In de krant!
We timmeren nogal aan de weg in de Zeeuwse media…. kwam manlief na de Kustmarathon live op tv, vandaag sta ik in de PZC!
Dat was afgelopen zaterdag na de finish van de Mosselloop, een leuke trail in het bos van Westenschouwen. Ik werd aangesproken door de journalist, even mee staan babbelen, en dit is het resultaat.
Ik vond het wel frappant dat ze bij die loop steeds maar begonnen over de Kustmarathon. Dat is daar het grote evenement, maar ik vind het helemaal niet vanzelfsprekend dat je als je een trail loopt van 6 km ook de Kustmarathon zou lopen.
Ik ben ook nog op een actiefoto te zien:
https://deltasport.smugmug.com/Crosswedstrijden/20191109-Mosselloop/Mosselloop/i-ZVxLRzH/A
Een sterk verhaal over ouder worden
Aankondiging sportkunstenaaractiviteit!
Ouder worden doen we allemaal, als vanzelf eigenlijk. Zoek jij inspiratie om zo gezond en sterk mogelijk oud(er) te worden? Dan ontmoeten wij je graag op donderdag 28 november bij onze bijeenkomst ‘Een sterk verhaal over ouder worden’.
Als jij jezelf vertelt dat ouderdom met gebreken komt, dan is dat zo. Maar is dat ook ècht zo? Wat kun je jezelf vertellen zodat je je kansen vergroot om gezond en sterk ouder te worden? Na deze avond ga je met je eigen sterke verhaal naar huis.
Wij vertellen je ter inspiratie 3 sterke verhalen over ouder worden en we gaan praktisch met elkaar aan de slag om jouw verhaal te versterken.
Nieuwsgierig? Geïnteresseerd? Meld je aan bij:
Louise Cornelis (Sportkunstenaar: trainingsbegeleiding en sportadvies) of Babet Blom Leefstijlcoach en -trainer
Wanneer: donderdag 28 november van 19.30 uur tot 21.00 uur, inloop vanaf 19 uur.
Waar: Groen Wellness aan de Burgemeester Baumanlaan 110A, Rotterdam (Overschie)
Kosten: € 5,- per persoon, contant te betalen bij binnenkomst.
Lopen in Wales
Ik ben net terug van twee weken lekkere vakantie in Wales. Vooral veel gelopen. Eerst hebben we gewandeld, de zuidelijke helft van het langeafstandswandelpad op de grens met Engeland: Offa’s Dyke Path. In zeven etappes en een ‘proloog’ om vanuit onze eerste plek naar het startpunt te gaan. Van daar zijn we uiteindelijk in Knighton uitgekomen.
Het was pittig lopen: een paar lange dagen (meer dan 20 kilometer), hoogteverschil en vooral veel blubber, wat het lopen soms zwaar maakte en waardoor we ook af en toe het pad kwijtraakten, als het was vertrapt door de schapen of de koeien. Maar wel schitterend! Het blijft fantastisch wandelen op de Britse eilanden, door de velden en over de heuvels.
Hier is een stoere foto, onderweg naar de kam van de Black Mountains (700 m hoger – zo hoog kwamen we maar één keer):
Daarna zijn we naar Cardiff gegaan, waar we ook weer hebben gewandeld, onder andere een forse stadswandeling – het is een verrassend leuke stad. Bovendien heb ik daar voor het eerst meegedaan aan een Parkrun, internationaal nogal een fenomeen, in Nederland hopelijk binnenkort van start. Het is in een boel steden wereldwijd: een wekelijkse hardloopwedstrijd over 5 km, op zaterdagochtend om 9 uur, gratis, en zeer breed qua deelnemersveld. Ik vond het erg leuk!
In totaal hebben we 180 loopkilometers geregistreerd met Strava, daarvan dus 5 hard en 150 op en rond Offa’s Dyke Path, de rest in Cardiff. Dat ging allemaal lekker – ik kon nog wel voelen hoe fit ik was (ben) zo kort na het hoogtepunt van het seizoen. Hooguit voelde ik af en toe even wat wandelspecifieke dingetjes. Het lopen was erg ontspannen(d), en daarna ’s avonds een biertje doen in de pub ook. Ik heb bovendien opvallend lekker en lang geslapen steeds!
Nu ga ik zo langzamerhand weer eens uitkijken naar het volgende seizoen en weer wat meer structuur aanbrengen in het trainen.
Wie het leuk vindt om wat meer te zien of te lezen van onze reis naar Wales, ook over andere dingen dan het lopen: we hebben een ‘journaal’ bijgehouden van kaart + verhaaltje + foto’s.
Sportkunstenaar op TV!
Henk heeft gisteren z’n 8e Kustmarathon uitgelopen. Direct na de finish is hij geïnterviewd door Omroep Zeeland en dat interview werd live uitgezonden. Dit is er een still uit:
Zijn sportkunstenaarshirt is in beeld!
Het is een leuk stukje, helemaal terug te zien op de terugkijkpagina, tweede filmpje (15-16 uur), 51e minuut (oftewel: gefinisht net voor 15u50).
Het was ook weer een mooie dag, met voor mij de traditie van Henk ‘droppen’ in Burgh, hem supporteren bij de start, op de Neeltje Jans en op de Veerse Dam, en daarna opwachten na de finish, om vervolgens samen met mijn broer mosselen te gaan eten op de Vlissingse Boulevard. Voor nog meer herhaling vatbaar!
Kippenvel bij elke stap
Afgelopen dinsdag heb ik een van mijn meest bijzondere loopjes ooit gelopen. Qua training stelde het niks voor: ongeveer 6,5 kilometer op duurlooptempo, en ik heb tussendoor nog een aantal keer stilgestaan ook, om de weg te zoeken en foto’s te maken. Maar ik heb nog nooit eerder zo’n historisch parcours afgelegd: door het centrum van Berlijn, vrijelijk zwervend tussen oost en west. Ik was me bij elke stap ervan bewust dat ik iets aan het doen was dat tot 30 jaar geleden niet kon, en ik had dus bij elke stap kippenvel.
Ik was er voor werk, moest er dinsdagmiddag zijn, ben maandag heen gegaan met de trein, dinsdagavond meteen teruggevlogen, na middernacht pas thuis, het werk was vrij inspannend – dus alles bij elkaar is zoiets best een slopend tripje. Maar die ochtend had ik even vrije tijd, en dat was kicken. Ik had speciaal m’n hardloopschoenen meegenomen.
Ik ben gelopen via Checkpoint Charlie, waar nog een restant Muur te zien was:
Door naar de Brandenburger Tor:
Waar vlakbij een plaquette ligt over Reagan’s beroemde woorden – jeetje, ja, dat is al meer dan 30 jaar geleden (ik voelde me ineens soms ook oud):
Langs de Reichstag, met het nieuwe gedeelte van na de eenwording, maar ook het beladen oude uit de Nazi-tijd (eerder had ik ook al op afstand het grote Holocaustmonument gezien):
Stukje langs de Spree, met uitzicht op de landmarks van voormalige Oost-Berlijn:
En daarna over Unter den Linden…
…terug naar het hotel in de buurt van de Dom:
Tsjongejonge. Nergens is zo veel twintigste-eeuwse Europese geschiedenis samengebundeld als in het centrum van Berlijn, en aan een deel daarvan, dat van de val van de Muur, bewaar ik zelf herinneringen. Ik ben in de laatste jaren van het bestaan van de muur een aantal keer in Oost-Berlijn en de DDR geweest, als studenten-uitwisselingsproject (nouja, uitwisseling… wij zochten de Oost-Europeanen op, omgekeerd kon niet). Ik kreeg er vrienden, die me vertelden over hoe het was om achter iedereen een Stasi-agent te moeten vermoeden en dus nooit iemand te kunnen vertrouwen. Dat was nog erger dan niet mogen reizen, of in je wonen of werk belemmerd worden als je geen lid was van de partij.
Ik was er sindsdien amper meer geweest, en ik moest dus nog wennen aan het ‘nieuwe’ Berlijn. Meteen toen ik van het station naar het centrum gingen met de U-Bahn was het al raak: ik reed gewoon dóór station Friedrichstrasse, waar je vroeger altijd moest overstappen om over de grens te gaan. Met z’n visum, z’n strenge douane-beambten, z’n verplichte geldwisselen – en met het gevoel de gevangenis in te stappen.
Voor Berlijners is het misschien al lang weer gewoon, maar voor mij was het heel bijzonder om nauwelijks meer te kunnen zien waar die vermaledijde Muur ooit heeft gestaan. Om, ik kon het niet laten, om de pilaren van de Brandenburger Tor heen te slingeren – dat kon vroeger écht niet, daar stond de Muur, nu maakte m’n GPS een mooi zigzagje:
Het was, zoals op de foto’s te zien is, miezerig en grijs weer. Desalniettemin heb ik van elke stap genoten. Ik kon weer voelen hoe ik me voelde op de avond van 9 november 1989 – één van de grootste historische gebeurtenissen uit mijn leven. De hoop, de vreugde… en ik herinnerde me van alles van daarvoor en sindsdien, in Berlijn, in de wereld, in mijn eigen leven.
Niet alles daarvan is even vreugdevol, I know, en toch overheerste voor mij dinsdagochtend een sterk gevoel van bevrijding.
Dat alles, in een uurtje hardlopen!
Gepast einde aan het openwaterseizoen
Gister hebben manlief en ik afscheid genomen van het openwaterzwemseizoen. Nouja, als we per se willen, kan het natuurlijk hierna ook nog, maar als ik kijk naar het weerbericht en onze tijd, dan denk ik dat het erop zat. Ik vond het gister al een beetje op het randje: 2,7 km zwemmen in water van 16,9 graden, dat is, zo bleek, nog net leuk, maar dat wist ik niet helemaal zeker voordat ik eraan begon.
We hebben meegedaan aan de Branderszwemtocht, ik voor de 2e, Henk voor de 4e keer. Het is en blijft een prachtparcours, dwars door de historische binnenstad van Schiedam, tijdens de Brandersfeesten. We wandelden na afloop terug langs het parcours naar onze fietsen en toen heb ik een paar parcoursfoto’s gemaakt. Je zwemt onder andere langs molens…
…oude pakhuizen c.q. distilleerderijen – start en finish zijn ook bij een distilleerderij – ….
en, het hoogtepunt, door een sluis uit de 18e eeuw:
Aan het eind wacht dan, gepast, de Berenburg (en soep en koffie, thee, bouillon, bananen… het is een zeer goed verzorgd evenement!):
Ik was een kwartiertje eerder binnen dan Henk, vandaar het, uhm, faseverschil qua gekleedheid.
En een mooie medaille, hier in close-up:
Van de mannen van berenburg kregen we een muts:
En aangezien een selfie maken best lastig was, hielpen ze ons ook nog met een betere foto:
And yes, we did it! En dat voelde best stoer. Tot een paar jaar geleden had ik dit qua temperatuur niet aangekund of -gedurfd. Ik ben zelf wat ‘afgehard‘, twee jaar terug vooral, en een beter wetsuit (sinds vorig seizoen heb ik een Zeilvis Aanval) helpt ook. Ik heb vandaag wel wat spierpijn, want ik had sinds Klazienaveen niet veel gezwommen en dit hele seizoen maar één keer langer dan gister.
Ondanks dat ik niet heel veel heb gezwommen, was het toch een grensverleggend openwaterseizoen. Het begon met mijn koudst-water-triathlon, het eindigde gister met m’n koudst-water-zwemtocht en ertussenin zat de ruigste zwemtocht! Het stemt altijd wat weemoedig als het erop zit, zeker op zo’n uitgesproken herfstige dag als vandaag. Voorlopig zit er niks anders op dan het zwembad…
De spagaat
Afgelopen zaterdag leverde ik een van mijn beste sportprestaties ooit. Ik was daar naartoe gepiekt met toegewijd trainen en ik voelde me dan ook topfit. Fitter dan in heel lang zelfs, of liever gezegd: stabieler fit dan in heel lang.
Woensdag zat ik bij de…. cardioloog. Die me geruststelde – inderdaad heb ik, zoals ik al dacht, de afgelopen zes weken meer last gehad van panikerende artsen dan van m’n hart zelf.
Wat is er gebeurd? Welnu, ik had hier vorig jaar al eens geschreven dat ik af en toe last had van hartkloppingen. Of nouja, last… ik merkte hartkloppingen op, last had ik er nauwelijks van. De huisarts had toen onder andere gezegd: als je ze nou een keer hebt, kom dan even langs om een ECG te laten maken, dan weten we meer.
Prompt had ik ze daarna tien maanden niet meer, en daarna een paar keer alleen maar midden in de nacht. Ik had ondertussen geleerd hoe ik m’n hart weer rustig kon krijgen, dus dan deed ik dat en sliep ik gewoon weer verder. Soms was me omdraaien in bed, hoesten of wat drinken al genoeg, en als het moest, ging ik uit bed, liep ik een paar rondjes door de huiskamer, deed wat burpees en jumping jacks en zodra ik dan ging hijgen, was het over. Dat was wel eens vervelend natuurlijk, om 3 uur ’s nachts lig ik liever in bed dan dat ik door de woonkamer hups, maar dat was dan ook alles.
Tot de ochtend van 9 augustus. Toen werd ik met die hartkloppingen wakker en dacht ik: nu is de kans voor dat ECG. Zo gezegd, zo gedaan. Moest ik nog voorzichtig naar de huisarts toe schuifelen ook, want het stopt dus als mijn hartslag oploopt. Maar het lukte, en inderdaad was er op dat ECG iets te zien: boezemfibrilleren.
Achteraf gezien leek het wel alsof op dat moment alle alarmbellen gingen rinkelen. Ik vat het kort samen: later op de ochtend had ik de Eerste Harthulp aan de lijn die me sommeerde onmiddellijk te komen, dat heb ik geweigerd (ik zat met een heel rustige hartslag te werken), toen ‘moest’ ik terug naar de huisarts, die schreef bloedverdunners en bètablokkers voor en zei nog een paar andere alarmerende dingen.
Ik snapte er niks van. Eerst leek er niet zo veel aan de hand, ik had ook eigenlijk afgerond nergens last van, ik voelde me hartstikke fit – vanwaar die paniek? Mijn huisarts ging ook nog net op vakantie, dus daar kon ik niet terecht met mijn vragen.
De week erna heb ik urenlang gegoogled, ik ben bij de apotheek gaan praten (omdat in de bijsluiter van de bloedverdunners stond dat ze voorgeschreven worden bij boezemfibrilleren ‘plus een andere risicofactor’ – van die andere factor was ik me niet bewust), ik heb gebeld met de Infolijn van de Hartstichting en ik heb gepraat met een aantal ervaringsdeskundigen.
Langzaam-maar-zeker werd me helder dat ik inderdaad boezemfibrilleren heb, maar dan wel in een zeer lichte vorm: ik heb het maar heel sporadisch, mijn hartslag blijft binnen de perken, ik kan het zelf stoppen en ik voel me er niet slecht bij. Ik was blij dat ik de bètablokkers meteen had geweigerd, omdat mijn hartslag 99 % van de tijd rustig en laag is – in rust onder de 50. En fatsoenlijk sporten is er moeilijk mee (zie hier). Met de bloedverdunners ben ik op eigen houtje gestopt – ik was er niet van overtuigd dat het nodig was, en ik wilde niet leeglopen als ik bij al dat fietsen eens een keer op mijn oren zou gaan.
Ondertussen had ik dat boezemfibrilleren niet meer. Wel is mijn hart ’s nachts vaak onrustig, nu meer met overslagen – nog onschuldiger dan boezemfibrilleren, hooguit vervelend. Volgens mij zijn het de jongste overgangsgrillen. Want die hartkloppingen heb ik steeds in dezelfde periode als opvliegers, en dat valt ook samen met het wegblijven van m’n cyclus. Ik ben nu dik drie maanden niet ongesteld geweest, een record, en ik moet zeggen: op de hartkloppingen na is dat een verademing.
Volgens de cardioloog, waar ik woensdag dus eindelijk mee sprak, kan het wel zo zijn dat mijn hart door het vele sporten gevoeliger is voor boezemfibrilleren. Duursporters hebben het relatief vaak, zelfs een paar beroemde, waaronder Robert Gesink, al is de relatie niet eenduidig (zie bijvoorbeeld hier). Ik ben benieuwd, ik krijg nog een echo van mijn hart, en daar is dat misschien uit af te leiden.
Verder: geen medicijnen, ik kan en mag alles, niks om me zorgen over te maken – wat ik nooit heel erg gedaan heb, want ik bleef ervan overtuigd dat mijn hart het goed deed – of mijn leven of sporten aan aan te passen. Volgens de cardioloog kan ik er gewoon honderd mee worden. En als het door de overgang komt, gaat het vast wel weer voorbij, denk ik zelf.
Met de huisarts heb ik het inmiddels uitgepraat – er zijn inderdaad die vrijdag in augustus wat dingen fout gegaan. Dat kan gebeuren natuurlijk.
Ik heb de afgelopen weken veel geleerd. Maar dat heeft me dus wel veel tijd en stress gekost. Precies in dezelfde weken als dat ik eerst topvorm aan het kweken was en later een superprestatie leverde. Dat was een heel gekke spagaat.
Actie-miniatuurtjes
We hadden zelf dus geen actiefoto’s van mij op de fiets zaterdag, maar die zijn wel gemaakt door de professionele fotografen langs het parcours – heel veel zelfs, veel meer dan van Henk en helemaal veel meer dan van Marcel. Ze zijn bespottelijk duur om aan te schaffen, maar ik heb een paar leuke ‘uitgeknipt’ om hier toch wat te kunnen laten zien – in miniatuur en met letters door me heen:
Op deze is net een beetje te zien hoe druk het was – dat moet het eerste rondje geweest zijn, met de halve afstand ook nog op het parcours:
Beautiful Day – U2
Sinds een tijdje noemt manlief z’n Strava-activiteiten altijd naar een goed muzieknummer – iets wat hij overigens heeft afgekeken van mijn Mallorca-genoot Marcel (andere Marcel, niet onze zwemmer). Ik kijk het nu weer af voor deze blogpost.
Want een mooie dag was het, gister. Ik was erg blij met mijn eigen prestatie. Ik hoopte erop de 180 km in 6 uur te klaren, dus 30 km/u gemiddeld te rijden. Ik wist dat het daarvoor wel wat mee moest zitten met het weer (de wind vooral) en mijn eigen vorm van de dag. Allebei was niet eens helemaal optimaal, maar wel goed, en goed genoeg om mezelf te overtreffen: het werd 5:49:43, gemiddeld 30,88 (officiële eindtijd).
Voor mijn gevoel wilde er echt uitkomen wat ik er in de maanden voorbereiding in had gestopt, en dat voelde hartstikke lekker – zeker omdat dat bij mij ook wel eens anders is. Dit was voor mijn doen zeldzaam goed!
Het weer was fantastisch natuurlijk, en mijn lijf deed waar ik het op had voorbereid: mijn raceplan pakte helemaal uit zoals ik wilde. Ik heb ook mooi vlak gereden, kon het vermogen (dikke 180 Watt) goed volhouden, zonder al te veel last van nek, schouders en rug. Aan het eind was ik het wel zat, werd het zwaar en zat ik te verlangen naar de ‘verlossing’ van er zijn, maar dat hoort erbij.
Het ‘niet eens optimaal’ zat hem erin dat de wind in de tweede ronde opstak en nergens echt helemaal meer mee was, en dat ik de nacht ervoor in een benauwde hotelkamer amper had geslapen. Maar dat deerde allebei dus niet ernstig.
Verder was het ook een mooie dag. Het begon al op vrijdagmiddag, toen we voor het eerst op het terrein rond konden kijken:
Om 3 uur was de briefing door de race director, speciaal voor de ‘TriTogether’:
Direct daarna de registratie, in een overzichtelijk kort rijtje (net daarvoor was het nog hartstikke druk geweest):
En mijn fiets gestald, die een nachtje buiten logeerde:
Daarna naar ons hotel, waar we Marcel en zijn vrouw Chré troffen en gegeten hebben.
Na die brakke nacht, een vroege wekker en een geïmproviseerd ontbijt (hotel was nog niet op dreef zo vroeg) en een fraai autoritje in de vroege ochtend (maan, witte wieven) waren we weer ter plekke. Marcel was er klaar voor:
Om 10 voor 8 ging Marcel van start voor zijn 3,8 km zwemmen:
Een uurtje later kon ik reikhalzend naar hem uit gaan kijken – dat was best een spannend moment!
Jaaaa, daar was-ie al! Hij had hartstikke goed gezwommen!
We hadden afgesproken dat de ‘verse’ sporter zich steeds om de chip – ons estafettestokje – zou bekommeren (dat is handig om af te spreken, anders zit je elkaar maar in de weg te hannesen), dus ik haalde hem van zijn enkel:
Gauw om mijn eigen enkel:
Naar de fiets, en hops – gaan!
En daar zijn dus helemaal geen foto’s van. Henk moest zich sparen natuurlijk, en het fietsparcours komt niet in de buurt van de start en finish. Al die 180 kilometer lang… Henk, Marcel en Chré zijn een tijdje naar Renée geweest, mijn vriendin die vlak bij het parcours woont, en die mij trouwens in mijn eerste fietsmeters nog had aangemoedigd. Ze vonden daar wat welkome rust, even weg uit de herrie en drukte. Bedankt, Renée!
Ondertussen was ik dus lekker aan het fietsen, me vermakend met naar anderen kijken – het grote deelnemersveld van de halve afstand kwam me inhalen, met daarbij nog een bekende van het triathlonforum die me groette, en ik kende ook een jurylid, zij kwam ook voorbij op de motor, dat was wel leuk.
De polder lag er ook weer zeer fraai bij in de zon, en ik vond het leuk alles terug te zien na mijn verkenning van een paar weken terug. Toen reed ik op de fietspaden, nu op de weg – indrukwekkend hoe veel wegen er nu afgesloten waren, dat ze dat voor elkaar krijgen voor zo’n evenement. Op het grondgebied van Zeewolde reed wel een vrachtauto op de weg. Ik schrok daar alleen maar even van, maar ik zag dat er voor me een paar fietsers door gehinderd werden.
Ondertussen had Henk geen idee waar ik uithing, want de live tracker (app) deed het niet. Hij was zelfs bang dat ik was uitgestapt, maar omdat ik niet belde en ook andere teams problemen hadden met de tracker, trok hij de conclusie dat het daaraan moest liggen. Ik had zelf al gemerkt dat mijn chip soms geen piep gaf als ik over een mat reed. Hij blijkt het het hele eerste rondje niet gedaan te hebben, en dus bij wel meer teams. Toen hij het in het tweede rondje wel deed, konden Henk en Marcel er niet veel wijzer van worden, behalve dan dat ze tot de conclusie kwamen dat ik de gehoopte 30 gemiddelde net niet haalde.
Maar dat was dus niet zo: ik reed ondertussen bijna 31. Het had nog ietsje meer kunnen zijn als ik niet een keer had moeten plassen en twee keer had moeten stoppen omdat ik na het aannemen een bidon liet vallen en niet zonder door wilde rijden – het was vrij dorstig weer. Dus ik ging eigenlijk prima, nouja, wel met wat moeite met die wind en op het allerlaatst deed alles pijn, vooral toen ik stuiterde over het slechte wegdek van de Eemdijk dat ik me nog herinnerde van de tijdrit daar in april. Maar ondertussen desondanks ook gewoon superblij en aan het genieten – ik ging het halen, dik binnen die zes uur!
Het stukje lopen, nouja, strompelen, van m’n fiets naar de wisselzone toe was nog even helemaal niet fijn, en toen stond Henk nog net niet helemaal klaar. Hij had me nog niet verwacht!
Gelukkig kon hij wel meteen vertrekken. Ik was daarna even helemaal total loss, maar werd opgevist door Marcel en kon daarna bijkomen met Marcel, Chré en Renée. Ik had wel even Chrés oordopjes nodig omdat de muziek en omroeper iets te hard binnenkwamen – typisch geval van stuk! Ik wist ook niet wat ik met mijn rug aanmoest, niks voelde lekker. Lopen was ook niet zo’n succes – auw… nouja, dat wilde ik ook, ik had echt alles gegeven.
Henks marathon bestond uit zes rondjes van 7 kilometer, dus elke ongeveer 35 minuten moesten we op de uitkijk. Hij ging goed, kijk maar (foto’s Marcel):
Hij was onderweg naar een marathon in 3u35 – supergoed, en zoals gehoopt. .
Na zijn 5e doorkomst konden we ons dus opmaken voor onze gemeenschappelijke finish. Daar maakte Chré een leuk filmpje van, in twee delen. In het eerste deel zie je Henk (in het roze) aan komen lopen en dan voegen wij ons bij hem voor de finish, en je hoort de omroeper het hebben over Team Sportkunstenaars:
Deel 2 is net daarna, dan krijgen we onze medailles, zie je iemand in een blauw shirt een foto van ons maken en op mij aflopen, even smoezen en daarna gaan we voor haar poseren – dat is Sanne, het jurylid van de NTB dat ik ken. Daarna zie je Marcel zoeken naar zijn vrouw – en vinden!
Die foto’s van Sanne, die resulteerden onder andere hierin:
Ik liep op blote voeten omdat ik bang was om met m’n brakke benen te struikelen over de birkenstock-slippers die ik aan had! Die zaten in de tas die Marcel op z’n rug draagt, met daarin ook onze warmere laagjes – we wilden in teamtenue finishen, maar het koelde wel af dus we hadden er daarvoor iets overheen aan.
Achter die ‘echte’ finish stond een uitgebreid snoepbuffet klaar. Marcel en ik hadden dat na onze finishes niet omdat wij in de wisselzone eindigden, maar zo konden we toch nog wat meepakken:
Close-up van de medaille:
Goed dat daarop, en op het finishersshirt, duidelijk staat dat het om TriTogether ging. Want dat is toch heel anders dan alles in je eentje – ik kon niet meer hardlopen na mijn finish, laat staan 42 kilometer. Toch is het ook heel anders dan een ‘los’ evenement in een van die drie sporten, al is het alleen maar om de ongewisse starttijd. En je doet het écht samen.
De spulletjes waren sowieso wel leuk. Mooi rugzakje zat erbij, en een komisch dingetje zoals voor aan je hoteldeur:
We vonden het, op die live tracker na, sowieso erg goed georganiseerd. Wat losser en gemoedelijker dan wat we bij onze Ironmans hebben meegemaakt.Voor de teams was bijvoorbeeld de wisseltassenlogistiek best wel vrij, dus onze drie kleuren (fietsspullen – loopspullen – kleren voor na afloop) hingen kriskras door elkaar:
Ik vond het ook erg leuk om eindelijk eens ‘Almere’ mee te maken: de oudste nog bestaande triathlon van Europa en dé triathlon van Nederland. Gister was een memorabele editie, o.a. omdat het parcoursrecord dik werd verbroken. Van de strijd vooraan heb ik overigens alleen maar wat flarden meegekregen van wat er werd omgeroepen.
Na de finish hebben we nog erg lekkere frietjes gegeten op het terrein, en toen ging het huiswaarts. Vandaag ben ik, na een nacht wel heel lekker slapen, nog best wel brak. Het is alsof er beton zit in m’n rug en hamstrings. Maar dat gaat wel weer over, en het voelt ook eigenlijk best wel lekker.
Nog één dingetje dan om het verhaal compleet te maken. We hadden vanaf vrijdag wat contact met de fietster van Team Wilhelmus, een vrouw van 58. Die uiteindelijk 20 minuten sneller was dan ik – chapeau! Ze deden het met z’n tweetjes, twee vrouwen, haar – jongere – ploeggenote had nog nooit een marathon gelopen en deed dat in 4u38 – nadat ze vroeg op de ochtend ook al had gezwommen. Wauw! Hier zitten we samen, voor onze start:
In de uitslagen van de teams wordt verder geen onderscheid gemaakt tussen de mannen-, vrouwen- en gemengde teams, en er is ook geen leeftijdsklasse-indeling. Het houdt ergens op natuurlijk, dat snap ik wel.
Nou, hier is-ie dan nog een keer, onze getallen:
Maar nog blijer ben ik met zo’n geslaagde en ook heel gezellige dag!
Yeah!
Even een snelle samenvatting van onze teamprestatie van gister – later meer: