Maandarchieven: april 2020

Thuistriathlon (2): 1/8e Coronatriathlon

Ik had al eens gekeken naar de Coronatriathlon en toen op het Triathlonforum enkele forumgenotes erover begonnen, trok dat me over de streep. Ik schreef me in voor de 1/8e en ging plannen maken. Bijzonder vond ik (als geboren Vlissingse) nog dat ik via Omroep Zeeland ontdekte dat het om een Zeeuws initiatief gaat.

Vanochtend heb ik ‘m uitgevoerd, en dat werd een memorabele ochtend. Ik had al veel lol gehad in het bedenken ervan, want ik wilde er echt een Corona-triathlon van maken: helemaal in het teken van de huidige tijd. En, voor alle duidelijkheid, zonder prestatiedoel.

De dag

Het moest een woensdag zijn, want ik doe al wekenlang op woensdag aan arbeidstijdverkorting: ik heb wel werk, maar veel minder dan normaal, dus kan ik door de week een dag vrij nemen om te sporten. Dat is om te fietsen fijner dan in het veel te drukke weekend, en bovendien breekt het de eentonige werkweek (álles achter de pc) in tweeën. Vandaag geen lange fietstocht, maar deze triathlon.

De kleding

Ik woon al wekenlang in twee spijkerbroeken, en voor de triathlon heb ik de meest afgetrapte van de twee aangetrokken. Het blijft een van de gekke dingen van deze tijd: wanneer zal ik mijn nette werkkleren weer uit de kast halen?

Het startnummer

Moet je eigenlijk in kleur printen, maar dat gaat niet thuis, en manlief kan het ook niet op z’n werk doen nu. Nouja, geen probleem:

De voorbereiding

Ik wilde het fietsgedeelte op de stadsfiets doen. Die had ik al wekenlang niet gebruikt, dus die moest ik letterlijk afstoffen – er was ook hier geklust – en de voorband stond ook wat zacht:

Rechts één van de klusdingen (door de buurman): nieuwe schutting.

Warming-up

Ik ben begonnen met het losmaken van m’n schouders, iets wat ik heel vaak moet doen nu, en dan nog snak ik naar masseur en chiropractor of manueel therapeut (maar daarover een andere keer meer). Deze oefening met de stok ken ik van vroeger, nu via een speciaal blijf-fit-bericht van Rijnmond waarop Nicole me attendeerde:

Zwemmen

Toen ging ik van start: zwemmen aan het zwemkoord. Dat ding had ik al jaren liggen, nooit gebruikt, maar de laatste weken onderhoud ik er mijn zwemspieren mee. Gaandeweg ontdekt dat dat het beste gaat door ‘m om een drager van de trapleuning te doen, waardoor ikzelf in de slaapkamer beland:

Tien minuten non-stop houd ik dat niet vol, dus ik ben tussendoor even uitgedreven:

En een stukje rugslag:

Fietsen

Daarna op de fiets gestapt door wat ik al de ‘fietstocht van het gemis’ had genoemd: op de stadsfiets, die ik mis, langs een boel plekken waar ik normaal op die fiets heenga, en die ik ook mis. Ik had een route van de juiste lengte uitgestippeld door Schiedam en Rotterdam. Ik heb foto’s gemaakt, maar sta er zelf niet meer op, want manlief ging zijn eigen weg en bovendien: #ridesolo is het corona-motto. Hier komen de landmarks:

De sportschool – vreemd doods op die tweede foto, dat raakte me, zo zie ik ‘m nooit.

Masseur Marcel, die thuis was (schim achter het raam) en mij zag, zodat ik zelfs even heb staan kletsen met hem en Mariska:

Theater aan de Schie, niet zo zichtbaar, maar dit is het wel degelijk, en o, wat mis ik de culturele dingen, hier en elders. Het is ook één van de dingen waar ik me nog geen voorstelling van kan maken hoe dat moet in de 1,5-meter-samenleving:

Station Schiedam (achterkant):

Mijn favoriete zwembad, ook al zo doods:

Het stadion van Sparta, kom ik niet heel vaak binnen, maar het staat in dit geval symbool voor het missen van de grote sportwedstrijden op TV, en ja, ook voetbal. Ik wist niet dat ik dat miste totdat ik er laatst iets van zag op TV, van wat al als ‘vroeger’ voelt, de laatste speelronde.

De bioscoop, en de agenda die er hing, daar werd ik verdrietig van – maart, snotverdorie:

Station Rotterdam Centraal, ook aan de achterkant:

De atletiekvereniging van manlief, die mis ik niet zelf, maar wel voor/via hem:

De dierentuin (achterkant), niet dat ik daar de deur plat loop, maar toch – mijn abonnement is in de tussentijd verlopen:

Het zwembad van Overschie, waar ik kwam voor de trainingsgroep van de KNZB, welgeteld twee echte trainingen gehad en toen kon het niet meer (de afwikkeling hangt nog steeds, dat duurt lang):

De opticien, die in dit geval staat voor de contactberoepen die niet mogen of sterk beperkt zijn. Ik kon binnen de afstand van de 1/8e triathlon niet naar de praktijk van de chiropractor, die ik het meest mis van allemaal, maar op termijn ga ik aan een nieuwe bril zeker ook behoefte krijgen en daarvoor moet de opticien dichtbij mogen komen:

Het plaatselijke eetcafé, kom ik niet per se heel vaak, maar dit staat symbool voor de horeca en het was op 11 maart toevallig wel de laatste plek waar ik uit heb gegeten, lunch met Willem toen. Ik vond de linten wel heftig:

Na dik 23 kilometer (kan net, voor een 1/8e) was ik weer bij de ‘wisselzone’ (thuis).

Denk niet dat de fietstocht één tranendal was, al vond ik het best emotioneel – emoties die ik niet uit de weg wil gaan overigens. Het is en blijft ook een fantastisch mooi voorjaar, zelfs bij het iets mindere weer van vandaag. De meidoorns vielen me vandaag het meest op:

En ik weet ook goed waarvoor al die beperkingen er zijn. Ik fietste ook langs het ziekenhuis, met de (voormalige?) triagetent:

Lopen

Lopen deed ik op de barefootschoentjes – een speciaal project voor deze wedstrijdloze periode. Onder die oude spijkerbroek zag dat er wat koddig uit:

Ik was toe aan opbouwstapje 7: 4X3′ hardlopen. Dat is nog lang geen vijf kilometer, de rest heb ik gewandeld, en dat is ook heel passend, want dat heb ik de laatste weken veel gedaan, alleen en samen met manlief, alles hier in de buurt. Bij dat wandelen hebben we nieuwe paadjes ontdekt, waarvan ik er drie in het parcours kon opnemen:

1. Onder de Doenbrug door, geen officieel pad, maar wel leuk langs de graffiti:

2. Een stukje Achterdijk dat leidt tot een mooi gebiedje  tussen de A13 en het vliegveld, met knotwilgen:

                

3. De Hoge Werfstraat, gewoon een straatje in de wijk, maar daar was ik per ongeluk nooit eerder geweest:

Ik maakte ook nog een foto van het stille vliegveld, en die staat symbool voor de stilte hier in de buurt, die ik eerst zo eerie vond en nu fijn – denk er zelf vogelgeluiden bij:

En deze moet er natuurlijk ook nog even op:

Die zag ik vlak voor mijn finish, na dik vijf kilometer lopen.

En toen was ik weer thuis. Hoera, de 1/8e Coronatriathlon volbracht!

Cooling down

Om het helemaal af te maken, heb ik ook nog een bijpassende cooling down gedaan van dik 20 minuten: met de juffen van de sportschool van hierboven. Die hebben een boel filmpjes op YouTube gezet waarvan ik af en toe wat yoga doe, voor de afwisseling en omdat het fijn is om hen te zien. Voor een cooling down is de Yoga Flow Stretching heel geschikt. Op het scherm van de pc in m’n werkkamer:

Die yoga eindigt in kleermakerszit, daarvan een soort selfie tot besluit:

* * *

Ik heb een bijzondere ochtend beleefd en een onvergetelijke triathlon! Ik ga er een heuse medaille voor krijgen, dus er volgt nog een keer een allerlaatste foto.

Edit 14 juni – voilà:

Door |2020-04-29T15:22:45+02:0029 april 2020|Triathlon algemeen|3 Reacties

♫ Er is er een jarig ♫

Mijn fiets is van april 2002, dus ze is deze maand 18 geworden! Dat is reden voor een feestje.

We zijn samen 18 kilometer wezen fietsen, waarin ik 18 korte, felle intervalletjes reed.

Ondertussen mijmerde ik een beetje over wat we allemaal samen hebben meegemaakt. Het absolute hoogtepunt daarvan ligt aan het begin van haar bestaan: ik had haar nog geen twee maanden toen we samen onderweg waren en ik Henk leerde kennen.

We hebben heel wat prachtige sportieve avonturen beleefd, van cyclo’s via toertochten en trainingen tot mijn eerste triathlons.

Maar bovenal, en meer dan mijn andere fietsen, is zij het maatje met wie ik samen zwerf en op wie ik zo lekker kan denken. In de afgelopen moeilijke weken heeft ze in dat opzicht weer veel voor me betekend.

Ze ziet er nog goed uit voor haar leeftijd, dus ik hoop dat ze nog heel lang meekan!

 

Door |2020-04-26T18:37:35+02:0026 april 2020|Fiets|1 Reactie

Zwart-wit, gepolariseerd, 80-20?

Even iets ‘gewoons’ tussendoor: ik lees net in de mei-editie van Fiets Magazine een nieuwe term voor wat ik gepolariseerd trainen noem: zwart-wit trainen. Het mooie eraan vind ik dat zo uitgedrukt de middenzone grijs is, en wie wil er nou grijs trainen?

Maar helaas deelt de term met gepolariseerd trainen dat het wat negatief klinkt: uit zwart-wit is, net als bij polarisatie, alle nuance weg. Ik weet nog steeds geen betere term voor deze manier van trainen – die neerkomt op veel heel rustig trainen combineren met korte, kogelharde intervallen. Een andere term is 80-20 trainen, maar die getallen zijn me te precies (zie hier), en bovendien drukt die term niet uit dat er een bepaald gebied is dat je moet vermijden, wat, zo heb ik al gemerkt, tot misverstanden leidt. Het klinkt meer als een globale verdeling dan als iets uit elkaar houden.

Het is een aanpak die mij al jaren heel goed bevalt. Ja, ook als ‘recreant’. In het stukje in Fiets raadt Stefan van Klink ‘m af. Wat mij betreft om de verkeerde reden: dat je als recreant andere doelen hebt dan als prof, en dat je daarom ook het grijze gebied moet trainen.

Inderdaad kun je als recreant niet zomaar alles van profs kopiëren. Maar gepolariseerd trainen is wel degelijk een prima aanpak voor die ‘andere doelen’, zoals fitter worden, een hoger tempo kunnen rijden, lekkerder of langer kunnen rijden. Van Klink gelooft duidelijk in specificiteit, dus dat je de inspanningszones moet trainen die je in je prestaties nodig hebt. Juist die gedachte is in gepolariseerd trainen anders, en ja, dat is controversieel.

Bij gepolariseerd trainen train je de energiesystemen die je nodig hebt. Waarom dat goed werkt, komt in de term zwart-wit fraai tot uitdrukking. Denk maar aan verf: als je enerzijds zwart en anderzijds wit hebt, kun je alle tinten grijs daaruit samenstellen als je ze nodig hebt.

Precies dat is de gedachte achter gepolariseerd trainen: grijs hoef je niet te trainen. In het grijze gebied kun je goed presteren als je zwart (vetverbranding) en wit (maximale zuurstofverwerking en de snelle, anaerobe vezels) hebt getraind. Dat bespaart tijd en blessurerisico. Voor profs én recreanten.

Voorbeeldje van mezelf: vorig jaar had ik amper getraind in de grijze zone, maar de 80 km van de Brouwersdam90 ging ik er wel in rijden. Ik was benieuwd hoe dat zou gaan. Ik haalde niet eens de gemiddelde hartslag die ik me had voorgenomen, maar ik verraste mezelf met vermogen en snelheid. Ik reed in grijs harder dan ik had durven hopen – dankzij het witte en zwarte werk dat ik had gedaan.

Okee, en dan nu de nuance: inderdaad moet je, wat Van Klink ook aangeeft, als beginner wel geleidelijk opbouwen naar de intensieve pool. En ik voeg er nog aan toe: geen enkele trainingsmethode is heilig, en fietsen moet wel leuk blijven.

Ik vind gepolariseerd, uh, zwart-wit trainen supergaaf. Ik kan genieten van het pom-pie-dom van de lange, rustige duurtrainingen én van mezelf het hompeschompes intervallen. Ik voel me er goed bij – vandaar dat ik het ook blijf doen nu mijn wedstrijddoelen vervallen zijn.

 

Door |2020-04-26T12:03:27+02:0026 april 2020|Fiets, Trainer|0 Reacties

Thuistriathlon (1): de 1/15e afstand

Mijn eerste thuistriathlon zit erop! Het kwam er eigenlijk op neer dat ik voor het eerst dit seizoen in het open water heb gezwommen en dat ik dat met het fietsen en lopen erachteraan nog wat extra cachet heb gegeven.

Het zwemmen hield ik ongeveer 300 meter vol, of eigenlijk borstcrawlend zelfs korter dan dat, want van de kou kreeg ik oorpijn. Ik heb erachteraan in een lekker tempo een bijpassende afstand gefietst (10,5 km) en gelopen (2,8 km), ongeveer, dus ik noem het maar de 1/15e afstand. Was best wel leuk om te doen, het is een combinatie van sporten die gewoon lekker voelt. Het voelt sowieso heel zomers, zeker met deze zon en temperatuur!

De eerste keer in open water is net geen record: twee jaar geleden was het al op 22 april zo ver! Het was erg fijn om weer te zwemmen, qua beweging, voor het eerst in zes weken. Volgende keer niet vergeten om een dubbele badmuts op te zetten, hopelijk helpt dat.

Bij de aankomst maakte manlief een finishfoto van me:

 

Door |2020-04-24T18:15:26+02:0024 april 2020|Triathlon algemeen, Zwem|0 Reacties

De Nijntje-challenge

In het kader van sportlolletjes in deze verder zo vlakke en moeilijke tijd: gister bereikte me via Twitter (@KCsportnl) een erg leuke uitdaging, ik noem ‘m maar de Nijntje-challenge:

Ik heb ‘m gister gedaan, hoor, tussen m’n andere oefeningen door – en ik vond de S in mijn naam nog best wel lastig!

 

Door |2020-04-22T16:38:26+02:0022 april 2020|Triathlon algemeen|2 Reacties

Thuistriathlons

Nog even en ik ga beginnen met iets nieuws: de thuistriathlon. Dat wil zeggen: de drie triathlonsporten achter elkaar, met ons eigen huis of iets hier vlakbij als centraal punt (in elk geval zonder autoverplaatsingen), en met een creatieve ’twist’.

Ik heb al een boel ideeën, bijvoorbeeld qua parcours: het is hier mogelijk om parallelle GPS-streepjes bij elkaar te zwemmen-fietsen-lopen en je kunt op drie manieren om het nieuwe Schie-eiland. Manlief bedacht al de bier-triathlon, analoog aan de biermijl die hij ooit heeft gedaan. Iets met afstanden – binnenkort eerst maar eens beginnen met een 1/16e, want het water is nog koud. Of eens iets geks: de 1/13e of wat dan ook. Tijd, de op-het-gemakje-triathlon: schoolslag, stadsfiets, wandelen. Of iets thematisch. Ik ben benieuwd waar we verder op gaan komen, voor ideeën houd ik me aanbevolen.

Er zitten wat mij betreft nog twee beperkende voorwaarden aan:

  • Het fietsen moet zonder ambitieus tijdsdoel – geen gerace op de openbare weg. Dat vind ik onder normale omstandigheden al niet kunnen, laat staan onder de huidige omstandigheden: de 1,5 meter, de beperkte zorgcapaciteit en de drukte hier in de buurt. Intervallen mag wel, op de plekken waar ik die sowieso wel doe, zoals langs de snelweg en in de havens. 
  • De afstanden en tijdsduur moeten comfortabel haalbaar zijn gegeven mijn/onze trainingsachtergrond. Geen buitengewone inspanningen dus, niet lang en zwaar – dat met het oog op de weerstand en op het vermijden van blessures. Het is een geintje, dus niet de moeite waard om risico voor te lopen. Dus ook niet iets in met kou.

Wat ik daarmee dus ook zeg, is dat ik niet met de thuistriathlons het wedstrijdseizoen hoop te vervangen. Het wedstrijdseizoen zal, naar alle waarschijnlijkheid, helemaal vervallen. Dat is jammer, maar zand erover. Ik heb er geen behoefte aan om dan ‘net alsof’ wedstrijden te doen. Dat wil ik sowieso al niet vanwege die twee beperkende voorwaarden, maar ook realiseerde ik me dat de lol van de triathlons ‘m voor mij voor een heel groot deel zit in het sociale karakter ervan.

In mijn eentje hoeft een wedstrijd niet, en zal ik me er ook nooit zo voor kunnen opladen als voor een echte. Het bindende karakter – zeker weten dat het op dat moment en op die plek moet gebeuren en niet anders – speelt daar ook een rol in overigens. 

Vandaar: de thuistriathlons zijn een lolletje, om wat afwisseling aan te brengen in het sporten in deze verder nogal eentonige tijd.

Dus: wordt vervolgd, en ideeën zijn welkom!

 

Door |2020-04-21T15:48:24+02:0021 april 2020|Triathlon algemeen|0 Reacties

Schandalig sexistisch

Het is al lang geleden dat ik hier iets postte over de beeldvorming van vrouwen in de sport, vandaag vind ik het hoognodig.

Daarbij speelt een rol dat ik hier en daar al wat kritische geluiden heb vernomen over dat het kennelijk nogal voor de hand ligt voor velen om in deze uitzonderlijke situatie terug te vallen in stereotype verhoudingen tussen de sexen. Eén voorbeeld uit de sport was dat voor de UCI het vrouwenwielrennen er duidelijk maar bijbungelde voor de nieuwe kalender. Waakzaamheid is geboden.

Het gaat om een filmpje op de site van de NOS. Het is op zich een leuk filmpje: polsstokhoogspringer Vloon laat zien hoe hij in de tuin van zijn trainer een opstelling heeft om toch te kunnen springen.

Maar.

Vrouwen komen er drie keer in voor: twee keer zijn eigen, en één keer de buurvrouw.  Zijn eigen vrouw (althans, dat neem ik aan) zien we meteen aan het begin in beeld terwijl ze haar haar loopt te kammen. Kort daarna gaat het erover dat Vloon en zij ‘lang’ hebben moeten praten voordat ze hun intrek namen in het tuinhuisje van de trainer. Aan het eind gaat het erover dat Vloon zo hoog springt dat hij de ’topless zonnende buurvrouw’ zou kunnen zien, en of die geen bezwaar heeft tegen Vloons acties.

Daar komt bij dat in het filmpje alleen mannen actief zijn: naast Vloon zelf en zijn trainer zie je ook nog een jongetje springen.

Hoe krijg je het voor elkaar: de man als presteerder, de vrouw als op het uiterlijk gerichte zeurpiet die niets nuttigs te doen heeft en die mannelijke prestaties in de weg staat. En die je ook niet echt serieus hoeft te nemen, getuige Vloons gegrinnik als het gaat over het lange gesprek.

Het kan best zijn dat er op dit moment andere, belangrijkere dingen spelen. Maar dit blijft gewoon schandalig. Van de publieke omroep nogalliefst…

 

Door |2020-04-20T09:48:42+02:0020 april 2020|Vrouwensport|6 Reacties

Col du pont bas

Voor ons huis (trapgevel) loopt de Delftweg iets omhoog, naar de Lage Brug toe. Ik heb daar dit weekend een Stravasegment gemaakt en dat de Col du Pont Bas genoemd. 

Het gaat naar schatting om een stukje weg van 50 meter (zo’n kort segment kan niet op Strava dus dat is langer geworden), met een stijgingspercentage van ongeveer 2. Dat is helemaal niks – ik merk het eigenlijk niet eens, dat het daar omhoog gaat.

Maar we hebben de laatste tijd gezien dat andere fietsers de stijging wel degelijk merken. Dat is een rechtstreeks gevolg van de coronacrisis, door een combinatie van twee dingen:

  • Er rijden veel meer onervaren fietsers rond. Er wordt sowieso heel veel gefietst. Het is daardoor knetterdruk op de Delftweg. En van een groot deel van de fietsers zie je duidelijk dat ze iets doen wat ze niet vaak doen en waar ze ook niet heel goed of handig in zijn. Ze gaan met moeite door de bocht, ze wiebelen – en ze ploeteren omhoog, zelfs als het maar 2 % is.
  • Wij zaten in het mooie weer regelmatig buiten, om te lunchen maar ook om simpelweg te zitten koekeloeren naar al dat verkeer. Dat doen we anders nooit, deels omdat we dan minder tijd hebben, maar ook omdat het nu wel vermakelijk is. We zitten soms aan onze kant, maar soms ook aan de overkant, afhankelijk van de zon. Hier is onze overkant-opstelling, met thee, naast de motor van de overbuurvrouw:

Zodoende zagen we dus fietsers best wel moeite hebben met dat klimmetje, zoals deze:

Een klim hoort een naam te hebben. De klim van de Lage Brug dus, maar in het Frans klinkt dat echter.

Ik ben ‘m zelf zaterdag hard opgereden om daarna het segment te kunnen maken – meestal stop ik immers halverwege de klim, of ik begin daar. Eens kijken of ik m’n PR van 31,8 km/u de komende tijd kan verbeteren.

Overigens doet het me wel pijn hoe veel mensen je verkeerd op hun fiets ziet zitten. Mijn beeld is dat er veel vrouwen op een te grote fiets zit, en te veel mannen juist op een te kleine en/of met een te laag zadel. Hopelijk knappen er daardoor niet te veel af op fietsen!

 

Door |2020-04-13T10:11:26+02:0013 april 2020|Triathlon algemeen|2 Reacties

Ik snap iets niet

Een paar weken geleden, aan het begin van de coronacrisis, werden sporters door trainers en bonden opgeroepen om voorzichtig te trainen, met het oog op je weerstand: jezelf leegtrekken ondermijnt die, en dat is niet zo handig, als er een tricky virus rondwaart waar je geen immuniteit tegen hebt en niet van weet hoe je lijf erop zal reageren, helemaal als de zorg z’n handen al vol heeft.

Ik neem dat advies serieus, ik schreef er al eerder over en ik bazuin het rond. 

Wat met het oog op je weerstand het riskantste is, zijn lange, zware inspanningen, vooral wedstrijdinspanningen van meer dan een uur.

Wat ik dan niet begrijp, is dat de media nogal gretig inhaken op… precies dat: wedstrijdinspanningen van meer dan een uur.

In de NRC ging het vorige week bijvoorbeeld al over het lopen van een marathon op je eigen balkon of in je eigen tuin. Dit weekend volgden de berichten elkaar snel op: op nos.nl ging het gister over een dame die een wereldrecord op de loopband liep – nogalliefst in de brandende zon én als debutante. Sporza meldde dat Jan Frodeno een hele triathlon binnen volbracht. Gerraint Thomas haalde vandaag de media met zijn aanstaande 3X12 uur op de hometrainer.

Uh… hebben die topsporters niet een voorbeeldfunctie? Of moeten journalisten daar niet iets van filteren en/of er iets kritisch bij zetten (‘don’t try this at home’)?

Of: die laatste drie extreme prestaties waren voor een goed doel. Is jezelf leegtrekken dan ineens weer wel okee?

 

Door |2020-04-12T17:09:31+02:0012 april 2020|Triathlon algemeen|0 Reacties

Klein leed

Met een vorm van voortschrijdend inzicht ga ik er inmiddels van uit dat het hele triathlonseizoen geannuleerd gaat worden. Sportevenementen zullen, zo neem ik aan, als laatste weer genormaliseerd worden. Ik zie niet voor me hoe zoiets leuk of ook maar haalbaar kan zijn in de 1,5-meter-samenleving. Met wat ik zoal lees, zal ik blij zijn als we volgend jaar weer onbevangen kunnen triathlonnen.

Ik vind het superjammer van dit seizoen, maar ik kan er, zeker gezien de omstandigheden, mee leven. Er is voor mij zeer zeker een sportleven zónder wedstrijden.

Twee dingen hebben me echter wel een klein knauwtje van pijn gegeven toen ik me ervan bewust werd, beide overigens in de categorie ‘klein leed’:

  • Het was mijn laatste seizoen in de leeftijdscategorie 50-55; ik word in januari 55. Dat is helemaal niet erg, vooral ook niet omdat er vaak alleen maar onderscheid gemaakt wordt tussen boven en onder de 40, of dat 50+ tot 60 doorloopt. Het is vooral een gek besef: dat het er zomaar op zit.
  • Het zou mijn eerste ‘postmenopauzale’ seizoen worden, of althans: na jaren van hormonaal gerommel voel ik me nu al een hele tijd wonderbaarlijk stabiel, op een dagelijks opvliegertje en een enkele hartklopping na. Dat is sowieso heel lekker, en ik ben heel benieuwd wat die stabiliteit me op gaat leveren voor m’n sportprestaties. In januari en februari heb ik nog wat gesukkeld met een voetblessure, maar sinds die echt over is, gaat het eigenlijk heel lekker allemaal – mogelijk nu ook wat geholpen door de extra rust die de beperkingen opleggen en hier en daar wat stress die er in intensieve intervallen uit komt knallen. Het is wel jammer dat ik nu niet kan ervaren wat het me zou brengen, maar ik weet: als ik nu goed voor mezelf zorg, komt dat later wel weer.

En in de categorie klein leed nog iets anders: ik heb vandaag met een haarband gelopen, om m’n haar uit mijn ogen te houden als ik ga zweten. Dat is geen ramp, en ik was anders mogelijk ook nog niet naar de kapper gegaan. Maar het voelt toch anders dat dat niet eens kán.

 

Door |2020-04-12T16:33:51+02:0012 april 2020|Triathlon algemeen, Vrouwensport|0 Reacties
Ga naar de bovenkant