Triathlon algemeen

Mijn seizoentje zit erop

Ik ben twee triathlons verder dan woensdag. Ze waren leuk! Het ging allebei goed, en er waren contrasten: donderdag was een nieuwe triathlon, vanochtend mijn vijfde deelname in Ter Aar, dus op vertrouwd terrein. Donderdag was het warmer dan gevreesd dankzij de zon die er net doorheen kwam, vanochtend was het koeler en winderiger dan gedacht; de zon liet zich niet zien.  Manlief deed donderdag zelf ook mee; vandaag was hij chauffeur, soigneur, supporter en hij maakte foto’s, dus die in deze post zijn allemaal van Ter Aar en niet van de Biesbosch.

Het gaat me op het ogenblik vooral om het fietsen, en dat ging allebei wel goed, al viel vandaag me een beetje tegen. Dat lag deels aan de wind. Ik had donderdag 33,7 km/u gemiddeld gefietst, niet helemaal voluit gaand, en ik had gehoopt vandaag wel voluit en dan door de grens van de 34 te gaan, voor het eerst ooit. Maar daarvoor woei het dus te hard. En misschien was ik ook in iets minder goede doen: de twee tussenliggende dagen voelde ik me wat brak: moe, onrustig geslapen, gister verhoogde rusthartslag. Ik twijfelde toen zelfs nog of ik wel zou kunnen starten, maar vandaag is beter. Ik kwam uit op een NP van 5 Watt hoger dan donderdag, en beide triathlons braken eerdere vermogens-records. Maar dus nog geen snelheidsrecord. Naar omstandigheden heb ik gewoon goed gefietst. Het voelde ook lekker. Donderdag ook trouwens.

Zwemmen was allebei de keren okee. De watertemperatuur donderdag viel me mee (graad of 17) en het was een mooi plasje. Vandaag raakten we op het laatst met z’n vieren in de baan in een inhaal-veldslag verwikkeld, maar dat is in het zwembad altijd wel even zo.

Relatief heb ik vandaag beter gelopen, mede dankzij het koele weer – 1 seconde per kilometer langzamer dan donderdag, maar ik had meer gegeven op de fiets, dus dat is okee. Het harde fietsen voel ik sowieso wel, dat moet ik bij het lopen bekopen, maar dat was dit seizoen de bedoeling. Net zoals het ook okee was dat wisselen beide keren traag ging, daar laat ik toch wel veel liggen. Vandaag kreeg ik m’n schoenen niet aan. Daar ben ik totaal niet mee bezig geweest; als ik weer serieus met triathlon aan de slag wil, moet ik daarom andere hardloopschoenen.

Waar ik donderdag heb genoten van het parcours, met hardlopen over een klein paadje langs uiterwaarden met ganzen en schapen, moest ik vandaag accepteren dat voor het eerst Ter Aar geen Ter Huh werd. Nouja, dat is dan maar zo. Het blijft een leuke triathlon, kleinschalig en overzichtelijk en van alles wat. Het was wel iets anders omdat er minder startseries op de 1/8e en kwart waren, en in plaats daarvan jeugdcompetitie. Daardoor was het veel drukker, want jeugd heeft meer toeschouwers en begeleiders.

Grappig: mijn buurman in de wisselzone, en dus ook baangenoot bij het zwemmen, was steeds in de buurt. Dat heb ik nooit eerder meegemaakt, dat iemand anders op alledrie de onderdelen ongeveer even hard gaat als ik. Uiteindelijk heb ik hem met een paar seconden verslagen. Het was beide keren gezellig, donderdag met veel debutanten ook.

Donderdag keek ik een beetje op mijn neus dat ik in het kleine startveld drie leeftijdsgenotes voor me had, waarvan er één ook nog harder had gefietst. Vandaag eindigde ik in het linkerrijtje van de vrouwen (12e van 27). Ik doe nog steeds lekker mee! En nu het vizier dus nog meer richting fietsen. Hopelijk onder wat gunstigere omstandigheden van weer en lijf dan de afgelopen maanden.

Tot slot toch nog één foto van donderdag: de leukste medaille ooit, voor mij als knaagdierliefhebber:

 

Door |2023-05-21T17:00:19+02:0021 mei 2023|Fiets, Triathlon algemeen|1 Reactie

Mijn seizoentje gaat beginnen

Morgen doe ik mijn eerste triathlon van het seizoen, en dan meteen zondag nog een, allebei de 1/8e.  En dat is het dan ook voorlopig. Nouja, ik doe er ook nog een als fietser in een duo of trio, en misschien eind september ook nog wel een. Maar na zondag gaat ook hardlopen in de onderhoudstand en gaat de focus dus nog meer op het fietsen, met nog drie maanden tot aan mijn hoofddoel. Van de twee aanstaande triathlons is die van morgen een opwarmertje, om er weer even in te komen, en vooral ook: genieten van het parcours. Zondag wil ik in Ter Huh zo hard mogelijk fietsen, als tussentijds testje weer.

Dit is dus opnieuw een schakelmoment in het seizoen. Het zit voor mijn gevoel kort op het vorige, en helaas heb ik in de tussenliggende weken weer niet onbekommerd kunnen trainen. Waar ik tussen eind februari en 9 april last had gehad van drukte, familieomstandigheden en gekneusde ribben, had ik sindsdien nog steeds wel wat drukte en omstandigheden, last van m’n rug als gevolg van die ribben, een zo-zo trainingsweekend en meteen daarna, jawel, werd ik verkouden. Dat was ik de hele winter nog niet geweest, sterker nog, het was op de dag af 51 weken geleden, voor mij nogal bijzonder, zeker in een winter waarin er nogal wat virussen zijn rondgegaan.

Dus op dat punt mag ik niet mopperen, maar door de timing kreeg ik wel wat zelfmedelijden: wéér niet lekker kunnen trainen, ik krijg de regelmaat er maar niet in. Ik moest bovendien leuke dingen afzeggen en had enkele saaie en hangerige dagen. Vorige week had ik zelfs een dagje verhoging en ik snotter nog steeds – wat bij mij altijd lang duurt.

Nou goed. Ondertussen kregen twee mensen in mijn omgeving veel slechter gezondheidsnieuws, dus waar zeur ik over. Ik heb het al vaker gezegd: als op mijn leeftijd verkoudheid je grootste gezondheidsprobleem is, valt het allemaal nogal mee.

En oja, over het gebrek aan onbekommerd trainen: het is ook nog eens heel vaak slecht weer. Met – gelukkig – een enkele uitzondering, zoals afgelopen zondag, toen ik gelukkig net weer genoeg was opgeknapt om samen met Nicole mee te doen aan de Vestingloop Hellevoetsluis, een werkelijk schitterend parcours:

Nicole in actie op de vesting

Morgen wordt ook gewoon koud, voor een triathlon op Hemelvaartsdag. Ik heb zin in het verzetje, ben benieuwd naar het parcours; als ik kan sporten, gaat dat best wel lekker. Ondanks alles heb ik er dus gewoon zin in!

 

Door |2023-05-17T15:57:35+02:0017 mei 2023|Fiets, Loop, Triathlon algemeen|0 Reacties

Uit de kreukels komen

Het ‘makkelijke’ aan fysiek ongemak na vallen is dat het in principe gewoon geneest. Dat is simpeler dan een overbelastingsblessure of iets onduidelijks. ‘Gewoon’ wil echter niet zeggen dat het herstel in een rechte lijn gaat, dat vond ik wel interessant om te zien. Hier de ups en downs van de laatste weken:

  • De gekneusde ribben begonnen eenmaal ingetapet (na een week – zie foto – de tape heeft twee weken gehouden) aan een weg omhoog maar wel met betere en slechtere dagen. In die weken kon ik steeds meer, op sportgebied, en dat was dan ook steeds met ongemak, maar dat leek een soort noodzakelijk kwaad. Het diepere ademhalen bijvoorbeeld, dat was steeds ongemakkelijk omdat ik dan tegen stijfheid aan ademde, maar daardoor kwam het wel los.
  • Na een week of vier was de kneuzing wel zo’n beetje hersteld, maar toen zat er nog iets muurvast in m’n rug. Bij de tijdrit heb ik die spier (?) een beetje geweld aangedaan, dus toen hield ik een flinke tijd last van mijn rug. Uiteindelijk kon ik op 21 april naar de chiropractor die mijn rug los heeft gemaakt. Wat een verademing (ook letterlijk).
  • Maar…. die ontspanning in m’n rug schoot een beetje door en prompt trok m’n bekken hartstikke scheef. Zo scheef was het in jaren niet geweest. Ik liep er bijna mank van en ik kreeg last van een knie. Dat voelde ik bij elke stap. Een paar dagen kon ik toen helemaal niks, uit angst die knie verder te beschadigen. Dat was mentaal een paar dagen superzwaar, want dacht ik er eindelijk te zijn, was ik ineens nog verder van huis. Ik had verder ook een paar stressvolle dagen en juist dan kan ik enorm verlangen naar ‘de wei in’, maar dat ging dus niet. Vorige week maandag klotste m’n chagrijn hier tegen de plinten, zal ik maar zeggen.
  • De dinsdag erna, vorige week dus, kon ik terug naar de chiropractor, bekken rechtgezet, en ze had wat peptalk: die knie beschadigen zou niet zo gauw gebeuren, dus ik mocht wel sporten. En dat ging ook, dus ik heb net een lang weekend achter de rug waarin ik lekker kon trainen, kon doen wat ik wilde, met vooral een boel fietsen. Heerlijk, zeker zondag, eindelijk ook eens een dag mooi weer en dus onbekommerd voor een lange rit op weg.
  • Tijdens die lange rit voelde ik wel nog steeds behoorlijke stijfheid aan de gekneusde kant en daardoor moet die heup harder werken dan normaal. Vandaag daarvoor nog een keer naar de chiropractor geweest. Het is nu zeven weken geleden en nog steeds niet helemaal over, maar ik kan wel alles weer.
  • Toen de ribben zo ver genezen waren dat ik weer wat mobieler werd, ging me opvallen dat de bij mijn eerste val gekneusde pink nog steeds zeer deed. Er leek helemaal geen schot in te zitten, maar de laatste twee weken lijkt het toch te verbeteren, mede dankzij het intapen dat ik weer ben gaan doen. Desalniettemin ben ik net naar de huisarts geweest om te checken of er niet toch meer nodig is. Mogelijk is er inderdaad ergens een beetje iets gescheurd geweest ofzoiets, daar zou ik een foto voor kunnen laten maken, maar vervolgens is de behandeling niet anders. Get vergt gewoon geduld….
  • Bij de huisarts heb ik ook nog even laten kijken naar een ander plekje dat zeer blijft doen, al heb ik daar heel weinig last van: de onderkant van m’n elleboog. Die doet zeer als ik op mijn onderarm rust, wat ik niet veel doe, maar bijvoorbeeld wel bij de onderarm-plank. Daar heeft de zenuw kennelijk een tik gehad en dat kan inderdaad heel lang duren.

Alles bij elkaar kan ik nog steeds wel voelen dat het een zware tijd is geweest. De drie weken tussen het overlijden van mijn schoonvader en het verschijnen van mijn boek, met de twee vallen erin en dus ook een week waarin ik veel pijn had van die ribben, behoren tot de meest veeleisende uit mijn leven. Ook leuk dus, met het boek, maar het was alle zeilen bijzetten. Er kwam nog een boel achteraan ook, deels gewoon weer suffe pech, zoals het stukgaan van mijn computer vorige week. Het is gewoon niet mijn beste tijd. En dan ook nog qua weer zo’n prutvoorjaar….

Wat er aan vorm onder alle pijntjes vandaan komt, is echter helemaal niet zo slecht. Dankzij wat ik zo goed en zo kwaad mogelijk toch heb kunnen doen de afgelopen weken. Bovendien ga ik voelen dat ik meer tijd heb dan in heel lang doordat het boek af is. Ik merk aan mijn werkagenda ook dat ik een tijd te druk ben geweest voor relatiebeheer – het is nogal rustig. Dat kan financieel gelukkig wel even lijden, en het maakt tijd voor nog meer herstel, ook van mijn hoofd. Ik hoop vooral heel erg dat het nu een tijdje allemaal een beetje mee blijft zitten!

 

Door |2023-05-03T08:46:42+02:002 mei 2023|Fiets, Triathlon algemeen|0 Reacties

Alles tegelijk!

Morgen is het dan zo ver: dan verschijnt Optimaal blijven sporten voor 45+’ers. Het is er écht, afgelopen dinsdag kreeg ik de foto hiernaast toegestuurd van de uitgever. Verder dan dat ben ik nog niet gekomen – morgen houd ik het zelf vast! Dan is ook de boekpresentatie. Een grote dag, waar ik al een hele tijd naar uitkijk.

Alsof dat nog niet genoeg is, was er de afgelopen tijd van alles ‘loos’. In de eerste plaats overleed eind februari mijn schoonvader. We zagen dat al een tijd aankomen, maar het was toch nog plotseling en hij was ons dierbaar. Naast wat dat met ons deed heeft vooral Henk nu ook nog een boel praktisch geregel. Net ervoor had Henk zelf te horen gekregen dat hij glaucoom heeft, als een soort ‘nabrander’ van zijn staaroperaties – ook hij heeft veel tegelijk.

Ik zelf struikelde een dag na Pa’s overlijden bij hardlopen in het donker over een scheve of losse tegel. Niks echt ernstigs: een gekneusde pink en een kras op mijn bril was het enige wat niet binnen een paar dagen over was, en ik kon aangepast toch door blijven trainen, op een weekje zwemmen overslaan na. Afgelopen weekend, dik twee weken later, ging ik echter nóg een keer op mijn oren, dit keer door een samenloop van omstandigheden*. Ook nu niks echt ernstigs, maar wel opnieuw een blauwe knie en veel pijn aan m’n rechterflank door gekneusde ribben.

Pech dus. Dit keer kan ik niet doortrainen. Beetje fietsen en wandelen, verder kalm aan. Niet fijn, maar het is niet anders, en gelukkig ligt mijn seizoensdoel nog een eind in de toekomst (ik sta ingeschreven voor de tijdrit ondertussen!).

Niet kunnen sporten is ergens ook nog wel handig, want dat levert tijd op. Druk is en was het namelijk ook, want afgezien van de week tussen het overlijden en de uitvaart van Pa ging mijn werk gewoon door. Dat was af en toe best een spagaat, met drie benen zelfs: thuis/Pa, werk en boek. Voor het boek had ik vooral  logistieke dingen te regelen voor die presentatie morgen. En deze site is net ‘op poten’, met dank aan Marika van de Websitewinkel.

Daarbij hadden we ook nog leuke dingen, want in een dikke week gingen we respectievelijk naar Theo Maassen in het Nieuwe Luxor, Big Country in de Baroeg en Stromae in… Brussel! Die laatste twee dingen waren wel heel memorabel, want ze waren allebei fantastisch én het waren mijn eerste twee popconcerten in meer dan drie jaar – ik was sinds de coronabeperkingen nog niet weer gegaan.

Supergaaf, maar het betekende dus wel dat ik tussen alle bedrijven door met m’n zere ribben naar Brussel op en neer ben gegaan. Beetje moe nu. Vanavond vroeg naar bed en dan morgen die grote dag!

 

* De omstandigheden: onderweg op mijn stadsfiets naar de Baroeg zondag kreeg ik een lekke band. Dat was vlakbij metrostation Zuidplein. Ik heb daar mijn fiets neergezet en ben verder gaan lopen. Ondertussen bedacht ik de handigste logistiek: op de terugweg zou ik m’n fiets op de metro zetten naar Centraal Station om m’n band daar te laten vervangen. Zo gezegd, zo gedaan. Maar toen bleek de lift op het metrostation stuk en de vaste trappen hebben er geen gootje. Op de roltrap ging het mis. Die is steil, snel en glad om met een fiets te ‘nemen’, en bovendien reageerde mijn voorwiel mogelijk net iets anders door die lekke band. De fiets ging glijden en nam mij mee…

Door |2023-04-09T20:23:26+02:0016 maart 2023|Boeken, Triathlon algemeen|0 Reacties

De zwemhandschoenenzoektocht

In het winterzwemexperiment kwam ik erachter dat de bottleneck voor mij m’n handen zijn, of meer bepaald: m’n vingertoppen. Die gaan pijn doen in de kou, iets heel anders dan gewoon koud: echt naar, en ze blijven de rest van de dag ‘aangeslagen’.

Tot een graad of tien gaat het goed, ging het goed, tot in de loop van november, met blote handen. Ik had geanticipeerd en handschoenen gekocht, bij Zwemanalyse, waar ik meer spulletjes van heb, onder andere mijn neopreen badmuts – altijd goede ervaringen. Dus ik ging er zonder voorbehoud mee zwemmen, maar… net zulke zere vingers als zonder. Het water klotste dan ook ongehinderd rond mijn vingers. Het is maat S en het handgedeelte zit prima, maar de vingers zijn véél te wijd. Zo wijd (er kunnen bijna twee van mijn vingers in één van de handschoen) dat ik me niet goed kon voorstellen dat er mensen zijn met kleine handen en zulke dikke vingers. Ik heb Zwemanalyse gevraagd of het geen productiefout was, maar nee: ze horen zo. Nou, da’s niks.

Het werd december en de watertemperatuur vloog onderuit, dus ik had snel nieuwe handschoenen nodig. Ik heb andere winterzwemmers om hun ervaringen gevraagd en op grond daarvan snel bij de Decathlon duikhandschoenen gekocht. Daar kon ik passen. Ik kon er redelijk mee zwemmen, althans, schoolslag. Bij borstcrawl leek het water erin te lopen via mijn polsen. Misschien was dat op te lossen met m’n wetsuit eroverheen, en de te wijde handschoenen eroverheen hielp ook, maar ik dacht dat het nog beter kon.

Toen heb ik zwemhandschoenen van BTTLNS gekocht, online, nadat ik een paar had gepast van een openwaterzwemmer, via-via (dank, Johan en Marjolein!). Die leken me wat degelijker, en dat blijkt ook zo te zijn. Ze werden geleverd in een mooi doosje, maar dat terzijde:

Ik kon die eerst niet beproeven, want sinds kerst was de watertemperatuur zo hoog dat het met blote handen kon: rond de negen graden. Maar afgelopen weekend was dat weer andere koek: ineens terug naar vier! Langs de rand lag zelfs wat ijs.

Voor de zekerheid wilde ik met een dubbel laagje zwemmen, maar dat kreeg ik maar met één hand voor elkaar. Het is een heel gepruts, zoals het toch al veel werk is om me in al het benodigde neopreen hullen.

Zo had ik dus links twee laagjes, en rechts alleen die allernieuwste handschoenen. Ik heb zes minuten gezwommen, met links ging dat prima, rechts deed de kou aan het eind mijn vingertoppen iets pijn. Dat was te harden, maar het is wel nog steeds de begrenzer van het winterzwemmen. Dat koud maar idyllisch was onder de winterzon:

De volgende keer ga ik toch nog iets meer mijn best doen op dat gepruts. Verder kan ik concluderen dat er behoorlijk verschil zit tussen de handschoenen, maar dat ik dé oplossing nog niet gevonden heb. Ik zing het hier wel mee uit deze winter, maar tips voor nog betere handschoenen hoor ik graag. Zou dikker dan deze 3mm neopreen bijvoorbeeld helpen?

 

Door |2023-02-22T14:24:07+01:0024 januari 2023|Triathlon algemeen, Zwem|0 Reacties

2022 was een goed jaar, X 7

Tijd voor mijn gebruikelijke sportieve jaaroverzicht. Het was een goed sportjaar, in zeven opzichten. Die zet ik hieronder op een rijtje, elk voorzien van een toepasselijke foto, en samen met de mitsen en maren die er ook waren maar duidelijk ondergeschikt aan de goede grote lijn.

1. Het was weer veel gewoner dan de voorgaande twee jaren, en wat was dat fijn. Gelukkig: er kon vanaf het vroege voorjaar weer wél van alles doorgaan. Lekker gewoon weer naar het zwembad kunnen, de sportschool herontdekt, en vooral: ik heb met volle teugen genoten van mijn vele loopjes, zwemevenementen en triathlons van dit jaar.
De ‘gewoonheid’ vertaalde zich bovendien in weer veel meer stadsfietsritjes. Hoe veel, dat weet ik niet precies, want ik klok die niet, maar ik denk dat het vanaf april vaak weer de gebruikelijke gemiddeld 3-3,5 uur per week is geweest.
Desalniettemin had corona nog invloed op dit sportjaar, vooral in de vorm van mijn eigen besmetting, begin juni. Daardoor kon ik niet meedoen aan de laatste Vrouwentriathlon en liep ik voor mijn gevoel een tijd nogal achter de feiten aan. Ik was, met net ervoor ook nog verkouden, zeven weken lang in meer of mindere mate beperkt in het sporten. Ik vond dat best wel spannend, vanwege de vele verhalen over langdurige covid-gevolgen. Maar ik herstelde gewoon helemaal. Daarna was ik een tijdlang wel steeds trainingsachterstanden aan het wegwerken (voorbeeld). Uiteindelijk kwam alles op z’n pootjes terecht en raakte ik vanaf augustus goed in vorm.

Tijdens mijn eerste triathlon na de covid, in Oud Gastel in juni – ik zou even later uitstappen maar wel toch heel tevreden

2. Ik heb de goede dingen uit de coronatijd behouden: ik doe nog steeds regelmatig yoga (in totaal 94 uur dit jaar), onder andere voor rekken, buikspieren en core stability, die routine doet me nog steeds veel goed. Ik heb het regelmatige wandelen, voor het lekker, op het Pelgrimspad, bij de stiltewandelingen en in het kader van #projectdaglicht (inmiddels in seizoen 3), erin gehouden.
Mede daardoor is de grootste kwantitatieve uitschieter van dit jaar het wandelen: 744 km, meer dan ooit. Daar zat de vakantie op de Brabantse Wal bij, met 125 km in vijf dagen, maar de rest was allemaal ‘tussendoor’. Wandelen heeft voor mijn gevoel nu echt mijn vierde sport. Zodoende deed ik die erbij op mijn grote-definitie-van-fit-dag, op 1 september – een van de leukste sportdagen van het afgelopen jaar.

Streekpad Brabantse Wal in september, etappe 2. Henk kan me zo wel uittekenen, denk ik: met routeboekje

3. Ik heb mooie prestaties behaald. De duidelijkste is het PR op de kwart triathlon, ondanks een verkoudheid, op 22 mei in Ter Aar. Dat PR was een langgekoesterde wens. Andere mooie prestaties vond ik de 1/3e in Leiderdorp (waarin ik ‘revanche’ nam voor het uitstappen in mijn eerste post-covid-triathlon, de 1/3e in Oud Gastel), de kwart triathlon in Hengstdijk, waar ik onverwacht vloog op de fiets, en in het najaar twee goede vijf kilometers bij de Parkrun (in de buurt van mijn PR van vorig jaar, volgens mijn horloge zelfs een keer sneller, maar misschien is dat een meetfout).
Bij de triathlons viel me dit jaar op dat de sporten goed in balans waren: in Ter Aar alledrie, later vooral de verhouding tussen fietsen en lopen. Ik was daar de afgelopen jaren wat mee aan het klooien en daar heb ik van geleerd. De ‘midzomerse’ loopimpuls van de halve marathon pakte goed uit. De vele rustige duur daarvoor tranfereerde mooi naar het fietsen, iets wat ik vaker heb gemerkt, en was natuurlijk ook gewoon goed voor het lopen tijdens de erop volgende triathlons. Vooral in Leiderdorp heb ik voor mijn doen opvallend goed gelopen, na ook hard fietsen.

Hengstdijk

4. Het zwemmen kwam aan het eind goed. Ik vond dat namelijk misschien wel de grootste teleurstelling van het sportjaar: dat mijn zwemmen zo snel stagneerde. Ik had de hoop dat ik met eindelijk weer wat lijn erin en met een herhaling van de cursus Powerstroke de techniek en snelheid zou kunnen terugvinden van net voor de eerste lockdown. Toen, februari 2020 dus, zwom ik op mijn snelst en was ik op weg naar een kilometer in 19 minuten – wat nooit is gelukt, want toen sloten de zwembaden. Ik begon dit seizoen lekker, maar rond de tijd van mijn covid-besmetting in juni stagneerde de snelheid en daarna ging die zelfs behoorlijk achteruit. Mogelijk heb ik toen te veel energie gegeven aan het lopen en het fietsen?
Zodoende heb ik weliswaar bij dat PR in Ter Aar in mei het hardst ooit gezwommen in een triathlon (precies 20 minuten over een kilometer), maar in Bodegraven in september, ook in het zwembad, had ik 10’30 nodig voor de halve afstand… Ik heb ook voor mijn gevoel nooit de techniek teruggevonden die ik had in de winter van ‘19/’20. Dat was frustrerend.
Ik heb wel leuke zwemdingen gedaan, waaronder de Jan de Koele zwemtocht en – samen met Niels – zwemmen in de sneeuw in Amsterdam en in de Bosbaan. Het zwembad van Pernis bleek ook een ontdekking.
En uiteindelijk werd kwam het winterse doorzwemmen en werd het zo toch nog een bijzonder zwemjaar. Dat is voor mij altijd een grote kick: nieuwe dingen doen, mijn grenzen verleggen. Niet met snelheid dit jaar, maar dus wel met koud water ervaren.
Mijn zwemgetallen zijn overigens onbetrouwbaar omdat m’n horloge die sport stelselmatig slecht meet. Ik kom uit op 120 kilometer, het is ongetwijfeld heel wat meer geweest.

In de Schie in november, met m’n thermometer-eend

5. Ik heb een boel nieuwe dingen gedaan. Dat winterzwemmen dus, maar ik heb ook aan mijn verzameling triathlonafstanden de XS kunnen toevoegen en ik heb drie nieuwe multisportwedstrijden gedaan: de swimbike L en twee zwemlopen, eentje in het zwembad en eentje in zee en duinen, samen met Nicole. Die XS en de swimbike voerden manlief en mij naar Grevelingen (F), erg leuk. De triathlons van Bodegraven en Hengstdijk deed ik ook voor het nieuwe parcours, en vooral Hengstdijk was geweldig, met onze slaapplaats klem tegen het parc fermé. Sinds oktober ben ik ook ‘nieuw’ aan het trainen, daarover binnenkort meer, als ik het ga hebben over mijn plannen voor 2023.

Net uit het water tijdens de XS in Gravelines (juli)

6. Ik ben het hele jaar fit geweest. Okee, in het voorjaar kort achter elkaar dus die verkoudheid en covid, maar dat was het dan ook, en dat is voor mijn doen beter dan gemiddeld qua infecties, voor het vierde jaar op rij. Ik heb blessurevrij kunnen sporten, nouja, ook dat bijna: ik heb wat last van mijn pols gehad met nog steeds wat restantjes, en dat ganglion uit oktober zit er nog steeds. Dat hindert nauwelijks bij het sporten. De chiropractor houdt me nog steeds mobiel, maar daar kwam ik het afgelopen jaar beduidend minder dan de jaren ervoor, ook een goed teken. Ik voel me ook nog steeds stabieler worden voor wat betreft het ‘wegtrekken’ van de overgang.
Hoe goed het me vanaf de herfst is gegaan, is echt opvallend. Het wemelt van de luchtweginfecties en voor mij was het een drukke en soms ook stressvolle tijd. Maar mijn lichaam geeft geen krimp. Lekker hoor!
(Die drukke tijd had voor een deel te maken met een ander soort hoogtepunt van het jaar: dat mijn boek Optimaal blijven sporten er komt, dus dat ik een uitgever heb gevonden en dat boek ondertussen in het drukproefstadium is!)

Te verschijnen in maart 2023!

7. Sporten heeft me weer veel plezier gegeven. Nouja, niet alleen maar. Ik had het al over de zwemfrustratie en er was ook een loopfrustratie: dat het in het voorjaar niet lukte een goeie halve marathon te lopen. De tweede poging was mogelijk net op een slechte dag, maar de eerste, overigens wel een heel leuke dag met Robin, snap ik toch niet helemaal, ook achteraf niet. Het enige wat ik kan bedenken is dat ik toch weer net iets te zwaar had getraind, iets te vaak in de aversie – benen die niet meer willen.
Ik heb gelukkig ook heel veel heel lekker gelopen. Net iets meer dan vorig jaar: ik ging tien dagen geleden door de grens van de 1000 hardloopkilometers. Het is mijn op-een-na-hoogste kilometeraantal ooit, alleen in 2015 liep ik meer.
En ik heb ook weer lekker gefietst. Het voelde als een beetje mager fietsjaar, maar dat blijkt niet uit de cijfers: 4000 geklokte km is okee, te vergelijken met vorig jaar. Toen was het meer, maar dat zit ‘m vooral in de vakantie. Dit jaar was de fietsvakantie een stuk korter, maar wel een hoogtepunt: naar ons tiende Trappistenklooster in Engeland. Daarna was ik zomaar ineens in bloedvorm, ook erg lekker. De laatste paar maanden heb ik de lol van spinning weer teruggevonden (10 uur in totaal).
Uiteindelijk is dit punt het allerbelangrijkste. En dan niet de kilometers, de uren of de wattages, maar wel het plezier, de ontspanning, de zelfzorg, de gezelligheid met de sportmaatjes (met name: Henk, Nicole, Niels, Robin, Marijke, Leon en Jo, Henks groepsgenoten bij RA en de vaste mede-Parkrunners). Het was er weer allemaal dit jaar, en ik houd het er graag in.
Bij dit punt zou ik talloze foto’s kunnen plaatsen, van al die mooie en fijne dingen van het jaar. Ik heb gekozen voor een illustratie van de gezelligheid en de terugkeer van de evenementen:

Met Nicole na de finish van een van de eerste evenementen weer: de vestingloop in Gorinchem in maart

Hier zijn de getallen nog even, in vergelijking met de vorige twee jaren:

(kilometers)

2022

2021

2020

Zwemmen

?
(> 120 km)

   75

 132

Fietsen

4004

4863

4686

Hardlopen

1034

1003

 780

Wandelen

744

456

549

Door |2022-12-31T17:02:39+01:0031 december 2022|Fiets, Loop, Triathlon algemeen, Waarom, Zwem|2 Reacties

Vinkjes zetten

Toen ik gister om een uur of 4 onder de douche stond na een korte hardlooptraining, voelde ik ineens enorme opluchting: aaaah, ik hoef straks niks! De voorafgaande vijf weken was het steeds zo gegaan dat ik eerst de ‘moetens’ van m’n agenda en to-do-lijst afwerkte, en als ik dan nog enige puf over had, besteedde die ik aan de extra redactieronde van mijn boek. En anders lag ik voor pampus.

Vandaag realiseerde ik me dat het gek is dat ik dat gevoel van opluchting kreeg na het sporten. Hoezo, sporten ‘moet’ toch niet, in deze overgangsperiode? Mijn ‘vrije tijd’ was toch al vóór het hardlopen begonnen?

Nouja, inderdaad al wel, of althans: ik was vooraf eigenlijk van plan geweest om tussen de middag hardlopend naar het zwembad te gaan. Dat had ik laten schieten uit een vaag gevoel van ‘geen zin’, voortkomend uit net lekker op dreef zijn met werk. Dat was rond drie uur klaar, en toen had ik meer zin. In alleen lopen, zwemmen kan vandaag ook nog en dat komt ook best goed uit. Dus in dat opzicht had ik die dag zeker niet ‘gemoeten’: ik had m’n plannetje laten schieten en naar behoefte het sporten ingevuld.

Aan de andere kant hoort sporten toch wel degelijk bij de af te vinken dingen, in zo’n maand als oktober. In de zin van: best wel hoog op de prioriteitenlijst, hoger zelfs dan met het boek bezig zijn. Omdat ik weet: als ik het niet doe, is dat slecht voor mijn lichaam en geest. Dan  houdt het met het boek ook wel een keer op.

En omdat sporten niet is in te halen – je kan niet de hele week doorschuiven naar één mega-lange sessie op zondag ofzoiets. Nouja, dat kan wel, maar dat is dan toch echt iets wezenlijk anders dan regelmatig korter sporten, qua trainingsprikkel, maar ook op het gebied van luchten en ontspanning tussen het werken door.

Het is een nauwe balans: te veel ‘moeten’ op sportgebied is niet goed, dat is sportverslaving, maar enige discipline en er hoge prioriteit aan geven is juist goed. Ik moest na gister even wat gewetensonderzoek doen, om tot de conclusie te komen dat die balans de afgelopen maand bij mij toch wel klopte. In totaal was het allemaal weliswaar te druk en te veeleisend, maar de rol van sporten daarin was positief: het sporten was fijn en ik ging er flexibel mee om. Nee, ik ben niet sportverslaafd ????

Het boek is weer naar de uitgever, werk wordt iets overzichtelijker, en zodoende had ik gisteravond inderdaad zomaar tijd over, voor het eerst in vijf weken. Ik wist bijna niet meer wat daarmee te doen. Die weken hebben veel opgeleverd: een beter boek en veel omzet (voordeel van eigen baas zijn: dat je hard werken terugziet op je bankrekening). Maar fijn dat er nu wat meer rust komt.

 

Door |2022-11-04T11:20:07+01:004 november 2022|Triathlon algemeen, Waarom|0 Reacties

€ 35

Mijn podiumplek in Hengstdijk had nog een leuk gevolg: afgelopen week kreeg ik € 35 op mijn bankrekening gestort. Prijzengeld – mijn eerste ooit!  Ze hadden het gezegd, maar ik kon het eerst nog amper geloven, vandaar dat ik er in mijn blogpost niks over had gemeld. Het bleek echt waar. En die podiumplek is nog steeds heel relatief. Maar toch erg leuk!

Wat ik zeker níet wil wegrelativeren, en waar ik helemaal superblij mee ben, is die goede vorm van toen. Die is bevestigd: ik heb een paar dagen later een FTP-veldtest gedaan, en kwam uit op een vermogen bij omslagpunt van net boven de 230. Dat is ongeveer* gelijk aan vorig jaar, met minder fietsen. Toen was ik daar zeer mee in mijn nopjes, nu nog meer eigenlijk.

Want de dag erna heb ik ook nog mijn op-een-na-snelste vijf kilometer ooit gelopen. in 25:21. En dat is heel anders dan vorig jaar, want toen had ik bij die FTP-test al weken niet hardgelopen. Ik heb dit jaar bovendien veel gewandeld en met yoga m’n core stability en kracht onderhouden, meer dan vorig jaar in de nazomer. Allround ben ik veel beter in vorm dus.

In september heb ik ook meer gezwommen dan vorig jaar, maar veel was dat niet. Zwemmen heeft deze zomer in het gedrang gezeten. Het is – opnieuw – niet zo goed geworden als voor de eerste lockdown, ondanks een veelbelovende start en veel aandacht voor techniek in het voorseizoen. Het blijft heel moeilijk om de drie sporten tegelijk op hoog niveau te krijgen, dat blijkt wel weer. Ik heb wel veel zwemplezier gehad – uiteindelijk het allerbelangrijkste!

Waar die goede vorm ineens vandaan komt, ik weet het niet. Ik had eerder in de zomer het gevoel: het gaat best lekker, maar net niet helemaal top. Dat leek me een gevolg van enerzijds het gekwakkel met verkoudheid en covid in mei en juni en daarna met ‘inhaalacties’ trainingsachterstanden wegwerken, en anderzijds veel met andere dingen bezig zijn, meer dan in andere zomers. Met een boek dat af moest, om maar wat te noemen. En met een man met staar en een fragiele vader.

De hele zomer had ik wat heimwee naar vorig jaar, toen ik me vanaf augustus een tijdlang supersterk voelde en onder andere een PR op de 5 kilometer liep. Misschien was dat eenmalig, dacht ik, misschien een gekke ‘uitschieter’ van de laatste ups en downs van de overgang. Dat vond ik jammer – het was toen zo fijn.

En ineens was het dit jaar weer net zo fijn. Het was niet eenmalig, het kan nog steeds. Het was waarschijnlijk inderdaad wat vertraagd door het gerommel in mei en juni. Maar ik kan me duidelijk nog steeds helemaal supertop voelen! Dat gevoel, die benen die alles willen, dat is veel mooier dan welk prijzengeld dan ook. 

Maar én die benen én prijzengeld, op een mooie zondag in Hengstdijk, dat is helemaal geweldig natuurlijk!

 

(*De getallen zijn niet 1-op-1 te vergelijken, want ik heb wat zitten rommelen met cranklengte. Mijn FTP was vorig jaar uiteindelijk net iets hoger, maar het was nu hoger dan vóór de echte piektrainingen vorig jaar. Dat echte pieken heb ik nu niet gedaan, dat had mogelijk nog wel een procent of vijf opgeleverd en dan was ik boven de waarden van vorig jaar uitgekomen.)

Door |2022-10-08T14:23:02+02:008 oktober 2022|Triathlon algemeen|0 Reacties

De fotograaf ❤️

Van mijn triathlons in Bodegraven en Hengstdijk had ik veel meer foto’s dan gebruikelijk,  en dat was in beide gevallen omdat manlief wel meekwam, maar niet meedeed en in plaats daarvan foto’s maakte.

Dat was natuurlijk fijn, voor mij en anderen (hij deelt de foto’s graag) en hij had er zelf zeker ook lol in. Maar het was niet alleen maar leuk: hij heeft best een lastige zomer.

  • Zijn 90-jarige vader leeft al een paar maanden langer dan verwacht, en dat is heel mooi, maar het is ook zeer precair en Henk doet veel voor hem – met liefde overigens.
  • Henk heeft eind augustus zijn eerste staaroperatie gehad, en dat was op zich niet zo ingrijpend, nouja, hij mocht een tijdje een paar dingen niet, waaronder vier weken niet zwemmen en ‘een tijdje liever niet’ hardlopen. Maar pas acht weken na de tweede operatie kan hij een definitieve nieuwe bril aangemeten krijgen. De tijdelijke bril is behelpen en bovendien is nu het verschil tussen zijn ogen zo groot dat hij bijvoorbeeld niet goed op een beeldscherm kan kijken, en dus arbeidsongeschikt is. Wanneer de tweede operatie zal zijn – geen idee. De planner in het ziekenhuis is ziek, zo gaat dat tegenwoordig… Uiteindelijk komt dit helemaal goed en dan ziet Henk beter dan ooit, maar deze tussenfase is echt lastig. Dat heeft ons nogal overvallen, moet ik zeggen (wat me vanuit mijn vak ook interesseert, want daar gaat dus ook in de communicatie en voorlichting wat mis – breek me de bek niet open…).
  • Henk had in de zomer een achillespees- en kuitblessure die een beetje aangesukkeld heeft (niet zo gek, gezien die vorige twee omstandigheden, al is Henk bijna nooit geblesseerd). Het begon waarschijnlijk met overbelasting door de Trail des Fantômes die hij gelopen heeft – vond-ie erg leuk, maar ook bere-zwaar. Het is nu weer in orde, maar hij moet wel weer opbouwen.

Dus het was niet bepaald zijn beste zomer. We zijn allebei blij dat onze vakanties wel door zijn kunnen gaan, ook dat was lang onzeker. Henk heeft het ook gewoon naar zijn zin gehad, ondanks de kippigheid, en ondanks altijd de telefoon paraat voor Pa. Een biertje smaakt nog altijd even lekker:

En het leverde dus wel een boel foto’s op. Dank je wel!

 

Door |2022-09-30T13:52:05+02:0030 september 2022|Triathlon algemeen|0 Reacties
Ga naar de bovenkant