Jaararchieven: 2020

De Nijntje-challenge

In het kader van sportlolletjes in deze verder zo vlakke en moeilijke tijd: gister bereikte me via Twitter (@KCsportnl) een erg leuke uitdaging, ik noem ‘m maar de Nijntje-challenge:

Ik heb ‘m gister gedaan, hoor, tussen m’n andere oefeningen door – en ik vond de S in mijn naam nog best wel lastig!

 

Door |2020-04-22T16:38:26+02:0022 april 2020|Triathlon algemeen|2 Reacties

Thuistriathlons

Nog even en ik ga beginnen met iets nieuws: de thuistriathlon. Dat wil zeggen: de drie triathlonsporten achter elkaar, met ons eigen huis of iets hier vlakbij als centraal punt (in elk geval zonder autoverplaatsingen), en met een creatieve ’twist’.

Ik heb al een boel ideeën, bijvoorbeeld qua parcours: het is hier mogelijk om parallelle GPS-streepjes bij elkaar te zwemmen-fietsen-lopen en je kunt op drie manieren om het nieuwe Schie-eiland. Manlief bedacht al de bier-triathlon, analoog aan de biermijl die hij ooit heeft gedaan. Iets met afstanden – binnenkort eerst maar eens beginnen met een 1/16e, want het water is nog koud. Of eens iets geks: de 1/13e of wat dan ook. Tijd, de op-het-gemakje-triathlon: schoolslag, stadsfiets, wandelen. Of iets thematisch. Ik ben benieuwd waar we verder op gaan komen, voor ideeën houd ik me aanbevolen.

Er zitten wat mij betreft nog twee beperkende voorwaarden aan:

  • Het fietsen moet zonder ambitieus tijdsdoel – geen gerace op de openbare weg. Dat vind ik onder normale omstandigheden al niet kunnen, laat staan onder de huidige omstandigheden: de 1,5 meter, de beperkte zorgcapaciteit en de drukte hier in de buurt. Intervallen mag wel, op de plekken waar ik die sowieso wel doe, zoals langs de snelweg en in de havens. 
  • De afstanden en tijdsduur moeten comfortabel haalbaar zijn gegeven mijn/onze trainingsachtergrond. Geen buitengewone inspanningen dus, niet lang en zwaar – dat met het oog op de weerstand en op het vermijden van blessures. Het is een geintje, dus niet de moeite waard om risico voor te lopen. Dus ook niet iets in met kou.

Wat ik daarmee dus ook zeg, is dat ik niet met de thuistriathlons het wedstrijdseizoen hoop te vervangen. Het wedstrijdseizoen zal, naar alle waarschijnlijkheid, helemaal vervallen. Dat is jammer, maar zand erover. Ik heb er geen behoefte aan om dan ‘net alsof’ wedstrijden te doen. Dat wil ik sowieso al niet vanwege die twee beperkende voorwaarden, maar ook realiseerde ik me dat de lol van de triathlons ‘m voor mij voor een heel groot deel zit in het sociale karakter ervan.

In mijn eentje hoeft een wedstrijd niet, en zal ik me er ook nooit zo voor kunnen opladen als voor een echte. Het bindende karakter – zeker weten dat het op dat moment en op die plek moet gebeuren en niet anders – speelt daar ook een rol in overigens. 

Vandaar: de thuistriathlons zijn een lolletje, om wat afwisseling aan te brengen in het sporten in deze verder nogal eentonige tijd.

Dus: wordt vervolgd, en ideeën zijn welkom!

 

Door |2020-04-21T15:48:24+02:0021 april 2020|Triathlon algemeen|0 Reacties

Schandalig sexistisch

Het is al lang geleden dat ik hier iets postte over de beeldvorming van vrouwen in de sport, vandaag vind ik het hoognodig.

Daarbij speelt een rol dat ik hier en daar al wat kritische geluiden heb vernomen over dat het kennelijk nogal voor de hand ligt voor velen om in deze uitzonderlijke situatie terug te vallen in stereotype verhoudingen tussen de sexen. Eén voorbeeld uit de sport was dat voor de UCI het vrouwenwielrennen er duidelijk maar bijbungelde voor de nieuwe kalender. Waakzaamheid is geboden.

Het gaat om een filmpje op de site van de NOS. Het is op zich een leuk filmpje: polsstokhoogspringer Vloon laat zien hoe hij in de tuin van zijn trainer een opstelling heeft om toch te kunnen springen.

Maar.

Vrouwen komen er drie keer in voor: twee keer zijn eigen, en één keer de buurvrouw.  Zijn eigen vrouw (althans, dat neem ik aan) zien we meteen aan het begin in beeld terwijl ze haar haar loopt te kammen. Kort daarna gaat het erover dat Vloon en zij ‘lang’ hebben moeten praten voordat ze hun intrek namen in het tuinhuisje van de trainer. Aan het eind gaat het erover dat Vloon zo hoog springt dat hij de ’topless zonnende buurvrouw’ zou kunnen zien, en of die geen bezwaar heeft tegen Vloons acties.

Daar komt bij dat in het filmpje alleen mannen actief zijn: naast Vloon zelf en zijn trainer zie je ook nog een jongetje springen.

Hoe krijg je het voor elkaar: de man als presteerder, de vrouw als op het uiterlijk gerichte zeurpiet die niets nuttigs te doen heeft en die mannelijke prestaties in de weg staat. En die je ook niet echt serieus hoeft te nemen, getuige Vloons gegrinnik als het gaat over het lange gesprek.

Het kan best zijn dat er op dit moment andere, belangrijkere dingen spelen. Maar dit blijft gewoon schandalig. Van de publieke omroep nogalliefst…

 

Door |2020-04-20T09:48:42+02:0020 april 2020|Vrouwensport|6 Reacties

Col du pont bas

Voor ons huis (trapgevel) loopt de Delftweg iets omhoog, naar de Lage Brug toe. Ik heb daar dit weekend een Stravasegment gemaakt en dat de Col du Pont Bas genoemd. 

Het gaat naar schatting om een stukje weg van 50 meter (zo’n kort segment kan niet op Strava dus dat is langer geworden), met een stijgingspercentage van ongeveer 2. Dat is helemaal niks – ik merk het eigenlijk niet eens, dat het daar omhoog gaat.

Maar we hebben de laatste tijd gezien dat andere fietsers de stijging wel degelijk merken. Dat is een rechtstreeks gevolg van de coronacrisis, door een combinatie van twee dingen:

  • Er rijden veel meer onervaren fietsers rond. Er wordt sowieso heel veel gefietst. Het is daardoor knetterdruk op de Delftweg. En van een groot deel van de fietsers zie je duidelijk dat ze iets doen wat ze niet vaak doen en waar ze ook niet heel goed of handig in zijn. Ze gaan met moeite door de bocht, ze wiebelen – en ze ploeteren omhoog, zelfs als het maar 2 % is.
  • Wij zaten in het mooie weer regelmatig buiten, om te lunchen maar ook om simpelweg te zitten koekeloeren naar al dat verkeer. Dat doen we anders nooit, deels omdat we dan minder tijd hebben, maar ook omdat het nu wel vermakelijk is. We zitten soms aan onze kant, maar soms ook aan de overkant, afhankelijk van de zon. Hier is onze overkant-opstelling, met thee, naast de motor van de overbuurvrouw:

Zodoende zagen we dus fietsers best wel moeite hebben met dat klimmetje, zoals deze:

Een klim hoort een naam te hebben. De klim van de Lage Brug dus, maar in het Frans klinkt dat echter.

Ik ben ‘m zelf zaterdag hard opgereden om daarna het segment te kunnen maken – meestal stop ik immers halverwege de klim, of ik begin daar. Eens kijken of ik m’n PR van 31,8 km/u de komende tijd kan verbeteren.

Overigens doet het me wel pijn hoe veel mensen je verkeerd op hun fiets ziet zitten. Mijn beeld is dat er veel vrouwen op een te grote fiets zit, en te veel mannen juist op een te kleine en/of met een te laag zadel. Hopelijk knappen er daardoor niet te veel af op fietsen!

 

Door |2020-04-13T10:11:26+02:0013 april 2020|Triathlon algemeen|2 Reacties

Ik snap iets niet

Een paar weken geleden, aan het begin van de coronacrisis, werden sporters door trainers en bonden opgeroepen om voorzichtig te trainen, met het oog op je weerstand: jezelf leegtrekken ondermijnt die, en dat is niet zo handig, als er een tricky virus rondwaart waar je geen immuniteit tegen hebt en niet van weet hoe je lijf erop zal reageren, helemaal als de zorg z’n handen al vol heeft.

Ik neem dat advies serieus, ik schreef er al eerder over en ik bazuin het rond. 

Wat met het oog op je weerstand het riskantste is, zijn lange, zware inspanningen, vooral wedstrijdinspanningen van meer dan een uur.

Wat ik dan niet begrijp, is dat de media nogal gretig inhaken op… precies dat: wedstrijdinspanningen van meer dan een uur.

In de NRC ging het vorige week bijvoorbeeld al over het lopen van een marathon op je eigen balkon of in je eigen tuin. Dit weekend volgden de berichten elkaar snel op: op nos.nl ging het gister over een dame die een wereldrecord op de loopband liep – nogalliefst in de brandende zon én als debutante. Sporza meldde dat Jan Frodeno een hele triathlon binnen volbracht. Gerraint Thomas haalde vandaag de media met zijn aanstaande 3X12 uur op de hometrainer.

Uh… hebben die topsporters niet een voorbeeldfunctie? Of moeten journalisten daar niet iets van filteren en/of er iets kritisch bij zetten (‘don’t try this at home’)?

Of: die laatste drie extreme prestaties waren voor een goed doel. Is jezelf leegtrekken dan ineens weer wel okee?

 

Door |2020-04-12T17:09:31+02:0012 april 2020|Triathlon algemeen|0 Reacties

Klein leed

Met een vorm van voortschrijdend inzicht ga ik er inmiddels van uit dat het hele triathlonseizoen geannuleerd gaat worden. Sportevenementen zullen, zo neem ik aan, als laatste weer genormaliseerd worden. Ik zie niet voor me hoe zoiets leuk of ook maar haalbaar kan zijn in de 1,5-meter-samenleving. Met wat ik zoal lees, zal ik blij zijn als we volgend jaar weer onbevangen kunnen triathlonnen.

Ik vind het superjammer van dit seizoen, maar ik kan er, zeker gezien de omstandigheden, mee leven. Er is voor mij zeer zeker een sportleven zónder wedstrijden.

Twee dingen hebben me echter wel een klein knauwtje van pijn gegeven toen ik me ervan bewust werd, beide overigens in de categorie ‘klein leed’:

  • Het was mijn laatste seizoen in de leeftijdscategorie 50-55; ik word in januari 55. Dat is helemaal niet erg, vooral ook niet omdat er vaak alleen maar onderscheid gemaakt wordt tussen boven en onder de 40, of dat 50+ tot 60 doorloopt. Het is vooral een gek besef: dat het er zomaar op zit.
  • Het zou mijn eerste ‘postmenopauzale’ seizoen worden, of althans: na jaren van hormonaal gerommel voel ik me nu al een hele tijd wonderbaarlijk stabiel, op een dagelijks opvliegertje en een enkele hartklopping na. Dat is sowieso heel lekker, en ik ben heel benieuwd wat die stabiliteit me op gaat leveren voor m’n sportprestaties. In januari en februari heb ik nog wat gesukkeld met een voetblessure, maar sinds die echt over is, gaat het eigenlijk heel lekker allemaal – mogelijk nu ook wat geholpen door de extra rust die de beperkingen opleggen en hier en daar wat stress die er in intensieve intervallen uit komt knallen. Het is wel jammer dat ik nu niet kan ervaren wat het me zou brengen, maar ik weet: als ik nu goed voor mezelf zorg, komt dat later wel weer.

En in de categorie klein leed nog iets anders: ik heb vandaag met een haarband gelopen, om m’n haar uit mijn ogen te houden als ik ga zweten. Dat is geen ramp, en ik was anders mogelijk ook nog niet naar de kapper gegaan. Maar het voelt toch anders dat dat niet eens kán.

 

Door |2020-04-12T16:33:51+02:0012 april 2020|Triathlon algemeen, Vrouwensport|0 Reacties

Ik doe maar wat

De laatste dagen ga ik voelen dat het wringt om zelf buiten te sporten terwijl de belangrijkste maatregel zegt ‘blijf zoveel mogelijk thuis’.

Ik doe het nog wel, en ik blijf het doen: ik fiets alleen, ik vermijd drukke momenten en drukke plekken, ik houd zo veel mogelijk rekening met andere mensen – maar wat ik doe, acht ik wel noodzakelijk voor mijn eigen geestelijke en lichamelijke gezondheid. Ook al is het meer dan Ruttes ‘frisse neus’. Woensdag fietste ik bijvoorbeeld 95 kilometer, onder andere om de nieuwe brug bij Rozenburg te zien:

Maar ik vind het wel lastig, of liever gezegd: ik kan me voorstellen dat andere mensen er anders mee omgaan en dat die het níet vinden kunnen. Wat andere mensen doen, loopt uiteen van enerzijds helemaal niet meer buiten komen tot min-of-meer ‘business as usual’: die fietsers maken nog steeds lange tochten, ook op drukke dagen, en ook met anderen samen. Of ze zitten er zelfs niet mee om bij het inhalen fluimen rond te strooien of te hoesten.

Iedereen gaat op zijn of haar eigen manier met de maatregelen om om en trekt ergens een streep. En dat is best lastig. De regels zijn vaag, of eigenlijk zijn het meer adviezen dan regels. Op Twitter en op de fietsforums die ik volg, wordt er dan ook uitgebreid gediscussieerd over wat er wel en niet kan. Dat gaat soms minder vriendelijk, want ‘men’ neemt elkaar dan behoorlijk de maat, overtuigd van het eigen gelijk.

Ik betrap me er zelf ook op: dat ik vind dat wat ik doe ‘moet kunnen’, maar dat ik wel een oordeel heb over anderen. Over samen fietsen bijvoorbeeld, of over eerst met de auto ergens naartoe reizen om daar te gaan fietsen. Of over toch op zo’n drukke dag gaan voor een lange tocht, als gepensioneerde, dus met alle tijd op rustigere momenten. Maar ook over mensen die binnen blijven, want dat lijkt me overreageren. Of over zomaar anderen, zoals wanneer ik waarneem dat het ergens wel heel druk is – maarja, ik ben er zelf op dat moment ook.

Wat ik me nu voorneem, is om niet meer te oordelen. Ik blijf wel een streep trekken bij wat écht niet mag, maar verder ga ik mijn best doen om mild te zijn. Dit is een moeilijke tijd voor ons allemaal, en we rommelen er allemaal zo goed mogelijk doorheen. We verschillen in onze risico-inschatting, in de mate waarin we de beperkingen onder ogen kunnen zien, in onze mogelijkheden, behoeften en aanpassingsvermogen.

We doen maar wat, eigenlijk. En hopelijk gaat dat goed.

 

 

Door |2020-04-11T15:58:00+02:0011 april 2020|Fiets|1 Reactie

Troostfoto’s

Ik weet al lang dat ik buiten sporten nodig heb om m’n hoofd op orde te houden. Ook nu blijkt dat weer van onschatbare waarde – vooral fietsen, maar hardlopen en wandelen doen ook duiten in het zakje. Ik prijs me nog steeds gelukkig dat er in Nederland geen verbod op is (Spanje) of dat het is beperkt tot een kilometertje om je huis (Frankrijk) – ik heb hem daar wel voor geknepen.

Meer dan anders zie ik op dit moment tijdens het sporten in de omgeving zaken die me troost bieden. Ik heb daar af en toe foto’s van gemaakt, hier komen er een paar.

In de eerste week ervoer ik vooral de natuur als troostrijk: de ‘gewoonheid’ van de planten en de dieren, ook nog in dit mooie seizoen – ze hebben geen weet van wat voor crisis dan ook en zijn gewoon aan het groeien en bloeien. Ik ging op zoek naar de ganzen en de schapen langs het Spui (mooi buitendijks fietspad, aan de Puttense kant). Die kwam er niet heel geweldig op, maar ze waren er wel:

Beter lukte de foto van een fors stuk uit Schotland geïmporteerde natuur die terwijl ik mijn telefoon pakte ineens heel dichtbij kwam – oeps!:

Het was gelukkig alleen goedmoedige nieuwsgierigheid.

In de grote hoeveelheid stralende zon was het voorjaar steeds schitterend, zoals vorige week:

Deze week viel me op dat ik juist het zien doorgaan van gewoon werken troostrijk vond, zoals varen – mooi, we worden nog bevoorraad:

Vrachtschip

Zelfs het affakkelen bij Pernis had wel wat:

Daarbij was het licht ook mooi, zeker in samenspel met wolken en hoge dingen (windmolens, bomen):

Deze laatste foto is vlak bij huis, en wat ik ook leuk vond, was om daar nieuwe dingen te ontdekken. Maandag wandelden manlief en ik een ommetje over een route die we allebei vaak hardlopen, maar dan andersom, en dus trager. En dan zie je ineens nieuwe dingen – deze waterwerken (en de rommel) waren me nooit eerder opgevallen, dat gebouwtje rechts is een gemeentelijk gemaal:

Gister wandelde ik ‘m andersom, en nóg een ontdekking: er loopt een onverhard paadje langs de nieuwe waterweg, althans, zo ziet het eruit en het loopt inderdaad min-of-meer door:

Zo kun je dus op steenworp afstand van thuis nieuwe dingen ontdekken, wat troostrijk is bij gebrek aan tochten en vakanties.

 

Door |2020-04-03T11:05:59+02:003 april 2020|Fiets, Loop, Waarom|0 Reacties

Gas eraf = nieuw begin

Ik schreef hier eerder al dat ik vanwege het wegvallen van wedstrijden het ‘gas eraf’ moest halen en dat voor hardlopen nog lastig vond. Het heeft daarna nog een week geduurd voordat ik echt de tering naar de nering kon zetten. Inmiddels heb ik een nieuw perspectief.

Ik zat net bijna aan de maximale trainingsomvang die ik op het oog had voor een snelle tien kilometer: duurloop van net iets meer dan dat, een intervaltraining met 5X1 km net onder wedstrijdsnelheid, en een intervaltraining met 5X400m, 10X200m en 5X100m sneller dan dat. Die intervalomvang lang volhouden gaat – denk ik – averechts werken: ik ben er inmiddels wel achter dat ik voor echt goed lopen gericht moet pieken; van lang zwaar trainen word ik slechter. De intervaltrainingen stevig inkorten maakt ze als training weer zo kort. Ik wil wel af en toe flink luchten. Ze dan weer verlengen met alleen maar rustige duur is weer zo sloom en zo veel hetzelfde…

En zo realiseerde ik me: het beste haal ik er een keer hardlopen in de week af. Ik ga terug naar twee keer, het onderhoudsprogramma: een duurloop en een training met gemengde intervallen (souplessemethode), dus een training waarin zowel die kilometers (2) als de korte intervallen (3X400, 4X200, 5X100) in zitten.

Die derde keer ga ik wel lopen, maar dan kort en heel anders: ik ga opnieuw het lopen op barefootschoenen opbouwen.

Lopen op ‘minimalistische’ schoenen (zonder steun of demping en helemaal plat) heb ik twee keer eerder geprobeerd, maar allebei de pogingen strandden in een blessure, kuit en achillespees. Waarschijnlijk was ik beide keren te ongeduldig, mede vanwege aanstaande evenementen. Die zorg heb ik nu niet.

Ik ga nu aan de slag met een voorzichtig opbouwschema, en dat wel maar één keer aan de week. Ook niet per se om er helemaal op over te stappen, maar als techniekoefening en krachttraining voor voeten en kuiten. En omdat het lekker voelt. Ik zie wel hoe ver ik kom.

Ik neb nog een ander belang: op blote voeten lopen als krachttraining voor mijn voeten was me aangeraden door mijn chiropractor, vanwege de voetblessure van begin dit jaar. Die blessure is in principe over, maar de plek is toch nog steeds gevoelig. Woensdag ging ik hem weer voelen bij het fietsen – het is meer van de druk van schoenen dan van iets anders. In de minimalistische schoenen heb ik geen last van de druk en train ik mijn voetspieren.

Zo voelt een grote stap terug in m’n trainingsopbouw niet als verlies. Ik ben aan iets nieuws begonnen. Al was het de eerste keer maar met 5X1 minuut.

 

Door |2020-03-30T10:26:11+02:0030 maart 2020|Loop|0 Reacties

Wat er allemaal niet doorgaat

Gister zou mijn eerste wedstrijd van het seizoen geweest zijn: de zwemloop in Vlissingen. Had ik nog nooit gedaan, leek me leuk, in m’n geboorteplaats, broer als supporter – en dan een PR zwemmen op de kilometer, dat had er echt in gezeten. Ja, soms ben ik me nog bewust van een parallel bestaan, waar de dingen wel in doorgingen. Maar niet dus, en dat was op 12 maart al duidelijk. Inschrijfgeld teruggekregen – netjes.

Vorige week ging er een definitieve streep door de eerste triathlons, die van mei: Brouwersdam (50 % teruggekregen) en Ter Aar (nog niets van gehoord, vreemd). Ook mijn zwemtrainingen zijn geannuleerd. Die zouden doorlopen tot 1 juni, dus dat is over, al is nu nog niet duidelijk of er iets ingehaald of gecompenseerd gaat worden.

Daarmee begint mijn seizoen op z’n vroegst half augustus. We zouden namelijk in juni voor vijf weken op reis gaan: fietsen in Mongolië en met de Trans-Siberië-Expres terug. De reis is officieel nog niet geannuleerd maar dat gaat wel gebeuren natuurlijk, dat is een kwestie van tijd. Vanwege die reis sta ik in juni/juli  nergens voor ingeschreven. 

Vanaf half augustus heb ik me voor vier kwarttriathlons ingeschreven. Ik ga er echter van uit dat die ook allemaal zullen vervallen. Ik heb mijn oor afgelopen week te luisteren gelegd in de media en bij wat mensen die ik kundig acht, en daar werd ik niet hoopvol van. Mogelijk moeten we zelfs wachten op een vaccin. Misschien ben ik daarin te somber, maar dan gaat het meevallen.

Nu heb ik met die eerste twee annuleringen duidelijk mazzel gehad. Het officiële beleid is namelijk dat organisaties bij annulering door overmacht niets terug hoeven te betalen. Veel kosten zijn al gemaakt en het geld is nodig om organisaties, verenigingen en bonden overeind te houden.

Ik snap dat wel, maar ik heb er ook moeite mee. Ik krijg zelf niet betaald voor niet-geleverde diensten, behalve als de afzegtermijn heel kort is. Mede daardoor heb ik een grote inkomensterugval. Niets teruggeven betekent wat mij betreft dat de organisatie de schade eigenlijk afwentelt op de deelnemers – waarvan er ongetwijfeld meer in zo’n situatie zitten als ik. Ik kan me ook niet voorstellen dat je nu al álle kosten gemaakt hebt voor een evenement over een paar maanden.

Bovendien onderscheidt de sport zich dan negatief van andere gebieden. We hebben onze trip naar Londen in april kunnen annuleren en verzetten en dat was bij één hotel pure coulance, culturele dingen worden verschoven, voor de Mongolië-reis krijgen we een voucher… dat gaat allemaal heel netjes.

We weten dus ook wel naar welk hotel we gaan als we – hopelijk – volgend jaar wel naar Londen gaan (het concert van The Who is verzet naar maart 2021). Zo werkt het natuurlijk ook. Met niets compenseren maak je geen vrienden. Dat lijkt me ook in de sport een belangrijke overweging.

 

Door |2020-03-29T11:24:26+02:0029 maart 2020|Triathlon algemeen|0 Reacties
Ga naar de bovenkant