Maandarchieven: december 2019

Co-productie over niet

Vandaag een co-productie met m’n andere weblog. Ik heb namelijk recentelijk op sportgebied maar weer eens ervaren dat het niet helpt om iemand iets aan te raden iets niet te doen.

Het is een bekende: dat iets ontkennen de gedachte eraan oproept. ‘Denk niet aan een roze olifant’ – zit er zomaar zo’n olifant in je hoofd. Ook mijn schrijvende adviseurs zeg ik liever te formuleren wat hun lezers wél moeten doen, in plaats van wat ze moeten laten, vermijden of niet doen. Want het is lang niet altijd vanzelfsprekend wat je wél zou moeten als je iets anders níet doet.

Waarvan acte. Ik ben bezig met een borstcrawlcursus voor gevorderden. Ik wist van mezelf dat een van de dingen die ik al jaren verkeerd doe was dat ik mijn hoofd optil om adem te halen. Zoiets, nouja, dit is zelfs wat extreem, het kan ook met m’n mond dichter bij het water. Maar het belangrijkste probleem is dat dan nog m’n kruin veel hoger ligt:

Ik wist dus ook dat ik erop moest letten dat ‘niet’ te doen, maar dat had al die jaren geen enkel effect. Sterker nog: als ik het ‘niet’ deed, kreeg ik water in plaats van lucht binnen omdat ik dan met m’n mond niet boven het water uitkwam. Geen lucht krijgen is een methode om het snel weer ‘wel’ te gaan doen. Al jaren op dit technische puntje geen progressie dus.

Tijdens de eerste les van de huidige cursus stond dit punt meteen op de agenda. Voor het eerst leerde ik wat wél te doen: contact houden tussen hoofd en schouder/arm, en om dan bij de lucht te kunnen, moet ik wel verder door-roteren, dus meer op mijn zij draaien.

Dat waren twee dingen waar ik op kon oefenen: lastige oefeningen zijdelings zwemmen met mijn hoofd op mijn schouder en die ene arm recht vooruit, en zwemmen met veel kantelen, van de ene zij op de andere. Ik ben daar gezwind mee aan de slag gegaan, onder andere tijdens de dagelijkse duik in zee op Sint Maarten.

En passant werd ik ook nog een tweezijdige ademhaler, want aan mijn niet-voorkeurskant bleek ik het al goed te doen. Dat was ook nog iets wat ik wél kon doen: naar links (voorkeurskant) op dezelfde manier ademhalen als naar rechts. Naar rechts voelde altijd gek, vandaar dat ik dat vermeed. Maar dat was dus onterecht. Gek was goed.

Wat met ‘niet’ niet lukte, lukte nu in een week of twee: ik til mijn hoofd ‘niet’ meer op . Dat was echt wel even lastig, voor mijn gevoel moest ik opnieuw leren zwemmen en ik rommel nog steeds een beetje met mijn ademhaling. Dat gaat hopelijk nog verder wennen en dan mooie resultaten opleveren.

Voor het schrijfadvieswerk leer ik er vooral van dat niet niet werkt, en wel wel.

Door |2019-12-23T17:17:01+01:0023 december 2019|Zwem|0 Reacties

Lustrum!

Ai, had ik het net te laat in de gaten: op 3 november bestond dit weblog 5 jaar! Op 3 november 2014 verscheen de eerste post.

Grappig, ik had toen nooit gedacht dat het blog een lustrum zou gaan meemaken. Het was bedoeld voor die hele triathlon, een kleine twee jaar later. Misschien nog wat nasleep, en dat was het dan. Maar ik ben gewoon verder gegaan met schrijven. 

Als ik terugblik op die vijf jaar, dan voel ik nog steeds trots en blijdschap over wat de aanleiding was: die ene hele triathlon op m’n 50e. Leuk ook dat ik toen ben gaan schrijven, ook al was het nog zo onzeker en was ik bang dat het een faal-blog zou worden.

Het is gelukt. Ik heb me niet laten inpakken door faalangst. Dat heeft me meer zelfvertrouwen gegeven, meer rust misschien ook. Ik voel me een ‘volwassener’ en wijzer sporter. Door wat ik zelf heb gedaan en gepresteerd, maar ook door wat ik heb geleerd door trainer te worden (iets wat ik vijf jaar geleden niet had voorzien), door te praten met anderen en door te lezen en te schrijven. Net als met mijn zakelijke blog leer ik zelf door het schrijven, omdat dat me dwingt mijn gedachten tot in de puntjes uit te denken.

Ik ben zeker ook wijzer geworden door de vele tegenslagen die ik heb overwonnen. Als één ding anders is gelopen dan ik had voorzien, is dat de mate waarin dit Louises kwakkelweblog werd. Man-o-man, wat een boel blessures en andere fysieke ongein is er gepasseerd in die vijf jaar. Voorop staan de overgang en de ‘scheeftrekblessure‘. Die laatste is ook bijna aan een lustrum toe, en hopelijk gaat-ie dat niet halen, want ik ben daar al een tijdje hoopvol mee bezig – voor het eerst in jaren verandert er echt wat. Daarover een andere keer meer, want ik wil niet te vroeg juichen. Ook de overgang is haar grip aan het verliezen; ik voel me stabieler dan in heel lang.

Voor de volgende vijf jaar wens ik mezelf eigenlijk vooral meer stabiliteit toe. Van bekken, van hormonen en van leven en van body, mind and soul in het algemeen. Met sporten hangt dat dubbel samen: sporten helpt om te stabiliseren, maar stabiliteit helpt ook bij het sporten. Soms denk ik nog steeds wel eens – als ik me nou eens wat langer stabiel goed voel, zal ik het dan toch nóg eens proberen, zo’n hele triathlon? 

Door |2019-12-09T15:54:43+01:009 december 2019|Boeken, Trainer, Triathlon algemeen, Waarom|2 Reacties

We have to harmonize mind, body and soul

Afgelopen donderdag was de workshop ‘Sterk verhaal over ouder worden‘, die ik gaf samen met Babet. Er waren zeven deelnemers, wat precies mooi is in die ruimte. Kijk de deelnemers eens vlijtig aan de slag met één van de opdrachten:

Nu de workshop erop zit, kan ik hier ook wel een belangrijke inspiatiebron ervoor in het zonnetje zetten: Sister Madonna Buder, ook wel de Iron Nun genoemd. Zij is 89, is op haar 48e begonnen met hardlopen, en heet ondertussen 390 triathlons volbracht, waaronder een heleboel hele. Daarbij was ze regelmatig de oudste ooit, en heeft ze leeftijdscategorieën ‘geopend’. Bovendien heeft ze gaandeweg een boel wereld- en parcoursrecords voor haar leeftijdscategorie gevestigd, en is ze meervoudig wereldkampioen.

Ze inspireert talloze andere sporters, als vrouw, als oudere, als religieuze. Mij ook. Ik las onlangs haar autobiografie, maar ik vind het nog gaver om haar in actie te zien. Ik vind het alleen al superstoer om te zien hoe ze op een triathlonfiets rondrijdt. Dat vind ik, meer dan 30 jaar jonger, soms al op z’n minst ‘afwijkend’ – bij een 50+-vrouw denken mensen al eerder aan een e-bike. Laat staan bij 80+. Maar ze doet het!

Ik heb donderdag twee filmpjes van haar laten zien. In het eerste zegt ze (na 1 minuut) dat het wel degelijk ‘discouraging’ is om langzamer te worden, dat het discipline kost en een gevecht is om te blijven doen wat ze doet, en dat ze zich wel eens afvraagt waarom ze ermee doorgaat. Die vraag beantwoordt ze in het tweede prachtig (na 30 seconden):

No matter who we are….

We need to exercise

We have to harmonize mind, body and soul.

Het waarom van veel sporten heb ik nooit kernachtiger uitgedrukt gezien. Daarom neem ik ze mee. En gaf ik ze mee aan de deelnemers van afgelopen donderdag.

 

Door |2019-12-02T17:32:45+01:002 december 2019|Fiets, Trainer, Triathlon algemeen, Vrouwensport, Waarom|0 Reacties

Meer sporten omdat het wel/niet goed is voor je hart

Ik kan er niet omheen; het thema ‘hart en sport‘ houdt me nog steeds bezig. Mogelijk valt het me daardoor op dat het er vaak over gaat. Zoals afgelopen week. Ik had het zelf niet gezien maar ik hoorde van Nicole dat Een Vandaag er een item over had: mensen die veel hardlopen, hebben meer aderverkalking.

Zoiets had ik net daarvoor ook gelezen, maar wel met veel nuance erbij: het type aderverkalking is van het minder gevaarlijke soort; er is dan ook niet aangetoond dat het ook tot meer hartdoden onder lopers zou leiden – hardlopers leven nog steeds langer dan  niet-sporters. En misschien komt het bij de ‘fanatici’ wel door een bepaalde levensinstelling: extreme persoonlijkheden die niet alleen hun hardlopen ‘pushen’. Ik las dat op een stuk uit Runnersworld dat ik vond via Twitter.

De teneur van dat stuk is: er zijn een heleboel harten – de meeste – die prima tegen heel veel hardlopen kunnen. Maar mogelijk zijn er ook enkele harten die er minder goed tegen kunnen – misschien maar 0,1%. Er is geen manier om vast te stellen wat voor hart je hebt. En een beetje hardlopen is sowieso goed. Dus als je plezier beleeft aan veel hardlopen: vooral doen. Bij risico de boel wel in de gaten houden.

Meer is er eigenlijk niet met zekerheid over te zeggen; onderzoeksresultaten zijn nogal verwarrend. Het is ook lastig om onderzoek te doen waarbij je precies de juiste dingen meeneemt dan wel uitsluit, en dat scheelt erg veel.

Een ander ‘lijntje’ in het stuk is dat het erop lijkt dat ‘mainstream’ media graag op de negatieve kanten van veel sporten duiken – zie de kop van Eén Vandaag.

Dat stuk uit Runnersworld zag ik nadat ik uitvoerig een ander artikel had bestudeerd, van Sweat Science – Alex Hutchinson twitterde erover. Dat gaat vooral in op de relatie tussen extreem veel sporten en hartritmestoornissen zoals boezemfibrilleren. Bij de onderzochte sporters, een groep die 35 uur per week trainde over minstens een jaar of tien, kwam het niet vaker voor dan bij gematigdere sporters. De harten van die extreme sporters waren sowieso niet ongezonder. Ook niet gezonder trouwens.

Op dat artikel leek mij onderzoeksmethodologisch ook wel het een en ander aan te merken, vooral:

  • Mensen die 35 uur per week kunnen trainen, zijn geen ‘gewone’ mensen – hun levens wijken nog wel op meer punten af dan alleen zo veel sporten. Ze hoeven – kennelijk – niet te werken, en/of het zijn van die zeldzame wondermensen die veel meer lijken te kunnen dan gewone stervelingen. Wat was het ook alweer, kan niet iets van 2 % van de mensen echt met maar een paar uur slaap per nacht toe? Zulk soort uitzonderingsgevallen.
  • Degenen die na een paar jaar intensief trainen al hartproblemen ontwikkelden en daardoor kalmer aan moesten gaan doen, zijn automatisch niet in de groep betrokken. De groep bestaat dus waarschijnlijk uit die mensen die een hart hebben dat goed tegen veel sporten kan. Over andere harten, van andere mensen, zegt dat niet zo veel. Dat leer ik uit dat eerdere artikel.

Maar dan nog: er is geen reden om je sporten te beperken omwille van de gezondheid van je hart. Maar je hoeft het er ook niet voor uit te breiden.

Want veel sporten, dat doe je niet voor je hart. Je doet het zelfs niet voor je gezondheid, al is dat mooi meegenomen. Waar het wél om gaat, dat las ik net heel mooi verwoord op een blog van ProRun, van Ingrid Achterberg. Talloze malen moet zij uitleggen waarom zij ultralopen doet, want 50 minuten joggen is toch ook genoeg? Haar antwoord vond ik zeer herkenbaar:

50 minuten joggen per week? Ik moet er niet aan denken. Laat mij maar lekker draven over de paadjes, buiten in de natuur. Zelfs als ik geen zin heb, ja ook ik heb dat wel eens, knap ik er snel van op. Ik voel me beter, lichtvoetiger en vrolijker als ik aan het hardlopen ben. Voor mij is hardlopen een manier van leven geworden. Ja, ik ben fysiek fitter maar nog meer ben ik ook mentaal fitter. Veel meer in balans. Ik voel mij er prettig bij en volgens mij is dat de kern waar het omgaat. Daar verandert geen enkel onderzoek wat aan.

Precies.

Door |2019-12-01T17:47:28+01:001 december 2019|Loop, Triathlon algemeen, Waarom|0 Reacties
Ga naar de bovenkant