Louise

Over Louise

Louise Cornelis is trainingsbegeleider voor duursporters (sportkunstenaar.nl), en is zelf ook fietser en triatleet. Daarnaast heeft ze een bedrijf voor tekstadvies (lhcornelis.nl). Ze woont in Kapelle, samen met Henk, een boel fietsen, twee kajaks en een hamster. In maart 2023 verscheen haar boek 'Optimaal blijven sporten voor 45+'ers'.

Schakelpunt

Je kan het allemaal zo mooi plannen, hè… Morgen rijd ik mijn eerste tijdrit van het seizoen, als schakelpunt van basis- naar opbouwtrainingsperiode, en daaromheen zou ik de balans opmaken. Dat zou leiden tot een pre-wedstrijd-blogpost over de vraag waar heeft de wintertraining die ik hier uitvoerig beschreef me gebracht, dus wat voor basis heb ik nou, en wat verwacht ik van die eerste tijdrit? Dat laatste in het kader van mijn gebruikelijke ‘evalueer het proces voor de wedstrijd’.

Maarja, toen gebeurde er ineens van alles, met als gevolg dat ik zes weken lang niet normaal heb kunnen trainen, waarvan anderhalve week helemaal niet en daarna eerst zeer beperkt, met die gekneusde ribben. Het gaat daar weer goed mee: het is bijna over en ik kan weer alles – ik kan het zelfs af en toe helemaal vergeten. Ik kan dus zeker morgen starten, en dat is al heel wat.

Wat er nog bij kwam, was het vele slechte weer. Dat schoffelde uiteindelijk de laatste uitgebreide trainingsmogelijkheid onderuit: ik zou vorige week met maatje Jo vier dagen in Limburg gaan fietsen, maar het weerbericht was dramatisch en dat kwam dus bovenop de fysieke beperkingen (bij haar ook) en dan bleef er weinig over om al die moeite voor te doen. We hebben een alternatieve vierdaagse kunnen plannen in mei. De vier dagen rust bleken erg goed voor mijn lijf en hoofd – maar toch jammer ook.

Vervolgens moest ik me deze week óók nog aanpassen qua vervoer: woensdag moest ik naar Leiden, maar dat kon niet met de trein, nouja, dan had ik om moeten rijden doe ik er net zo lang over als op de fiets, in meer chaos. Dan liever fietsen, ook al was het in de aanloop naar de tijdrit beter geweest om een korte tapertraining te doen. Nood breekt wet en gelukkig scheen de zon.

Goed voorbereid op morgen ben ik dus niet. Er is hier en daar wel wat vorm onder die gekneusde ribben vandaan gekomen gelukkig, maar ik heb geen idee waar ik sta. Het had niet veel zin om nog te proberen er een FTP-test uit te persen afgelopen week, dat was zonde van de trainingstijd, ook vanwege de broodnodige rust ervoor. Ik heb wel weer op de triathlonfiets kunnen trainen, en daarbij met een schuin oog naar m’n vermogensmeter gekeken. Dat viel me niet tegen. Morgen dan maar ook zien als FTP-veldtest. Die wel wat, maar niet heel veel zegt over mijn progressie in de winterperiode.

Desalniettemin kijk ik er wel naar uit. Als vrolijke opsteker en oppepper richting het seizoen. Bovendien: Jeanette uit hoofdstuk 2 van Optimaal blijven sporten is er ook, en ik kan haar dan het boek geven 😀

 

Door |2023-04-08T18:06:52+02:007 april 2023|Fiets|0 Reacties

2 x in Natuurlijk in Overschie

Ik sta twee keer in de nieuwste editie van Natuurlijk in Overschie, ons glossy wijkblaadje: op p. 19 sta ik (oranje jasje, rugzakje, zwarte hoofdband) in het midden van de bovenste foto over de Nighttrail van Unltd, het sportkledingbedrijf van buurman Olaf….

…en op p. 33 staat mijn boek aangekondigd. Dat is al de tweede grote aankondiging; er stond er ook al een in Fiets Magazine!

Door |2023-04-06T17:07:06+02:006 april 2023|Boeken, Loop|0 Reacties

Spinning was het nieuws

Ik geloofde bijna mijn oren niet gisteravond bij ‘Dit was het nieuws‘. Sport is daar niet bepaald een standaard onderwerp, maar  De deelnemers moesten bedenken wat het nieuwsbericht was bij de kop ‘Emotionele massage’ (vanaf minuut 23) en Peter Pannekoek wist dat (vanaf 25’40): het ging over nieuwe, hippe sportvormen in het algemeen en Rocycle in het bijzonder. Hij bleek dat zelf te doen en vertelde er in geuren en kleuren over – zoals alleen hij dat kan.

Het frappante: ik herkende wat hij zei. Net. Ik was namelijk gisterochtend zelf voor het eerst bij Rocycle geweest. Ik zit al een tijdje met wat onvrede bij spinning (beperkt rooster, lastig reserveren, telefoons te dominant, ongezellig – maar wel steengoede lessen). Vorige week deed ik mee aan een spinningmarathon (dat kwam per ongeluk net goed uit met die gekneusde ribben: staan en diepgaan ging nog niet, maar een spinningfiets wiebelt en hobbelt niet en het was zo een mooie rustige duurtraining van twee uur) en kreeg toen in de kleedkamer van een andere deelneemster Rocycle als tip.

Van het uitgebreide rooster, de flexibele reservering, het telefoonverbod en de strippenkaart in plaats van abonnement ging ik watertanden. Ze zei alleen wel dat het nogal ‘Amerikaans’ was en dat je ook dingen moest doen met gewichtjes enzo – dus een ander type spinning. Dus ik was gewaarschuwd.

Nou, ik erheen, en ik heb mijn ogen uitgekeken. Het is een superstrakke ‘studio’ die wémelt van de jonge, hippe vrouwen. In fitnesskleding, want fietsen doen ze niet. De meesten waren in lange broek, ik was de enige in fietsbroek. Fietsschoenen hebben zij dus ook niet, maar die krijg je er dan ook bij – die waren wel goed trouwens. Maar ik zag dus al aan de kleding: het is geen fietstraining, het is een ‘workout’. Motto’s:

Ja, allemaal Engels dus, dat is ook hip. Ik vond het een cultuurschok van jewelste, want in mijn sportschool ben ik soms de enige vrouw, zit ik aardig in de gemiddelde leeftijd, en draagt iedereen fietskleding. Een ander contrast zit in regel nummer 2, uh, rule 02, die ik wel kan waarderen juist (ik schreef eerder over de telefoons):

 

Okee, de zaal in. Die is donker met kaarslicht, volgens Peter Pannekoek omdat jonge vrouwen zich dan minder bekeken voelen. Met een ‘juf’ die non-stop praat, en die daarbij ook wat levenswijsheden over je uitstort – dat is die emotionele massage. Wel okee trouwens, hoor, het was zeker geen onzin, maar wel erg positivo (zie rule 01) en ik hoef dat niet bij spinning. De fiets had een tik in de crank, ik ben vergeten dat te zeggen, misschien was dat pech.

Belangrijker vond ik echter dat het meer een dansje is dan fietsen. Het is de hele tijd van voor naar achter en van links naar rechts (letterlijk), zal ik maar zeggen, in een choreografie, allemaal tegelijk – Pannekoek beschrijft dat bloemrijk. Of met je handen overpakken als een bezetene en dan ook nog klappen tussendoor. Dat wil ik niet. De kunst van fietsen, zeker van tijdrijden, is juist om je lijf stil te houden, en bovendien kan en wil ik geen coördinatieve hoogstandjes verrichten met een hartslag rond m’n omslagpunt. En inderdaad houd je op een gegeven ogenblik de pedalen stil om met gewichtjes aan de slag te gaan voor je armen. Dat vind ik alleen maar onhandig, dan zit dat stuur in de weg, en zonde van de fietstijd – het is maar 45 minuten.

Ik kon op zich wel aardig fietsen, op goeie muziek, maar daarvoor moest ik dus wat ‘gedans’ laten gaan, en dat is niet helemaal de bedoeling volgens mij. Het maakte mij nu niet zo veel uit, want ik was qua herstel van mijn gekneusde ribben blij om weer te kunnen staan op de pedalen en mijn hartslag weer op te kunnen voeren – hallo omslagpunt, fijn je weer te zien!

Bovendien keek ik mijn ogen uit. Rocycle heeft een grote groep hippe jonge vrouwen weten aan te trekken. Voor mij is het niks, maar ik vind het wel leuk om te zien. Wel kon ik twee gedachten niet onderdrukken:

  • Ik hoop dat die meiden nog eens de lol van echt sporten gaan ontdekken. Van trainen in plaats van een workout doen. En waarbij het niet uitmaakt hoe strak je lijf is of hoe je haar zit.
  • Ik deed al aan spinning toen jij nog niet eens geboren was.

Die tweede gedachte, daar denk ik dan wel ‘oma vertelt’ achter 😉

 

Door |2023-03-31T19:17:43+02:0031 maart 2023|Fiets, Vrouwensport|0 Reacties

Project daglicht jaargang 3 ✅

Met het ingaan van de zomertijd is er een einde gekomen aan de derde jaargang van mijn #projectdaglicht: in de wintertijd elke dag in het daglicht naar buiten, in totaal elke week minstens zeven uur. Het is weer gelukt!

Ik ben ermee begonnen in coronatijd en had gedacht dat het deze winter veel makkelijker zou zijn, maar dat viel zeker de eerste maanden nog best tegen. Bij veel van de dingen die deze winter wel weer mochten kwam ik nog steeds niet overdag buiten. In de donkerste maanden is mijn woon-werk-verkeer op de fiets naar station en opdrachtgevers veel in het donker, en naar sportschool en theater ga ik ’s avonds. Dan ‘moest’ ik overdag nog even naar buiten dus, en een enkele keer ‘moest’ dat op zondag ook nog minstens een bepaalde tijd om aan het weektotaal te komen.

Ik merkte dus dat het project nog steeds z’n functie had. Voor mijn gevoel kom ik zo echt beter de winter door.

Ik vond het een taaie winter. Eigenlijk vind ik het nog steeds taai, want voor mijn gevoel is het te vroeg dat het stopt – echt lente wil het maar niet worden, met al die grauwe nattigheid. Grauw en nat is het veel geweest. Die enkele keer dat het dan wel zonnig was, genoot ik er extra van. Op 28 februari bijvoorbeeld maakte ik tijdens een daglicht-ommetje deze foto gewoon recht omhoog:

Project daglicht, ik houd het erin.

En kom nou alsjeblieft maar door met de lente!

 

 

Door |2023-03-26T12:43:09+02:0026 maart 2023|Loop, Waarom|0 Reacties

Toffe boekpresentatie

Wat een geweldige avond, gister – de presentatie van Optimaal blijven sporten voor 45+’ers. Lang naar uitgekeken en ook nog best wat werk aan gehad, maar dan heb je ook wat (;

De presentatie zelf was bij Run2Day Rotterdam. Het daar organiseren ging van een leien dakje, dankzij fijn contact met Wilma van Onna, en de winkel zelf is al een leuke omgeving, het is bijna ook een soort hardloopmuseum (ga er eens kijken, zou ik zeggen, de moeite waard). Ik had de geïnterviewden, proeflezers en meedenkers uitgenodigd, naast enkele vrienden, sportmaatjes en mensen van de uitgeverij en via Henk en Run2Day. De ontvangst was vanaf half 6, en toen om 6 uur de laatste klanten uit de winkel waren, gingen we ‘los’.

Om te beginnen kreeg ik het boek uit handen van Inge, de uitgever, en stond er dus even later trots mee in mijn handen:

Daarna heeft Henk de kurk van een lekkere fles bier laten knallen (er moesten bubbels zijn natuurlijk maar ik ben zelf niet zo’n liefhebber van champagne en aanverwanten) en hebben we het glas geheven:

Let op het scherm achter de groep: grote verrassing om mijn boek daar zo groot aangekondigd te zien!

Vervolgens heb ik de meedenkers, proeflezers en geïnterviewden een exemplaar gegeven, met een enkel woordje van dank erbij. Ik vond het erg leuk om zo veel van hen bij elkaar te zien, als gemeenschap rond het boek. Ik heb hun boeken gesigneerd en er werden er ter plekke ook een paar gekocht. Ik kreeg ook nog een paar cadeautjes, erg leuk, had ik niet op gerekend!

Na een dik uur zijn we met een deel van het gezelschap om de hoek Afrikaans gaan eten, enjera:

We waren om een uur of 11 thuis – moe maar tevreden. Dat voel ik me allebei nu nog! Mijn gekneusde ribben waren gister goed doorgekomen, mede dankzij de adrenaline en pijnstillers, maar vandaag protesteren ze weer luid en duidelijk. Dat valt een beetje tegen, maar het was het waard.

Ik voel vandaag ook wel ontspanning: de klus is geklaard, het boek is de wereld in. Ik ben nu natuurlijk hartstikke benieuwd hoe het het gaat doen!

 

 

 

Door |2023-03-18T17:48:25+01:0018 maart 2023|Boeken|2 Reacties

Alles tegelijk!

Morgen is het dan zo ver: dan verschijnt Optimaal blijven sporten voor 45+’ers. Het is er écht, afgelopen dinsdag kreeg ik de foto hiernaast toegestuurd van de uitgever. Verder dan dat ben ik nog niet gekomen – morgen houd ik het zelf vast! Dan is ook de boekpresentatie. Een grote dag, waar ik al een hele tijd naar uitkijk.

Alsof dat nog niet genoeg is, was er de afgelopen tijd van alles ‘loos’. In de eerste plaats overleed eind februari mijn schoonvader. We zagen dat al een tijd aankomen, maar het was toch nog plotseling en hij was ons dierbaar. Naast wat dat met ons deed heeft vooral Henk nu ook nog een boel praktisch geregel. Net ervoor had Henk zelf te horen gekregen dat hij glaucoom heeft, als een soort ‘nabrander’ van zijn staaroperaties – ook hij heeft veel tegelijk.

Ik zelf struikelde een dag na Pa’s overlijden bij hardlopen in het donker over een scheve of losse tegel. Niks echt ernstigs: een gekneusde pink en een kras op mijn bril was het enige wat niet binnen een paar dagen over was, en ik kon aangepast toch door blijven trainen, op een weekje zwemmen overslaan na. Afgelopen weekend, dik twee weken later, ging ik echter nóg een keer op mijn oren, dit keer door een samenloop van omstandigheden*. Ook nu niks echt ernstigs, maar wel opnieuw een blauwe knie en veel pijn aan m’n rechterflank door gekneusde ribben.

Pech dus. Dit keer kan ik niet doortrainen. Beetje fietsen en wandelen, verder kalm aan. Niet fijn, maar het is niet anders, en gelukkig ligt mijn seizoensdoel nog een eind in de toekomst (ik sta ingeschreven voor de tijdrit ondertussen!).

Niet kunnen sporten is ergens ook nog wel handig, want dat levert tijd op. Druk is en was het namelijk ook, want afgezien van de week tussen het overlijden en de uitvaart van Pa ging mijn werk gewoon door. Dat was af en toe best een spagaat, met drie benen zelfs: thuis/Pa, werk en boek. Voor het boek had ik vooral  logistieke dingen te regelen voor die presentatie morgen. En deze site is net ‘op poten’, met dank aan Marika van de Websitewinkel.

Daarbij hadden we ook nog leuke dingen, want in een dikke week gingen we respectievelijk naar Theo Maassen in het Nieuwe Luxor, Big Country in de Baroeg en Stromae in… Brussel! Die laatste twee dingen waren wel heel memorabel, want ze waren allebei fantastisch én het waren mijn eerste twee popconcerten in meer dan drie jaar – ik was sinds de coronabeperkingen nog niet weer gegaan.

Supergaaf, maar het betekende dus wel dat ik tussen alle bedrijven door met m’n zere ribben naar Brussel op en neer ben gegaan. Beetje moe nu. Vanavond vroeg naar bed en dan morgen die grote dag!

 

* De omstandigheden: onderweg op mijn stadsfiets naar de Baroeg zondag kreeg ik een lekke band. Dat was vlakbij metrostation Zuidplein. Ik heb daar mijn fiets neergezet en ben verder gaan lopen. Ondertussen bedacht ik de handigste logistiek: op de terugweg zou ik m’n fiets op de metro zetten naar Centraal Station om m’n band daar te laten vervangen. Zo gezegd, zo gedaan. Maar toen bleek de lift op het metrostation stuk en de vaste trappen hebben er geen gootje. Op de roltrap ging het mis. Die is steil, snel en glad om met een fiets te ‘nemen’, en bovendien reageerde mijn voorwiel mogelijk net iets anders door die lekke band. De fiets ging glijden en nam mij mee…

Door |2023-04-09T20:23:26+02:0016 maart 2023|Boeken, Triathlon algemeen|0 Reacties

Evene (47) loopt hard na borstkanker: ‘Sporten voegt echt iets toe aan mijn leven’

Evene sprak ik in 2017, het was het eerste interview, ik was net begonnen met denken over een boek. Het interview heeft Optimaal blijven sporten niet gehaald, deels omdat ik het contact met haar een tijd kwijt was, en deels ook omdat Evene, anders dan de latere geïnterviewden, geen uitgesproken ‘pleziersporter’ is: ze sport omdat het goed voor haar is. Desalniettemin is haar verhaal de moeite waard.

Ruim een jaar voor ons gesprek, op haar 46e, hoorde Evene dat ze borstkanker had. Een operatie en bestraling volgden. Daarna wilde ze de draad weer oppakken. Ze ging weer werken, maar dat ging niet goed: ze ontdekte dat de impact op haar lichaam groter was dan verwacht. In een zoektocht naar hulp kwam ze uit bij Beweeg Je Fit. Dat is een programma onder begeleiding van fysiotherapeuten, speciaal gericht op borstkankerpatiënten. Het hielp Evene enorm vooruit, met als hoogtepunt dat ze kort voor ons gesprek bij de Pink Ribbon Ladies Run 5 kilometer hardliep. Ze ervoer dat als de afsluiting van de periode van ziekte en herstel.

Evene vertelt over hoe ze bij Beweeg Je Fit terechtkwam: “Wat ik zocht, was hulp bij mijn herstel, bij het vinden van de weg naar boven, naar mijn normale leven. De diagnose was tien maanden geleden, het einde van de bestralingen zeven, maar de nasleep was nog enorm, vooral de vermoeidheid. Ik moest het rustig aan doen, voorzichtig zijn, en dat deed ik ook, maar ik was kennelijk toch niet voorzichtig genoeg. Beweeg Je Fit was precies wat ik nodig had.”

Bij Beweeg Je Fit doe je twee keer in de week een training van 3X10 minuten cardio (wandelen op de loopband, crosstrainer, fietsergometer), gevolgd door enkele krachtoefeningen. Die tien minuten bouw je op in intensiteit. Het is de bedoeling dat je stevig je best doet, zonder je te vergalopperen. Evene voegde er zelf nog een derde training aan toe, thuis. Evene: “In het begin was het loodzwaar. Als ik dan thuiskwam, moest ik eerst gaan slapen. Ik legde de lat ook wel hoog voor mezelf, wilde steeds een stapje hoger. Dat lukte, en bovendien werd ik er minder moe van. Het werd toen net voorjaar, en dat hielp ook: langer licht, warmer.”

De training is in een groep met lotgenoten: vrouwen die borstkanker (gehad) hebben. Sommigen daarvan zijn zelfs nog bezig met de behandeling. Evene: “Die groep met gelijkgestemden, dat was een feest van herkenning, dat heeft me ook veel goed gedaan. En het was gezellig! Het heeft me geholpen om weer fit genoeg te worden om te kunnen gaan werken. Niet meer fulltime, maar wel vier dagen in de week.”

Beweeg Je Fit duurt in principe 12 weken, maar de groep van Evene ging wat langer door. Evene realiseerde zich ondertussen wel dat ze daarna bezig moest blijven om haar conditie nog verder te verbeteren: “Ik wist niet zo goed wat ik zou doen. Ik vind eigenlijk niks leuk. Voor de diagnose stond ik thuis wel op de crosstrainer, alleen om fit te blijven. Ik heb een lastige rug, veel problemen met m’n S/I-gewricht. Ik heb wel fanatiek paardgereden. Mijn paard is inmiddels met pensioen, ik zoek hem elke week nog op maar rijd niet meer. Dus ik moest wat verzinnen. Eén van de fysiotherapeuten van Beweeg Je Fit zei toen: ‘Waarom ga je niet hardlopen?’ Ik dacht: ‘jeetje, hardlopen, kan ik dat wel?’ Best wel spannend. Van die tien minuten op de loopband wandelen was het niet zo’n grote stap naar tien minuten hardlopen, en dat ben ik toen gaan uitbouwen. Het ging, en dat gaf een enorme boost!”

Op de loopband? “Ik heb die eerste zomer ook wel buiten hardgelopen, samen met mijn partner, om en om op de fiets. Buiten is anders, zeker leuk, maar ik kreeg een heupblessure. Het heeft maanden geduurd voor het weg was. Toen ben ik weer begonnen op de band. Twee keer peer week nu, hopelijk kan ik er binnenkort een derde keer aan toevoegen. Ik heb zelf een loopband gekocht, pak er meestal de laptop bij zodat ik ondertussen naar een filmpje kan kijken voor de afleiding.”

Is ze het dan inmiddels wel leuk gaan vinden? “Het geeft voldoening. En het draagt bij aan de gewone dagelijkse dingen. Ik merkte dat al tijdens Beweeg Je Fit en het blijft zo: als ik regelmatig hardloop, heb ik meer energie. Het maakt het leven aangenamer. Die vermoeidheid is niet helemaal weg, 100 procent de oude ben ik niet en zal ik nooit meer worden. Maar ik ben tevreden met hoe het nu gaat, en daar draagt hardlopen aan bij. Ik kan er meer energie in stoppen dan in de crosstrainer. Hardlopen kost meer moeite, ik moet meer op mijn houding letten, het draagt meer bij aan mijn conditie. Hardlopen geeft meer voldoening.”

En toen volgde dus de 5 km van – heel toepasselijk – de Pink Ribbon Ladies Run, een benefietloop voor een stichting die projecten organiseert op het gebied van borstkanker. “Een vriendin van mij deed die twee jaar ervoor, tijdens mijn behandeling. Ze liep toen voor mij. Waarom zou ik het nu niet zelf doen? Dat was spannend. Maar ik voelde me goed, in februari/maart van dit jaar, en ik kon weer lopen na die heupblessure. Ik ging het gewoon doen! Het was voor mij de afsluiting van die periode van ziek zijn en herstel.”
Ze schiet even vol. Maar al gauw weer rustig vervolgt ze: “Echt heel lekker gelopen heb ik niet, in de meute, en buiten lopen blijft lastig voor me, ik heb het nog dagen gevoeld. Dus het was wel ook de laatste keer.“

En toch blijft ze lopen? “Ja, ik wil goed voor mijn lichaam zorgen. Het is noodzakelijk voor een prettiger, makkelijker leven, ik kan meer aan. Ik weet waar ik het voor doe. Het is geen straf, geen moeten. Ik weet: als ik niet loop, ben ik sneller moe en lusteloos. Twee keer per week sta ik op tijd op om voor mijn werk een half uur te lopen, 5 kilometer ongeveer. ’s Ochtends vroeg, dan heb ik het gauw gehad: opstaan, sporten, aan de slag. Dat werkt voor mij. Misschien wil ik ooit wel meer of harder gaan lopen als het soepeler en makkelijker gaat. Maar ik heb nu geen ambities. Ik moet ook nog steeds goed naar mijn lichaam blijven luisteren.”

Als ze terugkijkt, wat is dan de sleutel tot haar succesvolle opbouw geweest? “Dat ik wist waar ik het voor deed. Meer fitheid, meer energie. Ik had een doel voor ogen, en daar ging ik recht vooruit op af. Dat doel was een grote stimulans. Er waren dagen dat het eerder genoeg was dan die drie keer tien minuten, en ook dagen dat ik het programma met twee vingers in mijn neus afwerkte. Ik wist ook dat ik niet overmoedig moest worden: die bestraling had veel kapot gemaakt. Die ups en downs waren frustrerend, net als de blessure afgelopen winter. Ik was weer terug bij af. Maar ik ben ook gewoon weer gaan opbouwen. Ik weet waar ik het voor doe. Sporten voegt echt iets toe aan mijn leven. Ik stop er veel in, maar dat krijg ik ook terug.”
Wat is Evenes advies voor mensen in een soortgelijke situatie – met of na kanker dus? Ze hoeft niet lang na te denken: “Ga sporten! Het brengt je zoveel goeds! En: hoe eerder, hoe beter. Als ik eerder begonnen was… Het kan al tijdens de behandeling. In onze groep van Beweeg Je Fit was er eentje nog bezig met chemotherapie. Zo’n programma kan ik sowieso ook aanraden, zowel fysiek als psychisch: de regelmaat, de begeleiding, de onderlinge steun en gezelligheid, de tips, het gesprek met elkaar – dat samen werkt. Je moet het zelf doen, maar het is een zetje in de goede richting.”

Evene vraagt of ik haar nog wat aan kan raden. Tsja, ze is zelf tevreden en ze weet wat ze doet, dus heb ik daar eigenlijk niets aan toe te voegen. Ik vind het bewonderenswaardig hoe ze weet waar ze het voor doet en wat ze moet doen om zich goed te voelen – en dat ook doet.
Mocht ze toch wat willen veranderen, dan denk ik aan drie dingen:

  • Toch buiten lopen. Buiten sporten, liefst in daglicht, voegt namelijk uit zichzelf ook nog heel wat toe aan energie en gezondheid.
  • Meer afwisselen in intensiteit. Langer en rustiger, korter en harder (intervallen) – volgens hoofdstuk 2 van Optimaal blijven sporten dus. Evene beschrijft dat ze ‘veel moeite’ stopt in het lopen, flink tempo maakt. Ze loop ongeveer 5 km in een half uur. In mijn oren klinkt dat als: alles in het middengebied, de gemiddelde intensiteit waar lopers die hun best doen vanzelf invallen. Dat voelt goed, maar het is niet de effectiefste trainingsvorm en hij is bovendien behoorlijk riskant qua blessures. Zelfs als ze in totaal niet méér gaat lopen, zou variëren in tempo haar sterker kunnen maken en mogelijk zou ze ook minder geblesseerd zijn.
  • Juist wel toch af en toe meedoen aan een 5 km prestatieloopje. Omdat het leuk is eens in een hele andere omgeving te sporten, te zien dat anderen er ook moeite mee hebben en als doel om naar toe te werken. En de sfeer is bijna altijd enthousiasmerend. Nicole uit hoofdstuk 4 was ook bij die Ladies Run waar Evene aan mee heeft gedaan en die vond die loop ook loodzwaar. Volgens haar was dat voor iedereen zo, omdat het ontzettend warm was. Dus: gewoon nog eens proberen. Bijvoorbeeld bij een Parkrun. Die bestonden nog niet in Nederland toen ik Evene sprak, maar het is vast wel wat voor haar: het is voor iedereen, gratis, elke week en met een zeer gemêleerd deelnemersveld.
Door |2023-02-23T16:46:44+01:0023 februari 2023|Extra|Reacties uitgeschakeld voor Evene (47) loopt hard na borstkanker: ‘Sporten voegt echt iets toe aan mijn leven’

De vrouw bestaat niet

Interessant stuk in de nieuwsbrief van Mysportscience gister, ik citeer Kirsty Elliot-Sale:

Should women get different sport and exercise science advice/support than men? The honest answer is that [right now] we just don’t know.

Dat wist ik al wel, maar Elliot-Sale gaat verder met uitleggen aan wat voor soort onderzoek het ontbreekt. Wat ik al wist, is dat er weinig sportwetenschappelijk onderzoek onder vrouwen gebeurt, maar wat zij voor mij verheldert is dat het geen oplossing is om te zeggen dat onderzoekers meer vrouwen in hun onderzoeksgroepen moeten betrekken. Zo simpel is het niet.

Want welke vrouw je onderzoekt, dat maakt hormonaal nogal wat uit – veel meer dan bij mannen:

  • In welke fase van de menstruatiecyclus zit die vrouw? Maakt uit voor hoge of lage niveaus van de geslachtshormonen.
  • Wat voor soort cyclus heeft die vrouw – een kunstmatige, door de pil? Met ovulatie of niet? Regelmatig of niet? Maakt allemaal uit!
  • In welke fase van de levenscyclus zit die vrouw – rond zwangerschap en menopauze vinden grote veranderingen plaats.

Je kunt dus wel ‘vrouwen’ onderzoeken, maar wat zegt dat dan over de invloed van de geslachtshormonen? Je zou kunnen zeggen: ‘de’ vrouw bestaat niet – ooit de titel van een boek van Maarten ’t Hart waar ik op de middelbare school (al!) een werkstuk over schreef.

Dat dit veel uitmaakt, of kan uitmaken, is hoogst actueel. Niet op sportgebied, maar voor wat betreft de bijwerkingen van de corona-vaccins. Zodra bekend werd dat het vooral vrouwen onder de 60 waren die bij AstraZeneca de stolsel-bijwerking kregen, dacht ik al: er is vast een relatie met de vrouwelijke geslachtshormonen.

In een column van Rosanne Hertzberger in de NRC van afgelopen weekend las ik dat de vaccins alleen maar zijn uitgeprobeerd op vrouwen die niet zwanger waren of borstvoeding gaven én die aan anti-conceptie deden, dus met een relatieve oververtegenwoordiging van pilgebruiksters – die geen natuurlijke cyclus hebben.

De vrouwelijke proefpersonen waren dus niet representatief voor alle vrouwen. Daardoor duikt zo’n probleem mogelijk pas op bij uitrol in de gehele bevolking. Misschien plukken we daar nu de wrange vruchten van. Ik formuleer het allemaal voorzichtig, want zeker is het niet. Opvallend wel.

Ontnuchterend ook. De titel van Hertzbergers column is ‘Van het vrouwenlichaam weten we te weinig’. Dat is helemaal waar.

Door |2021-05-05T13:10:16+02:005 mei 2021|Vrouwensport|0 Reacties
Ga naar de bovenkant