Spannende tijden
Mijn eerste grote doel van dit seizoen nadert met rasse schreden: de halve triathlon van Klazienaveen is over 2,5 week. Aanstaande zondag staat een laatste zware ‘oefenwedstrijd’ gepland met een parcours waar ik naar uitkijk: de 111 van de Cave triathlon.
Maar… het gaat allemaal weer eens niet zoals ik zou willen, en het is spannend wat er van die plannen terecht gaat komen. Het gaat om drie dingen:
- Het weer. Ik mopperde hiervoor al over koud en nat, daar is eerst nog een boel bijgekomen. Ik heb onder andere onweer over me heen gekregen, wat echt eng was en ik daarna heb vermeden, ook al leidde dat tot planningsproblemen, en ik heb een keer een lange training in de zeikregen gedaan omdat er geen andere mogelijkheid was, mede door nog meer onweer en storm. Deze week werd het juist veel te snikheet – ik kan daar redelijk tegen, maar gister viel het me zwaar. Voor zondag is de voorspelling ook weer tegen de 30 graden, oef. Nouja, niks aan te doen allemaal.
- Voetproblemen. Ik loop sinds begin april op nieuwe steunzolen, en het lijkt erop dat daardoor mijn langdurige bekkenproblemen een heel stuk verbeterd zijn, waar ik superblij mee ben. Ik liep er ook wel lekker op, tot een maand geleden ongeveer. Toen had ik eerst wat last van m’n rechterenkel, mogelijk ook door een misstap die ik verder amper heb gemerkt. Ik kon een paar dagen niet hardlopen, maar daarna ging het wel weer. Aan het eind van een verder heel lekkere lange duurloop twee weken geleden ging m’n linkervoet wat zeuren onder de bal, en dat is nog steeds niet helemaal over. Ik ging merken dat de steunzolen m’n voeten wat naar binnen duwen, waardoor vooral die rechterenkel doorzakt en ik over de binnenkant van m’n voet afwikkel – wat niet de bedoeling is, en wat de belasting daar nogal vergoot. Gevalletje overbelasting dus. Vorige week kon ik wel voorzichtig weer wat lopen. Net daarvoor had het probleem wel een leuk loopje vergald: bij de Rottemerenloop moest ik na 5 kilometer stukjes wandelen en heel voorzichtig zijn. De steunzolen zijn maandag aangepast, hopelijk gaat het daarmee nog beter.
- Verkouden. Urgh, het is weer eens zo ver. Wat een jaar, op dat gebied… Het is niet heel erg maar ik ben sinds gister wel te moe om veel te kunnen doen. En mezelf kennende is het nog heel erg de vraag of ik zondag voldoende opgeknapt ben om te kunnen starten. Het pruttelt weer eens stevig in een bijholte, en dat kan zo over zijn maar ook lang aanhouden.
Op dit moment grijpt het ook allemaal in elkaar: gister stond een lange training gepland maar het was te warm om met dat moeie lijf iets te kunnen doen. Daardoor heb ik niet nog wat beter aan de hitte kunnen wennen (ik heb zo’n beetje de hele dag op de bank gehangen). Ik ben te verkouden om die aangepaste zolen hardlopend uit te proberen, als dat morgen niet kan, lukt het niet meer voor de Cave triathlon en wordt het dus spannend of ik dan wel kan hardlopen, zeker ook nog in de hitte – als ik überhaupt kan starten.
Zo dus.
Nouja, we zien wel, en er is niet alleen maar slecht nieuws. Hormonen houden zich opvallend koest ineens; bekken gaat goed. Er is in totaal weliswaar best wel veel niet doorgegaan de afgelopen weken, maar mijn basis is okee. Ik weet ook wel dat trainen eigenlijk nooit alleen maar van een leien dakje gaat, dat je altijd wat tegenkomt dus, en dat een paar dagen niet trainen echt geen ramp is.
En ondanks wat snotterigheid kon ik zondag nog wel met Henk meedoen aan de Koppeltijdrit in de Hoeksche Waard:
Of dat verstandig was, weet ik niet, maar het was wel heel leuk. Het heet koppeltijdrit maar is een ‘gentlemanskoers’ waarbij de ene fietser gangmaker is voor de andere, die telt als deelnemer. We waren, voor zover we hebben gezien, het enige ‘omgekeerde’ duo: gemengd met de vrouw als gangmaker. We reden royaal boven de 33 gemiddeld en daarmee werden we lang niet laatste: zonder bonificatie werden we 41e van de 47, met Henks leeftijdsbonificatie stegen we naar de 35e plaats. Ik ben op de Felt sowieso net iets sneller dan Henk en bovendien had die de triathlon van Oud Gastel in de benen.
Bij de Hoeksche Renners hebben we het altijd naar onze zin, we hebben elkaar dankzij een evenement van hen leren kennen. Toen hield hij mij uit de wind, en dat doet hij nog steeds, maar zondag was het dus 20 kilometer lang omgekeerd.