Fiets

Triathlon kijken

Iedereen die de sport volgt, weet het al: afgelopen weekend was het WK triathlon hier in de stad. Ik had er nog niet veel van gemerkt totdat ik vrijdag zelf ging zwemmen in het Van Maanenbad. Ik mocht binnen wél zwemmen, gelukkig:

Triathlon training prohibited

Ik zag groepjes triatleten uit Oostenrijk en Jordanië, en wat er in het buitenbad zwom zag er wel opvallend goed uit, in vergelijking met binnen.

(Sterker nog: ik hield het binnen niet lang uit. Ik was lang niet in het Van Maanenbad geweest en was vergeten hoe druk het daar kan zijn, met allemaal potige kerels met armen die alle kanten op maaien, dus ik werd vier keer geraakt, waarvan één keer vrij hard boven water tegen mijn pols vanuit de baan ernaast, en toen heb ik het voor gezien gehouden. Ik ga dat zwembad maar schrappen van m’n lijstje aan mogelijke zwemplekken: het is te vaak te druk en ik ben er bovendien een paar keer met iets allergisch vandaan gekomen).

Manlief had al meer van het (naderende) WK gezien, onder andere trainende atleten die woensdag, de dag van de storm, met dichte wielen op de Erasmusbrug reden… en hij is vrijdag bij de paratriathlon wezen kijken.

Zaterdag zijn we samen naar de elite-mannen geweest, manlief met camera in de aanslag (alle foto’s van die dag staan hier). Een geweldig gezicht, vooral de start van het zwemmen, wat een geweld, alsof ze 100 meter in plaats van 1500 gaan zwemmen!

DuikenOok de landgang/Australian exit was heel fraai, allemaal zwemmertjes die ploep-ploep-ploep na elkaar weer terug het water in doken:

Ze springen er weer in (1)Ze springen er weer in (2)Daarna zijn we naar het fietsparcours gegaan. We hadden ons niet heel goed voorbereid, dus we dachten dat dat hetzelfde zou zijn als vorig jaar, maar dat was niet zo: de elite rijdt een boel rondjes op een klein gebiedje. We vonden het wel snel, waarbij ons opviel dat de stad weliswaar dáár afgesloten was, maar dat eromheen het verkeer aan alle kanten langsronkte, wat voor het zich verplaatsende publiek niet heel makkelijk of vriendelijk was en tot fietsers-opstoppingen leidde.

Het fietsen was gaaf om te zien, mede door de vele bochten. Op deze foto is de latere winnaar goed te zien:Luis op de fiets

Waar het lopen was, wisten we ook niet precies, maar dat bleek al gauw: op hetzelfde parcours, en ook weer rondjes, dus ook veel te zien. Hier komt de kopgroep ‘aangezweefd’ – wat liepen ze mooi allemaal!Kopgroep lopen

Anders dan op tv zie je veel meer van de rest van het veld, waarin ook stevig wordt geleden – de koppies aan het eind stonden niet meer zo heroïsch, ik vond sommigen er meer uitzien als gewone stervelingen en soms ook nog heel jonge (‘zo’n kind geef je toch een Fanta’) jochies dan als de mannelijke helden van het tv-scherm.

De Mexicanen hadden daarbij het mooiste tenue:Bloemetjestenue van MexicaanOp de foto’s is te zien dat het druilerig was, en het was fris ook (erg jammer voor het wk trouwens, het weer), dus we zijn hierna naar huis gegaan en we hebben de vrouwenwedstrijd op tv gezien. De wedstrijd was saaier, maar ik denk ook dat het op tv saaier is dan in het echt, zeker het fietsen.

Ook was op tv te zien dat de belangstelling voor de vrouwen veel kleiner was dan voor de mannen, maar daar kan ik moeilijk wat van zeggen, want ook wij maakten precies die keuze. Mij viel langs het parcours nog op dat de toeschouwers een aardige toren van Babel vormden, oftewel: volgens mij waren het veel deelnemers en aanhang, en was de plaatselijke belangstelling zeer beperkt. Ik heb er verder ook niemand over gehoord hier in de buurt.

Zondag was het wk voor ‘age groups’. Ik had me daar vorig jaar ook voor kunnen kwalificeren, want er mochten er 15 per groep meedoen en mijn groep is zo klein dat zo’n beetje iedereen zich kon ‘kwalificeren’. Ik had dat bij voorbaat al niet gehoeven omdat ik weet dat dat niks voorstelt dan, ik ken echt mijn plek wel – die winnares bij Binnenmaas laatst, die was 27 minuten sneller dan ik.

En dat was nog voordat ik hoorde dat deelname iets van 350 euro zou gaan kosten… Nee, voor de eer van pelotonvulling-melkkoe bedank ik. Zeker ook omdat ik eigenlijk liever kleine, kneuterige evenementen doe dan grote, statusrijke. Om diezelfde reden heb ik me ook niet aangemeld als vrijwilliger, dat doe ik dan liever voor armlastige evenementen.

Er kwam voor gister ook nog een open inschrijving bij, maar ook die kostte iets van 100 euro, en dat dus voor een fietsparcours dat weliswaar prachtig was, maar ook een kermisattractie. Want ja, zondag was dus wel hetzelfde parcours als vorig jaar. Nou, laat maar. Die open wedstrijd is later ook nog afgelast trouwens. 

Er deden echter wel bekenden mee, en manlief is wezen kijken en hij heeft bijna 1000 foto’s gemaakt, van het lopen in Het Park, ongeveer tussen 10 en 12 uur. Gebruiken mag, maar hij vindt het fijn als je dan z’n naam erbij zet. Hij vond vooral de ‘oude knarren’ erg leuk om te zien! 

Ikzelf wilde gister trainen, het was met al dat sport kijken een druk weekend, met dat wk in eigen stad, maar ook nog het wk ploegentijdrit op tv. Kwestie van keuzes maken. Wel kwam ook ik nog fietsende triatleten in landstenue tegen, waarvan eentje vlak voor ons huis, uit Hongarije denk ik. Dat bleef dus wel grappig, ineens zo veel internationale sportgenoten in de stad!

Ik ben op de fiets trouwens naar de punt van de landtong van Rozenburg gereden, één van mijn favoriete routes. Op die punt maakte ik deze foto; de buien bleven toen nog een tijdje boven zee  hangen, dus ik reed droog en – soms – zonnig:

Door |2017-09-17T21:42:40+02:0017 september 2017|Fiets, Triathlon algemeen, Zwem|0 Reacties

Heftig weekend!

Vandaag is typisch zo’n maandag om even bij te komen van het weekend….

Zaterdag: kwart triathlon Binnenmaas

De triathlon van Binnenmaas heb ik hier al eerder omschreven als ‘de moeder aller triathlons’, zie vorig jaar, toen ik er als vrijwilliger was, en twee jaar geleden, toen ik ook de kwart deed. Dit was mijn vierde kwart daar, mijn vijfde deelname in totaal – er is ook geen enkele triathlon die ik zo vaak gedaan heb.

In de aanloop dacht ik dat een persoonlijk parcours record er wellicht in zou zitten, zeker toen ik zag dat de omstandigheden gunstig zouden zijn. Het kan in de Hoeksche Waard enorm spoken, met de wind, de blubber van 2015 maar het kan er ook snikheet zijn: bij mijn eerste kwart ooit was het er 35 graden ofzoiets. Nu zag het er prima uit. 

Vrijdagmiddag kreeg ik echter, een beetje uit het niets, last van mijn rechterkuit. Mogelijk heb ik donderdag te lang op een iets te hoge OV-fiets gereden? In elk geval: ik twijfelde toen zelfs of ik ‘m wel zou kunnen volbrengen. Uiteindelijk viel dat mee: het was inderdaad niet veel meer dan spierpijn en ik moest alleen bij het zwemmen oppassen dat ik er geen kramp in zou trekken.

Desalniettemin ging het niet eens heel erg jofel. Het ging ‘wel okee’: het zwemmen was rommelig, ik heb twee keer water binnen gekregen (hoest-hoest), het fietsen was eerst koud (er kwam net dat ene buitje van de dag over), mijn hartslag bleef steken net boven de 140 (als ik écht goed ben, is dat 10 slagen meer), ik vond het druk met auto’s en mede-fietsers en moest moeite doen om stayeren te voorkomen, en het lopen ging okee tot op 8 km maar ook niet echt top – ik blijf het gevoel houden dat ik harder zou moeten kunnen.

 

 

 

 

 

 

 

De wissels waren ook nog traag door een lang eind lopen met de fiets. Volgens mij was dat trager dan voorheen, het parcours is in de laatste jaren een paar keer aangepast.

Desalniettemin haalde ik wel degelijk een persoonlijk parcours record (2u40’43, 1 minuut sneller dan in 2014 – en hoera, op alle goeie knopjes gedrukt!) én een echte heuse podiumplek: 3e bij de 50+-vrouwen:

En dan moet je dus de voorzitter van de triathlonvereniging zoenen – Gerard heet-ie:

En je houdt er een trofeetje aan over:

Ik zat op maar 2 seconden van nummer 2, maar nummer 1 was lichtjaren van ons verwijderd (die was de snelste dame overall!), en de nummers 3 en 4 zaten mij toch aardig op de hielen. En het ging maar om zeven vrouwen in totaal, dus het is relatief, maar toch leuk (uitslagen).

‘Maar’ zeven vrouwen is niet helemaal terecht, want als ik het goed heb onthouden waren het er twee jaar geleden nul en vorig jaar één. Zitten de (langere?) triathlons in de lift in mijn categorie? Dat is alleen maar leuk natuurlijk.

Waar ik vooral verbaasd van opkeek, was dat ik dik 33 km/u gemiddeld had gereden. Zo voelde het niet, en mijn fietsen wordt dus nog steeds beter. Mogelijk heeft het ietsje hoger zetten van mijn zadel meteen effect? Dat had ik vorig jaar iets lager gezet omdat ik toen knieklachten had (zie hier, ze bleken overigens niet met mijn fiets te maken te hebben, het probleem zat in mijn bekken en is opgelost). Ik heb nu spierpijn in mijn hamstrings, misschien kunnen die nu weer hun volle bijdrage leveren.

Manlief deed ook mee, hij maakte ook de podiumfoto’s. Hij was zelf toch nog een beetje moe (goh), en hij  heeft mij dan ook nog nooit eerder pas zo laat in een triathlon ingehaald: pas tegen het eind van het lopen. Maar voor hem is Binnenmaas een thuiswedstrijd met een heleboel bekenden, dus hij kreeg wel lekker veel aandacht voor z’n Ironman.

Ik was erna behoorlijk moe, had moeite met het staan wachten op de prijsuitreiking, en viel ’s avonds op de bank al bijna in slaap. Toen dacht ik: dat gaat nog wat worden morgen…

Zondag: Ride for the Roses

Startnummer met ducttapeWant ja, ik had voor zondag ook nog wat op het programma staan: voor het eerst in misschien wel tien jaar weer eens meedoen met de Ride for the Roses. Leek me leuk, goeie training, en het was dit jaar dichtbij: Lansingerland. Althans, de gemeentegrens met Lansingerland is hier vlakbij, maar de start was toch een dikke 18 km fietsen, helemaal aan de andere kant van de gemeente. Die 18 km waren een dankbare warming-up voor mijn moeie benen, op een koude maar prachtige ochtend.

Ik was ruim vroeg genoeg om alles geregeld te krijgen, alleen waren er geen veiligheidsspelden, dus mijn startnummer zat met ducttape – alweer ducttape!

De Ride for the Roses is voor mij van grote historische betekenis. In mijn boek Afzien voor Beginners omschreef ik dat zo, na eerst verteld te hebben dat ik als vakantiefietser had ervaren hoe zeer je kunt verbeteren:

Begin 2001, op mijn 35e, besloot ik het verleggen van mijn grenzen iets systematischer aan te pakken. Aanleiding daarvoor was dat ik onder de indruk was van het levensverhaal van Lance Armstrong, die als voormalig kankerpatiënt op dat moment al twee keer de Tour de France had gewonnen. Ik hoorde dat zijn Ride for the Roses, een fietstocht om geld in te zamelen ten behoeve van kankerpatiënten, ook in Nederland werd georganiseerd. Zou ik daaraan mee kunnen doen? 100 kilometer fietsen was voor mij, inmiddels ervaren vakantiefietser, het probleem niet. Maar non-stop en bij een gemiddelde snelheid van 30 kilometer per uur, dat vond ik heftig. Ik leende een racefiets en ging trainen. Een paar maanden later reed ik de Ride moeiteloos uit: het peloton van die tocht is duizenden mensen groot en daarin werd ik bijna meegezogen. Ik ervoer toen voor het eerst het grote aerodynamische voordeel van rijden in een groep.

Ten opzichte daarvan was er gister veel anders. Over Armstrong gaat het niet meer, en ik was verrast dat er desalniettemin nog zo veel mensen (7000) op de Ride afkomen. Ikzelf ben inmiddels een doorgewinterde fietser geworden, die zelfs met brakke benen van de dag ervoor denkt ‘eitje’ bij zoiets. Ik heb immers voor veel hetere fiets-vuren gestaan.

Maar bovenal denk ik: wat heb ik sindsdien veel aan het fietsen te danken gehad. Het is ooit zo begonnen, en kijk waar het me heeft gebracht. Eén voorbeeld, nouja, misschien ook wel hét voorbeeld: ik heb manlief op de fiets leren kennen! En dit hele weblog was er zonder ’toen’ (en dus zonder Lance Armstrong) mogelijk ook nooit gekomen.

Dat hield me allemaal meer bezig dan kanker, al wist ik ook wel: sinds mijn vorige deelname heb ik veel meer en van veel dichterbij met die ziekte te maken gehad, vooral natuurlijk doordat mijn moeder eraan is overleden. Toch is dat voor mij op zo’n dag op de achtergrond. Ook al is het dan voor een goed doel, het gaat mij eerlijk gezegd toch veel meer om de sport.

Enfin, we reden met z’n duizenden tegelijk door het Groene Hart, in een indrukwekkend lange sliert, ondertussen hier en daar een praatje makend  en heel veel shirtjes en fietsen kijkend, dat is heel erg leuk. Het was schitterend weer en een mooie route, grotendeels (maar niet helemaal) bekend – het stuk van Moordrecht naar Montfoort had ik vorige maand nog met bagage achterop gereden, dan ging dit wel heel anders!

Voor de start

Iets minder leuk vond ik dat het allemaal eindeloos duurde: ik kwam pas meer dan een half uur na het startschot in beweging en we stonden, zeker in het begin, elk ogenblik stil: het gigantische harmonica-effect van zo’n grote groep, meer dan ooit tevoren, althans, voor zover ik me herinner. En daarna reed ik dan ineens weer dik boven de 30. Dit is de snelheidsgrafiek:

Goeie intervaltraining, zal ik maar zeggen, al bleef mijn gemiddelde snelheid ergens net boven de 25 steken en mijn hartslag zat gemiddeld onder D1! Nouja, die liep ook wat moeilijk op, door de vermoeidheid van zaterdag. Al dat keiharde aanzetten was ook niet makkelijk, zeker niet omdat het soms lastig was een groepje te vinden dat niet te hard en niet te zachtjes reed. Maar het ging, het ging prima eigenlijk.

En dat springen op wielen en af en toe met m’n tong op m’n stuur naar een groep toerijden, dat is ook wel de lol van zoiets. Zo totaal anders dan de eenzame strijd bij de triathlon. Ik ben dan ook niet bepaald handiger geworden met dat spel, ik dacht regelmatig ‘oja, zo ging dat’. Maar wel heel leuk om weer eens te doen.

Ik ben in Moerkapelle afgehaakt, een paar kilometer voor de finish, omdat ik aan zag komen dat echt finishen in die enorme meute nog heel lang zou gaan duren. Ik ben in plaats daarvan op m’n gemakje naar huis gepeddeld om uit te fietsen – ik wilde ook nog Vuelta kijken namelijk. Dus geen roos, maar verder dik tevreden. En ook een mooi eindresultaat voor het KWF: bijna zeven ton.

* * *

Tot mijn verrassing was ik gisteravond minder moe dan zaterdag. Daarover ben ik dubbel tevreden: ik was zaterdag hartstikke diep gegaan én ik ben zo goed in (fiets-)vorm dat dik 130 km fietsen met heel veel jojo’en nog als hersteltraining dienst kan doen. Ik ben vandaag een klein beetje moe en heb nog steeds iets gevoelige hamstrings. Maar verder: ik kijk terug op een erg geslaagd weekend!

 

(Bron van de loop- en fietsfoto bovenaan: Hans Blom,  https://www.oypo.nl/ED02794D94CC3C7F De tweede foto is een leuke van manlief, net voor de start!)

Edit later op de maandag: manlief vond nog twee mooie fietsfoto’s van zaterdag van mij op de Facebook van Foto Laura Bal:

Wisselzone uit

Doorkomst naar 2e fietsronde (denk ik)

 

Door |2017-09-04T10:35:06+02:004 september 2017|Fiets, Triathlon algemeen|1 Reactie

Sporten met Shakespeare

Hoera, weer naar Buitenkunst!

In 2007 ging ik voor het eerst naar Buitenkunst, en ik ben sindsdien elk jaar gegaan, op één na: vorig jaar (zie hier voor het jaar daarvoor). Met de Ironman was het niet te combineren: trainen is behelpen, het kamperen vond ik te riskant voor mijn rug en het belangrijkste nog: mijn hoofd stond er niet naar, dat zat te vol met sport om er nog een week lang kunst in te stoppen. Maar ik heb het wel gemist. Het was één van de dingen die mijn leven vorig jaar eenzijdig maakten: leuk voor een jaar, alle focus op sport, maar niet structureel.

Dus dit jaar wilde ik zeker weer naar Buitenkunst, naar Randmeer, voor een speciaalweek, want dat is het allerleukste (een weekend doe ik zelfs niet meer: veel te druk en te veel festivalsfeer) en het werd een theaterweek over Shakespeare. Ik was superbenieuwd!

En het werd een heerlijke week. Zaterdag ben ik er op het gemakje naartoe gefietst, met m’n hele boeltje mee. De wind stond gunstig en ik fietste eigenlijk heel relaxed, ook al was het 150 km (dik 7 uur). Enige minpuntje was dat het net regende op het stuk door Het Gooi, en van de schelpenzandpaadjes werd alles smerig en mijn ketting ging kraken. Maar verder was het gewoon heel lekker. De polder, daar ben ik in de loop der jaar ook verknocht aan geraakt, dus vanaf de Stichtse Brug, met ook steeds meer zon, was helemaal heerlijk. Ik weet niet of ik het ooit eerder zo gemakkelijk en ontspannen heb gefietst.

Ik rijd altijd al lekker op de Afrikafiets, maar ik had er ook net een vaste voorvork op laten zetten (ik rijd toch nooit meer onverhard, dus geen nood aan vering), en nu is hij nog stabieler. Ik moet nog steeds een beetje wennen aan hoe hij eruit ziet, hier bespikkeld met Goois zand op z’n parkeerplekje bij de tent, met z’n nieuwe vork en voordrager:

Fiets bij tent

Een week lekker bezig geweest met Shakespeare (daarover later op mijn andere weblog meer). Een boel mooie dingen gezien van de andere groepen. Lekker gekampeerd, ondanks wat regen en enige zorgen om onze hoogbejaarde tent waar ducttape aan te pas moest komen omdat de reparatie-lijm ingedroogd was (oeps, foutje – als je op de foto hierboven kijkt, zie je bovenaan nog net zo’n stukje tape zitten). Beetje redderen bij het tentje, ’s nachts diep in de slaapzak kruipen, non-stop buiten – heerlijk. Zo’n week geeft een boel energie.

Het was gezellig, met een prettige groep en aangename tentburen. En het was voor Buitenkunst-begrippen rustig, dat vond ik wel fijn.

Gras met tenten in de verte

Uitzicht vanaf mijn tent: veel ruimte

Zelfs het ongedierte viel mee – het terrein wordt wel eens geplaagd door wespen en teken, maar nu bleef het bij een paar muggenbulten en een enkel kikkertje dat langs kwam door het natte gras. Gisterochtend moest ik een spin ongelukkig  maken:

spinnenweb

Goed kijken: spinnenweb met regendruppels

Voor mijn ego was het nog wel fijn om veel anderen te horen klagen over kou, praten over fleecedekens en rond te zien lopen in veel dikkere kleding. In kringen van triatleten en openwaterzwemmers ben ik nogal een koukleum, maar in artistieke kringen ben ik überstoer, hahaha. Nouja, nachtelijke kampeerkou is meer een kwestie van goede spullen.

We begonnen de dag steeds met een stevige warming-up, die mijn gebruikelijke oefeningen eigenlijk overbodig maakte, ook handig. Sowieso vraagt het dagelijkse leven net iets meer beweging dan thuis, en ik word ook altijd lenig van al het op-de-grond-zitten dat ik zo’n week doe.

Het sporten moest een beetje tussendoor. Op maandag was het warm en zonnig en toen ben ik na de workshop gaan zwemmen. Ik had natuurlijk geen wetsuit bij me (er zijn grenzen aan wat je op de fiets mee kunt nemen), en na 800 meter vond ik het wel best, met m’n witte vingers. Maar dat viel niet tegen, en het was wel heel lekker, in het Drontermeer.

Dinsdag en donderdag ben ik wezen lopen, dinsdag door de polder en donderdag het bos in. De rondjes gokte ik wat bij elkaar, en dat was allebei  iets korter dan ik vooraf had gedacht, maar het werd in de tijd ook krap (lunchpauze) dus het was wel goed zo – het is inderdaad best lastig te combineren, sport en Buitenkunst. Op vrijdag had ik het bijvoorbeeld veel te druk met onze uitvoering en die dag was sowieso vrij vermoeiend. Maar ik ben tevreden over wat ik wel heb gedaan. Hier liggen mijn zwem- en loopspulletjes in de tent (met daarboven weer een stukje ducttape):

schoenen, badpak, badmuts, zwembril

Ik ben ook nog twee keer naar Elburg gefietst voor boodschappen, maar dat is geen sport, dat is gewoon vervoer (6 km enkele reis).

Gister ben ik een eindje teruggefietst, naar Muiderberg, 68 kilometer. Daar heeft manlief me opgehaald. In 150 kilometer tegenwind had ik geen zin, het was net mooi zo. Met eerst nog flink wat regen, en daarna een heeeeeeeeeel lange rechte weg, van ongeveer het vliegveld van Lelystad tot aan het Gooimeer bij Almere Hout – ik heb een streep van 24 kilometer door de polder getrokken! Voor hoofd (Buitenkunst achter me laten) en lijf (even lekker doortrappen) was het precies goed zo, uitwaaien met zo veel ruimte om me heen. Prachtige roofvogels gezien ook nog onderweg, eentje van heel dichtbij.

Hier staat mijn fiets klaar voor de start, met op de achtergrond mijn kampeerafdruk in het gras:

Bepakte fiets voor lichte plek in grasHet blijft bijzonder om ’s ochtends m’n hele huishouden op te vouwen, in tassen te stoppen en dan zo mee te nemen. Het ultieme fietsen! Wel met een paar kilo aanhangend water, want het miezerde bij het inpakken, maar afgezien van de Hollandse Brug was alles natuurlijk zo vlak als een pannenkoek, dus dat was geen probleem. De ketting liep weer als een zonnetje, want in Elburg hebben ze alles, ook kettingsmeer.

Mijn enige fysieke probleem is geweest dat ik net voordat ik wegging speciale kampeer-Birkenstocks had gekocht: van plastic. Ik loop graag op Birkenstocks, maar de gewone kunnen niet heel goed tegen nattigheid, en in de zomer ben ik van het beleid: open schoenen, ook op nat gras enzo, want m’n voeten drogen wel en dan zitten ze niet opgesloten in laarzen ofzoiets (die ik bovendien niet mee kan nemen op de fiets). Dat plastic schuurde echter al op de eerste avond mijn iets vochtige voeten kapot, en met ook nog een middag regen eroverheen en gauw in Elburg gekochte Compeeds zagen mijn voeten er dinsdag zo uit, met de boosdoeners op de achtergrond:

Vieze voeten met drie compeedsIk hoop dat voeten en schoenen aan elkaar wennen, want verder is het wel ideaal: het lekkere Birkenstock-voetbed en dan waterbestendig. Gister stonden ze even voor de tent in de miezer, en daarna kieperde ik achteloos de plasjes uit en trok ze aan. Voor kamperen zijn ze superhandig.

Het is niet al te hygiënisch daar, door de blubber en met z’n allen in die paar douches, dus ik was een beetje beducht voor infectie, maar het is allemaal prima gegaan. Toch was ook dat wel zo’n momentje waarop ik dacht: hmm, vorig jaar had ik dit echt helemaal niet jofel gevonden. Groot gelijk dat ik toen niet ben gegaan.

Maar super fijn om dit jaar weer wel te kunnen!

Door |2017-08-13T15:42:52+02:0013 augustus 2017|Fiets, Loop, Zwem|0 Reacties

Ik kan het nog

Gister vastgesteld dat ik nog steeds de Keutenberg op kom, op m’n racefiets – de zwaarste klim van Nederland. Hoera! Ik vond het wel spannend, want het was al een hele tijd geleden (twee jaar? drie jaar?), dus voor het eerst als 50+’er, en bovendien met gister niet de beste benen én tegenwind. Het blijft een kreng, die intimiderende muur als je de hoek om komt, en die vraagt het uiterste van me, maar het is heel fijn als ie dan gaat afvlakken en ik kom nog steeds vooruit. Hoera, ik kan het nog! Er stond ’trappen, kut’ op het asfalt geschreven, misschien scheelde dat.

Verder ook lekker getoerd/getraind in Zuid-Limburg, met Jo (van haar zijn de foto’s). 100 km, met de bekende klimmetjes van de Amstel Gold Race. Af en toe in triathlonsferen, want zondag is de Ironman en we zaten met een deelnemer in de trein en we gingen ook een stukje over het al uitgepijlde parcours.

Ik op een klimmetje

Trein heen, trein terug, dat gaat net op een dag. Zo heb ik het vaker gedaan, ook vaker met Jo. Het lukt zelfs als er, zoals gister, geen treinen over de Moerdijkbrug rijden en ik dus via Utrecht moest, waardoor ik een uur langer dan anders dezelfde trein als Jo (uit Haarlem) had – gezellig. Op de terugweg wel weer wat gedoe met iemand die per se op de fietsenplek wilde zitten in een verder vrij lege trein, je hebt toch vreemde mensen ertussen…

Aan het begin regende het nog even, maar daarna veel zon en best warm. En loeiveel wind, die nooit echt gunstig stond en soms keihard tegen. Aan het eind vond ik het zelfs eng worden, want het voelde en klonk alsof er takken naar beneden zouden kunnen komen. Wat, zo zag ik op de terugweg van het station, in Rotterdam daadwerkelijk gebeurd was.

Paar nieuwe dingetjes ontdekt ook, ook al heb ik in dat stukje Nederland al heel veel kilometers liggen. Een nieuw klimmetje (Schweiberg), en dit monument voor Jean Nelissen op de Gulpener Berg, dat is er pas sinds een dik jaar:

Profiel, wielrenner, glas

Maar een boel was als vanouds, waaronder de vlaai:

Ik met vlaai en koffie

Door |2017-08-04T15:40:36+02:004 augustus 2017|Fiets|0 Reacties

Trainen

Op het uitroepteken van vorige week volgen zeven wedstrijdloze weken. Het is zomervakantie, dan zijn er niet zo veel triathlons, en we hebben andere plannen. Het is dus een mooie ’tussentijd’ om lekker te trainen. Ik hoop het zwemmen te consolideren, mijn duurconditie op de fiets nog stevig te verbeteren en de stijgende lijn van het lopen uit te bouwen.

(Ik zeg ‘ik hoop’ want dit was meteen niet de makkelijkste trainingsweek. Dinsdag stond ik al klaar om met sportmaat Philip in de Schie te gaan zwemmen, maar toen dreven daar een heleboel dode vissen (zie nieuwsbericht). Het was echt geen porem, al viel ons niet-zwemmen-leed wel in het water (nouja, niet dus) in vergelijking met het dierenleed. Gister heb ik heerlijk gefietst, heen en weer naar Arno in Hoofddorp, dikke 120 km, maar er ging iets vaag zeer doen in mijn lies wat gisteravond zeer pijnlijk werd, geen idee wat het is. Vandaag kalm aan dus, het is niet weg maar beter dan gisteravond.)

In die tussenliggende periode ga ik ook bezig met trainen in die andere zin van het woord: als trainer. Nouja, dat ben ik sowieso al een klein beetje, als trainingsbegeleider (‘schemaschrijver’) van mezelf, manlief en Marcel. Met mezelf ga ik in die zeven weken dus sowieso aan de slag, manlief heeft in die tijd z’n grote evenement en Marcel ga ik zien. Afgelopen week ben ik bovendien bij een groep-met-vacature bij een andere atletiekvereniging wezen kijken en daar ga ik de komende twee weken aan de slag als proeftrainer. Het boek met trainingsadviezen ‘voor gewone mensen’ samen met Nicole vordert ook langzaam-maar zeker.

Over beide kanten van trainen de komende tijd dus meer! Ik heb een nieuwe categorie aangemaakt op dit weblog: ‘Trainer‘.

Door |2017-07-22T17:31:42+02:0022 juli 2017|Fiets, Trainer, Zwem|0 Reacties

! , !

Bij het plannen van de wedstrijden had ik bedacht dat de Triathlon 010 mijn hoofddoel zou worden van het eerste deel van het seizoen. Niet alleen is dat een leuke wedstrijd; ik deed hem eerder en was vorig jaar supporter, maar ook wist ik dat het even zou duren voordat mijn fietsen op niveau zou zijn vanwege een relatief late seizoensstart (na de marathon). Ik wist toen nog niet dat daar een aardige vormdip bij zou komen.

Die dip voelde ik de afgelopen weken wegtrekken, en eronder kwam langzaam-maar-zeker juist een verrassend goede vorm te voorschijn – gewoon stug door blijven trainen is duidelijk toch wel ergens goed voor geweest. Dus ik had zin om lekker te knallen, een mooi uitroepteken achter de eerste seizoenshelft.

Mooi doel leek me om mijn tijd van 2015 te verbeteren. Dat was toen een 1/8e, nu ging het om een sprint, dat is officieel 250 meter langer zwemmen. Maar het zwemmen in 2015 was te lang en steenkoud, en bovendien was ik toen niet in goede doen (zie het verslag). Dus die paar minuutjes langer zwemmen kon ik vast wel compenseren, ook gezien de recente resultaten.

Maar toen bereikte mij het bericht dat het zwemmen niet door zou gaan. Blauwalg. Alwéér. Ik hoorde het zaterdag; het was vrijdagavond laat bekend geworden. Dat was sowieso heftig, want zaterdag waren er ook al wedstrijden, en niet de minste: de teams van alle divisies plus een NK! De divisiewedstrijden zijn als run-bike-run doorgegaan, maar het NK werd afgelast (bericht). En ook de wedstrijden op zondag, voor het gewone volk, werden een run-bike-run.

De moed zakte me even in de schoenen, want lopen is mijn slechtste en moeilijkste onderdeel, en ik had juist erg veel zin in een echte triathlon. Ik had bovendien niet zulke goede run-bike-run-ervaringen: in Luxemburg vorig jaar had ik de indruk dat mijn fietsen had geleden onder het hardlopen ervoor, en over Krimpen in mei, in het diepste dal van mijn dip, wil ik het maar niet meer hebben.

Ik was bang dat het uitroepteken zou veranderen in een komma in mijn seizoen, op weg naar nu zeven weken lang trainen en dan de resterende wedstrijden in september.

Maar niet getreurd, en gisterochtend op naar Zevenhuizen. Want het heet wel 010, maar het is niet in Rotterdam en het is 17,5 km hiervandaan, zo mat manlief precies onderweg naar huis, want hij is terug gelopen. Hij was mee voor support en foto’s, en terug trainen dus (zie zijn blog). Hij maakte veel meer foto’s dan ik hier laat zien, ook van anderen, dus voor de geïnteresseerden, zie zijn album.  

Ik had er toch wel zin in en de sfeer rond de roeibaan voegde daar nog wat aan toe – het is een hartstikke leuke wedstrijd, misschien wel de allerbreedste triathlon (inclusief fietsen met boodschappenmandjes en OV-fietsen), met altijd een aantal bekenden en verder ook aanspraak in het parc fermé. Als je goed kijkt, zie je op de grond naast me iets roods, dat is de Feyenoord-handdoek van mijn aardige buurman. Dat was voor mij ook een handig oriëntatiepunt bij het wisselen:

2017_07_16_0026

Door de omzetting naar run-bike-run liep alles wel wat uit, dus 40 minuten later dan gepland gingen we van start. Over het fietsparcours, en dus moest de laatste deelnemer van de startserie ervoor klaar zijn met fietsen. Wij stonden al klaar om te starten en hebben haar met luid applaus binnengehaald – zo’n wedstrijd is het dus.

2017_07_16_0104

De eerste 2,5 km (nouja, iets korter) liep ik in 12’12. Dat is voor mijn doen prima. Mijn lopen is door het diepste dal gedaan van de drie sporten, en is nu duidelijk op de weg terug naar boven, overigens mede dankzij een chi-running-opfriscursus vorige week. Het ging goed dus:

2017_07_16_0135

Maar het was vooral op de fiets dat ik mezelf verraste. Ineens voelde fietsen weer zoals het voelt als ik goed ben. Alles met een hartslag vlak onder mijn omslagpunt, zonder dat mijn benen pijn doen. De trapfrequentie rond de 100 zonder dat dat moeite kost. En voldoende power in mijn benen voor de stukken tegenwind. Aaah, zo lekker!

2017_07_16_0169

En voeg daar dan bij dat ik 20 kilometer lang tientallen deelnemers heb ingehaald. Het was misschien wel het beste pacman-spelen dat ik ooit heb gedaan. Ik reed tegen het einde nog een dame voorbij die opzij keek en ‘sodeju’ zei, dat was wel een momentje. Ik ben zelf maar één keer ingehaald, door een bekende van manlief nogalliefst. Hier heb ik er aan het einde van het eerste rondje net weer een hele zwik ingehaald:

2017_07_16_0154

En het resultaat daarvan was dat ik bij de wisselzone hoorde dat ik op dat moment 4e dame lag van mijn serie, en dat later bleek dat ik in de leeftijdscategorie 40+ (87 vrouwen) de derde fietstijd van de hele dag heb gereden: 40’25. 40+, hè, dus met vrouwen tot wel 11 jaar jonger ertussen!

2017_07_16_0187

De tweede loopbeurt (kleine 5 km) voelde iets moeizamer, maar het ging toch aardig. Relatief was mijn klassering zelfs beter dan de eerste loop (17e versus 28e), dus anderen hadden het nog moeizamer. Ik heb 5’30 gemiddeld gelopen, net zo hard als vorige week in Terneuzen, toen met frisse benen maar onder zwaardere omstandigheden. Er zijn me nog twee dames voorbij gekomen, dat viel niet tegen, en ik werd dus 6e vrouw in mijn serie, 3e 40+’er (jammer dat ze geen 50+ onderscheiden).

https://www.flickr.com/photos/henkvermaas/35153224503/in/album-72157683872961961/

2017_07_16_0432

En zo finishte ik dus, in 01:23:19 (uitslagen) – en was ik hartstikke tevreden. Het was toch een uitroepteken geworden! En misschien toch vaker doen, een run-bike-run. Gepland dan, hè. Want als het een triathlon is, wil ik toch graag zwemmen.

2017_07_16_0564

!

 

Door |2017-07-17T11:06:55+02:0017 juli 2017|Fiets, Loop, Triathlon algemeen|0 Reacties

Koel- en fietsfoto’s Bocholt

In vervolg op mijn vorige post: wat ook hetzelfde was dit jaar, was de enorme stortvloed aan foto’s die niet alleen zondag gemaakt zijn, maar die ook vrij beschikbaar zijn op internet. Daarin is Bocholt toch ook bijzonder. Het zijn er zo veel dat je je een ongeluk zoekt, maar gelukkig kreeg ik hulp van @jeanette van het Triathlonforum die mij had gespot.

Hier zijn twee koelfoto’s. Dat ziet er misschien niet uit, maar het is wel lekker:

Spons uitdrukken op hoofd

Water over mijn hoofd(da’s ook weer een fraaie in de categorie miss wet t-shirt met twee sterke punten…)

Oja, en die groene dingetjes om mijn armen, die zijn om je looprondes bij te houden. je krijgt er elke ronde één omgeschoven en met acht van die bandjes mag je finishen.

Op de fiets sta ik er iets normaler op. Nouja, wel met een blauwe stip, dat is om me van de voorkant te kunnen onderscheiden als Mitteldistanz-deelnemer – elke afstand heeft een andere kleur:

Fietsen

Fietsen met graffiti op de achtergrond

En dus danke schön Free.TriPix en Melanie Ivens Pixx.

En oja, ondertussen heb ik vandaag superlekker getraind, zwemmen en hardlopen. Waarom waren m’n benen zondag niet zoals vandaag?

Door |2017-06-14T17:03:48+02:0014 juni 2017|Fiets, Loop, Triathlon algemeen|0 Reacties

Help, ik raak mijn spullen kwijt!

Eerst maar het goede nieuws: ik ben een stuk opgeknapt sinds vorige week. De hormonen rommelen af en toe nog een beetje, maar dat hoort er nu eenmaal bij. Ik had het niet zo druk met werk, heb dus veel kunnen slapen, veel gelezen ook, dat was lekker.

Ik heb ook goed kunnen trainen, mede dankzij het heerlijke weer. Het werk dat ik wel had ging sneller dan verwacht, zodoende kon ik woensdag gaan fietsen en toen heb ik er in dik 5 uur de vormstrepen aardig ingebrand. Het zwemwater is ook geweldig. Lopen voelt nog een beetje amechtig, maar de relatie tussen snelheid en hartslag is weer normaal en het voelt weer lekker.

Dus, allemaal okee weer. Ik kijk inmiddels uit naar volgende week.

Maar… ondertussen is manlief serieus aan het trainen voor zijn Ironman. Daar hoort natuurlijk ook bij dat hij bepaalt met welke spullen hij die gaat doen. Nadat hij eerst al mijn shorty-wetsuit had ingepalmd, wat ik nogalliefst van hem gekregen had, heeft hij vandaag proefgereden op mijn fiets – met mijn schoenen:

Henk op mijn fiets, met mijn schoenen aanHet gaat ongeveer goed: mijn zadel zat hem niet zo heel lekker en die schoenen zijn een maatje te klein. Maar met een paar kleine aanpassingen kan hij erop voort.

Op zich is het natuurlijk een voordeel dat we zo veel spullen van elkaar aan kunnen. Ik geloof dat mijn vlinderbroekjes van oorsprong ook van hem waren, en ik draag ook wel zijn spijkerbroeken. We schelen één schoenmaat, enkele centimeters in lengte (ik ben langer), een paar kilo (hij is zwaarder), en we hebben iets andere verhoudingen – naast de gebruikelijke man-vrouwverschillen heb ik bijvoorbeeld dikkere bovenbenen. Dus sommige broeken kan ik niet aan. Maar veel is dus wel uitwisselbaar.

Alleen, hoe gaan we dat nou praktisch doen bij de komende triathlons? Help, ik raak mijn spullen kwijt!

Door |2017-06-03T17:53:49+02:003 juni 2017|Fiets, Triathlon algemeen, Vrouwensport|0 Reacties

Hoe had ik dat vorig jaar gedaan?

Vorige week had ik een trainingsweek zoals het niet moet. Ik had vooral een veel te drukke werkweek om fatsoenlijk te kunnen trainen: maandagavond vloog ik naar Zweden om daar dinsdag de hele dag op mijn nette schoenen te staan voor een grote groep, en ’s avonds vloog ik alweer terug. Ik was om 1 minuut voor middernacht thuis, toen had ik zere voeten en kon ik geen pap meer zeggen.

Niet echt veel tijd om uit te rusten, althans, er moest nog werk af, donderdag gaf ik college en vrijdag had ik nog een lange dag met een groep in Amsterdam, inclusief heen en weer in de spits. Alles bij elkaar geloof ik dat ik vorige week een record aantal declarabele uren heb gedraaid in mijn 17-jarig zelfstandigenbestaan.

Voor het sporten betekende dat sowieso al dat ik dinsdag en vrijdag geen tijd had. Maandag heb ik tussendoor nog wel een herstel-zwemtraining kunnen doen, om de dag ervoor te verwerken. Woensdag had ik alleen tijd om even te zwemmen, maar toen kon ik me amper concentreren – het zwembad was nog rommelig druk ook. Donderdag ging het nog wel aardig: lekker diep gegaan bij spinning.

Maar zaterdag ging ik hardlopen en daar heb ik na drie kilometer de brui aan gegeven: ik was niet vooruit te branden. Mijn hoofd vond het heerlijk om buiten te zijn en lekker te luchten, maar mijn lijf ging op een heel gematigd tempo al zuchten en steunen. Het was echt even genoeg geweest. Ik had ook nog ergens uitslag door opgelopen, rode vlekjes op een groot stuk van mijn lijf – misschien iets gegeten in Zweden waar ik allergisch voor ben?

In die drie kilometer had ik wel kans gezien om mijn kuitspieren fikse spierpijn te bezorgen: ik ben door de marathon uit de regelmaat geraakt van het lopen op de minimalistische schoenen, en ik moet eigenlijk weer zo’n beetje bij nul beginnen met opbouwen – dat stel ik maar even uit.

Nou is werkdrukte het soort vermoeidheid waar ik snel van opknap, dus gister heb ik heerlijk gefietst: mijn eerste rit van meer dan 100 km van het seizoen, ook de eerste in ‘kort-kort’ (korte broek en korte mouwen), naar de punt van de landtong van Rozenburg en daarna een rondje over Voorne-Putten, bij ideale omstandigheden (zon, precies de goede temperatuur, weinig wind), en in het prachtige lentegroen, inclusief divers jong grut (lammetjes, pulletjes enzo), en met mijn geliefde wide open spaces, inclusief een bijna rimpelloos Haringvliet. Dat is dan zo lekker dat het opknappen tijdens het trainen gewoon doorgaat. Ik kwam verfrist thuis, en juist niet afgedraaid als twee weken ervoor.

Maar goed, dit was dus een week waarin ik alleen een uurtje spinning en een fietstocht als beetje fatsoenlijke training kan meetellen. Met hardlopen heb ik nu echt wel een beetje trainingsachterstand zelfs.

Nouja, geen ramp – wat maakt het uit eigenlijk? Komende zaterdag staat de triathlon van Krimpenerwaard op het programma, dan loop ik maar wat rustiger. Daarna de draad weer oppakken. En ondertussen heb ik lekker verdiend vorige week natuurlijk.

Maar hoe deed ik dat vorig jaar? Toen had ik zulke weken niet. Ik heb de afgelopen maanden harder gewerkt dan in diezelfde tijd vorig jaar, en dat is ook te zien aan mijn omzet. Deels liep dat gewoon zo, deels stuurde ik daarop. Had ik vorig jaar nee gezegd tegen die Zweden-klus? Geen idee, het deed zich niet voor. En dat was misschien ook niet toevallig?

Tot slot nog een anekdote. Vorige week zondag, tijdens een voor Rotterdammers memorabele uitzending van Studio Sport, zei een commentator dat Ajax de finale van de Europa League zou spelen in Solna.  ‘Solna’, dacht ik, ‘daar moet ik morgen heen, dat is ook toevallig’. Dus maar eens wat beter op Google Maps gekeken en zo ontdekte ik dat mijn hotel bijna ín het stadion stond. Er was vorige week geen ontsnappen aan voetbal mogelijk!

Hier zie je mijn hotel links (mijn kamer had ook zo’n rond raampje, maar zat aan de andere kant) en rechts de ene wand van het stadion, met de poster voor de finale:

Hotel en deel stadion Solna

Door |2017-05-22T15:57:36+02:0022 mei 2017|Fiets, Loop, Triathlon algemeen, Zwem|2 Reacties
Ga naar de bovenkant