Loop

Wat is dat nou voor fietstraining?

Dit is de snelheidsgrafiek die mijn Suunto-horloge heeft gemaakt van mijn fietsritje van afgelopen zondag:

gekkefietstrainingHuh? Grotendeels zo vlak als een streep, met een paar pieken en dalen, vooral aan het eind, en gemiddeld 12,5 km/uur gereden – wa’s da nou?

Nou, dat is meefietsen met manlief tijdens de In Flanders Fields marathon, vanaf Diksmuide op ongeveer 18,5 km tot aan de finish. En je kunt aan de grafiek zien dat hij goed liep: een vlakke lijn, en zelfs aan het eind wellicht ietsiepietsie harder – hij liep voor het eerst een negatieve split, inderdaad in zo’n 12 km/u, en kwam uit op 3u23 (zie ook zijn eigen Movescount).

Die pieken en dalen, die komen doordat de fietsers af en toe even om moeten rijden, bij de bruggen en sluizen vooral (het parcours loopt langs het water), en doordat ik twee keer ben gestopt om foto’s te maken, niet heel succesvol overigens. Maarja, moet-ie ook maar niet zo hard lopen, het was niet scherp te krijgen. Na de finish ging dat beter:

In Flanders Field Marathon 2015

Als je heel goed kijkt, zie je onder de medaille niet Henk staan, maar Chavasse Noel, een Britse soldaat die in de Eerste Wereldoorlog is omgekomen. Want dat is wat deze marathon zo bijzonder maakt: het parcours loopt langs de frontlinie en langs diverse monumenten uit die Grote Oorlog, en de lopers dragen de naam van een gevallene. Henk ervaart dat ook wel zo: hij loopt dan toch een beetje voor de nagedachtenis aan deze Noel.

Vlak voor de finish loopt het parcours dan ook nog onder de Menenpoort door, met de namen van tienduizenden gesneuvelden erop. En de finish is op het plein van Ieper, dat eruit ziet alsof het middeleeuws is, maar geen gebouw is ouder dan uit de jaren twintig – de hele stad was plat immers. We waren nu voor de derde keer in Ieper en ik ben en blijf enorm onder de indruk van dit stukje wereld, waar de oorlog nog zo tastbaar is en zo respectvol wordt herdacht. Ik was zelf op zaterdag nog een uurtje wezen lopen in de stad, en dat voelde bij de Menenpoort en langs de begraafplaatsen bijna indiscreet: joggen door een museum.

Het andere bijzondere aan de marathon is dat elke loper een fietser mee mag nemen – dat kan omdat het een kleinschalige is, met dit keer maar een dikke 700 inschrijvingen. Ik was dus ’s ochtends uit Ieper op de fiets vertrokken, met een aparte Suunto-registratie, in een wat normaler tempo, maar wel met onderweg nog een stop om de Duitse begraafplaats van Langemark te bezoeken. Die was gesloten vanwege renovatie, maar ik kon wel wat zien over de omheining. Ik vond dit een ontroerend beeld: geallieerde poppy’s, neergelegd door een Brits legeronderdeel, bij de vijanden van toen:

In Flanders Field Marathon 2015

Daarna door naar Diksmuide, naar de voet van de IJzertoren, waar ik veel te vroeg was, want ja, geen rust meer in mijn lijf, want ik moest op tijd zijn om ‘mijn’ loper te treffen. Grappig net als vorig jaar, dat moment waarop ik dan ineens zie: hé, allemaal mensen met hetzelfde t-shirt aan als ik! Begeleidende fietsers krijgen namelijk een t-shirt, zodat duidelijk is dat zij mee mogen fietsen.

Rond half 12, had-ie gezegd, altijd spannend, maar hij was keurig op tijd, om 11u29 ongeveer. En hij bleef dus netjes op tijd lopen, in een ietsje uitdunnend groepje met andere 50+-mannen, en nog één andere fietser, ook wel gezellig, grappig om dan ‘die Nederlanders’ te zijn tussen verder alleen maar Vlamingen.

En zo bereikten we voor half twee Ieper, na 42 (Henk) en 50 (ik) kilometer, met de hele tijd vrijwel ideale loop-omstandigheden (om zo langzaam te fietsen was het ietsje fris). Dat was mooi, en het was helemaal mooi omdat vanaf kwart over twee, 4u15 na de start, de hemelsluizen open gingen: het ging toen gieten, gieten, gieten. Niet fijn voor de achterhoede. Maar ‘mijn’ loper was toen zelfs al onder de douche vandaan!

Door |2015-09-15T14:09:30+02:0015 september 2015|Fiets, Loop|0 Reacties

En nog een soort mijlpaaltje

Gister had ik een echte mijlpaal in de aanloop naar mijn beoogde Ironman van volgend jaar, vandaag een soort-van. Vandaag begint namelijk officieel mijn marathonvoorbereiding: het is de eerste dag van het trainingsschema dat ik van Aad, trainer bij RA gekregen heb. En het begint met…. een rustdag! Dat is niet zo gek na gisteren natuurlijk. En deze hele week is nog rustig.

Eigenlijk zou je het hele schema kunnen zien als rustig, want het is een minimaal schema: ik wil kijken of het lukt met maximaal drie keer in de week hardlopen en 30 km als langste duurloop. Dat is namelijk ook zo’n beetje wat ik volgend jaar in de aanloop naar de Ironman maximaal denk te kunnen doen, en de marathon is bedoeld als trainingsloop daarvoor, het eerstvolgende grote tussendoel.

In het schema staan die hardlooptrainingen (twee keer in de week bij de club en één keer in het weekend), de rest, zoals zwemmen en fietsen, vul ik er zelf omheen in. Ik ga die ‘rest’ vandaag laten bestaan uit het uitproberen van een les Body Balance in de sportschool. Zoiets is misschien goed qua blessure-preventie. Maar met mijn armen doe ik vandaag nog even voorzichtig!

Belangrijk voor de komende tijd is om in mijn trainingen de regelmaat weer te pakken te krijgen. Die was al een tijdje wat verder te zoeken dan normaal (helemaal regelmatig is mijn trainingsweek nooit, omdat ook mijn werk dat niet is), vanwege blessure, onze eigen vakantie en andere leuke zomerdingen, vakantieroosters van zwembad en sportschool en niet te vergeten al die evenementen waarvoor ik taperde en waarvan ik ook weer moest herstellen. Dat is nog niet helemaal afgelopen: er volgt nog één triathlon.

Maar verder op naar het ritme van de komende tijd: 2 (zwemmen) – 1 (fietsen) – 3 (hardlopen) + 1 (body balance/core stability/fitness). Met ook nog een rustdag in de week betekent dat dat ik af en toe combi’s zal maken en/of iets overslaan, dat is okee. Enne: ik heb er weer zin in!

 

Door |2015-08-24T15:36:41+02:0024 augustus 2015|Loop|0 Reacties

Terug uit Drenthe

Ik ben weer terug uit Drenthe, waar ik een week heb gekampeerd en creatieve workshops heb gedaan (Buitenkunst). Mijn tentje stond tussen de eikenbomen van de Boswachterij van Grolloo: buitenkunstHet was een goeie, lekkere week, mede dankzij het mooie weer. Inspirerend ook. Vooral door de workshops, maar ik heb ook twee keer lekker gelopen. De eerste keer was op zaterdag, direct nadat ik mijn tent had opgezet; de tweede keer op woensdagochtend. Toen heb ik dus één dagdeel workshops overgeslagen; ’s middags ben ik meteen weer aangehaakt voor iets geks: een middag percussie, erg leuk. De meeste workshops zijn een dag, maar er zijn er dus ook van een halve dag, en dat maakt het enerzijds mogelijk om even je eigen gang te gaan en anderzijds eens een heel andere kunstvorm uit te proberen.

Het waren twee rustige lange duurlopen door de bossen en de velden, van 17 en 20 kilometer, zonder blessureproblemen. Wel heel traag, dat verbaast me een beetje, dat moet iets technisch zijn, dat ik kennelijk nog steeds heel voorzichtig loop ofzo? Verder heb ik een klein beetje gefietst, al was dat veredeld boodschappen doen. De eerste keer, maandag, ben ik ook nog langs voormalig kamp Westerbork gefietst, daar was ik nog nooit eerder geweest, ik vond het een indrukwekkende plek. Gezwommen heb ik ook nog, in de kleine Ieberenplas, vlakbij de camping. Klein maar fijn overigens. Verder dus veel rust, en ik voel me lekker nu zo op weg naar de Vrouwentriathlon morgen.

Twee Buitenkunstdingetjes dan nog:

  • Net als andere jaren (ik ging voor de 9e keer naar Buitenkunst, al waren de eerdere 8 keer op de andere locatie) voelde ik me wat ongemakkelijk op het terrein in mijn sportkleren. Voor mijn gevoel botst dat toch enigszins, de kunsten en sport. Dus zodra ik dan in vol ornaat klaar sta om te gaan hardlopen, voel ik me een beetje misplaatst, en borstcrawlend door dat plasje ook. Het is niet echt erg, natuurlijk, hooguit wat vervreemdend. Aan de andere kant is het ook wel weer eens goed om tussen mensen te verkeren die ongeveer omvallen als je zegt dat je 20 km hebt hardgelopen – in triathlonkringen is dat niet zo heel bijzonder, en is sowieso wat ik doe niet zo bijzonder, want ik ben maar een trage, oude vrouw, zeg maar. Maar tussen de Buitenkunstenaars ben ik dan ineens een supersportvrouw – zo zie je maar hoe situationeel dat is.
  • Ook net als andere jaren sloop de sport de kunsten binnen. Op dinsdagochtend schreef ik onderstaande korte scène, in een workshop met als thema ‘grow up’, die ging over ergernissen van jongeren aan ouderen en omgekeerd. Hij is op eigen ervaring gebaseerd, al ging ik niet op de knieën. ’s Midddags hebben we een aantal scènes gespeeld, met jongeren in de rol van de volwassenen en omgekeerd. Daar was deze niet bij trouwens, die was niet op tijd af. Maar leuk was het wel.

***

Douchen

Plaats: de kleedkamer van een sportschool, met twee douchecabines met afsluitbare deuren.
Spelers: 5 vrouwen van 16, 17, 25, 35 en 45 jaar oud (die oudste drie bij benadering). De twee jongsten zijn bloedmooi, de veertiger heeft een BMI van rond de 30.

(De deur van de kleedkaker zwaait open. Eerst komen de 2 jongsten binnen, daarna de andere drie, verhit. De twee jongsten pakken hun spullen en lopen meteen door naar de douche. De andere drie kleden zich uit, nog wat nahijgend en –puffend en –pratend.)

Vrouw van 25: Zo, dat was weer pittig.

Vrouw van 35: Ja, bij Carlo is het altijd zweten.

Vrouw van 45: Zeker! Maar we hebben weer lekker veel calorieën verbrand dames!

(Gelach. De twintiger begint met het aantrekken van haar gewone kleren, de andere twee pakken hun handdoek)

45: Ga jij thuis douchen?

25: Ja, tot volgende week, meiden!

(De vrouw van 25 vertrekt. De resterende 2 lopen naar de douchecabines.)

35: O, ze zijn allebei bezet. Dat wordt wachten dus.

(De twee vrouwen hangen wat rond, frummelen aan hun haar, tenen, nagels. De dertiger doet daarbij alle moeite om haar lijf onder haar handdoek te verbergen, de veertiger is een stuk nonchalanter.)

45: Het duurt wel lang he? Ik hoor ook helemaal geen water lopen. Zit er wel echt iemand in? Wacht, ik kijk even.

(Ze valt op haar knieën en gluurt onder de deur door.)

45: Hè, ik zie sokken en schoenen?!

(Dan gaan beide deuren open. De veertiger kan er een maar nauwelijks ontwijken. Ze blijft op de vloer. De twee jonge meiden komen eruit, helemaal aangekleed, opgemaakt en hun haar anders opgestoken dan net. Ze blijven van schrik stilstaan als ze de vrouw op de grond zien. Die kijkt naar hen op.)

45: Staan jullie je helemaal op te tutten onder de douche, zijn jullie nou helemaal betoeterd? En wij maar wachten. De douches zijn om te douchen, dames, de rest kan gewoon in de kleedkamer!

(De meiden kijken naar de vrouw aan hun voeten, dan naar elkaar.)

Meid 1 tegen de andere: Dikke billen, is dat eigenlijk besmettelijk?

Door |2015-08-15T19:08:47+02:0015 augustus 2015|Loop, Triathlon algemeen|0 Reacties

Sportarts

Even kort: vandaag bij de sportarts geweest vanwege de blessureproblemen. Er zijn foto’s gemaakt van heup en bekken om een stressfractuur, slijtage en andere botproblemen uit te sluiten. Dat is het dus allemaal niet, da’s mooi. De sportarts kwam toen uit op ‘overbelasting’ van pezen/spieren in dat heup-lies-bekken-gebied, en dat m’n linker schouder anders beweegt dan rechts. Ik kreeg wat oefeningen mee, deels deed ik die al (dwarse buikspier vooral), en daar ga ik verder wel mee aan de slag.

En verder gaf hij het advies om drie weken helemaal niet te lopen (en dus plannen voor de komende maanden te schrappen). Als dat moet, dan moet het maar, maar ik stel het nog even uit. Ik wil toch eerst ook nog naar een chiropractor ofzoiets, vanwege dat gevoel van ‘er zit iets scheef’ (de sportarts kon daar niets mee). En als dat niet helpt, dan zal ik over een paar weken braaf (nog meer) rust gaan houden. Áls er iets scheef zit, helpt rust niet immers.

Wordt vervolgd!

Door |2015-07-21T17:39:55+02:0021 juli 2015|Loop, Triathlon algemeen|0 Reacties

Best okee

Tijd voor een update. Ik heb wel een okee trainingsweek achter de rug. Zo ben ik bijvoorbeeld voor het eerst in de Schie onder de Doenbrug door gezwommen. Gekke psychologische grens was dat, ik vond het een beetje eng, net alsof de Schie aan de andere kant anders zou zijn.

Ik loop voorzichtig hard en ik fiets ook voorzichtig, genietend van zon en zomer, en dan gaat het zonder al te veel ongemak. Bij het fietsen haal ik bij die voorzichtige lage hartslag toch een aardige gemiddelde snelheid, bij lopen ben ik traag. Dat is een gek verschil, ben ik nou wel of niet in goede vorm? Ik heb ook voor het eerst wat harder gelopen, ik moest wel, want dinsdag bij de RA-training liepen we veels te hard in. Maar dat ging ook goed.

Qua blessure ben ik stappen aan het zetten. Afgelopen dinsdag was ik weer eens bij Jeroen van Tri-Run, voor de afstelling van mijn oude racefiets. Eén van mijn hypotheses is namelijk dat mijn huidige bekken/heupprobleem door die fiets is veroorzaakt. Het zadel staat nu hoger, dat is alles; ik ben op zoek naar kortere cranks, maar misschien zijn die moeilijk te vinden voor zo’n oude fiets (dik 13 jaar). Mocht iemand cranks van 160 of 165 mm hebben liggen voor een Shimano 105 triple uit 2002, dan hoor ik het graag.

Volgens Jeroen staat mijn bekken toch ook nog steeds scheef, en hij en ook trainingsbegeleider Coen raadde me aan om eens naar een chiropractor te gaan. Aanstaande dinsdag ga ik naar een sportarts, die zal ik dat voorleggen. Ondertussen heeft de tweede keer osteopathie me ook goed gedaan, samen met de rek- en andere oefeningen.

Verder geniet ik van een lekker rustige tijd qua werk, én van de Tour de France. Die heb ik vorig jaar grotendeels gemist omdat we toen in Canada zaten, en dit jaar geef ik me er dus helemaal aan over. Met zo veel tv kijken, trainen, af en toe andere leuke dingen én een beetje werk is het dan soms ineens toch nog bijna druk!

Door |2015-07-18T21:01:13+02:0018 juli 2015|Fiets, Loop, Triathlon algemeen, Zwem|0 Reacties

Terug van wandelen en meer

Ik schreef over russszzzt, maar stiekem was ik op vakantie. Inmiddels ben ik weer terug, dus ik pik de schrijfdraad weer op, althans, dat hoop ik, want ik heb wat technische problemen: mijn pc kan niet tegen deze warmte. Wordt aan gewerkt.

Nu even kort: we waren naar Ierland, onder andere om de Wicklow Way te lopen. Dat zag er zo uit:

2015_06_28_0239

Dat was niet verkeerd dus! Het was mooi, we hadden uitstekend wandelweer, fysiek ging het ook goed (al zijn de blessure-problemen niet helemaal over), en in de Ierse pubs is het goed bijkomen naderhand, met een pint Guiness. En we hebben ondertussen ook nog twee concerten van mijn grote helden The Who bijgewoond: vorige week in Dublin, gister in Amsterdam. En oja, nog twee duikjes in open water, maar die waren erg kort, want zowel de Ierse Zee als het Upper Lake van Glendalough waren steenkoud!

Koud is het hier bepaald niet, en ik pak de trainingsdraad dan ook met alleen zwemmen op voorlopig. Ik ga zelfs nu meteen de daad bij het woord voegen: lekker afkoelen in de Schie!

Door |2015-07-03T19:29:00+02:003 juli 2015|Loop, Zwem|0 Reacties

Nog een actiefoto

Manlief heeft er nog een opgeduikeld: een loopfoto uit Bocholt. Die groene bandjes om mijn armen: zo eentje kreeg je er elke ronde om geschoven; met acht van die dingetjes om je armen mocht je gaan finishen. Op de foto ben ik dus in het zesde rondje bezig.

MEL_5087
Door |2015-06-25T13:00:21+02:0025 juni 2015|Loop, Triathlon algemeen|0 Reacties

En toch

Mooi sportweekend, dit. Gister in Delft de Bertusloop gelopen, 10 kilometer, als tempotraining bedoeld, en daarom hard vertrokken. Het waren twee rondjes, en het eerste rondje kwam ik door in een PR op de 5 km van 25’30. Maar dat was al piepend en benauwd: bij zo intensief sporten in deze tijd van het jaar heb ik wel eens last van inspanningsastma van de hooikoorts. Verder amper last van en niet de moeite waard om voor aan de medicijnen te gaan – maar ik moest wel even gas terugnemen en heb de tweede 5 rustiger gelopen. Desalniettemin werd het één van mijn betere 10 kilometers, en mijn benen voelden uitstekend.

Vandaag een rondje Voorne-Putten gereden, dat schitterend lag te blinken onder de felle zon. Dit is de mooiste tijd van het jaar, met het frisse groen, bloesems, koolzaad, fluitekruid, de jonge blaadjes, lammetjes in de wei… heerlijk! Wel een pittig briesje, maar dat was niet zo erg, want ik wilde wat intensiever rijden, en dat lukte tegenwind goed. Het zadel van de triathlonfiets staat ook eindelijk goed: geen pijn meer aan de edele delen, geen geschuif. Dus: allemaal prima signalen in de aanloop naar de wedstrijden (over 3 weken de eerste!).

En toch. Ondertussen was ik met mijn hoofd af en toe elders. De berichten over de aardbeving in Nepal hebben me diep geraakt. We waren in oktober 2012 in Nepal, en ik vond het een prachtig, indrukwekkend land. Het is verschrikkelijk hoe zwaar het land getroffen is, met  duizenden doden en een heleboel andere ellende. Het is ook moeilijk te beseffen dat die bijzondere historische gebouwen er niet meer zijn – dat Patan nooit meer zal zijn zoals op de foto hieronder. Gelukkig is giro 555 geopend, en ik blijf het nieuws volgen – verder voel ik me knap machteloos. En verdrietig.

Patan

 

Door |2015-04-27T19:23:14+02:0027 april 2015|Fiets, Loop|0 Reacties

Wisselvalligheid: -10 %

Laatst rekende ik eens uit wat het verschil is tussen mijn eigenlijke duurtempo en het langzamere tempo dat ik dit seizoen vaak loop bij dezelfde hartslag (130). Met ‘eigenlijk’ tempo bedoel ik dat op goede dagen, en ook wat ik vorig jaar eigenlijk altijd liep: net boven de 6′ per kilometer. Nu zit ik vaak rond de 6’30: een kleine 10 % verschil.

Sindsdien zijn me nog meer ‘kleine 10 % verschillen’ opgevallen: tussen de goede 400 meter op de baan van afgelopen dinsdag en de niet-vooruit-te-branden ronde van vorige week. Tussen een snelle 100 meter zwemmen en eentje waarom ik alleen maar kan lachen zo traag. Of tussen mijn gewone zwem-duurtempo en dat toen ik vorige week woensdag totaal uitgeteld was van een zware werkdag (’therapeutisch zwemmen’ noemde ik het dan ook maar). Ik denk dat ik zeker de helft van de trainingen op die -10 % zit. Alleen op de fiets merk ik het niet zo, want ik gebruik geen vermogensmeter en op de (gemiddelde) snelheid hebben parcours, fiets en wind een grotere invloed.

Voor dat verschil van een kleine 10 % zijn soms redenen, zoals die zware werkdag, iets onder de leden, slecht geslapen, moe e.d. Maar heel vaak kan ik die reden niet bedenken, en het is ook wel eens zo dat ik verwacht dat ik wel op die -10% zal uitkomen, maar dan gaat het juist goed. Ik ben soms ‘zomaar’ 10 % langzamer dan mijn kunnen, of dan in mijn gewone doen. Het enige wat ik dan nog kan bedenken, is de invloed van de overgangshormonen, maar ook dat is niet heel duidelijk.

Mijn prestaties zijn dus nogal grillig, en dit seizoen grilliger dan ooit tevoren. Ik vind het lastig om mee om te gaan. Ik heb er geen grip op, ik baal ervan als ik mijn loopmaatjes niet kan bijhouden. Die 10 % is ook weggaan voor een PR op de 10 km en dan uiteindelijk in 57 minuten eindigen – een doordeweeks resultaat. Want het risico op zo’n -10%-dag bij een wedstrijd is er ook. En 10 % langzamer, dat scheelt op een halve triathlon een half uur, op de hele een heel uur. Dat is nogal een hap!

Ik probeer er zo ‘zen’ mogelijk over te zijn – dan vandaag maar niet hard lopen of zwemmen, de grote lijn is goed, ik heb geen blessures, ik ben lekker bezig. Ik time ook niet altijd alles. Maar soms knaagt het dus wel. Qua zwemmen knaagde het zo dat ik vandaag een privé-zwemles heb gehad. Ik wilde namelijk heel graag weten of de cursus die ik in de winter gedaan had, resultaat heeft opgeleverd, en aan mijn snelheid merk ik dat niet: op die goede dagen ben ik ongeveer net zo snel als vorig jaar. Nou is die zwemsnelheid heel relatief: 1 seconde per baantje scheelt op de kilometer 40 seconden, en dus op de hele triathlon maar een dikke 2 minuten. Daar hoef ik het niet voor te doen, maar die nieuwe techniek, is dat wat?

Ja, zei Roy van Zwemanalyse vanochtend, en hij had nog wat nuttige aanwijzingen. Of ik er ooit sneller van ga zwemmen, geen idee. Aan het eind zwom ik een 100-metertje,in 2’04. Ah, het is weer een -10 %-dag dus. Nouja, soit. Of had die les er zo ingehakt?

Door |2015-04-23T19:40:36+02:0023 april 2015|Fiets, Loop, Zwem|0 Reacties

Loop- versus fietsbenen

Afgelopen zaterdag een trainingsfout gemaakt, weet ik achteraf. Ik dacht: één lange duurloop, dat kan nog wel. Het werd 24 kilometer, en dat is voor de halve triathlon veel meer dan nodig is, maar ik werp alvast een schuine blik op de marathon die voor november gepland staat. De eerste 17 kilometer geen vuiltje aan de lucht, sterker nog: hartstikke lekker gelopen, in perfect weer, voor het eerst dit jaar in korte broek, lekker langs de Rotte – genieten. Maarja, toen volgden er nog 7, en daarin ging het licht nogal uit. De laatste kilometers deden ronduit pijn, en nu, dik 50 uur later, voel ik nog steeds van alles in mijn bovenbenen. Oeps. Dat was net iets te veel.

Een paar weken geleden had ik nog 25 prima kilometers gelopen, met juist aan het eind nog wat over. Hoezo dan nu zoveel moeite? Enerzijds was ik denk ik net niet helemaal fit, ik voelde me de hele vorige week wat moeïg, met af en toe wat last van maag en darmen. Niet ziek, maar er was wel iets. Zaterdag was mijn rusthartslag iets verhoogd en het tempo bij hartslag 130 was ook (maar weer eens) lager dan normaal. En die net-niet-fitheid wreekt zich dan na een tijdje. Overigens knapte ik in de loop van zaterdag wel verder op, ik voel me sindsdien weer okee.

De andere verklaring is, denk ik, dat mijn benen niet zo’n zin hebben in hardlopen nu ze ook weer veel aan het fietsen zijn. Sinds het paasthuistrainingskamp heb ik alleen maar tegenvallende looptrainingen gehad, en die spierpijn nu, die voel ik precies in de stukjes been die niks doen bij fietsen. Ik héb zelfs gister nog bijna 3 uur gefietst, en dat ging prima, pijnloos ook. Fietsen, dat willen mijn benen altijd wel, maar dan ook nog lopen… het lijkt soms net alsof ze daar een middelvinger tegen opsteken.

Meer in het algemeen verbaast het mij al jaren dat die benen die op een dag 10 uur en meer hebben gefietst, zo’n moeite hebben met lang lopen. Ik loop nu meer dan vijf jaar hard, en nog steeds zijn die benen meer fiets- dan loopbenen. Dat is ongetwijfeld aanleg en oefening, maar sinds ik het Suunto sporthorloge heb, is een ander verschil voor mij ook heel zichtbaar geworden – een verschil dat ik wel wist, maar nooit zo duidelijk gezien had.

Gister, bij die rustige duurtraining op de fiets, zag mijn hartslag er zo uit:

Grafiek met grote pieken en dalen

 

 

 

De dag ervoor, rustige duurloop, zo – zelfde schaal, iets kleinere uitsnede alleen:

Grafiek met nauwelijks uitslag

 

 

Toelichting: de stippellijn is mijn gemiddelde hartslag. Bij het lopen, die onderste, is die 130, en dat is ook mijn streefhartslag bij een lange duurloop. Bij het fietsen ligt die op 117. Dat is een tikje aan de lage kant voor een duurtraining, meestal kom ik net iets hoger uit, op 119 ofzo – waar mijn streefhartslag tussen de 120 en 126 ligt.

Bij fietsen ligt de gemiddelde hartslag dus stukken lager dan de streefhartslag; bij lopen komt die overeen, en is dat gemiddelde dus relatief hoger (en absoluut ook, vanwege de andere sport). Bij fietsen zitten er veel grotere pieken en dalen in, of dalen eigenlijk vooral: bij elke bocht, elke keer stoppen, elke andere manoeuvre, even een keer de rug strekken, enzovoort enzovoort: er is elk ogenblik wel een aanleiding om de benen even stil te houden, en hups, daar dendert de hartslag naar beneden.

Lopen is dus stukken intensiever dan fietsen. Misschien vinden mijn benen dat gewoon lastig?

Maarja, nu zeg ik dus eigenlijk tegen mijn benen: niet miepen, lopen jullie! Oftewel: de kunst is nu om lopen en fietsen met elkaar te verzoenen. Alleen moet ik mijn benen dan niet zo’n grote draai om hun oren geven als afgelopen zaterdag. Meer dan twee dagen herstel nodig hebben, dat is niet goed – want misschien kan ik morgen nog niet eens voluit trainen weer. En dat is dus een trainingsfoutje. Nouja, geen ramp, wel leerzaam.

En die zon en die korte broek, die waren zaterdag tóch erg lekker!

Door |2015-04-20T20:31:23+02:0020 april 2015|Fiets, Loop|0 Reacties
Ga naar de bovenkant