad. Sneller ben ik niet geworden. Ook daarin speelt de blessure een rol, ik zwem al maanden met pijn. Ik ben inmiddels wel weer bijna zo snel als twee jaar geleden toen ik mijn PR op de kilometer zwom (20’34), en dat is al heel wat, want ertussenin ben ik langzamer geweest.
  • Dat wedstrijdseizoen was weliswaar een beetje moeizaam, maar ik heb toch, against all odds, de halve triathlon kunnen volbrengen. Ik vind het nog steeds een mirakel! Bovendien was het een heel wijze les op mentaal gebied.
  • Die mindere fietskilometers, ja, klopt, want het was het jaar van investeren in die anderen twee sporten en het werd nog minder dan verwacht door de blessure. Maar toch was het een mooi fietsjaar vanwege het wennen aan de triathlonfiets. Die kwam op 2 januari, dus ik heb er inmiddels een jaar op zitten. En dat was fijn: ik ben moeiteloos aan het aerostuur gewend en ik rijd er heel lekker op, veel lekkerder dan ik had verwacht. Ik ben er bovendien aanzienlijk sneller op dan op mijn oude racefiets. Door het ontbreken van dat echte piekgevoel heb ik voor mijn gevoel nog steeds niet echt op kunnen knallen, dus ik weet nog niet eens wat we samen kunnen als ik op mijn best ben. Ik kijk dus uit naar volgend jaar! Sowieso eigenlijk, want zo weinig fietsen is maar niks.
  • De plannen zijn er, voor volgend jaar, en daarvoor waren de drie punten hiervoor  belangrijke input. Meer over de plannen op nieuwjaarsdag, maar in elk geval: het plan voor de Ironman in 2016 staat nog steeds fier overeind!

Dan tot slot nog wat andere memorabele zaken: ik liep dit jaar twee kleine PR’s, op de 5 kilometer en op de halve marathon, ik heb leren planken (zit inmiddels aan de 4′ maar doe het technisch beter dan toen), ik heb de Wicklow Way gelopen, ik heb veel plezier van mijn Suunto, en ik heb talloze bijzondere, leuke, gezellige en mooie sportmomenten meegemaakt. Daar heb ik op dit weblog regelmatig verslag van gedaan, en ook dat vond ik erg leuk om te doen.

* * *

In mijn dagelijks leven speelt sport een enorme rol. Daar ben ik me in 2015 nog maar eens extra van bewust geworden, toen het een tijdje niet lekker ging. Ik zal in januari eens kijken of ik wat getallen over 2015 uit m’n Movescount kan halen, maar eigenlijk gaat het daar niet om. Die kunnen niet vangen wat sport voor me betekent: betekend heeft in 2015 en zal betekenen in 2016. 

Goeie jaarwisseling gewenst allemaal! En ik eindig met wat dan toch de mooiste foto van het jaar is voor mij: het mirakel en de wijze les:

Finisher-shirt triathlon Bocholt

 

Door |2015-12-30T13:03:51+01:0030 december 2015|Fiets, Loop, Triathlon algemeen, Vrouwensport, Waarom, Zwem|1 Reactie

Een slecht begin is…

Als een goed begin het halve werk is, wat is dan een slecht begin? Vorige week was mijn eerste opbouwweek richting de Ironman op 28 augustus. Nou moet je je daar niet meteen iets heel Groots bij voorstellen; belangrijkste wapenfeit was eigenlijk dat ik voor het eerst sinds de marathon weer eens wat langer zou lopen, 15 km. En vanwege het mooie weer kwam er, ook voor het eerst sinds lang, een stukkie serieus fietsen bij: een rondje op de triathlonfiets.

Maar o, wat ging het allemaal belabberd. Deels had ik dat zelf veroorzaakt door maandag bloed te geven (verslag). Dinsdag heb ik heel rustig gezwommen, dat was okee, en woensdag bodybalance ook. Donderdag wilde ik bij het zwemmen alweer iets meer gas geven, maar dat ging toch nog niet en ik was bovendien wat laat en dus maar kort in het zwembad en technisch zwom ik ook beroerd en m’n bovenrug zit af en toe nogal vast wat mijn schouder belemmert (ik snak naar fysiotherapiebezoek, even een manueel-therapie-kraakje en het is opgelost, dat heb ik sowieso regelmatig nodig – maar ik kan pas in het nieuwe jaar terecht) – en zo werd het eigenlijk helemaal niks.

Dat fietsen vrijdag voelde lekker, heerlijk na al die weken alleen maar op het stadsbarreltje te rijden weer eens een echt lekkere fiets onder de kont. Maar ik schrok van mijn gemiddelde na afloop: 22,5 km/u. Okee, het woei en ik heb bloed gegeven, maar zó sloom???

Zaterdag dan die beoogde 15 kilometer lopen. En dat ging helemaal voor geen meter. Ik raakte enigszins vertwijfeld, maar later begreep ik wel een beetje hoe het kwam. Wat ik had aangezien voor spierpijn in mijn lies bleek iets heftigers te zijn dan dat, onverklaarbaar pijntje, beetje verrekt? Vandaar dat mijn ene been maar niet voor mijn andere wilde. Denk ik/hoop ik. In elk geval: het werden er 14, die kilometers, waarin ik ook heb gewandeld en weer uitkwam boven de 7’/km. Hopelijk een incident.

De vertwijfeling zat hem er trouwens in dat ik me de hele week af en toe ook nogal raar voelde, volgens mij door hormonengewiebel, en soms ben ik wel eens bang dat de overgang me te grazen aan het nemen is. Vandaag kan ik dat weer beter relativeren, maar feit is wel dat ik de afgelopen paar weken op dat vlak heftiger zijn geweest dan voorheen. Mijn oog viel toevallig op mijn blogpost van een dik jaar geleden, en daar moet ik al bijna om lachen: me in de eerste helft van mijn cyclus beter voelen en in de tweede slechter, dat klinkt me nu al héél regelmatig in de oren, het is nog veel grilliger geworden dan toen. 

Nou goed, niet het halve werk dus, maar vandaag, na gister een leuke dag in Thialf bij het NK schaatsen, gewoon weer met nieuwe moed aan een nieuwe week beginnen. Met vooral ook leuke trainingsdingen op het programma: net als vorig jaar de zwemvierdaagse en morgen de jaarlijkse oliebollenloop bij RA, misschien zaterdag de nieuwjaarsloop bij Spirit. Best wel veel, maar ik heb dan ook de hele week vrij – lekker.

Tot slot nog een grappig dingetje. Vrijdag reed er een racefietster voor me op een smal fietspad in de Broekpolder die (nog) langzamer ging dan ik. Ze reed nogal in het midden en zelfs een beetje naar links, dus ik wist niet hoe ik haar moest passeren. ‘Pas op’ roepen – geen reactie. ‘Ga je naar rechts?’ roepen, inmiddels van vlak achter haar – geen reactie. Toen zag ik het pas: ze had oordoppen in. Dat had ik niet verwacht, want ze was met iemand samen. Okee, harder: ‘Oehoe!’ Nóg geen reactie. Daarna heb ik op mijn allerhardst ‘HEEEEEE’ gebruld, en dát hoorde ze. De adrenaline en krachtsinspanning die dat kostte, gaven een grappige hartslagpiek in de verder zo rustige duurtraining:

Piekje in hartslaggrafiek

Door |2015-12-28T11:51:02+01:0028 december 2015|Fiets, Loop, Triathlon algemeen, Vrouwensport|0 Reacties

Lopen met een pelikaan

Ik had voor gisteren of vandaag een blogpost in gedachten waarin ik zou aankondigen dat ik vanaf nu weer ga opbouwen: de vijf ‘overgangsweken‘ zitten erop en ik ga weer wat gestructureerder trainen. Maar mijn eerste loopje gisteren was dusdanig sloom dat ‘opbouwen’ nogal pretentieus klinkt.

Dat zit zo: het kwam praktisch het handigste uit als ik lopend naar de bloedbank zou gaan. Ik was speciaal voor de 21e opgeroepen, ze leggen een voorraadje aan voor de feestdagen. Zo gezegd, zo gedaan. Heen was ik gewoon sloom, wat stijfjes, misschien van een heel weekend niet sporten (een zeldzaamheid!). Bovendien had ik de wind tegen. Mijn twee als snel bedoelde kilometers waren daardoor heel traag – oef.

Op de terugweg had ik de wind mee, maar een heleboel stoplichten tegen. Bovendien had ik natuurlijk net bloed gegeven, en liep ik bewust superrustig. Maar ik had ook nog eens een pelikaan onder mijn arm! Het bleek gisteren namelijk mijn zestigste donatie te zijn, en dus mocht ik een cadeautje uitzoeken. De knuffelpelikanen vond ik al langer erg schattig, als ik het me goed herinner was ik tien donaties geleden teleurgesteld dat ze er tijdelijk niet waren (ofzoiets). Dus ik wist wel wat ik wilde, ook al moest ik hem dan 6 kilometer lang onder een arm dragen.

We zijn prima thuisgekomen. Gelukkig zat de pelikaan in plastic ingepakt, want het regende nogal. Dit is ‘m:

Knuffelpelikaan

Zo werd het dus een loopje van al met al meer dan 7’/km gemiddeld, supersloom. En dan zat er ook nog een lange pauze in. Toch: de opbouw-kop is eraf!

En oja, bloed geven en veel sporten gaat dus prima samen. Ik merk het een paar dagen, dan ben ik wat kortademiger dan normaal, maar dat geeft nu helemaal niet. Vlak voor een wedstrijd zou ik het alleen niet doen. Ik was vlak voor de marathon opgeroepen, en dan stel ik een donatie rustig uit. Na een verblijf in Turkije moet je bovendien vier weken wachten. Gister dan toch, ik ben blij dat ik op deze manier een beetje gezondheid door kan geven.

Door |2015-12-22T12:43:03+01:0022 december 2015|Loop|2 Reacties

Het compressiekousen-experiment, deel 2

Vorige week postte ik over mijn eerste ervaringen met Stox compressiekousen. Hier het vervolg van het experiment. Nog steeds met veel dank voor het mogen uitproberen! Wel ben ik bang dat mijn nieuwe resultaten niet heel positief zijn.

Zoals gezegd heb ik de afgelopen dagen geëxperimenteerd met het dragen van één sok, om te kijken of ik verschil merk. Ik ben dinsdagavond na het trainen begonnen met het dragen van alleen de linker, ik heb hem woensdag en donderdag overdag aangehad, gisteravond heb ik ermee getraind en daarna heb ik hem nog twee uur aan gehad. Daarna moest hij echt wel in de was, en bovendien moest ik hem op tijd uit om niet door middel van de moeten in het vel van mijn been meteen te verraden om welk van de twee ik hem had gedragen. Ik wilde masseur Marcel namelijk vandaag laten bepalen of hij verschil merkte tussen mijn kuiten zonder dat hij wist welk been de kous had gedragen. 

Sok in sopje

Dus ook een handwasje met maar één sok

Bij die twee trainingen van deze week hebben mijn kuiten het pittig te verduren gehad, want we liepen beide keren bij de club stevige tempo’s en dat ging goed. Na al die duurlopen van de afgelopen maanden vind ik het lekker om weer eens wat meer te knallen. Bovendien had ik op die dagen ook nog gezwommen (heel rustig, beetje last van pols), op de stadsfiets gereden en nogal wat ‘gedreuteld’ (beetje staan, beetje lopen) tijdens het geven van een training van een hele dag gister. Én gisterochtend een half uur gehangen in de metro naar Den Haag, tsjonge, die had ik niet eerder zo druk gezien.

Net als de vorige keer vond ik de sok lekker zitten. De extra warmte rond mijn onderbeen was ook lekker, zelfs gister, op de warmste 17 december ooit: het is een aangename, niet-broeierige warmte.

Ik merkte verder niet veel verschil, behalve dan dat ik vond dat mijn linkerbeen aan de onderkant gister net aan het begin van het hardlopen iets strammer was aan dan het rechter. Ik kwam sowieso vrij moeizaam op gang, want ik had een stevige werkdag achter de rug na een slechte nacht, en ik had welgeteld 12 minuten thuis gehad om te eten, te drinken en me om te kleden tussen thuiskomst van de werkdag in Den Haag en vertrek naar de club. De eerste paar kilometers zijn dan nogal schakelen voor mijn hele lijf, en het leek erop dat de linker achillespees en omgeving het daar moeilijker mee hadden dan rechts.

Verder weer niet veel verschil, dus ik was benieuwd wat masseur Marcel zou voelen. Nou, dat loog er niet om: zijn eerste indruk was dat mijn linkerkuit ‘knoperiger’ was dan de rechter, en die indruk werd daarna bevestigd: links was over een groter gedeelte harder dan rechts, en ook harder dan normaal bij mij. Vooral ter hoogte van de bovenrand van de kous was m’n kuitspier aardig volgelopen. En dat heb ik anders niet – wat ik vorige week al zei: mijn kuiten doen het eigenlijk altijd probleemloos. Nouja, niet dat ik er nu door gehinderd werd, dat niet, maar toch.

Frappant, hoor. Net waar de grootste klont zit, zit ook de ergste moet in mijn vel, dus ik blijf erbij dat de sok rond mijn kuit te strak zit. Vandaar dat ik nog steeds een deel 3 van dit experiment voorzie: als manlief ook een paar heeft gekregen. Kijken of een mannenmodel beter zit.

En verder besef ik natuurlijk maar al te goed dat zo’n waarneming van 1 niet zo veel zegt, beslist geen betrouwbaar onderzoeksresultaat is. Op het triathlonforum is in mijn onderwerp over compressiekousen inmiddels een lange reactie gekomen van iemand van Herzog kousen, met verwijzing naar onderzoek waaruit de effectiviteit van compressiekousen zou blijken. Ik vond inderdaad een artikel, maar overtuigend vind ik dat niet: het ging om proefpersonen met kuitklachten (heb ik niet), en daarbij waren uiteindelijk 13 gebruikers neutraal of ontevreden, tegen 15 tevreden.* Hmm. Er melden mensen zelfs verslechtering van hun klachten. En ja, ook verbetering.  

Zou het niet zo zijn dat de juiste conclusie is sommige mensen baat hebben bij compressiekousen en andere niet? Daarom ben ik nog steeds heel blij dat ik ermee heb kunnen experimenteren! En wordt dus ook nog vervolgd.

 

* En als de wetenschapper in mij dan ook nog even door mag drammen over dat onderzoek: en er was geen controlegroep en ik zie ook niet waar het artikel is gepubliceerd, dus mogelijk is het onderzoek niet gereviewd en is er ook niet kritisch gekeken naar de onafhankelijkheid van de onderzoekers. En waar zijn de bronvermeldingen, of doen ze dit soort onderzoek in een theoretisch vacuüm? Ik ben op dat soort dingen weer extra scherp omdat ik net in Leiden een methodologievak geef, het ‘halve vak’ waarvoor ik daar al jaren als freelance docent wordt ingehuurd, erg leuk altijd. Daarin leren studenten kritisch naar onderzoek te kijken, en dan gaat het om dit soort dingen die maken dat je conclusies niet klakkeloos aan moet nemen.

Door |2015-12-18T17:41:05+01:0018 december 2015|Loop|0 Reacties

Het compressiekousen-experiment, deel 1

Een tijdje geleden werd ik benaderd door mensen van Stox compressiekousen: of ik een paar wilde proberen in ruil voor aandacht op mijn weblog. Hartstikke aardig vond ik dat, en ik wilde dat wel. Belofte maakt schuld, dus hier mijn eerste stukje; er volgt meer.

Ik had nooit eerder compressiesokken gedragen, deels omdat ik uit onafhankelijke bron had vernomen dat het effect ervan zich beperkt tot een klein beetje beter herstellen, mijn kuiten eerder mijn sterkste dan de zwakste schakel zijn (leuk als ze sneller herstellen, maar als de rest niet ook versnelt heb ik daar niet zo veel aan), en ook wel omdat ik nooit zo houd van heel strakke dingen om mijn benen. Laarzen, panties, vroeger maillots – brrr. Dus ik was enigszins sceptisch.

Nou, over dat laatste: de compressiesokken zitten erg lekker. Het is een aangenaam stevig en warm gevoel om mijn benen, zowel in het dagelijkse leven als bij het hardlopen (waar ze overigens eigenlijk niet voor zijn; het zijn recovery socks). Het voelt ook dynamisch: het is bijna alsof ik mijn bloed extra kan voelen stromen, zeg maar. Ik heb geen idee of ik daar harder van ga lopen of sneller van herstellen, maar een lekker gevoel is sowieso prettig.

Wel vraag ik me af of ze niet te strak zitten bij mijn kuiten. Ik voel ze namelijk daar, en ook een beetje om mijn voorvoet, strakker zitten dan rond hiel en enkels. Ik heb daar geen last van, maar ik neem aan dat ze dan niet optimaal werken (áls ze dat al doen).

Nou weet ik dat mijn voorvoet én mijn kuiten breder en dikker zijn dan normaal. Weliswaar zijn mijn kuiten niet zo dik als op onderstaande foto lijkt (da’s een perspectiefkwestie: het is een selfie), maar ze zijn toch wel echt dikker dan gemiddeld bij een vrouw met schoenmaat 41 (allemaal spier 😉 ). Toen ik de maat bepaalde, viel me al op dat je bij die schoenmaat sowieso op damesmaat L uitkomt, ongeacht je kuitomvang, en toen dacht ik al: als dat maar goed gaat met mijn kuiten.

Compressiesokken

Compressiekousen-selfie

Ik heb die twijfel nog even in de groep van het Triathlonforum gegooid, en ik blijf denken: ze zitten te strak rond mijn kuiten. Nu is manlief inmiddels ook in beeld van Stox, en als hij een paar krijgt, kan ik die wellicht ook eens proberen. Het mannenmodel zit ongetwijfeld om de kuiten wat ruimer. (Vergelijk: vanwege die brede voorvoet draag ik ook een mannenmodel hardloopschoenen.)

Ik ga het experiment ook op een andere manier nog vervolgen: volgende week ga ik één sok dragen, en kijken of ik dan verschil merk. Bovendien ga ik dan masseur Marcel laten raden welk been het was. Die vond net namelijk dat mijn kuiten bonkeriger voelden dan normaal, en dat terwijl ik niet bijzonder veel gedaan heb. Kan toeval zijn, maar ook dit vraagt om een voortzetting van het experiment!

 

 

Door |2015-12-11T17:38:30+01:0011 december 2015|Loop, Triathlon algemeen|0 Reacties

Dubbele overgang

De periode tussen een belangrijke wedstrijd en een nieuwe trainingsperiode heet in de trainingsleer wel een overgangsperiode. Daar zit ik nu in. Het betekent dat uitrusten met hoofd en lichaam prioriteit nummer 1 is, en dat er dus op gebied van sporten niets moet maar dat wel alles mag, zolang het die eerste prioriteit maar niet in de weg staat. Andere sporten bijvoorbeeld, of eens wat overslaan, of meer voor de gezelligheid, of prioriteit geven aan andere dingen. Het mag ongestructureerd.

Nou, lekker hoor! De eerste week na de marathon heb ik alleen maar door Istanbul gewandeld. Eenmaal thuis pikte ik de draad weer op, maar die eerste week nog niet zo enthousiast. De combinatie van nat en grauw novemberweer, een pittige werkweek, een paar keer slecht slapen en de post-Parijse-aanslagen-stemming viel me rauw op het dak. Ik heb wel wat gezwommen, gefietst en gebodybalancet, op een zacht pitje. Na het wandelen naar Nijmegen klaarde ik weer wat op.

Vorige week was dus al lekkerder, al merkte ik wel dat de druk echt even van de ketel is: voor het eerst in ik-weet-niet-meer-hoe-lang heb ik woensdagavond toen iets te veel gedronken. ’s Nachts last van gehad en zelfs de volgende ochtend even. Nouja, ook dat mag best wel eens een enkele keer. En het was gezellig, zal ik maar zeggen. Op dinsdagavond gaf ik nog prioriteit aan iets anders, namelijk een bijeenkomst van mijn vakbond, maar donderdag ben ik weer wezen lopen bij de club. Nouja, ik ben wezen lopend-ouwehoeren-bij-de-club. Bovendien was het een extreme stadsfietsweek, ik had nogal het heen-en-weer en kwam uit op meer dan 6 uur fietsen!

Zondag zou ik gaan zwemmen, maar ik twijfelde een beetje, want ik was iets moe en zou het zwembad weer zo druk zijn als de vorige keer op zondag? Maar ik had wel beweeg-zin. Halverwege realiseerde ik me echter dat ik mijn portemonnee vergeten was. Soms beslist de voorzienigheid: rustdag.

En  misschien was dat een kantelpunt, want ik heb nu drie dagen op rij weer echt lekker gesport en sinds maandag heb ik steeds zin om er weer tegenaan te gaan: maandag bij bodybalance, gister bij het lopen, vandaag bij het zwemmen. Ik was gister verrast hoe hoog mijn hartslag opliep bij het lopen, kennelijk ben ik inmiddels ook echt goed uitgerust.

Nouja, aangenaam rommelig, zo gaat dat dus, zo’n overgangsperiode. Wat een hilarische term is voor een vrouw van mijn leeftijd. Ik vertelde donderdag aan trainer Aad dat ik het rustig aan zou doen met lopen. ‘Ah,’ zei hij, ‘Je zit in de overgang’. Hij grijnsde erbij, en manlief zei er meteen achteraan: ‘Ja, dat weten we nou wel!’

Door |2015-12-09T18:12:24+01:009 december 2015|Triathlon algemeen, Vrouwensport|0 Reacties

Straffe Hendrik doet een Tripel

Zoals ik hier al eerder verteld heb, heeft manlief afgelopen herfst binnen negen weken drie marathons gelopen. Hij heeft over deze Tripel nu een fraai verhaal geschreven http://henkvermaas.blogspot.nl/2015/11/tripel.html Respect, hoor! En ik ben ook wel een beetje trots… Het looptalent is ietsje ongelijk verdeeld bij ons thuis, zal ik maar zeggen. Alhoewel, het kan nog veel schever natuurlijk, want ik loop ook. Maar de manier waarop hij marathons uit z’n mouw schudt, daar kan ik nevernooitniet aan tippen. Wel leuk om ze vanaf de zijlijn mee te maken – daar gaat het in zijn blogpost ook over!

Door |2015-12-01T17:16:40+01:001 december 2015|Loop|0 Reacties

Lieve rechtervoet,

Ik wil je bedanken voor je trouwe dienst, inclusief de verrassing van zaterdag, en mijn excuses aanbieden voor wat ik je vorige week heb aangedaan.

Je vond het lopen van een marathon en al het trainen dat eraan voorafging prima. Net zoals je al jaren zonder mekkeren doet wat ik je vraag, of het nu wandelen is of hardlopen. Het wandelen, nouja, slenteren, door Istanbul vond je wel wat te veel van het goede, en dat liet je anderhalve week geleden duidelijk merken met pijn aan je bovenkant. Ik kon pas thuis aandacht aan je geven, bijvoorbeeld in de vorm van een lekker koelelement voor extra doorbloeding, en toen knapte je gelukkig snel op. Vorige week woensdag was je alweer de oude.

Nette schoenenMaar toen kwam donderdag. Ik had een lange werkdag met in totaal zes loopkilometers tussen de stations en mijn twee bestemmingen. Ik had nette schoenen aan waar jij het goed in kunt vinden (zie plaatje; ze moeten wel comfortabel zijn want ik loop en sta soms heel wat af op een werkdag), maar ik had ook nog een zware werktas op mijn schouders. En aan het eind van de dag moest je ook nog drie uur non-stop staan en dreutelen, want ik trainde toen een grote groep. Ai, dat was opnieuw te veel voor je, nu deed je onderkant pijn. Ik kon mezelf wel voor mijn kop slaan: had ik maar een taxi genomen! Maarja, dat is ook weer zo wat, en de buitenlucht tussendoor was wel fijn.

Vrijdag zeurde je nog steeds. Ik twijfelde of ik je zaterdag wel aan mocht doen. Toen zou ik immers gaan wandelen, de volgende etappe van mijn meerjarenproject Grote Rivierenpad: lopen van huis naar Kleve, samen met vriendin Beatrijs. Ik had daar veel zin in,  zeker toen er voor de zaterdagmiddag zon werd voorspeld, zowaar, in deze sombere, grijze, natte, winderige tijd. Maar kon jij dat wel aan? We spraken af dat ik een bus op zou zoeken als jij het niet meer trok.

Eerst vond je het ook niet zo fijn, dat gewandel. Maar net toen ik dacht: hmm, gaat dit wel goed, voelde ik je niet meer tegensputteren. Het voelde ook niet alsof ik je volledig de mond had gesnoerd. Nee, het voelde alsof het beter met je ging. En dat bevestigde je ’s avonds en de volgende ochtend: je voelde je weer helemaal prima. Wat een verrassing: van het wandelen, nu natuurlijk op goede schoenen, was je beter geworden in plaats van slechter!  

En zo kon ik lekker wandelen, kan ik deze week het hardlopen wel weer gaan oppakken, en gaan we samen nog weer vele kilometers maken. Dank je wel daarvoor! Laten we afspreken dat je het tijdig meldt als het je niet bevalt. Dan zal ik naar je luisteren – een taxi kan echt wel!

Liefs,

Louise

GPS van wandeling richting Nijmegen

Onze route van zaterdag, al vergat ik de eerste 2 km te klokken (vanaf station Zetten-Andelst). Het uitzicht over de Waal was prachtig!

 

Door |2015-11-30T17:22:49+01:0030 november 2015|Loop|1 Reactie

Het marathonverhaal deel 3: erna

We waren nog tot vrijdag in Istanbul, en daar hebben we van genoten, ondanks de ontzettend zere benen. Ik was er eerder geweest, en de stad hield zich prima bij deze hernieuwde kennismaking.

Maar man-o-man, wat een spierpijn En sinds die een beetje wegtrekt, donderdag, heb ik last van een zere voet, want daarvoor was al het dreutelen, slenteren en wandelen door de stad, bovenop die 42 km, toch iets te veel kennelijk. Want gewandeld hebben we veel, daar is het de stad wel naar, we doen dat bovendien altijd, en nu diende het ook een hersteldoel: die moeie, zere benen een beetje in beweging houden. 

Wat daarnaast wel fijn was, was dat Istanbul allerlei soorten openbaar vervoer heeft. We gebruikten er zeven: gewone bus, snelbus (metrobus), tram, metro, veerboot en twee soorten kabelbaan, door een tunnel en door de lucht:

Tünel-kabelbaanKabelbaan Eyüp

Vooral die kabelbanen scheelden ook nogal wat hoogtemeters met de moeie benen die zeker niet wilden afdalen! Regelmatig kwamen we terug langs stukjes parcours, zoals bij de rondvaart op de Bosporus, daar was de brug weer, nu weer alleen maar toegankelijk voor auto’s, wat hij 364 dagen per jaar is:

Bosporus met brug
En we moesten voor ons herstel natuurlijk ook goed eten en drinken, iets wat in Istanbul ook wel lukt, bijvoorbeeld met thee en taart in een hotel waar Agatha Christie ook nog geweest is (let op: Henk draagt het marathon-t-shirt):

Henk en ik aan thee en taart
Of met een spulletje van gefermenteerde bulgur, barstensvol met vitaminen en gek maar lekker, in een tentje in een achterafstraatje waar niet veel toeristen komen (daar zijn we sowieso deze dagen bijzonder goed in geslaagd, in wegkomen van de toeristenmenigtes):

Ik met dat drankje in grappig tentje

Of met bier uit een pul, dat dan weer wel in een toeristenrestaurant:

Ik met pul
En zo was het ook gewoon een lekker relaxte vakantie, veel gezien en gedaan, en zelfs een beetje bruin geworden, want de zon scheen bijna de hele tijd. De terugweg was ook een stuk makkelijker: alles ging vlot, en we vlogen dit keer op Rotterdam en dan zijn we in een kwartiertje lopen thuis.

En nu – nou, voorlopig even lekker rustig aan! Voet moet nog verder herstellen, ik heb wel zin in een beetje zwemmen en bodybalance enzo, en als het weer een beetje meezit in een stukkie fietsen. Maar oef, hier is het wel echt november nu, hè? Da’s even slikken!
 

Door |2015-11-21T11:32:15+01:0021 november 2015|Loop|0 Reacties
Ga naar de bovenkant