Maandarchieven: augustus 2017

Eén jaar geleden

Vandaag is het precies een jaar geleden dat ik in Vichy de Ironman volbracht. Voor mijn eigen gevoel heb ik vorige week in Kopenhagen teruggeblikt door het daar als het ware allemaal nog een keer mee te maken, maar dan van de andere kant: als supporter. Ik heb daar nog wel wat over te schrijven, maar aangezien het vandaag voor mij ook de eerste werkdag na de vakantie is, stel ik dat nog even uit – even sudderen is daarvoor ook wel goed.

Maar het is vandaag wel een mooie dag om dat allermooiste shirt van de hele wereld van vorig jaar nog eens te showen. Het heeft immers vorige week hier in huis een maatje gekregen: andere kleur, deels net iets andere lettertjes erop, man erin – maar met dezelfde strekking. Hier zijn we als Ironcouple:

Henk en ik in onze finishersshirtsNouja, en vorig jaar om deze tijd zat ik dus op de fiets. Dat zit toch wel een beetje in mijn hoofd.

Door |2017-08-28T10:55:09+02:0028 augustus 2017|Triathlon algemeen|1 Reactie

Now he is an Ironman, too!

Zondagavond om ongeveer kwart voor 8 was het zover, in Kopenhagen:
 

Henk Vermaas, you are an Ironman!

Dat was 11 uur, 55 minuten en 17 seconden na zijn start. Hijzelf hield een tijd onder de 12 uur vooraf zo’n beetje voor onmogelijk, maar ik dacht wel dat dat erin zat, als het mee zou zitten – en dat deed het grotendeels. Ik kan dubbel trots zijn: als echtgenote en als trainingsbegeleider. En een beetje jaloers natuurlijk ook, op zo’n tijd en (relatief) gemak.
 
Hij is zelf nog bezig met zijn blog, houd dat in de gaten voor zijn eigen stoere verhaal, hier komt het vanuit mijn perspectief. Korte samenvatting: ik heb een bijzondere, intensieve en leuke dag gehad!
 
De wekker ging om half 5, oef. Nouja, we waren vroeg naar bed gegaan en we hadden goed geslapen. Alles stond klaar voor snelle ochtendrituelen, zoals hier onze afgedekte ontbijtpap:
 
Potjes op hun kop
Dus op tijd de deur uit en over eerst nog heel lege wegen naar Kopenhagen gereden. Het werd toen al licht, de zon komt vroeg op zo ver naar het oosten.
 
Ik heb Henk afgezet bij de start en ben toen de auto in de buurt van de finish gaan parkeren, in de binnenstad, zo’n 7 km verderop. Daar was, om 7 uur ’s ochtends, nog alle ruimte om te parkeren en op zondag is dat nogalliefst gratis. Een aardige hondenuitlater heeft geholpen om de logge stadsfiets (te leen van de airbnb) van het dak af te halen, en daarmee ben ik teruggereden naar de start.
 
Het fietsje bij de auto
Ik fietste nog langs de restanten van de night before: er zwalkte nog wat uitgaansvolk door de stad. Dat is op zondagochtend wel eens vaker, dat vroege sporters late uitgaanders tegenkomen – blijft maf.
 
Al meteen toen ik bij de strandlagune kwam, trof me hoe mooi het zwemparcours was: met een sliert zwemmers in de stralende ochtendzon.
 
zwemmers in de vroege zon
Even gekeken, geconstateerd dat de nummer 1 heel ver los lag en heel mooi zwom. Op de foto, genomen vanaf het bruggetje het verst van de start, is ze al zo’n beetje uit zicht op de terugweg, terwijl de nummer twee nog onderdoor moet komen! Links de voorhoede van de grote sliert van 3000 deelnemers op de heenweg.
 
Toen gauw doorgereden naar de start, waar Henk nog aan wal stond, want die startte in de laatste groep en uiteindelijk zelfs zo’n beetje als allerlaatste, om 7u52. Ik heb dus een praatje met hem gemaakt, hem zien starten, nagekeken en ben daarna een rondje om de lagune gaan lopen. Op elk bruggetje heb ik staan kijken of ik hem zag en foto’s gemaakt.
 
Henk zwemt
Hij zag mij vaak al eerder, want ik was wat herkenbaarder dan ‘iemand in wetsuit met paarse badmuts’, want daar waren er meer van aan het zwemmen 😉  Zijn fiets- en loopkleren had hij trouwens wel mede met het oog op zicht- en herkenbaarheid uitgekozen.
 
Het zwemmen bleef een heel mooi gezicht, en ik zag ook dat Henk lekker ging. Absoluut (hij heeft nog nooit zo snel gezwommen) maar ook relatief, want om hem heen werd nogal geploeterd terwijl zijn schoolslag er goed uit bleef zien. Het zwemmen is zichtbaar een zware dobber voor veel deelnemers. Henk haalde bijvoorbeeld best veel zwemmers in uit de eerdere, naar eigen inschatting snellere, startgroep, herkenbaar aan een andere kleur badmuts (de ‘groentjes’):
 
Tussen 'groentjes'
Na de laatste brug heb ik me strategisch opgesteld bij de uitgang van de wisselzone, voor de ‘fietsvertrekfoto’, maar toen zat hij achter iemand anders verscholen en zag ik vooral zijn rug, en hij mij niet:
 
Henk op de fiets op z'n rug gezien
Daarna heb ik de laatste zwemfinishers afgewacht. Er kwam er één 5 seconden voor de limiet (2u20) binnen, en minstens twee hebben het niet gehaald (een is er te zien op de foto hieronder). Ondertussen begon het grote puinruimen al, van onder andere een boel achtergelaten slippers:
 
Zooi en mensen op het strandje
Toen ben ik weer op de stadsfiets gestapt, en ben ik helemaal naar de andere kant van de stad gefietst, zo’n 15 km naar het noorden, waar de doorkomst van de eerste naar de tweede fietsronde was. Ik crosste lekker, voelde me helemaal geïntegreerd op m’n Deense fietsje door de fietsvriendelijke stad! Ik werd ook een paar keer in het Deens aangesproken, leuk zo’n land waar je niet als buitenlander opvalt.
 
Ik was ruim op tijd bij de doorkomst, zag onder andere de kop van de wedstrijd nog voorbijkomen, die gingen al richting het centrum van de stad om daar te gaan wisselen naar het lopen (nieuwsbericht profwedstrijd). Ik had daar een prima plekje, kon even zitten op een bankje bij een makelaarskantoor, totdat de bezemwagen voor mijn neus parkeerde:
 
De bezemwagen
Henk kwam precies op het verwachte/gehoopte moment langs (na 3 uur fietsen), maar ondertussen was het begonnen te regenen en ik moest paraplu en fototoestel tegelijk bedienen, samen met zwaaien en roepen en proberen de camera en mezelf droog te houden. Dat was een aardige multitaskuitdaging waar inzoomen bij inschoot:
 
Henk komt aangefietst in de nattigheid
Direct daarna veranderde de regen in een gigantische hoosbui, echt een wolkbreuk. Ik heb een tijdje in een portiek geklemd gestaan, met een boel medelijden met de triatleten (vooral met die ene)! Het duurde een minuut of 10, genoeg om aardig verkleumd te raken. Ik warmde eerst alweer op door terug naar de stad te fietsen, en ik vond een leuk tentje voor thee met wat lekkers en met wifi, zodat ik Henk later kon toeroepen dat Feyenoord gewonnen had. Hierbij droogde en warmde ik verder op:
 
Thee met iets met maanzaad
Fiets definitief geparkeerd; na naar schatting een kleine 35 km hadden mijn knieën het daar wel mee gehad. Hij heeft aan het eind wel nog dienst gedaan als pakezel toen we met al Henks spullen naar de auto liepen.
 
Toen was het alweer tijd om te gaan kijken hoe Henk binnen kwam fietsen, na 6 uur fietsen dus alweer keurig op tijd. Hier neemt hij de laatste bocht voordat hij de parkeergarage indook – de wisselzone was ondergronds: 
 
Nog één bocht te gaan
Het was daar op straat erg druk, met naast toeschouwers ook een heleboel gewone toeristen. Het viel me op dat de parcourswachters ook wel erg relaxed waren en regelmatig aan de late kant met overstekers tegenhouden en fietsers de weg wijzen. Ik hoorde later van iemand anders dan ook dat die daar een triatleet had zien vallen omdat er nog mensen aan het oversteken waren. Henk had daar gelukkig geen last van gehad.
 
Daarna heb ik me opgesteld langs het loopparcours, maar daar heb ik Henk in zijn eerste ronde niet gezien. Ik vond toen weer een plekje om te gaan zitten met goed uitzicht, en toen dacht ik: hier blijf ik zitten totdat ik hem zie. Dat duurde toen nog best lang, ik ging me zelfs een beetje zorgen maken. Ik begrijp ook nog steeds niet hoe ik hem gemist kan hebben in zijn eerste ronde. Maar alles onder controle toen hij voorbij kwam. Nouja, wat zere benen na/door die bui, zei hij, maar verder ging het goed.
 
Henk komt aangelopen
 Daarna ben ik doorgelopen voor het obligate plaatje van Kopenhagen:
 
De zeemeermin
Henk liep er vlak langs maar had haar niet gezien, wat niet zo gek is – ze zit nogal laag en er staat een meute toeristen omheen.
 
Op diezelfde plek zag Henk mij even later echter ook niet, maar ik hem wel:
 
Daar loopt-ie weer
Daarna ben ik weer een stuk opgeschoven en zo zag ik hem nog een paar keer voorbijkomen. Ondertussen had ik af en toe wat tijd over en ik bracht onder andere een bezoek aan het zoveelste openbare toilet van Kopenhagen, ik stopte nog een boterham in mijn mond (echt avondeten schoot erbij in) of ik maakte nog eens een toeristenkiekje:
 

Nyhavn

Dan moest ik steeds weer klaar staan voor de volgende passage + foto. Soms mislukte er iets, hier had-ie echt even harder moeten lopen 😉 :
 
Henk amper in beeld
Aan het eind van Henks derde loopronde zei ik tegen hem dat ik naar de finish zou gaan en dat ik hem daar over ongeveer een uur verwachtte, wat hem op dat moment nog wat te optimistisch leek. De minuten kropen weg, ik zat de hele tijd op mijn horloge te kijken – en het regende weer. Al veel te vroeg zat ik paraat op een plek waar ik hem kon zien aankomen, wel nog met een leuk praatje met de moeder van een deelneemster uit Man.
 
En toen zag ik in mijn ooghoeken ineens al iets wit-roods aan komen lopen, dik binnen dat uur! En in totaal binnen de 12 uur (zie hier voor de details van de getallen)! Wauw!
 
Bij de finish was het erg druk en hij is nauwelijks te zien op deze foto, maar hij loopt er echt, als je goed kijkt zie je iets wit-roods tussen de middelste Ironman- en KMD-vlag, dat is zijn rug en achterhoofd. En het is ook echt zijn naam in die rode lettertjes op dat ‘scorebord’ in het midden, met zijn geweldige tijd erop:
 
Meute
Dat was voor mij ook nog een lastig multitaskmoment, met ook nog proberen een geluidsopname te maken van het ‘you are an Ironman’ – wat ze net niet zeiden, maar wel duidelijk zijn naam en iets met ‘raise your hands up in the air’ en ‘Rotterdam shirt’.
En toen gauw kijken of ik ‘m kon vinden. Net als in Vichy vorig jaar zat er eerst een hek en afstand tussen ons:
 
In aluminiumfolie
Ik kon hem pas knuffelen toen hij met al z’n spullen werd ‘losgelaten’ op straat – ondertussen kwam er nóg zo’n plensbui over. Een Deen zei iets tegen mij dat ik niet precies verstond maar het klonk als ‘piesweer’ en dat heb ik maar beaamd.
 
We waren vlot bij de auto, maar met de auto de stad uitkomen in het donker en met nog een boel wegafzettingen was lastig. Gelukkig was het niet heel druk. Om een uur of 10 waren we terug in Øm en kon de kersverse Ironman eindelijk aan het bier + chips, in zijn nieuwe shirt:
 
Tegen middernacht lagen we in bed. Zodra ik mijn ogen dicht deed, zag ik weer eindeloze drommen hardlopers voorbij trekken. Ik had urenlang intensief naar sporters getuurd; ik ging sommige andere deelnemers ook herkennen (de zwemmer zonder zwembrilletje, die kerel met dat kleurrijke shirt, die dame met net zo’n trisuit als ik, die ene uit China, de Ier met mijn geboortejaar als startnummer, enzovoort). Het was voor mij ook een lange, intensieve en prikkelrijke dag geweest. Desalniettemin heb ik goed geslapen – en Henk helemaal!
 
Om het hele verhaal nog even af te maken: maandag hadden we een luie day after, waarop we in Roskilde smørrebrød hebben gegeten…
 

Smorrebrod

….terwijl Henks spullen uit hingen te wapperen:

Was aan de lijn

Ik heb nog een rondje gelopen, onder andere langs het kerkdorpje Glim – ook weer met een bui, in de wind en echt warm was het ook niet. 

Dinsdag hebben we de airbnb vaarwel gezegd en de lange autorit naar huis gemaakt, dit keer via het veer van Rødby naar Puttgarden (op de heenweg waren we door Jutland en over de Grote Beltbrug gegaan) 

En daarnet is de inhoud van Henks transitietassen linea recta de wasmachine in gegaan – we zijn weer thuis!

Voor wie meer wil zien: alle foto’s staan op Henks Flickr.

Door |2017-08-23T15:03:12+02:0023 augustus 2017|Trainer, Triathlon algemeen|0 Reacties

Triathløn

Nee, ook in het Deens is het gewoon triathlon, zonder streepje door de o, maar ik word altijd een beetje melig van die taal, zeker nu we verblijven in het plaatsje Øm. We zijn daar dinsdag aangekomen, met als hoofddoel manliefs Ironman van Kopenhagen, morgen. Maar gister heb ik ook zelf getriathlond, op precies dezelfde plek. Ik ontdekte maandag dat dat kon, heb me snel ingeschreven, en gister een 4:18:4 volbracht. Deze blogpost gaat vooral daarover, want manlief heeft zelf uitvoerig geblogd over zijn laatste voorbereidingen, met een leuke fotopagina en het verhaal over zijn en onze belevenissen deze week.

Nouja, heel even dan: voor mij is het inderdaad leuk om alles zo nog eens opnieuw mee te maken, maar dan zonder eigen wedstrijdspanning. Een deel lijkt wel op vorig jaar, van het commerciële Ironman-circus….

…. tot het piepkleine en rustige dorpje waar we in een Airb&b zitten (zie Henks foto’s) en veel ons gemak houden, want ja, Henk moest rusten. Ik voel me een beetje een cultuurbarbaar, al hebben we nog wel thee gedronken in het voormalig woonhuis van Karen Blixen en een hunebed bezocht (op een wandelingetje).

Maar er zijn ook verschillen, sommige frappant. Het is logistiek ingewikkelder hier: de twee wisselzones en de aanmeldplek (plus beurs) liggen kilometers uit elkaar, in een serieus grotere stad (met bijbehorende verkeers- en parkeerproblemen) dan Vichy. Het lijkt relaxter, minder opgefokt (minder überhip geklede deelnemers, minder compressiekousen), maar het is ook rommeliger: Henk moest gister lang in diverse rijen staan, wat ik niet vind passen bij het vele geld dat je voor zo’n evenement betaalt. 

Lange rij voor de inschrijfbalie

Echt een domper was dat woensdag het fietsparcours niet stond uitgepijld, wat we wel verwacht hadden na vorig jaar en na onlangs Limburg. Met het simpele printje dat we hadden konden we het niet vinden, dus onze verkenning liep heel anders dan verwacht. Henk nam dat vrij laconiek op, ik zelf zou er erg van in de stress geschoten zijn (maar mogelijk was het mij niet overkomen en zou ik het beter hebben voorbereid – dat is een typerend verschil tussen ons; hij heeft zo in de aanloop beduidend minder stress dan ik).

Maar goed, verder alles onder controle, en zodoende kon ik me gister richten op mijn triathlon. Triathlonnetje: mijn kortste afstand ooit, 400 meter zwemmen, 18 kilometer fietsen, 4 kilometer hardlopen. In tijdsduur dus ook de kortste: 1u13:45. Met de laatste starttijd ooit: 18u52.

Leuk kleurrijk startnummer!

Én het was de rommeligste triathlon die ik ooit gedaan heb. Manlief vond het daarom wel heel vermakelijk om naar te kijken!

De rommeligheid zat hem ten eerste in het parc fermé, nouja, dat was dus niet fermé, er liepen gewoon toeschouwers door, en de deelnemers van één startserie zaten door het hele parc verspreid, dus de een kon nog aan het inrichten zijn en dan kwam de buurman al wisselen, dus dat liep elkaar enorm in de weg.  

En ten tweede zat het in het fietsen. Het was zo’n echte laagdrempelige breedte-triathlon, met deelnemers op fietsen met boodschappenmandjes en kinderzitjes enzo, en die reden soms nog geen 20, terwijl er ook snelle mannen op triathlonfietsen langszoefden (alles te zien op de foto hieronder, ik rijd in het midden). Dat alles met een paar honderd tegelijk op twee rondjes van 9 km, één weg heen en weer zonder afscheiding. Dat was knetterdruk, niet-stayeren was onmogelijk (werd ook niet op gecontroleerd, en ik zag er elkaar duwen).

Ik temidden van de fietschaos

Daarbij zaten er per rondje twee 180-graden-bochten in, waarvan één heel smalle, en net daarvoor nog twee krappe bochten, op nat wegdek – het had net ervoor een beetje geregend. Ik heb er één zien vallen en ze waren ergens bij twee ambulances bezig, dus heel erg op mijn gemak zat ik niet. 

Het enorme niveauverschil was verder ook wel te merken: bij het verlaten van de eerste wisselzone ging er een dame doodleuk op haar kont op de weg zitten om daar haar schoenen aan te trekken, lekker in de weg voor alles achter haar. En bij binnenkomst voor de tweede wissel liep er voor mij een kerel op z’n dooie gemak en daar kon ik niet voorbij. Nouja, maar heel hard om lachen ook.

Verder was het wel leuk. Het zwemmen vond ik super. De temperatuur viel me mee: 18,6 graden, hoorde ik. Dat zou voor mij koud zijn voor 3,8 km, maar voor 400 meter zeker niet. Het water in de (kustmatige) strandlagune is kraakhelder, geweldig, je ziet alles! En het is brak (Oostzeewater). Het ging in overzichtelijke plukjes tegelijk, om de vijf minuten, en het maakte niet zo veel uit in welke start je precies ging (chipregistratie).

Het fietsen ging afgezien van de samengeknepen billen prima, al viel m’n gemiddelde wel wat tegen (30,5), maarja, je komt op een kleine 18 km vier keer tot bijna-stilstand door die 180-graden-bochten. Daartussenin kon ik wel stukken doorknallen. Op de gewone racefiets, want die was mee naar Denemarken vanwege de parcoursverkenning.

Lopen ging minder, ik kreeg wat buikkramp (milt? darmen?). Dat heb ik anders nooit, maar misschien speelde de gekke starttijd (onder etenstijd) een rol; we hadden tussen de middag al warm gegeten. Het parcours was wel leuk, om die lagune heen, over een bruggetje en dan de terugweg slingerend door mini-duintjes.

Ik loop door de duintjes

De wissels waren traag want de wisselzone was die van de Ironman en dus eigenlijk veel te groot, ik heb bij de eerst wissel 430 meter gelopen! De zwemstart en -finish waren ook die van de Ironman, maar die fietsen dan helemaal weg; hun tweede wisselzone is elders, in het centrum van de stad. Alles stond al klaar voor zondag; we zwommen om hun eerste en laatste boei heen. Wel grappig, zo ‘parasiteren’ op een ander parcours.

Zo finishte ik dus, ongetwijfeld best wel aardig in het veld. Uitslagen zijn er nog niet, want vandaag is er nog een start (donderdag ook al), en alle uitslagen komen bij elkaar. In totaal gaat het om 6000 atleten, 2000 per dag, maar ik had de indruk dat het er gister minder waren. En bijna allemaal Denen, dat was ook wel grappig, ik heb bijna geen woord Engels gehoord. Ik had zelfs ook al google translate nodig gehad om me in te schrijven, want ook dat ging in het Deens.

Voor de rommeligheid en het ’tweedehands’ parcours vond ik het wel duur (60 euro), en het zakte net een beetje onder wat ik organisatorisch acceptabel vind, vooral door die open wisselzone, waar toch heel wat spullen zomaar liggen. Gelukkig kon ik mijn portemonnee en paspoort nog aan manlief geven. Maar qua heel diverse en laagdrempelige breedte-triathlon was het erg leuk natuurlijk, en daar ben ik helemaal voor. En ik heb er onder andere een bidon, medaille en finishers-t-shirt aan overgehouden.

Ik met bidon-shirt-medaille

En nou nog één nachtje slapen voor manlief. Alles onder controle: hij is fit, heeft goed kunnen trainen, geen gekke dingen en de aanloop deze week was relaxed. Ik ben benieuwd hoe hij het gaat doen. Dat is heel anders dan eigen wedstrijdspanning, al is morgen ook de evaluatie van het trainingsschema dat ik voor hem had geschreven en de adviezen die ik hem had gegeven, als trainer en ervaringsdeskundige. Duimen jullie voor hem, vanaf 7u45 tot…???

 

Door |2017-08-19T10:21:19+02:0019 augustus 2017|Triathlon algemeen|2 Reacties

Sporten met Shakespeare

Hoera, weer naar Buitenkunst!

In 2007 ging ik voor het eerst naar Buitenkunst, en ik ben sindsdien elk jaar gegaan, op één na: vorig jaar (zie hier voor het jaar daarvoor). Met de Ironman was het niet te combineren: trainen is behelpen, het kamperen vond ik te riskant voor mijn rug en het belangrijkste nog: mijn hoofd stond er niet naar, dat zat te vol met sport om er nog een week lang kunst in te stoppen. Maar ik heb het wel gemist. Het was één van de dingen die mijn leven vorig jaar eenzijdig maakten: leuk voor een jaar, alle focus op sport, maar niet structureel.

Dus dit jaar wilde ik zeker weer naar Buitenkunst, naar Randmeer, voor een speciaalweek, want dat is het allerleukste (een weekend doe ik zelfs niet meer: veel te druk en te veel festivalsfeer) en het werd een theaterweek over Shakespeare. Ik was superbenieuwd!

En het werd een heerlijke week. Zaterdag ben ik er op het gemakje naartoe gefietst, met m’n hele boeltje mee. De wind stond gunstig en ik fietste eigenlijk heel relaxed, ook al was het 150 km (dik 7 uur). Enige minpuntje was dat het net regende op het stuk door Het Gooi, en van de schelpenzandpaadjes werd alles smerig en mijn ketting ging kraken. Maar verder was het gewoon heel lekker. De polder, daar ben ik in de loop der jaar ook verknocht aan geraakt, dus vanaf de Stichtse Brug, met ook steeds meer zon, was helemaal heerlijk. Ik weet niet of ik het ooit eerder zo gemakkelijk en ontspannen heb gefietst.

Ik rijd altijd al lekker op de Afrikafiets, maar ik had er ook net een vaste voorvork op laten zetten (ik rijd toch nooit meer onverhard, dus geen nood aan vering), en nu is hij nog stabieler. Ik moet nog steeds een beetje wennen aan hoe hij eruit ziet, hier bespikkeld met Goois zand op z’n parkeerplekje bij de tent, met z’n nieuwe vork en voordrager:

Fiets bij tent

Een week lekker bezig geweest met Shakespeare (daarover later op mijn andere weblog meer). Een boel mooie dingen gezien van de andere groepen. Lekker gekampeerd, ondanks wat regen en enige zorgen om onze hoogbejaarde tent waar ducttape aan te pas moest komen omdat de reparatie-lijm ingedroogd was (oeps, foutje – als je op de foto hierboven kijkt, zie je bovenaan nog net zo’n stukje tape zitten). Beetje redderen bij het tentje, ’s nachts diep in de slaapzak kruipen, non-stop buiten – heerlijk. Zo’n week geeft een boel energie.

Het was gezellig, met een prettige groep en aangename tentburen. En het was voor Buitenkunst-begrippen rustig, dat vond ik wel fijn.

Gras met tenten in de verte

Uitzicht vanaf mijn tent: veel ruimte

Zelfs het ongedierte viel mee – het terrein wordt wel eens geplaagd door wespen en teken, maar nu bleef het bij een paar muggenbulten en een enkel kikkertje dat langs kwam door het natte gras. Gisterochtend moest ik een spin ongelukkig  maken:

spinnenweb

Goed kijken: spinnenweb met regendruppels

Voor mijn ego was het nog wel fijn om veel anderen te horen klagen over kou, praten over fleecedekens en rond te zien lopen in veel dikkere kleding. In kringen van triatleten en openwaterzwemmers ben ik nogal een koukleum, maar in artistieke kringen ben ik überstoer, hahaha. Nouja, nachtelijke kampeerkou is meer een kwestie van goede spullen.

We begonnen de dag steeds met een stevige warming-up, die mijn gebruikelijke oefeningen eigenlijk overbodig maakte, ook handig. Sowieso vraagt het dagelijkse leven net iets meer beweging dan thuis, en ik word ook altijd lenig van al het op-de-grond-zitten dat ik zo’n week doe.

Het sporten moest een beetje tussendoor. Op maandag was het warm en zonnig en toen ben ik na de workshop gaan zwemmen. Ik had natuurlijk geen wetsuit bij me (er zijn grenzen aan wat je op de fiets mee kunt nemen), en na 800 meter vond ik het wel best, met m’n witte vingers. Maar dat viel niet tegen, en het was wel heel lekker, in het Drontermeer.

Dinsdag en donderdag ben ik wezen lopen, dinsdag door de polder en donderdag het bos in. De rondjes gokte ik wat bij elkaar, en dat was allebei  iets korter dan ik vooraf had gedacht, maar het werd in de tijd ook krap (lunchpauze) dus het was wel goed zo – het is inderdaad best lastig te combineren, sport en Buitenkunst. Op vrijdag had ik het bijvoorbeeld veel te druk met onze uitvoering en die dag was sowieso vrij vermoeiend. Maar ik ben tevreden over wat ik wel heb gedaan. Hier liggen mijn zwem- en loopspulletjes in de tent (met daarboven weer een stukje ducttape):

schoenen, badpak, badmuts, zwembril

Ik ben ook nog twee keer naar Elburg gefietst voor boodschappen, maar dat is geen sport, dat is gewoon vervoer (6 km enkele reis).

Gister ben ik een eindje teruggefietst, naar Muiderberg, 68 kilometer. Daar heeft manlief me opgehaald. In 150 kilometer tegenwind had ik geen zin, het was net mooi zo. Met eerst nog flink wat regen, en daarna een heeeeeeeeeel lange rechte weg, van ongeveer het vliegveld van Lelystad tot aan het Gooimeer bij Almere Hout – ik heb een streep van 24 kilometer door de polder getrokken! Voor hoofd (Buitenkunst achter me laten) en lijf (even lekker doortrappen) was het precies goed zo, uitwaaien met zo veel ruimte om me heen. Prachtige roofvogels gezien ook nog onderweg, eentje van heel dichtbij.

Hier staat mijn fiets klaar voor de start, met op de achtergrond mijn kampeerafdruk in het gras:

Bepakte fiets voor lichte plek in grasHet blijft bijzonder om ’s ochtends m’n hele huishouden op te vouwen, in tassen te stoppen en dan zo mee te nemen. Het ultieme fietsen! Wel met een paar kilo aanhangend water, want het miezerde bij het inpakken, maar afgezien van de Hollandse Brug was alles natuurlijk zo vlak als een pannenkoek, dus dat was geen probleem. De ketting liep weer als een zonnetje, want in Elburg hebben ze alles, ook kettingsmeer.

Mijn enige fysieke probleem is geweest dat ik net voordat ik wegging speciale kampeer-Birkenstocks had gekocht: van plastic. Ik loop graag op Birkenstocks, maar de gewone kunnen niet heel goed tegen nattigheid, en in de zomer ben ik van het beleid: open schoenen, ook op nat gras enzo, want m’n voeten drogen wel en dan zitten ze niet opgesloten in laarzen ofzoiets (die ik bovendien niet mee kan nemen op de fiets). Dat plastic schuurde echter al op de eerste avond mijn iets vochtige voeten kapot, en met ook nog een middag regen eroverheen en gauw in Elburg gekochte Compeeds zagen mijn voeten er dinsdag zo uit, met de boosdoeners op de achtergrond:

Vieze voeten met drie compeedsIk hoop dat voeten en schoenen aan elkaar wennen, want verder is het wel ideaal: het lekkere Birkenstock-voetbed en dan waterbestendig. Gister stonden ze even voor de tent in de miezer, en daarna kieperde ik achteloos de plasjes uit en trok ze aan. Voor kamperen zijn ze superhandig.

Het is niet al te hygiënisch daar, door de blubber en met z’n allen in die paar douches, dus ik was een beetje beducht voor infectie, maar het is allemaal prima gegaan. Toch was ook dat wel zo’n momentje waarop ik dacht: hmm, vorig jaar had ik dit echt helemaal niet jofel gevonden. Groot gelijk dat ik toen niet ben gegaan.

Maar super fijn om dit jaar weer wel te kunnen!

Door |2017-08-13T15:42:52+02:0013 augustus 2017|Fiets, Loop, Zwem|0 Reacties

Ik kan het nog

Gister vastgesteld dat ik nog steeds de Keutenberg op kom, op m’n racefiets – de zwaarste klim van Nederland. Hoera! Ik vond het wel spannend, want het was al een hele tijd geleden (twee jaar? drie jaar?), dus voor het eerst als 50+’er, en bovendien met gister niet de beste benen én tegenwind. Het blijft een kreng, die intimiderende muur als je de hoek om komt, en die vraagt het uiterste van me, maar het is heel fijn als ie dan gaat afvlakken en ik kom nog steeds vooruit. Hoera, ik kan het nog! Er stond ’trappen, kut’ op het asfalt geschreven, misschien scheelde dat.

Verder ook lekker getoerd/getraind in Zuid-Limburg, met Jo (van haar zijn de foto’s). 100 km, met de bekende klimmetjes van de Amstel Gold Race. Af en toe in triathlonsferen, want zondag is de Ironman en we zaten met een deelnemer in de trein en we gingen ook een stukje over het al uitgepijlde parcours.

Ik op een klimmetje

Trein heen, trein terug, dat gaat net op een dag. Zo heb ik het vaker gedaan, ook vaker met Jo. Het lukt zelfs als er, zoals gister, geen treinen over de Moerdijkbrug rijden en ik dus via Utrecht moest, waardoor ik een uur langer dan anders dezelfde trein als Jo (uit Haarlem) had – gezellig. Op de terugweg wel weer wat gedoe met iemand die per se op de fietsenplek wilde zitten in een verder vrij lege trein, je hebt toch vreemde mensen ertussen…

Aan het begin regende het nog even, maar daarna veel zon en best warm. En loeiveel wind, die nooit echt gunstig stond en soms keihard tegen. Aan het eind vond ik het zelfs eng worden, want het voelde en klonk alsof er takken naar beneden zouden kunnen komen. Wat, zo zag ik op de terugweg van het station, in Rotterdam daadwerkelijk gebeurd was.

Paar nieuwe dingetjes ontdekt ook, ook al heb ik in dat stukje Nederland al heel veel kilometers liggen. Een nieuw klimmetje (Schweiberg), en dit monument voor Jean Nelissen op de Gulpener Berg, dat is er pas sinds een dik jaar:

Profiel, wielrenner, glas

Maar een boel was als vanouds, waaronder de vlaai:

Ik met vlaai en koffie

Door |2017-08-04T15:40:36+02:004 augustus 2017|Fiets|0 Reacties
Ga naar de bovenkant