Maandarchieven: januari 2017

Voorlopig de laatste terugblik

Ik beloofde in december dat ik zou terugblikken tot aan vandaag: de laatste dag dat ik nog 50 ben. Ik wist op dat moment wel dat ik meer te vertellen had dan wat in één terugblikpost zou passen, maar het is toch nog meer geworden dan ik toen had voorzien. Deze week moest ik zelfs doorschrijven om die laatste dingetjes er nog voor vandaag op te krijgen.

En ik kan zelfs bijna alweer terugblikken op het terugblikken. Zo is die teennagel waar ik op 2 januari over schreef dat het nog wel een tijdje zou gaan duren er vorig weekend afgekomen – onverwacht snel. Ik ga op dit moment vrijwel rechter-grote-teennagelloos door het leven: er zit nog maar iets van 2 mm nieuwe nagel.

En morgen valt er misschien wel alweer iets te melden, want het gaat met het zwemmen zo goed (ik schreef er al eerder over: eindelijk weer progressie) dat ik morgen een PR-poging op de kilometer ga doen, en als ik dan zwem zoals de laatste tijd, duik ik voor het eerst onder die mijlpaal van 20 minuten – iets wat ik 3 jaar geleden had gehoopt te doen, maar sindsdien ook alweer had opgegeven.

En dat PR, dat zwem ik dan (hopelijk dus) op m’n 51e. Want dat ben ik morgen. Mijn 50e is een bijzonder levensjaar geworden, in de eerste plaats door de Ironman. Niet zozeervanwege die ene dag, dat schreef ik toen al: het ging om het hele proces, ervoor, maar ook erna. Ten opzichte van vorig jaar voel ik me een rijker, wijzer en sterker mens – en dankbaar. Het terugblikken heeft die winst van het Ironman-jaar voor mezelf nog eens extra verduidelijkt. Het was daarom mooi om zo schrijvenderwijs terugblikkend naar mijn ‘oudjaar’ en volgende verjaardag toe te leven.

Ik had deze weken nog zo veel te vertellen dat ik opnieuw niet een volledige punt plaats achter dit weblog, maar een komma. Ik kom ergens in april hier nog wel een keer vertellen hoe het met een aantal dingen is gegaan die ik in de nasleep van de Ironman heb opgepakt, zoals de marathon, de hardlooptrainersopleiding, de week bij Ontspanje – en misschien is er wel meer. Een voorlopig afscheid dus weer, dit.

* * *

Cartoon van Ironman Louise

Aangezien dit een tijdje de bovenste pagina blijft en dus misschien gelezen wordt door mensen die hier nieuw zijn: welkom! Ja, het is gelukt, die Ironman op m’n 50e. Je kunt in één keer door naar het verhaal over die dag, 28 augustus. Tussen september en 28 december lag dit weblog stil; sindsdien heb ik teruggeblikt.

Ik zou zeker: neus vooral lekker rond, en mocht je willen reageren of vragen hebben: post ze vooral, ik blijf de reacties lezen!

 

 

Door |2017-01-19T14:09:24+01:0019 januari 2017|Triathlon algemeen|2 Reacties

Terugblik: nog 2 leestips

In deze terugblik geef ik niet meer een overzicht van interessant leesvoer op Internet of elders, zoals ik eerder wel deed (meest recente voorbeeld en zie ook de boekencategorie). Ik heb het ook niet meer echt bijgehouden – het lezen wel, maar ik heb de links niet meer bewaard. Ik beperk de leestips daarom tot twee die wel bijzonder relevant zijn:

  1. Ik werd tot deelneemster van de maand uitgeroepen door de Vrouwentriathlon: http://www.vrouwentriathlon.nl/vrouwentriahtlon-webredacteur-louise-shes-an-ironman/ Ik vond het een hele eer, erg leuk om door collega-vrijwilliger Laura geïnterviewd te worden. Ik werd er een beetje raar van, want ik ben zelf webredacteur dus ik heb het stukje zelf geplaatst, en ik zat toen ook nog (tijdelijk) achter de Twitter-account @vrouwentriatlon, en dus was het gek om in de derde persoon over mezelf te tweeten, dat kon ik niet zonder te blozen:

Tweet over Ironman Louise

En dan uitloggen, onder m’n eigen naam inloggen, en ‘m retweeten – moderne schizofrenie!

2. Ik kreeg een mailtje van een ‘lotgenoot’: nog iemand die op z’n 50e Ironman werd, en daar een boek over had geschreven: De hemel, de hel, de triathlon van Ardy Felius (met de mooie domeinnaam triatfifty). Cover boekDat moest ik hebben natuurlijk! Ik heb het achter elkaar uitgelezen, benieuwd naar hoe het hem verging.

Dus lekker leeswerk, dat zeker, maar het boek bevredigt toch niet, vind ik. Felius jaagt zichzelf vanaf het begin van z’n sportcarrière regelmatig over zijn grenzen, met de ene overbelastingsblessure na de andere. Hij traint de hele tijd te vaak, te veel, te lang en te hard. Sport door met pijn. Kan dan lang niet trainen en geeft dan toch op het laatst nog even vol gas om toch aan een evenement mee te kunnen doen. Gunt zichzelf nauwelijks rust. Streeft ondanks al versleten knieën en ouder worden naar dezelfde tijden als vroeger. 

En nu zit hij dus een kapotte knie die het voor hem onmogelijk maakt om zelfs maar aan een tweede Ironman te kunnen denken – hij kan niet meer hardlopen (je ziet op de coverfoto de brace die hij nodig had bij zijn Ironman).

Dan is het sowieso duidelijk: dat is een totaal ander soort sporter dan ik. Voor mij staat heel blijven op de lange termijn altijd voorop, vóór wat voor prestatie dan ook. Dan presteer ik maar  wat minder, want ja, dat is ook zo ten opzichte van Ardy. Voor het boek mis ik iets van een persoonlijke ontwikkeling of leerproces – hij blijft het hele boek lang dezelfde fouten maken, geeft dat ook toe, gaat er zelfs een beetje prat op, noemt het ‘karakter’ (letterlijk: ‘de een noemt het karakter en de ander noemt het dom’, p. 139). Dat is zijn keuze, zijn leven, zoals hij zelf zegt, en dat is natuurlijk zo. Maar ik vind het niet interessant genoeg om er 200 pagina’s over te lezen.

Verder wemelt het boek van de taalfouten, ook dat is jammer. Wat wel weer voor Ardy pleit is dat hij me om feedback vroeg, dus in deze post staat voor hem niks nieuws.

Erg leuk vond ik wel zijn term ’tobsporter’ voor als het niet allemaal van een leien dakje gaat Daar herken ik mezelf dan weer wel in, en ik ben jaloers op het mooie woord!

 

Door |2017-01-17T17:06:25+01:0017 januari 2017|Boeken, Triathlon algemeen, Vrouwensport|1 Reactie

Terugblik, vooruitblik en een beetje reclame

In mijn bedankpost schreef ik dat masseur Marcel mogelijk binnenkort naar Spanje zou verhuizen om daar een yoga-resort te beginnen. Welnu, dat is inderdaad zo gegaan, en ik maak hier dus graag een beetje reclame voor Ontspanje.nl in het Andalusische Cómpeta:

competa

Je kunt er yoga-weken doen of er alleen B&B-en en het huis zo gebruiken als uitvalsbasis om te wandelen of te fietsen. Ze timmeren aardig aan de weg, althans: afgelopen weekend stond er een groot artikel over hen in het AD (editie Waterweg). Ah, wat een lekker zonnige foto’s!

ad

Voor mij betekende het dat ik op 25 november met een beetje brok in mijn keel voor het laatst naar Marcel ging voor een massage. Hij is 8,5 jaar lang mijn masseur geweest, ik kwam er vrijwel wekelijks, en ja, dat mis ik nu wel. Ik ga  misschien binnenkort eens een ander uitproberen, maar uh… Voordat een nieuwe mijn lijf weer zo goed kent, me dus goed kan adviseren bij pijntjes, en 8,5 jaar regelmatig het leven met me door heeft genomen… Ik zit nog in de verwerkingsfase, zal ik maar zeggen.

Máár niet te veel getreurd, want ik ga in april naar Ontspanje toe, een yoga-week doen om bij te komen van de marathon. Als Marcel daar net zo’n prijs-kwaiteitverhouding biedt als voorheen bij zijn massages, dan wordt dat een geweldige week!

Door |2017-01-16T16:02:54+01:0016 januari 2017|Triathlon algemeen|1 Reactie

Terugblik: verknocht aan Vichy

Klein dingetje vandaag: de naam Vichy zal voor mij altijd betekenisvol blijven. Het is naast een stad met een heel verleden ook een cosmeticamerk. Een vrij sjiek merk, het is vooral bij apotheken te verkrijgen. In mijn eigen apotheek had ik er al eens naar staan koekeloeren, maar het is nogal prijzig en ik ben Weleda trouw, ook vanwege de goede status van dat merk op het gebied van milieu en rechten van mens en dier.

Maar een tijdje terug viel mijn oog op een gratis probeerdingetje Vichy bodylotion ofzoiets – ‘serummelk’?:

vichy-bodylotion

Ik heb het inmiddels uitgeprobeerd, nouja, op mijn handen alleen, want ik gebruik niks op mijn body – heb een nogal probleemloze huid, eigenlijk (Lloyd Cole & the Commotions zongen het in 1984 al: Louise is the girl with the perfect skin). Enige wat me in positieve zin opviel was dat het snel introk. Maar verder vond ik het vooral chemisch ruiken – ik ben die parfumlucht niet gewend, met al jaren alleen maar dat natuurlijke spul.

Máár – het was wel een leuk experiment!

Door |2017-01-15T16:01:43+01:0015 januari 2017|Triathlon algemeen|0 Reacties

Terug- en vooruitblik: kriebel

Ik beken meteen: ik denk erover om toch nog een keer een hele triathlon te gaan doen. Ja, ik had gezegd dat het eenmalig zou zijn. En dat heeft ook zo zijn charme. Maar toch… Ik zet mijn overwegingen op een rijtje.
 
1. Ik kan beter dan in Vichy. Dat is meteen ook de belangrijkste ‘kriebel’. Ik zie de volgende verbetermogelijkheden:
  • Kleding zwemmen/fietsen: belangrijkste ‘fout’ in Vichy was de keuze voor mijn gewone triathlonpakje. Bij zwemmen zonder wetsuit ben ik daarmee echt in het nadeel, want het is gewone textiel met een forse drag. Ik had op dat punt beter in mijn badpak kunnen zwemmen, of kunnen investeren in een ‘hydrodry’ pakje.
    Maar dan nog had dat in de weg gezeten bij het fietsen, of athans: ik had er een shirt met lange mouwen overheen tegen de zon, en voor de (dreigende) grote boodschap was dat een tijdrovende verkleedpartij. Met een badpak en daarna een losse fietsbroek was ik misschien al de 8 minuten sneller geweest die me van de 15-uursgrens scheidden.
  • Haar/eerste wissel: als ik dan ook nog eens m’n haar in één keer goed had gehad… ik had het nu bij het zwemmen in een knot, dan zit m’n brilletje beter, maar daar past geen fietshelm overheen, dus ik moest het in de eerste wissel ‘omwerken’ tot een staart, en dat ging niet zo lekker met die witte vingers van na het zwemmen. Ik ben aan het studeren op een hoge staart, die bij beide sporten goed zit. En bovendien gaat dat lange haar er echt wel weer een keer af – ik laat het doorgroeien totdat ik het kan doneren; ik vind het leuk maar toch eigenlijk ook te onpraktisch (het was een experiment; ik heb nooit eerder lang haar gehad). 
  • Zwemmen: met mogelijk wat minder wedstrijdspanning zou ik de eerste 500 meter wellicht kunnen zwemmen in plaats van het ploeteren dat ik in Vichy deed.
  • Fietsen: die knieklachten van vlak van tevoren, en het ongemak dat ik op de dag zelve had, dat heeft toch echt wel gescheeld.
  • Lopen: ik was nog maar net terug op niveau na de voetblessure, en zeker niet in beste doen.
  • Algemeen: Voor mijn gevoel sta ik er op dit moment al stukken beter voor dan vorig jaar om deze tijd. Ik voel me veel beter, ik ben opmerkelijk fit zelfs, ik ben net met zwemmen al duidelijk progressie aan het boeken (zelfs sinds mijn post daarover ben ik alweer sneller, ik kan de zwembadklok soms niet geloven) en ik heb het idee dat dat met lopen ook nog kan.
2. Ik zou het graag een keer zonder pillen doen – omdat ik die hormoonsuppletie toch wel een beetje als doping heb ervaren, of in elk geval als kunstmatig ‘rechttrekken’ – hoe fijn het ook was om goed te slapen en verder ook van een boel hormonaal gehannes af te zijn. Ooit las ik ergens een opmerking op een forum van een leeftijdsgenote met ernstige overgangsklachten die vermoedde dat alle vrouwen van rond de 50 die nog tot serieuze sportprestaties komen wel aan de hormonen zouden zijn – want anders is sporten in de overgang toch onmogelijk, zoiets schreef ze (ik heb de post al eens gezocht, maar helaas niet meer teruggevonden, ik dacht dat het op SlowTwitch was). Ik denk dat niet; ik zie ook wel voorbeelden om me heen van vrouwen van rond de 50 die prima presteren en die ook helemaal nergens last van hebben. Maar ik ben zelf zo’n voorbeeld (nog) niet. Wel heb ik sinds ik ben gestopt met die hormoonpillen ook afgerond nergens last van, en in dat opzicht zou het dus ‘pilloos’ kunnen.
 
3. Het kan qua training best nog wel een keer. Ik ga al een marathon lopen, is het plan, en opbouwen naar het marathonrevolutie-maximum van 42 weekkilometers is (zonder blessureleed) geen grote toer. Als ik van de zomer weer van die leuke zwemtochten wil doen, kan ik sowieso al zo’n 3 km zwemmen. En fietsen is sowieso het probleem niet, zeker niet als ik eens met manlief meefiets in diens Ironmanvoorbereiding of me toch wil voorbereiden op onze fietsvakantie in Nieuw-Zeeland. Dan is het hooguit een beetje puzzelen wanneer die drie dingen dan samen zouden kunnen vallen met elkaar en met een mogelijke Ironman/andere hele triathlon. Een optie is om er eentje te doen in Australië voordat we aan die fietsreis beginnen, maar dat heeft wel wat logistieke voeten in de aarde.
 
Belangrijkste redenen om het niet te doen:
  • Het bij die ene keer houden heeft zo z’n charme. Voicu, met wie ik de laatste kilometers in Vichy samen liep, vertelde dat er geen enkele Ironman zo indrukwekkend was als zijn eerste.
  • Ik reken me hierboven met wat er beter kan dan in Vichy wel een beetje rijk, want er kunnen ook een heleboel dingen slechter natuurlijk: slechter weer, lekke band, blessures…
  • Ik moet het benodigde trainen niet onderschatten. Het is een tweede keer misschien iets makkelijker, maar dan nog vraagt het wel een toewijding die ik niet steeds wil opbrengen, omdat mijn leven daarvan te eenzijdig wordt.
Ik ben er nog niet uit – de ene dag neig ik meer naar wel, de andere dag meer naar niet. Ik wil sowieso wachten met de knoop doorhakken tot na de marathon. Want ik moet eerst nog maar eens zien of het nou wel wil lukken om 42 kilometer te blijven hardlopen. Mezelf door die afstand heen blijven martelen, daar houd ik echt wel een keer mee op. Dus voorlopig laat ik het lekker nog even doorkriebelen!
 
Door |2017-01-14T13:33:23+01:0014 januari 2017|Triathlon algemeen|1 Reactie

Terug- en vooruitblik: de rollen omkeren

Ik dacht het in augustus al een beetje: het kriebelt bij manlief toch ook wel. Is hij misschien een beetje jaloers op mijn prestatie, mijn finishersshirt, mijn status als Ironman? En jahoor… ondertussen staat Henk ingeschreven voor de Ironman van Kopenhagen, op 20 augustus! Hij is dan net 60 geworden, dus hij kiest net als ik een markante leeftijd uit voor zo’n groot doel.
 
Ik heb dus alvast maar net zo’n soort fotobalk voor hem gemaakt als die van mij hierboven. Hier zwemt-fietst-loopt Henk in 2016, op weg naar een hele triathlon op z’n 60e!
 
Henk zwemt-fietst-loopt
 
Het komende seizoen draaien we de rollen dus om. Ik ga mee als verzorger, mental coach, chauffeur, kok, fotograaf en noem maar op. Ik verheug me op een ontspannen weekje Denemarken (we doen weer AirB&B) en ik ben ook heel benieuwd hoe het is om naar een Ironman te kijken, zonder zelf aan de bak te hoeven.
 
Want aan de bak, dat gaat manlief! Ik ga zijn trainingsschema maken, gebaseerd op mijn eigen ervaringen, maar hij is een veel betere loper, en gaat dus minder hard z’n best doen op het zwemmen (schoolslag overleven is genoeg) en fietsen (maximumtraining van 6 uur). En hij gaat oefenen op langzaam lopen, want dat lijkt hemzelf nog een grote valkuil: dat hij aan het begin zijn gewone marathontempo gaat lopen en er dan halverwege het lopen alsnog doorheen komt te zitten.
 
Henk zal ook moeten oefenen met eten en drinken, want kan een marathon nog wel op water en anderhalve slok sportdrank, maar voor een hele triathlon zal hij toch iets meer moeten gaan leren nuttigen. Dat is nieuw voor hem – soort luxeprobleem: hij kan altijd met zo ongelofelijk weinig eten en drinken toe dat hij daar weinig moeite voor hoeft te doen. Ik moet op veel kortere dingen al beter voor mezelf zorgen. En dan nog vond ik het eten en drinken tijdens zo’n lange en zware dag een hele toer.
 
Wat de omgekeerde rollen ook betekent, is dat ik me in mijn wedstrijdplanning aan die van Henk aanpas. Hij wilde, net als ik afgelopen jaar, in juni een halve triathlon doen, ter voorbereiding. Hij wilde daarvoor graag opnieuw naar Bocholt. Ik hoefde niet per se een halve, en had ook nog wel een oogje laten vallen op een wedstrijd in Amsterdam. Maar goed, hij naar Bocholt, dan ik mee.
 
Nou is Bocholt een heel populaire triathlon, die heel snel uitverkocht raakt. Dus toen de inschrijving begon, op een zondag in december om 12 uur, zaten wij elk achter onze PC om onszelf zo snel mogelijk in te schrijven. Bij mij ging dat als een trein, maar Henk moest even het nummer van zijn chip zoeken – en toen kon het al niet meer. Vol! Binnen 10 minuten!
 
Hij heeft zich toen maar voor de Olympische afstand ingeschreven, maar dat was natuurlijk de omgekeerde wereld: stond ik ingeschreven voor een afstand die ik niet per se hoefde, en hij voor eentje waar hij in de aanloop naar zijn Ironman niet zo veel aan had. We hebben dus meteen de organisatie gemaild met de vraag of we konden ruilen. Ze reageerden toen super aardig: we staan nu allebei aangemeld voor de Mitteldistanz!

 

Door |2017-01-12T18:36:25+01:0012 januari 2017|Triathlon algemeen|0 Reacties

Terug-, nee, vooruitblik: de plannen

Ja, ik heb ook weer nieuwe plannen. In de eerste plaats de marathon hier in de stad. Ik schreef het al naar aanleiding van de Kustmarathon: ik wil nog één keer proberen om een marathon hardlopend uit te lopen, dus zonder wandelen. Dan moet het in ongeveer 4,5 uur kunnen lukken. Ik heb nu drie marathons gelopen (Istanbul, in de Ironman en de Kustmarathon), maar met veel wandelen en met heel langzame tijden. Dat blijf ik niet zo doen: als het met fatsoenlijk trainen weer niet lukt, houd ik het voor gezien, dan is het niks voor mij. Als ik straks in april na 30 km weer moet gaan wandelen, wandel ik naar de dichtstbijzijnde metro, is het plan.
 
In de aanloop naar die marathon ga ik een paar trainingsevenementen doen, zoals een georganiseerde trainingsloop, een halve marathon en misschien nog wel een enkel korter loopje ook. Ik heb zondag al een 5 km gelopen, maar toen was ik niet zo op dreef en het parcours was zwaar, dus dat viel nog niet zo mee. Wel leuk trouwens, in een zonnig Westvoorne.
 
Ik heb mijn eigen schema geschreven. Dat moet ik nu wel kunnen ook, hè, als hardlooptrainer-in-opleiding. Vanwege mijn slechte ervaringen in de aanloop naar Istanbul doe ik het nog steeds zonder lange duurlopen – zeg nooit nooit, wie weet wat er nog gebeurt, maar er zal iets drastisch moeten veranderen wil ik dat ooit nog opnieuw gaan doen. De twee dertig kilometers die ik toen in de voorbereiding gelopen heb, zijn nog steeds een beetje traumatisch, zeg maar, zie ook deze blogpost van toen. Ik heb moeten onderkennen dat ik in Istanbul vermoedelijk licht overtraind aan de start stond  – in elk geval moe. Als ik vergelijk hoe ik me toen voelde met 28 augustus ’s ochtends vroeg, dat was een wereld van verschil. In april wil ik me voelen zoals in augustus.
 
Dus zonder lange duurlopen, maar wel meer dan in de marathonrevolutie-aanpak, want de maximaal 42 weekkilometers daarin loop ik nu al, als ik een beetje mijn best doe.  Dus ik ga wel een paar keer langer dan 14 kilometer lopen (eens per maand en maximaal de 25 kilometer van de Heinenoordtunnelloop), en als maximale weekomvang tegen de 50 kilometer. Daarbij de fiets als crosstraining: afhankelijk van het weer de komende maanden wil ik opbouwen naar die beoogde 4,5 uur, zodat ik mijn hart-longconditie daar wel aan laat wennen. Dat moet geen probleem zijn, behalve dan bij kou, wind en gladheid.
 
Trouwens, over die marathonrevolutiemethode – ik blijf dat interessant vinden, en vond de controverse die het oproept mooi behandeld in deze post. Ik doen verder bij het terugblikken niet veel meer aan links naar interessante leesstof, maar hiervoor maak ik graag een uitzondering. Ik heb zelf nog niet ‘bewezen’ dat de aanpak werkt, maar ik vind het wel interessant hoe de controversie iets laat zien van onze calvinistische sportmoraal: dat je kennelijk pijn ‘moet’ lijden om iets te ‘mogen’ bereiken.
 
Daarnaast blijf ik bezig met techniek. en bij lopen hoort natuurlijk ook als doel: mijn diploma halen als trainert, als het goed is, gebeurt dat de dag voor de marathon!
 
Daarna het triathlonseizoen. Ik heb een selectie aan wedstrijden gepland: Ter Aar (1/8e), Krimpen (kwart), Oud-Gastel (1/3e), Bocholt (Mitteldistanz), 010 (nog niet ingeschreven, wordt denk ik  kwart), Binnenmaas (kwart). Daaruit wil ik nog gaan kiezen wat mijn hoofddoel wordt. Ze zijn allemaal ‘in de herhaling’ en ik wil minstens in Bocholt voor een parcoursrecord gaan; in Oud-Gastel misschien ook wel. Een keer ergens op het podium staan in mijn leeftijdscategorie? Een PR op de kwart? Lekker knallen? Dat heb ik al twee seizoenen niet gedaan, in 2015 door blessureleed en in 2016 door de grote focus op duur. En in elk geval: ervan genieten! Het zijn stuk voor stuk leuke triathlons, dus dat moet wel kunnen lukken.
 
Het lijkt me ook leuk om een paar zwemtochten in de herhaling te doen, want die heb ik afgelopen jaar erg leuk gevonden: Kattendijke-Wemeldinge, Jan de Koele en de Branderszwemtocht bijvoorbeeld. Bij de thuistocht in de Schie, kan ik helaas niet, want dan is de Vrouwentriathlon in Utrecht en daar word ik als vrijwilliger verwacht, want ook dat blijf ik doen. Mogelijk kan ik dat dit jaar een keer combineren met zelf meedoen?
 
En een paar leuke fietstoertochten, zeker als manlief die ook gaat doen, want die heeft ook plannen, best heftige zelfs – daarover de volgende keer meer. Sámen hebben we ook een plan, namelijk weer een keer lang weg om een grote fietstocht maken, mogelijk in Nieuw-Zeeland, en ook daarvoor ga ik trainen. Wat ik verder in de tweede helft van 2017 ga doen, weet ik nog niet. Over het grote twijfelpunt ook een volgende keer.
 
 
Door |2017-01-10T17:49:57+01:0010 januari 2017|Boeken, Fiets, Loop, Triathlon algemeen, Zwem|0 Reacties

Terugblik: de rest van de wereld

De terugblik is wat navelstaarderig aan het worden, dus ik doe er even een bredere kijk op de wereld tussendoor, wel gekoppeld aan mijn sportervaringen.
 
Het jaar van mijn Ironman was voor die wereld geen makkelijk jaar. Het meest schokkend vond ik nog het Brexit-referendum, zo kort nadat ik in een triathlonweekend negen landsgrenzen was overgestoken, waarvan twee in de wedstrijd, en voor het eerst in Schengen was geweest. Ik heb daar nog vaak aan terug moeten denken, het gaat er natuurlijk ook nog vaak over, maar ook omdat ik op de dag van de uitslag misschien wel de mooiste fietsrit had van alle trainingen van afgelopen zomer. Ik heb daar toen niet eens zo uitgebreid over geschreven, het was ‘maar’ een training immers. Maar dit verhaal heb ik sindsdien al een paar keer verteld, bijvoorbeeld in het kader van waarom sporten zo goed en zo fijn is:
 
Ik had die vrijdag 180 fietstrainingskilometers op het programma staan, en ik zou een ‘rondje eilanden’ doen: naar de wide open spaces van de Zeeuwse en Zuid-Hollandse dammen en dijken, weilanden en watervlaktes, het land waar ik vandaan kom en me mee verbonden voel. ’s Ochtends wilde ik wel nog even het nieuws zien, vanwege de uitslag van het Brexit-referendum. Wat een mokerslag!
 
Met een donderwolk van hier tot gunter rond mijn hoofd stapte ik op de fiets. Ik had eerst wind tegen en het ging nog regenen ook, maar dat paste wel bij mijn stemming.
 
Gaandeweg draaide ik gunstiger in de wind en het weer klaarde op tot stralend zonnig. Mijn hoofd ging daarin mee, en helemaal opgeruimd en verfrist kwam ik na 180 kilometer thuis aan. Ik had de Brexit niet opgelost, dat kan niet natuurlijk. Ik was er zelfs niet intensief mee bezig geweest. Ik kon me later niet herinneren waar ik dan wel aan had gedacht. Maar dat maakt niet uit: het fietsen, het weer, de vele uren van alleen zijn en het landschap hadden hun heilzame werk gedaan.
 
De andere verkiezingsuitslag, die in de VS, zag ik veel beter aankomen – en alles went, denk ik. Diezelfde week was ik meer onder de indruk van het overlijden van Leonard Cohen. Kijk maar naar mijn Ironman-playlist: daar staan twee nummers van hem in, al is er eentje gezongen door iemand anders. Dat hij er niet meer is, dat raakt me. Al heeft hij een aardige leeftijd bereikt en heeft hij bovendien als laatste album nog een geweldige nalatenschap afgegeven:
 
cohen
 
Het titelnummer, ‘You want it darker’, man-o-man, dat gaat tot diep in mijn ziel. Luister vooral naar die prachtige donkere tonen van het koor.
 
Het is dat album en vooral dat nummer dat me de afgelopen maanden begeleidde, onder andere in de auto naar de bijeenkomsten van de hardlooptrainersopleiding. Die deels ook nog in het Olympisch Stadion waren, daar waar ik Cohen in 2012 voor het eerst live zag – een van de mooiste concertervaringen uit mijn hele leven.
 
Dan was het in november ook nog een jaar geleden dat manlief en ik de marathon van Istanbul liepen. Wat er in die stad en verder in Turkije sindsdien allemaal gebeurd is, dat kan ik amper bevatten. Er zijn aanslagen geweest, de een na de ander, op of vlakbij plaatsen waar wij ook geweest zijn. En dan die staatsgreep en de nasleep daarvan. Die marathon, die startte bij de brug die toen nog Bosporusbrug heette, maar nu de ‘15 Juli Martelaarsbrug’ – dat zou ik toch moeilijk uit mijn strot krijgen. We voeren er de dag na onze marathon op onze rondvaart over de Bosporus zo naartoe (en ergens achter die moskee was die aanslag van Oud&Nieuw, als ik het goed zag op tv):
 

2015_11_16_0086

 Dat zijn zo wat beschouwingen. Dát ik zo geschokt was door het Brexit-referendum, was om vele redenen, maar ook omdat op dat moment tot me doordrong wat een roekeloze gok dat was geweest van Cameron. De polarisatie in ons deel van de wereld vraagt om veel grotere bezonnenheid dan dat. Voor dit nog zo nieuwe jaar hoop ik daarom, naast op vrede in Syrië, op veel wijsheid bij onze eigen leiders. 
 
Door |2017-01-08T17:31:49+01:008 januari 2017|Fiets, Triathlon algemeen, Waarom|0 Reacties

Terugblik: turbulentie!

Flyer toneeluitvoering BloedbruiloftZomaar ineens was dat grote doel waar ik twee jaar naar toe had gewerkt behaald en het proces ten einde. Zeker in de laatste maanden had het een groot deel van mijn tijd en aandacht opgeslurpt, en had ik er nogal wat voor opzij geschoven – ik schreef daar eerder over (voorbeeld). Van die focus heb ik enorm genoten, maar ik heb er ook naar uitgekeken om weer tijd en aandacht te hebben voor andere dingen.
 
Zo had ik me al voor de Ironman ingeschreven voor toneel (in februari uitvoering, komt dat zien!), een opleiding in de acceptance-and-commitmenttherapie (ACT) en ik had me voorgenomen om eindelijk examen te doen in de schriftelijke cursus Sportpsychologie en coaching die ik anderhalf jaar eerder in huis had gehaald.
 
Dat is allemaal gelukt:
 
Certificaat ACT-opleiding
Diploma sportpsychologie en coaching
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Als eindopdracht voor die opleiding Sportpsychologie heb ik trouwens een workshop ‘Omgaan met wedstrijdspanning’ ontworpen. Geschikt voor groepen, dus als iemand interesse heeft voor bijvoorbeeld de atletiekvereniging, hoor ik dat graag. Ik heb het thema geïllustreerd met wat ik nog steeds één van mijn mooiste Ironmanfoto’s vind – van kort voor de start:
 

2016_08_28_0063

 En toen… zat er nog meer ruimte in mijn tijd en er kriebelde van alles,  ook nog eens aangewakkerd door die ACT-opleiding (die was erg leuk, goed, nuttig), en ook wel omdat het met mijn werk redelijk rustig was. Met een beetje kabbelen neem ik niet zo gauw genoegen, vandaar dat gekriebel.
 
Het leidde uiteindelijk tot drie nieuwe plannen die nu volop in werking zijn:
 
  • Ik ga weer een boek schrijven! Of ik moet zeggen: we, want het is samen met Nicole. De werktitel is ‘Je hoeft geen supermens te zijn om  je grenzen te verleggen’; we willen trainingsadviezen geven voor ‘gewone stervelingen’ of ‘mindere goden’ (‘voor losers’, zegt manlief). Ons is het namelijk al een tijd een doorn in het oog dat de trainingsadviezen die je in boeken en op internet vindt, gericht zijn op, of op z’n minst afgeleid zijn van, toppers. Daar vindt immers het onderzoek plaats, en daar verdienen trainers het beste hun brood. Maar als je, bijvoorbeeld, ouder bent, minder getalenteerd of ergens een andere beperking hebt, dan vind je weinig. Dat gat willen wij vullen, deels met echte adviezen en kennis, deels met ervaringsverhalen van onszelf en anderen – en Nicole voegt daar een geweldige dosis humor aan toe!
    Er is een hoop meer over te zeggen, natuurlijk, maar dat doen we wel in het boek. Jullie horen er natuurlijk te zijner tijd meer over – na deze terugblik zet ik een punt achter dit weblog, maar ik zal nog zeker terugkomen als er iets te melden is over het boek. Dat kan nog wel even duren natuurlijk. Als je ideeën hebt voor de uitgave ervan, dan horen we dat graag!
  • En toen…. Besloot ik ook nog hardlooptrainer te worden, althans, de opleiding te gaan volgen. Sinds half november ben ik HIO, hardlooptrainer-in-opleiding, bij RunningHolland. Ik vond het tijd worden om twee jaar gemopper op hoe de trainingen bij RA gaan om te zetten in iets constructies (probleem is nu wel dat ik alleen maar kritischer word, maarja, da’s een tussenfase), een papiertje halen leek me goed voor mijn geloofwaardigheid als schrijver van een boek met trainingsadviezen, en ik heb nog vagelijk ook wel een gevoel van missie om iets te betekenen vooral voor vrouwen die zich tegen heug en meug naar de sportschool slepen omdat ze ‘moeten’ sporten. Maar concreet is dat nog niet, ik heb nog geen heldere plannen voor zelf trainer zijn.
    Eerst die opleiding maar eens. Die is leuk maar pittig. Ik heb er veel aan voor mijn eigen lopen (zie mijn verhaal van eerder over techniek, dit is de andere ‘input’ voor daar hard aan werken op het ogenblik), vind het leuk om met de groep samen te trainen en elkaar aan het werk te zien, ik leer ervan bijvoorbeeld op het gebied van anatomie en fysiologie en ook po het gebied van hardloop-trainingsleer meer tot in detail dan eerder. Ik vind het leuk om zelf trainingen te geven en dat gaat ook goed tot nu toe – ik heb al flink wat kwaliteiten gescoord, want dat is de beoordelingswijze.
    Maar het kost wel veel tijd (dertien zaterdagmiddagen in Amsterdam, plus flink wat huiswerk) en ik vind het soms oncomfortabel om de langzaamste te zijn in de groep – want ja, dat ben ik, en ik heb zelfs al een stuip van faalangst gehad bij een moeilijke oefening. Hoe het eraan toe gaat sterkt me wel in de overtuiging dat er een gat in de markt is voor trainers speciaal gericht op de mindere goden.
  • Van een heel andere orde: ik heb de moed bij elkaar verzameld en ben gestopt met de hormoonsuppletie die ik sinds april gebruikte vanwege mijn slechte slapen, vermoedelijk een overgangskwaal. De pillen hielpen (denk ik), maar ik voelde me er oncomfortabel bij: ervoer het een beetje als de natuur tegenwerken (overgang is geen ziekte) en mezelf chemisch aanpassen om de ratrace vol te kunnen houden, iets waar ik bij ritalin en anti-depressiva altijd tegen ben geweest. Bovendien had ik zo geen idee meer hoe het zat met mijn eigen veranderende hormonen. Ik voelde me wel heel kunstmatig vlakgetrokken. Dat was lekker, maar ook onnatuurlijk. En wat ging ik zo uit de weg?
    Ik voelde me in de periode na de Ironman zó goed dat ik dacht: ik durf het wel weer zonder. Zelfs als het slapen weer zo slecht wordt als ervoor, trek ik dat voorlopig wel, en hopelijk kom ik dan hormonaal in rustiger vaarwater. Mocht ik het niet trekken, dan zijn die pillen er als vangnet. Maar nu: weg ermee! 
    Ik vond het superspannend, maar het gaat prima. Ik slaap redelijk – goed genoeg in elk geval. Minder goed dan met de pillen of dan vroeger, maar veel beter dan de voorgaande vijf jaar, royaal genoeg om goed bij te functioneren. Ik snap ook beter waarom ik slecht slaap als dat zo is, wat meer grip erop geeft. Meer in het algemeen voel ik me op dit moment niet die speelbal van mijn hormonen die ik vorig jaar was. Terwijl het allemaal nog zeker niet voorbij is: nog geen menopauze in zicht. Wel word ik minder vaak ongesteld (hèhè, eindelijk). 
    Over het allerslechtste slapen van vorig jaar denk ik achteraf dat ik mogelijk op het randje van overtraindheid zat, als gevolg van de lange duurlopen in de aanloop naar de marathon en daarna het trainen te vroeg weer te zwaar oppakken. De combinatie van winter + hormonale disbalans + iets te zwaar trainen ontregelde mijn slapen kennelijk, waardoor het helemaal een uitputtingsslag c.q. vicieuze cirkel werd. Maar slecht slapen deed ik de 4 jaren daarvoor ook al, en waarom het ten opzichte daarvan nu zo veel beter is, weet ik niet. Ik ben echt niet vier jaar lang overtraind geweest. Maar ik ben wel blij met hoe het nu gaat!
En zo was het dus in oktober en november best turbulent. Ik zat in verschillende opleidingsachtige situaties tegelijk, dat was druk, en ik moest me in al die situaties verhouden tot enerzijds de groep en anderzijds de persoon vóór de groep (die ook nog wel eens wat over mij roept, zeg maar), en dat terwijl ik het spannend vond hoe het met mijn slapen zou gaan. Maar zo heb ik het gevoel dat ik mezelf ook wel heel hard ontwikkelde. Die comfortzone, die was ik onderweg naar de Ironman al kwijt; ik heb ‘m nog steeds niet teruggevonden!
 
En oja, ondertussen  moest ik ook nog gewoon werken. En dat werd nog een okee jaar ook, dat ik onlangs financieel kon afronden op net iets meer dan mijn streefomzet, en een boel interessante dingen gedaan ook. De zomer was erg rustig, maar dat kwam goed uit dit jaar!
 
Zwart gat na de Ironman? Absoluut niet. Eerder is het zo dat ik aan het Ironmanproces extra zelfvertrouwen heb overgehouden en dat meteen heb benut. Frappant genoeg verscheen precies daarover een artikel in Pyschologie Magazine van november: dat dat de meerwaarde is van afzien. Sportpsycholoog Gerald Weltevreden legt het in dat artikel uit. Blijf je altijd maar in je comfort zone, dan daalt je zelfvertrouwen. Van een uitdagend doel stijgt het – als het maar niet té uitdagend is. Ik had dat zelf op die manier nog niet zo helder voor ogen, maar het vat wel de afgelopen periode in één keer samen.
 
Ik zei eerder al, hè: geweldig, dat Ironman-proces. Kijk eens wat het oplevert!
 
Door |2017-01-06T10:33:46+01:006 januari 2017|Boeken, Loop, Trainer, Triathlon algemeen, Vrouwensport, Waarom|0 Reacties

Terugblik: het sporten sindsdien

De eerste keer dat ik na de Ironman weer naar Bodybalance ging, vond ik het emotioneel om te voelen hoe groot het verschil was met ervoor. Weg de permanente focus op dat ene doel, weg de altijd aanwezige voorzichtigheid van ‘wel heel blijven!’, welkom ontspanning, en ook: welkom veel meer lef om mijn grenzen op te zoeken.

Bij zwemmen durfde ik zo mezelf ineens weer wel pijn te doen – ik heb bijna anderhalf jaar lang voorzichtig gezwommen, enerzijds omdat ik nog altijd in mijn schouder het restant van de peesontsteking voelde (bijna weg nu) en anderzijds omdat met het zwemmen van die lange afstanden, het steunen op het aerostuur van de triathlonfiets en de kracht- en stabiliteitsoefeningen mijn schouders doorlopend zwaar belast waren, en ik ze zeker niet over het randje wilde duwen. Niet dat ik dat nu wel wilde, maar ik kon wel weer eens een gokje wagen – de paddles weer eens opzoeken bijvoorbeeld.

De lange periode zonder iets te ‘moeten’ qua duur of snelheid maakte dat ik een lange rust- en overgangsperiode inging. Ik ben net vorige week weer begonnen met opbouwen. Dat was lekker: niks moest per se, in geval van twijfel ging ik niet sporten, ik hoefde niet te ‘bijten’ op iets moeilijks en ik stopte zodra ik ergens iets vervelends voelde. Al met al heb ik nog best wel veel gedaan, maar weinig met snelheid en/of duur. En zo ontstond er ruimte om met techniek aan de slag te gaan. Ik heb op dat vlak zowel bij het zwemmen als bij het hardlopen een stap vooruit gezet.

Voor het zwemmen heb ik opnieuw een cursus gedaan bij Zwemanalyse. Net als twee jaar terug de elite-cursus bij trainer Roy, waar ik eigenlijk te langzaam voor ben maar wel ervaren genoeg. Je hebt dan maar drie keer les, maar wel intensief: twee uur lang, in een klein groepje (4 à 6) en met video-analyse ter plekke en naderhand uitgeschreven.

Er vielen allerlei kwartjes en om een lang verhaal kort te maken: bij de laatste les deden we een CSS-test en de 400 meter die ik toen zwom, was mijn snelste ooit. En dat terwijl ik een pittige werkdag achter de rug had en me voor mijn gevoel een beetje naar het zwembad toe had gesleept, dus er eigenlijk niets van had verwacht. Progressie! Voor het eerst in jaren! Ik zwem m’n CSS-baantjes nu zo’n 2 seconden sneller dan ooit eerder,  en als ik dit weet uit te bouwen, komt de kilometer onder de 20 minuten echt in zicht.

Over de techniek: Ik had het eerst vervelend gevonden om te moeten onderkennen dat mijn grootste techniekfout van twee jaar geleden, het achteruit trekken van mijn elleboog in plaats van stuwen met hand en onderarm. Dat is te zien op deze foto – het beeld is een still uit de video van het laatste baantje van mijn 400-meter-PR, overgenomen uit Roy’s laatste analyse. Ik ben dus best een beetje moe en die elleboog zou eigenlijk boven mijn hand moeten zijn:

Ik weet niet of ik dat ooit helemaal af ga leren maar ik geloof dat ik nu eindelijk echt weet waar ik de verbetering daarvan moet zoeken.

Bovendien heb ik (denk ik) wat kleinere verbeteringen gemaakt. Ik was misschien hier en daar wat hypercorrect geworden in het uitstrekken, de hoge elleboog en de ‘traagheid’ van de glijslag, en daardoor geforceerd gaan zwemmen. Mijn ritme is iets omhoog, ik steek dynamischer in en hoop dat het met die elleboog nu goed gaat. Aandachtspunt is nog om m’n hand niet weg te draaien voordat m’n slag af is, daar was ik me niet van bewust en ik heb de indruk dat alleen al dat beter doen wezenlijk scheelt. 

Sommige verbeteringen voelen ontspannener voor mijn schouder, en daar was ik ook naar op zoek. Ik voel de slag nu meer in mijn bovenrug dan  in mijn schouder ‘aankomen’ als ik zwaarder train, dat is goed. Ik ben benieuwd of het ook scheelt voor die verkleumende handen in het open water. Vooralsnog train ik lekker verder op duur, kracht en techniek. De lol daarin is ook weer helemaal terug. Voor het eerst in drie jaar is er wezenlijke progressie!

De lessen bij Zwemanalyse zijn bovendien erg leuk – ook al is het altijd even slikken om jezelf op video te zien. Twee uur lang bestaat de wereld uit niets anders dan zwemtechniek, en dat is naast leerzaam ook heel ontspannend! En dan krijg je aan het eind ook nog een heus soort zwemdiploma:

Certificaat borstcrawlcursus

Dan het lopen. Al langer had ik interesse voor ‘barefootrunning’. Bij de Chi-running in mei liet Annemarie de schoenen daarvoor voelen en zien – tsjonge, wat lekker licht! Bovendien zou het volgens haar heel goed bij die techniek passen en hem ook stimuleren. Ik heb altijd graag op blote voeten gelopen, deed vroeger op het strand niet anders, ook hardlopend over langere afstanden. En toen ik wat ging lezen erover, dacht ik: zit wat in. Maar ermee gaan experimenteren in de aanloop naar de Ironman, dat ging niet, want je moet die andere belasting voor je voeten rustig opbouwen.

Een paar dagen na de Kustmarathon zat ik al bij natuurlijkhardlopen.nl en ik kwam thuis met deze schoenen: licht, geen demping, zero drop (geen hoogteverschil tussen voor en achter) en met veel teenruimte:

schoentjes

En daarbij kreeg ik een opbouwschema dat ik in grote lijnen braaf gevolgd heb, soms zelfs op helemaal blote voeten op de loopband in de sportschool, dat loopt ook erg lekker:

img
Dat viel nog niet mee, want ondanks mijn goede getraindheid kwam deze nieuwe vorm van lopen keihard aan op mijn kuiten (m. soleus vooral) – meer dan op mijn voeten. De stap van 5 naar 8 minuutjes bijvoorbeeld, toen kon ik de volgende ochtend amper de trap af komen van de spierpijn. Waarschijnlijk maak ik bij  het lopen nu pas voor het eerst  echt gebruik van de elasticiteit van mijn achillespees. Elastischer, dat is hoe het voelt: dat ik makkelijker de ‘stuiter-energie’ kan benutten – dat heet ook wel ‘reactiviteit’. Ik loop op ‘de schoentjes’ dan ook veel makkelijker harder – wat ook wel een beetje een valkuil is vanwege die kuitspieren (niet te hard, niet te hard, niet te hard!).

Ik heb het einde van het schema net voor kerst gehaald, maar waar het al die maanden lang net goed ging, joeg ik toen m’n kuitspieren wel even over de kling. Van een duurloop op 1e kerstdag ben ik terug komen strompelen en de training erna moest ik overslaan. Gewoon lopen gaat weer goed maar ik moet met de schoentjes weer een stapje terug doen. Ik weet ook nog niet zo goed hoe ik het opbouwen daarmee kan combineren met nu weer echt gaan trainen. Ik deed duurloopjes wel zo dat ik eerst op die schoentjes liep, terug thuis uitkwam en dan m’n gewone schoenen aantrok voor de resterende  kilometers. Twee weken terug heb ik een keer een deel van de RA-training erop gedaan, maar dat omkleden kost vrij veel tijd. En voor een succesvolle marathon moet ik voorzichtig zijn met die kuiten.

Het is dus nog een beetje zoeken, maar ik wil er wel mee verder, zeker om er regelmatig op te blijven trainen om zo mijn techniek vooruit te helpen. En misschien wel om er helemaal op over te gaan. Als ik ervan overstap op gewone schoenen, ervaar ik die als vreemd ‘wegzakkerig’ zacht, zoiets als een te zachte matras, en die dikke hak zit in de weg.

Sinds half november ben ik ook nog op een andere manier met mijn looptechniek bezig, want ik doe een opleiding, maar daarover een andere keer meer. Belangrijkste accent op dit moment is mijn armzwaai – dat ik meer met mijn armen ga doen en minder roteer in mijn schouders. Daartoe ben ik ook weer fors bezig met core stability: het planken heb ik op iets lager niveau bijgehouden en ga ik nu weer opbouwen, en ik doe andere buikspieroefeningen. Alles om dat ‘geschommel’ eruit te halen en die reactiviteit beter te kunnen benutten.

Ook al is het nog steeds moeilijk om  het bij ‘gewoon’ lopen goed te doen, toch loop ik voor mijn gevoel beter. Ik was ook niet ontevreden over hoe het er op dit filmpje uitzag. Wel houd ik daar mijn heupen kunstmatig stijf, ook weer zo’n hypercorrectie-dingetje (tegen het roteren) en is er een verschil tussen rechts en links, waarvan ik niet precies weet hoe het komt, misschien gewoon door m’n scheve knie rechts. Links gaat beter, met ook een betere middenvoetslanding bijvoorbeeld.

Dan nog over de rest. Ik bodybalance weer en merk daar progressie bij. Ik doe wat krachttraining en extra rekken voor mijn liezen en sartorius, vanwege de overbelasting daarvan bij zowel Ironman als Kustmarathon.

Ik ben ook weer een nieuwe poging aan het wagen om van die eindeloze bekken-scheefstand-problemen af te komen, met Krullaards Perfect Rest (KPR). Ik had namelijk als restant van de blessure van anderhalf jaar geleden nog steeds van die ‘vlagen’ waarop er iets scheeftrok rond mijn linkerheup/bekken/onderrug, doortrekkend naar mijn schouder, en waar noch fysiotherapeut noch chiropractor raad voor wisten, omdat het meer een banden- dan een gewrichtenprobleem was (kennelijk). Niet heel veel last van, maar wel hinderlijk. Na twee behandelingen weet ik nog niet of het het echt gaat oplossen, maar ik geef het nog niet op. Het gaat vooral op en neer nog.

Bij die KPR-behandeling horen ook oefeningen (ik oefen me een ongeluk) en inlegzooltjes die onder je hiel een beetje ‘wiebelen’, waardoor je bekken gestimuleerd wordt om zelf beter z’n balans te zoeken. Die lopen prima, maar ze hebben één nadeel: ook die zijn belastend voor m’n kuiten. Dat ik mijn kuiten vlak voor kerst overbelastte, lag mede aan de bijna 18 km die ik die week op die zooltjes heb gewandeld. Ik ben me toch sterke kuiten aan het kweken, niet normaal!

O, en het fietsen? Nou, daar is die bekkenbehandeling zeker ook op gericht. Ik had immers net voor de Ironman last gekregen van mijn rechterknie, en waarschijnlijk lag dat ook aan ergens iets scheefs of anderszins afwijkends in de buurt van heup/bekken, als ik diep zit – op andere fietsen dan de triathlonfiets heb ik er geen last van. Ik heb dat eerst met de chiropractor geprobeerd en later dus met KPR. De laatste keer op de triathlonfiets, met oudjaar, had ik daarop ook geen last meer, maar het voelde nog wel een beetje raar. Ik heb goede hoop dat het helemaal goed gaat komen.

Heel vaak heb ik het niet uitgeprobeerd, dat fietsen op de triathlonfiets. Want het fietsen stond zo’n beetje stil, zoals elk jaar in deze tijd. Althans, zo ervaar ik dat dan, maar ik heb toch nog wel eens een week van in totaal 7 uur gemaakt, en altijd wel minstens iets van 3 – dat is wat ik ‘niet fietsen’ noem, want echt gericht trainen is dat niet. Het is op de stadsfiets, en af en toe op de Afrika-fiets woon-werk heen en weer naar Den Haag. Dat loopt soms best wel op, en zo onderhoud ik mijn fietsconditie dus wel, dat gaat elke winter zo en dan bouw ik daarop makkelijk verder.

Alles bij elkaar heb ik dus vooral vaak gesport, met veel aandacht voor techniek, maar niet lang of hard, en een beetje naar hoe het uitkwam. Mijn Movescount-overzicht is dan ook een ratjetoe met op het oog veel lopen (de lengte van het streepje duidt de tijdsduur aan): 

Allerlei symbooltjes
Dat ziet er heftiger uit dan het was. Lopen was soms maar een kwartier, met nog wandelen ertussendoor ook – op die nieuwe schoentjes. De langste training, die groene, was dat wandelen, en bij een paar er lang uitziende hardlooptrainingen heb ik meer stilgestaan dan gelopen, vanwege alle instructie. Of zo’n dag als de een-na-laatste bijvoorbeeld, de dag voor kerst – drie keer getraind??? Nee, één keer naar de sportschool gegaan, daar eerst spinning gedaan (omdat het te hard woei voor buiten fietsen), daarna een kwartier op blote voeten op de loopband, en daarna nog wat kracht- en souplesse-oefeningen. En eigenlijk de allereerste dag van weer opnieuw gaan opbouwen ook, 24 december – spinning had ik sinds half augustus niet meer gedaan!

Ik heb die lange overgangsperiode als leuk en nuttig ervaren. Om goed te herstellen, maar ook om techniek zó op de eerste plaats te kunnen zetten, omdat er voorlopig toch niets ‘moet’ aan duur of snelheid. Dat ‘hoort’ weliswaar eigenlijk zo, bij goeie triathlon-periodisering, maar ik had het nooit zo welbewust gedaan. Met nieuwe dingen bezig zijn en iets leren – er is niets wat mij zo motiveert! 

Ik heb dus voor mijn gevoel wel weer een nuttige stap gezet. Ik ben benieuwd wat dat gaat opleveren nu ik weer ga opbouwen voor het nieuwe seizoen. Over de triathlonplannen daarvoor een andere keer.

 
Door |2017-01-04T10:23:34+01:004 januari 2017|Fiets, Loop, Triathlon algemeen, Waarom, Zwem|2 Reacties
Ga naar de bovenkant