Maandarchieven: september 2024

Brrrriathlon

Toen ik vrijdag m’n gebruikelijke pre-wedstrijd-yoga deed (relaxed en grondig rekken), was het wel heel slecht weer: koud, nat, stormachtig. ‘Waar beginnen we aan, met morgen nog triathlonnen?’ dacht ik. Ik voelde weliswaar ook wat melancholie in de aanloop naar de laatste wedstrijd van het seizoen, maar meer nog een verlangen naar een periode met toegeven aan die behoefte aan rust en inkeer waar ik eerder die dag over had geschreven.

We leefden sowieso tussen hoop en vrees qua weer. Het weerbericht ging op en neer, en als het neer ging, vergeleek ik al eens met de heroische triathlon in Alphen in 2018 – erger zou het toch niet worden hopelijk, en dan zou ik het aankunnen, want toen ging dat ook goed. Onderweg naar Zierikzee gister –  met voor het eerst de fietsen op de nieuwe auto:

– hetzelfde verhaal: het ene moment kletterde de regen tegen de autoruiten bij 10 graden, het andere moment scheen er een felle zon. Bij het gereed maken bleven we zo lang mogelijk dichtbij de auto, en zo konden we even schuilen bij de volgende bui (het is een compacte triathlon, dus van de parkeerplaats ben je zó bij de wisselzone). Het is een stukje lopen naar de start, en alleen al daarvoor was een wetsuit nodig om warm te blijven. Maar op andere momenten was het echt lekker in het zonnetje, en ik twijfelde dus ook nog over mijn kleding.

Het water in was een beetje schok: oeps, een stuk kouder dan woensdag! 15 graden, hoorde ik iemand zeggen. Maar nog goed te doen. Het ging lekker maar er lag nogal wat rommel in het water, herfstbladeren enzo, en het was druk. Het verraste me om al halverwege zwemmers van de startserie ervoor in te halen, herkenbaar aan een blauwe badmuts. Die waren vijf minuten eerder gestart en die serie heette de ‘snelle serie’ – ?? Er zwommen er later nog best veel in de weg.

Uit mijn ooghoeken kon ik, net als vorig jaar, genieten van het prachtige parcours in de historische haven van Zierikzee. Het werd nog beter toen ik mijn tijd zag:  met 19’50 voor het eerst op een kwart triathlon onder de 20 minuten! Dat verraste me – zo snel voelde het niet, en ik had een paar weken geleden nog bijna 23 minuten gedaan over een kilometer. Waar komt die snelheid ineens vandaan? Nou is afstand meten in open water altijd onnauwkeurig, maar als ik vergelijk met anderen zat het niet veel van de kilometer af. Tsjonge! Binnenkort maar eens in het zwembad uitzoeken hoe het echt zit.

Door de kou was ik wel ietsje dizzy en dat speelde me in de eerste wissel parten. Hier ben ik onderweg:

Dat wisselen en ik, urgh… Het ging weer bepaald niet vlot. Ik was zelf dus wat ongecoördineerd, zat te hannesen met wetsuit uit en – toch maar – warm shirt aan, en toen zat ook nog eens m’n fiets klem achter een extra balk onder de rekken…

Zelfs bij het opstappen was ik nog enigszins shaky, en de start van het fietsparcours is lastig, met natte kasseien en klinkers. Wel – opnieuw – prachtig, onder een historische poort door. Eenmaal op weg ging het okee.

Althans… eigenlijk weet ik niet zo goed hoe ik m’n fietsprestatie moet evalueren. 31,7 km/u en 207 Watt gemiddeld is voor mij eigenlijk niks bijzonders. Ik reed twee jaar geleden op mijn vorige kwart harder en ik zou nu beter in fietsvorm moeten zijn. Nou was het een vrij technisch parcours en ik heb voorzichtig gedaan, ook in de blubber. Bovendien is dat shirt weinig aerodynamisch en had ik last van de kou op mijn bovenbenen, althans, dat denk ik, want die gingen in de eerste ronde pijn doen op een manier die ik niet ken van alleen maar inspanning. Beetje voorzichtig mee gedaan, ook met het oog op het lopen. In de tweede ronde ging dat beter, maar toen kwamen er twee buien over, met flink wat wind en pinnige regen. Ondertussen zag ik heel veel andere deelnemers met lekke banden – nooit eerder zo veel gezien.

Ik had wel weer de gebruikelijke lol van veel anderen kunnen inhalen. Én ook dit was een prachtparcours, vernieuwd ten opzichte van vorig jaar, met een stuk buitendijks langs de Oosterschelde – daar maak je mij echt gelukkig mee.

Tweede wissel ging okee. Ondertussen was het weer aan het verbeteren, dus ik besloot alleen in triathlonpakje verder te gaan.

Het duurde tot halverwege voordat mijn tenen weer helemaal warm waren, maar het was ondertussen eigenlijk gewoon hartstikke lekker weer geworden, perfect hardloopweer, met veel zuurstof in de lucht. En opnieuw een fraai parcours.

Lopen is altijd een beetje afwachten bij mij, maar het ging goed. Ik heb ongeveer net zo hard gelopen als vorige week op een losse (maar wel erg drukke en warme) vijf, net onder de 6’/km, daar had ik niet op durven hopen, met maar drie weken opbouwen na maanden alleen onderhoud. Ik had me kennelijk voldoende gespaard bij het fietsen, en dat is ook wel eens anders. Vanaf anderhalve ronde voor het einde hielp het dat ik langzaam-maar-zeker manlief ging inhalen, die op een ronde achterstand van me liep. Hem inhalen bij het lopen, dat is mij nog nooit gelukt, maar er is geen reden om al te triomfantelijk te zijn, want hij is eind augustus door zijn rug gegaan en dat gaat nog steeds niet heel lekker. Maar het hielp dus wel bij het tempo houden.

Ik finishte in 2:42:46 en dat bleek later goed te zijn voor de 8e plek van 26 vrouwen overall, en de 2e bij de 50+’ers. Niet verkeerd! Er waren geen medailles, maar wel snoepgoed en een mok. Zierikzee blijft een leuke triathlon: goed georganiseerd en op een werkelijk schitterend parcours. En dan ook nog zo veel leuke foto’s – dank aan de organisatie en aan fotografen Rinus van der Klooster en Gino Dhanis (de wissel-foto van hierboven).

Ik ging tevreden naar huis. Ik was blij dat alles goed was gegaan. Ik vond het leuk om eindelijk weer eens een langere afstand dan een 1/8e te doen, en dan ook nog echt als triathlon en niet als verkapte oefen-tijdrit. Ook al was het zwemmen een beetje brr en het fietsen soms ook, alles bij elkaar was het toch goed te doen geweest. Het blijft toch echt leuk, deze vorm van buitenspelen voor volwassenen. Ik kreeg zin in meer!

Ineens was dat gevoel van ‘fijn dat het rustigere seizoen begint’ dus ver weg. Vandaag ook nog. Ik heb van die aangenaam moeie benen, ga zeker goed herstellen, maar de nieuwe doelen kriebelen al. Eerst op naar eind oktober, dan wil ik met vriendin Marijke in twee dagen het Veerse Meer rondwandelen. Daar wil ik wat voor trainen. Wat nou rust en inkeer?

 

 

Door |2024-10-07T15:26:15+02:0029 september 2024|Triathlon algemeen|0 Reacties

Procesevaluatie: in 1 maand weer triatleet worden

Morgen doe ik mijn laatste wedstrijd van het zomerseizoen en meteen mijn langste triathlon in een hele tijd: de kwart van Zierikzee. Het is een maand nadat we terugkwamen uit Oostenrijk. Tot die tijd stond fietsen centraal, en ik had dus een maand om mezelf weer in een triatleet te veranderen. Dat vond ik best schipperen:

  • Ik vind september wel vaker een moeilijke trainingsmaand, zeker als het hoofddoel al voorbij is. Na een rustige zomer breekt er weer van alles los, zoals het culturele seizoen en werk. Dat maakt het druk, de prioriteiten verschuiven en dat  is even wennen, zeker dit jaar op de nieuwe plek. Bovendien dient de herfst zich aan: op het moment dat ik dit schrijf rukt de wind aan het huis, het was eerder al even uitgesproken baggerweer, de dagen worden korter; het seizoen vraagt om rust en inkeer. Het kostte me wat meer moeite dan in de zomer om voor sporten voldoende ruimte te maken.
  • Ik zat wat te hannesen met ambivalentie:
    • Aan de ene kant wilde ik graag het fietsen nog een beetje doorbouwen en anderzijds de andere twee sporten voldoende aandacht geven met het oog op die triathlon. Na een dag of tien kon ik de wens om m’n FTP nog te verhogen laten varen. Die sloeg ook eigenlijk nergens op: dat ging alleen maar om het getalletje. Voor mij is een FTP van 240 een soort magische grens, en die heb ik dit jaar net niet gehaald, vorig jaar op m’n goede dagen net wel. Nouja, jammer dan. Het doet niet af aan mijn tevredenheid over het afgelopen fietsseizoentje.
    • Aan de ene kant wilde ik sneller worden met zwemmen, waarvoor ik het beste naar het zwembad kan gaan, en aan de andere kant wilde ik van deze laatste weken Oosterschelde genieten. Dat heb ik toch maar opgelost in het voordeel van de Oosterschelde, zeker na een mindere zwembad-ervaring. Ik ging voor het eerst ’s avonds in Kapelle zwemmen op een woensdag dat Kattendijke-Wemeldinge werd afgelast vanwege te  slecht weer, en dat was druk met allemaal trage schoolslagzwemmers, zonder snelle of borstcrawlbaan en zonder dat die andere zwemmers veel rekening met me hielden. Doorzwemmen ging dus niet en ik raakte nogal geïrriteerd. Naar het zwembad om m’n techniek en tempo weer wat op te krikken kan de hele winter nog. Dat is wel nodig, want met wat weinig regelmaat en veel lang maar gemakzuchtig met de stroming meezwemmen ben ik niet bepaald sneller geworden. In open water verrommelt mijn techniek altijd wel, maar het lijkt dit jaar erger dan anders, ik denk vooral door het inkakken van m’n slagfrequentie.
    • Deze week wilde ik kalm aan doen en taperen, maar ik heb me toch laten verleiden tot te zwaar trainen. Ik had een krachttraining vorige week overgeslagen, en die wilde ik maandag inhalen. Daarbij ben ik iets te fanatiek tekeer gegaan, vooral bij de power-yoga na de reguliere benen-krachttraining. Ik voelde dat tot gister in m’n bovenbenen, oeps, en het dwong dus een paar dagen tot kalm aan doen met fietsen en hardlopen. Woensdag vond ik Kattendijke-Wemeldinge zwemmen toch echt te leuk (zie eerste bullet), maar het was al van 12 augustus geleden dat ik meer dan een uur had gezwommen, dus ook dat kwam hard aan. Gelukkig is alles net vandaag weer okee, net op tijd fit en uitgerust dus, maar taperen was het bepaald niet.
  • Ineens weer meer gaan hardlopen kwam even hard aan op m’n rug/bekken en dat trok door naar heup en hamstring. Ik kon blijven trainen, maar de chiropractor voorkwam wel erger, denk ik. Desalniettemin ben ik volgens mij in korte tijd best wel lekker gaan lopen, na maanden alleen maar onderhoud. Het voelde eerst wat ‘bonkig’ door het vele fietsen, maar het werd steeds lekkerder, met een heerlijke duurloop door de Kapelse Moer als hoogtepunt. Ik liep vorige week ook nog een 5 kilometer, samen met Nicole onze vierde vestingloop (nog één te gaan en we kunnen ons ‘vestingheld’ noemen). Dat was leuk: gezellig en mooi parcours. Maar mijn tijd viel me wel tegen. Nouja, na welgeteld drie weken opbouwen is gewoon lekker lopen al heel wat, ik moet morgen die tien kilometer maar aanvangen zonder tijdsambities.
    Het was er wel heel druk, met auto’s zowel als lopers. Op een foto van de organisatie (dank!) zie je mij door de berm proberen in te halen:
  • Ik had aan het begin van de maand wat ander fysiek ongemak, waarbij de stress van de terugreis uit Oostenrijk vast een rol speelde (het hele verhaal staat op onze Polarsteps). Ik leek verkouden te worden, maar dat zette gelukkig niet door. Ik kom tot nu toe nog goed weg qua virussen, wat ook wel mag, want ik zit nog steeds met de gevolgen van de verkoudheid in april. Het goede nieuws daarover is dat ik weer een klein beetje wat ruik. Het is nog lang niet wat het wezen moet, maar er is, na dik vier maanden, wel duidelijk verbetering.
  • Ik had wat materiaalpech. Ik ging een keer wel keurig netjes trainen en toen reed ik lek, waardoor ik kon fluiten naar een goede koppeltraining. Vervelender is dat mijn nieuwe spinningfiets meteen al onbruikbaar is: er viel zomaar een pedaal af en het lukt niet om dat er terug op te zetten, dan trekt het scheef. Dat verpestte alleen maar even losfietsen afgelopen week, maar het moet wel opgelost natuurlijk. Ik heb al een melding gedaan, het is nu afwachten, ook nog op een oplossing voor een ander probleem ermee: laag rare output-waardes (snelheid en vermogen). En dat na alle bezorgproblemen… ik ben tot nu toe dus nog niet bepaald enthousiast.

Maar er was ook een boel lol. Dat ik weer wat meer ruik, dat dat ene zintuig niet meer helemaal ‘doods’ is, draagt regelrecht bij aan mijn welbevinden. En er waren een boel leuke dingen, waaronder een voortzetting van de sportieve inburgeringscursus: loopje gedaan in Goes, gezwommen in Vlissingen, wezen fietsen met Annet, zelf weer gezworven en verkend, onder andere naar de dichtstbijzijnde grenspaal….

…. in de Oosterschelde gezwommen met Marc en nog een keer vorige week – heel idyllisch – met het Kattendijke-Wemeldinge-groepje.

We zwommen die keer makkelijk en snel door een stevige stroming en wind mee, en deze zon tegemoet (foto van Gerry):

Later die avond reed ik ook nog bij bijna volle maan terug naar huis, en dat was weer zo’n moment waarop ik me ongelofelijk gelukkig voelde dat ik hier woon. Het is dezer dagen precies een jaar geleden dat we dit huis vonden en kochten – daaraan terugdenken stemt dankbaar. Wat een jaar is het geweest ook!

Dus: ik ben wel eens beter voorbereid geweest op een triathlon, maar zeker ook wel eens slechter. Vorig jaar bijvoorbeeld was het slechter in aanloop naar Zierikzee. Maar daar houdt het vergelijken ook meteen op, want niet alleen deed ik vorig jaar de achtste en nu de kwart, maar ook zal het heel ander weer zijn. Afgaand op het weerbericht zullen wind en regen morgen geen grote rol spelen, maar 13 graden is wel echt fris. Ik heb bovendien niet net een nieuw huis gekocht (ik schreef daar bewust nog niet over toen, maar mijn hoofd was er vol van!) Ik ben benieuwd, hopelijk wordt het wel net zo leuk als vorig jaar!

 

Door |2024-09-27T11:02:48+02:0027 september 2024|Fiets, Loop, Triathlon algemeen, Zwem|0 Reacties

Kijk nou: spinningfiets!

Vandaag binnengekomen: een heuse spinningfiets!

Ik deed er meteen een korte warming-up voor de krachttraining van vandaag:

Ondertussen heb ik hem ook al aan weten te sluiten op een app, er moeten nog andere pedalen en misschien een ander zadel op, maar verder gaat het wel goed.

De volgende stap is eens gaan experimenteren met Zwift enzo. Daarmee ga ik dan voor het eerst fietsen in de virtuele wereld – ik ben bepaald geen trendsetter en ik denk nog steeds: m’n grote hobby gaat het niet worden, ik ga veel liever naar buiten. Maar ik was de laatste tijd op zoek naar manieren om de naderende winter door te komen, de eerste in het nieuwe huis, en daarbij had ik de volgende overwegingen:

  • Ik wil mijn fietsen graag onderhouden – de Radweltpokal smaakte naar meer.
  • Ik was de sportschool al heel lang zat. Ik ben de oude in Schiedam lang trouw gebleven, soms tegen heug en meug. Ik ben hier nog op één plek wezen kijken, en daar realiseerde ik me: ik vind sportscholen naargeestige plekken, ik wil dit niet meer. Ik wil meer mijn eigen gang kunnen gaan en niet meer tussen van die mensen zitten voor wie sporten een verplicht nummer is.
  • Het waait hier (nog) harder dan in m’n oude omgeving, dus ik ben bang dat ik vaker niet buiten zal kunnen fietsen.
  • Ik fiets hier minder voor de dagelijkse dingen dan in het oude huis. Het station bijvoorbeeld is op loopafstand en het zwembad half zo ver als in Rotterdam. Ik behoud dus minder als vanzelf een fietsbasis.
  • Dit huis leent zich ervoor. De fiets staat voorlopig onder de overkapping, semi-buiten dus, eens kijken of dat goed gaat en of dat ook in de winter lekker is. Anders is er binnen ook nog wel plek.

Net toen ik dat allemaal op een rijtje had, kwam de NRC met een mooie aanbieding. Knoop snel doorgehakt toen. Het was vervolgens nog een absurde soap om het ding hier bezorgd te krijgen, maar vandaag is dat dus – onverwacht – gelukt. Ik zou bijna zeggen: laat de winter maar komen! Over een tijdje zal ik hier evalueren.

 

Door |2024-09-23T21:42:29+02:0023 september 2024|Fiets|3 Reacties

Bij wijze van terugblik

Vorig jaar schreef ik een brede terugblik op de Radweltpokal. Dit jaar was nog leuker dan vorig jaar. Een deel daarvan zat ‘m in de reden waarom ik nu géén terugblik schrijf: ik was er ook als ‘reporter’, bezig met een artikel voor Fiets Magazine. Daar gaat dit keer mijn schrijf-energie in zitten; ik zal het hier melden als het stuk er is natuurlijk. Het was erg leuk om met een boel deelnemers en met de organisator te praten. Zonder het artikel als stok achter de deur was ik niet bij elk evenement gaan kijken en had ik ter plekke niet aan zo veel Nederlanders en Vlamingen gevraagd wat hen naar de Radweltpokal bracht en hoe ze het vonden. Zo had ik het ene leuke gesprek na het andere, en het erg gezellig gehad.

Want dat was het dus eigenlijk vooral: veel gezelliger nog dan vorig jaar, ook gewoon onderling. Die vintage fietsers zijn ook stuk voor stuk gezellige lui. Zie hier bijvoorbeeld de laatste avond, na de vintage wegwedstrijd, met mij achter de camera:

Van links naar rechts: de twee kleinzoons van Mathieu, van wie de meest linker ook Mathieu heet, Kris (eerder die dag 4e geworden bij de mannen 50-59), Freddy en Henk (aka manlief), respectievelijk 14e en 15e bij de mannen 60-69,  Mathieu zelf, kersvers wereldkampioen bij de mannen 80+, en zijn vrouw. Op Henk na allen Vlamingen. Dat alles in een van de weinig cafés van St. Johann die op zondag open zijn. Dat kopje thee links achter, dat is van mij – ik was de Bob!

Voor wie nog veel meer foto’s wil zien: we hebben die van ons openbaar gemaakt. We hebben er een heleboel gemaakt, van alle evenementen. Voor de lol en omdat we foto’s nodig hadden voor dat artikel. Dat gaat wel lukken, en hopelijk zijn andere deelnemers er blij mee.

 

 

Door |2024-09-02T16:54:07+02:002 september 2024|Fiets|1 Reactie
Ga naar de bovenkant