Jaararchieven: 2015

Ik kan weer vooruit

Ik had voor mijn post van maandag de meest optimistische titel gekozen die ik kon bedenken, niet alleen maar kommer en kwel, maar ondertussen baalde ik toch behoorlijk, en waren er vlagen de afgelopen dagen dat mijn humeur tot ver beneden nul zakte. Met de nieuwe vloer hier ging maandag ook niet alles naar wens, of althans: we wisten dat er in zo’n oud huis als het onze verrassingen konden zijn, maar dat die zo groot zouden zijn, overviel ons toch. Ondertussen zag onze woonkamer er zo uit:

GatNouja, en ik moest ineens ruimte in mijn agenda zien te vinden voor een bezoek aan Hilversum, mijn werk moest ook nog af met werklui hier over de vloer (er zijn van die dagen dat kantoor-aan-huis zo z’n nadelen heeft), ik heb nog steeds last van die heup en ik ben bij vlagen bang geweest dat het hele-triathlon-avontuur voortijdig ging eindigen vanwege iets serieus aan mijn heupgewricht. Ik wist wel dat ik dan aan het doemdenken was (bestaat dat woord nog?), maarja, zo gaat dat soms.

En los van volgend jaar: er moet wel een mirakel gebeuren wil ik over 3,5 week kunnen starten in Bocholt, dus daar gaat m’n belangrijkste seizoensdoel overboord. En kort daarna ‘moet’ ik ook nog op wandelvakantie met die pijnlijke heup, aaargh!

Enfin, ik kreeg wat peptalk, o.a. van collega-sporters Jo en Nicole, en dat hielp wel. Die halve triathlon die in het water dreigt te vallen is maar een tussendoel, het komt wel weer goed. Er zijn belangrijkere zaken in de wereld, ik hoef er niet van te leven, ik doe het voor de lol. En ook wel, vanwege de angst dat het project hele triathlon voortijdig eindigt: ik heb wel mijn nek uitgestoken door te zeggen dat ik de hele triathlon als doel heb, dat heeft nogal een faalrisico. Ik had er daarom ook níet aan kunnen beginnen, kiezen voor de makkelijkste weg, ik schreef daar eerder over. Dus ik doe het mezelf aan, en dat wil ik ook. En verder is het een kwestie van nu geduld, kalmte en vertrouwen betrachten… niet altijd mijn sterkste kant, maar wel goed om mee te oefenen dus.

En langzaam-maar-zeker ging zo de zon weer wat meer schijnen, letterlijk (want ook dat nog: een echt lekker voorjaar is het niet, op het moment) en figuurlijk. Vandaag dus naar Hilversum geweest, aan het eind van een ochtend met nogal duidelijke stress-verstrooidheidssymptomen (oeps, even kalm aan en het koppie erbij!), met als resultaat:

  • De fiets had geen kapot lager maar waarschijnlijk speling en/of gebrek aan smeervet in het bracket. Het was niet heel duidelijk, maar Jeroen heeft alles los gehad, nagekeken en goed vastgezet, en de tik is nu weg – en hopelijk blijft dat zo.
  • Ik ga een ISM-zadel uitproberen (de PR 2.0). Dat merk noemden alledrie de vrouwen die ik de afgelopen dagen vroeg waarop ze reden (Rose, Sione en Marijke – dank). Ik heb dat maar eens uitgeprobeerd, het is wel even wennen want je moet er ver naar voren op gaan zitten, maar dan lijkt de druk weliswaar nog steeds ver naar voren te zitten (je zit in die triathlon-houding nou eenmaal  niet op je zitbotjes, bevestigde ook Jeroen), maar net wat verder naar opzij en minder ver naar voren dan bij het probleemzadel, waardoor de druk meer richting mijn liezen gaat dan naar mijn edele delen. Dat lijkt me op de langere termijn beter te harden, enfin, dat ga ik uitproberen: ik krijg van ISM een zadel op proef. Jeroen heeft de afstelling van m’n fiets er alvast op aangepast, ik ben erg benieuwd.
  • Jeroen had ook nog wel wat slimme dingen te zeggen over mijn heupblessure. Hij kon bijvoorbeeld vaststellen dat ik niet symmetrisch op het zadel druk, maar links harder dan rechts – wat op een bekkenprobleem duidt. Hij maakte daar trouwens een mooi plaatje van dat ik hier zal plaatsen als hij het me stuurt. Hij liet me ook nog een paar oefeningen doen op basis waarvan hij ook aan bekken- en middenrugproblemen dacht. Daarmee kan ik weer terug naar de fysiotherapeut, voor het oplossen ervan, op korte termijn (losmaken) en lange (voorkomen dat ik steeds die bekkenproblemen krijg, want dit is de zoveelste keer). Dinsdag ga ik weer, ik zou de tijd wel vooruit willen duwen!

Dus ik kan weer vooruit voorlopig. Wat me vooral hoop geeft, is dat die blessure mogelijk toch gewoon een kwestie is van iets wat vast en scheef zit, en wat dus weer los en recht te krijgen is. Tenminste, dat lukte tot nu toe nog altijd, dus waarom nu niet? En dan kan ik weer verder. Of het nog op tijd is voor Bocholt, weet ik niet – maar ach, dat was maar een tussendoel, toch? En ik kan dan in elk geval mijn nieuwe zadel goed testen op die 90 km!

Door |2015-05-20T17:56:28+02:0020 mei 2015|Fiets, Triathlon algemeen, Waarom|1 Reactie

111 Bilzen: niet alleen maar kommer en kwel

Inderdaad gister in Bilzen uitgestapt, na de eerste loopronde (kleine 4 km):

DNF in uitslagenlijstMijn linkerheup wil gewoon echt niet hardlopen op het ogenblik. Het is niet dat ik loop te verrekken van de pijn, maar per stap gaat het meer ’trekken’ eromheen: bilspier (voelde ik bij het fietsen ook al een beetje), lies, hamstring. En het voelt ook alsof het heupgewricht zelf minder ‘veert’, minder demping heeft dan rechts. Het is wel een beetje verbeterd sinds vorige week, maar dus niet genoeg om te kunnen hardlopen, en daar baal ik van, ik maak me nu ook serieus zorgen of ik over een kleine 4 weken kan starten op de halve triathlon. Dat heeft ook niet zo veel zin als ik dan al 6 weken niet heb kunnen hardlopen. Urgh. Op dat punt was ik gister niet zo vrolijk.

En er ging meer niet helemaal goed:

  • Ik kreeg op de fiets vreselijke zadelpijn. Ik was tot nu toe al niet helemaal happy met het zadel, maar ‘niet helemaal happy’ bij trainingen verandert in ‘niet te harden’ bij 100 km non-stop fietsen. Nouja, zinnige ervaring, ik moet op zoek naar een ander zadel. Ik zit niet op mijn zitbotjes, maar op mijn schaambeen, en ik plet daarbij mijn edele delen dusdanig dat het voelt alsof ze bont en blauw worden. Het hinderde gister echt: ik kon niet diep meer gaan en moest regelmatig omhoog komen om de druk er even af te halen en te zoeken naar een iets andere houding. Dat heeft me zeker enkele minuten gekost.
  • Tegelijkertijd met de zadelpijn ging er iets tikken, bij elke pedaalomwenteling. Steeds harder, eerst tik-tik-tik, toen tiktik-tiktik-tiktik, toen tiktiktik-tiktiktik-tiktiktik. Best wel irritant geluid, zeker als het toch al niet helemaal lekker gaat. Ik dacht nog aan iets onschuldigs, m’n toerenteller deed het ook niet, dus misschien zat er iets los ergens ofzo – al kwam het geluid van de andere kant. Maar eenmaal na de finish was het me duidelijk: kapotte lager in de trapas. Snotverdulleme, zeg, ik fiets nog geen 3 maanden op die fiets, nog geen 1000 km in totaal!

Dat ik desalniettemin, met ook nog een keer stoppen om te plassen tussendoor (ook een nieuwe triathlon-ervaring) bijna 30 gemiddeld heb gereden over 100 km, met een relatief lage hartslag, daar ben ik dan wel weer tevreden over, en ik heb ook goed kunnen eten en drinken. Zie deze opstelling – die banaan ging eraan halverwege!

Banaan in bovenbuistasjeEn ik weet nu dus ook hoe het gaat met de ravitaillering op zo’n lange afstand: je gooit je bidons weg in de ‘dropzone’ en krijgt meteen daarna nieuwe aangereikt. Dat was ook een nuttige ervaring. En tot slot was het nuttig om te voelen hoe het loopt na zo lang fietsen. Dat was eerst even niet makkelijk, maar later redelijk, al ben ik toen ook al heel snel weer moeten stoppen.

Het was sowieso niet alleen maar kommer en kwel. Ik was wel tevreden over:

  • Het zwemmen: ging niet hard, en zoals altijd vond ik het lang duren (ik raak nog steeds m’n gevoel voor tijd en afstand makkelijk kwijt in open water, zeker zo weer aan het begin van het seizoen), maar pijnvrij, en dat was al heel wat. Sowieso heb ik van m’n nek/schouder-probleem weinig last gehad: op de fiets werd het wel gevoelig, maar dat werd algauw overschreeuwd door de zadelpijn, en het hinderde niet, dat is echt goed aan de beterende hand.
  • Het fietsparcours was super en reden om ‘m nog een keer te willen doen, in betere doen: alles recht-toe-recht-aan langs het water, en zo fiets ik graag en dendert de triathlonfiets lekker door! Bovendien zie je de hele tijd aan je eigen én de overkant andere fietsers, dat was ook wel leuk. Het zijn drie rondes, en al in de tweede ronde kwam de voorhoede van de eerste start me voorbij, en dan is dus het hele parcours gevuld met fietsers. Die trouwens gemiddeld heel hard gaan: het niveau ligt hoog; ik zou ver in de achterhoede gefinisht zijn. Ik heb ook maar één fietser ingehaald onderweg, meestal zijn dat er meer. Ook manlief is ‘maar’ 42e van de 47 geworden in zijn categorie, ondanks zijn goede lopen. Hij had alleen wel maar heel weinig voorbereiding gehad: twee keer zwemmen, 50 km op de racefiets! En hij had, voor zover wij zagen als enige, geen wetsuit aan!
  • Organisatie was goed, hooguit krioelden er nogal wat niet-deelnemers bij de start en finish. De wedstrijd was berucht om z’n vele stayeren, en daar zouden ze streng tegen optreden. Ik heb dan ook niemand zien stayeren. Ik ben zelf nog wel een keer toegesproken door de jury, omdat ik te veel naar links reed, daar was het wegdek beter. Tsja, de ronde ervoor hadden we met een heel rijtje nog verder naar links gereden. Dat is wel het nadeel van strenge regels, die moet je dan goed handhaven, anders heeft het iets willekeurigs. Maar goed, het zag er allemaal wel eerlijk uit.
  • Het blijf altijd leuk om zo’n wedstrijd te doen, met al het gehannes met je spulletjes vooraf:Henk bij auto met fietsen en andere zooiDaarbij een leuk praatje met een andere 49-jarige deelneemster, overigens wel veel sneller dan ik! En daarna het opstellen van m’n territoriumpje in het parc fermé:Spulletjes bij fietsEn dan heb je nog onderweg van die kleine grappige momentjes, zoals de zwermen bidons die er lagen bij de twee heftige verkeersdrempels. Daar werd je voor gewaarschuwd, en dat was wel nodig, er was er één bij waarop je zó stootlek zou kunnen rijden. En de bidons vlogen dus in het rond.
  • En verder hebben we ook wel gewoon een leuk weekend gehad. We hadden in Bilzen een geweldige bed&breakfast, gerund door een man met vogels als grote hobby, dus we hebben hem piepjonge uilskuikens zien voeren, en een jonge valk. In de grote tuin zaten uilen, valken en kippen. Dat was al leuk, en verder was het ook prima, vooral het ontbijt! En waar het zaterdag nog nat en kil was, was het gister goed weer. We zijn nog enigszins toeristisch teruggereden, over Turnhout en Baarle-Nassau, om mogelijke files bij Antwerpen te voorkomen. Wel pas laat thuis, met al die spullen ook nog, en vanochtend om iets over 7 stonden ze hier voor de deur om onze vloer te slopen, oeps… nouja, vanavond maar vroeg naar bed!
Door |2015-05-18T09:35:44+02:0018 mei 2015|Triathlon algemeen|1 Reactie

Voorzichtig

Even een korte update: ik ben gister door de fysiotherapeut uit de knoop gehaald: schouder nog een keer, bekken nu ook. Dat voelt nu beter, dus ik heb voorzichtige hoop dat ik morgen in Bilzen voorzichtig kan lopen. En in elk geval hoop ik te kunnen oefenen met eten/drinken/ravitallering op de fiets – én ervan te genieten. Want dat was af en toe weg de afgelopen weken, met pijn en zorgen.

Daarvoor vooral loslaten dat ik maar steeds niet weet hoe ik toch twee weken geleden zo onverwacht en ernstig ín de knoop ben geraakt. Dat niet-begrijpen frustreert me, maarja – shit happens, zeggen we dan maar. En nu gewoon weer terug naar de lol! Als ik zo bezig ben met inpakken en nog eens naar het parcoursfilmpje kijk op de website, dan krijg ik toch ook echt wel de kriebels.

En dan komt er vanochtend via Twitter (retweet door @hansschoonen van @trimapper) een lekker inspirerend nieuwsbericht door: vandaag gaat een 85-jarige non proberen de oudste Ironman-finisher ooit te worden. Daar laat ik me graag door inspireren!

 

Door |2015-05-16T11:28:31+02:0016 mei 2015|Triathlon algemeen, Vrouwensport|0 Reacties

Tussen hoop en vrees

Vandaag heb ik een soort triathlon-doorloop gedaan, dus de drie sporten achter elkaar, om te kijken wat daar ook alweer allemaal bij komt kijken, en vooral ook om voor het eerst mijn sporthorloge in z’n ‘multisport-modus’ uit te proberen. Dat ging allemaal prima, met als resultaat een mooi nieuw symbooltje in Movescount:

Triathlon-driehoekEn een kaartje met per sport een ander kleurtje:

Kaartje met drie kleurenHet rood is het fietsen (verder doorgereden naar Delft), het lichtgroen lopen, en het oranje, jawel: de eerste keer buiten zwemmen van dit jaar! Dat viel niet tegen, ik vond het warmer dan verwacht. Ik kon in elk geval prima ademhalen, dat is het lastigste bij echt koud water. Het wetsuit houdt me wel warm, maar mijn hoofd in die kou, brrr – nouja, dat viel dus prima mee.

Nouja, da’s allemaal mooi dus, voor een generale repetitie, maar… mijn schouder is nog lang niet goed maar verbetert wel, maar het probleem ergens links achter bij mijn kont/bovenbeen is er nog, en dat verandert of verbetert al dagenlang niet meer. Ik kan niet hardlopen zonder pijn. En zo lang ik niet weet wat er aan de hand is, doe ik dus voorzichtig. En dat betekent waarschijnlijk dat ik zondag een ‘DNF‘ ga krijgen – dat ik wel ga zwemmen en fietsen, maar daarna niet of maar een klein stukje lopen.

Tsja – nu ik al twee weken niet veel heb gedaan, ben ik zo uitgerust als wat en voelen mijn benen prima. Erg jammer om daar niet zonder zorgen en niet voluit plezier van te hebben. Voor de verdere toekomst, vooral richting de halve triathlon over vier weken, tast ik nog in het duister en ik probeer daar maar niet aan te denken – in elk geval het fysiotherapeutbezoek van morgen afwachten.

 

Door |2015-05-14T18:52:41+02:0014 mei 2015|Triathlon algemeen|1 Reactie

Liever ga ik gewoon sporten

Wat een week! Het begon vorige week donderdag, 30 april, toen ik niet wist dat het zwembad eerder sloot vanwege de meivakantie en ik maar een half uurtje zwemtijd overhield. Glibberend over de natte zwembadvloer voelde ik iets raars in mijn rechterheup – ik zal me wel verstapt hebben, dacht ik nog, verder geen aandacht aan besteed.

Toen kwam zaterdag, met het aanrijdinkje en het kapotte achterwiel. Zondag voelde ik een klein dingetje aan de achterkant van mijn linkerbeen, ook bij het hardlopen. Ook niet veel aandacht aan besteed, totdat het na het hardlopen meer pijn ging doen en de dag erna zelfs bij elke stap binnenshuis – hamstringblessure. En die heup, die voelde ook nog steeds vervelend.

Wat al langer zeurde, was mijn nek – die wel vaker vastzit, ik moet die met enige regelmaat door de fysiotherapeut met manuele therapie los laten maken. Een paar weken geleden ook, maar hij was opnieuw vast gaan zitten en aan het begin van deze week zelfs muurvast, met pijn door mijn linkerschouder tot aan mijn elleboog aan toe – en scherpe pijn zelfs, bij sommige bewegingen, en ik kon er ’s nachts niet goed op liggen ook.

Kortom: aan het begin van deze week voelde ik me een wrak. Zwemmen deed pijn, lopen durfde ik al helemaal niet vanwege de hamstring, en fietsen alleen voorzichtig. En dat anderhalve week voor mijn eerste wedstrijd! Daar werd ik niet vrolijk van, zal ik maar zeggen. En ik ben voldoende beweegverslaafd om ook last te hebben van een paar dagen niet sporten. Woensdag, na ook nog een slechte nacht door die schouder, was ik strontchagrijnig.

Inmiddels is het weer wat beter. Vanochtend is mijn nek weer losgemaakt, en constateerde de fysiotherapeut geen rare dingen met mijn bekken ofzoiets, dus kennelijk is het allemaal toch gewoon pech, misschien iets raars gedaan zonder het te merken, eerst met die heup en later met die hamstring. Die twee dingen knappen nu ook goed op; Masseur Marcel vond het zelfs een verrassend grote vooruitgang tussen het extra bezoek van woensdag en mijn reguliere bezoek van vandaag. Ik slik nu een paar dagen diclofenac om alle ongein wat tot bedaren te brengen. En ik doe heel rustig aan – dan maar niet morgen in Limburg gaan fietsen, zoals eigenlijk het plan was.

En dan ga ik langzamerhand weer durven hopen dat ik volgende week toch gewoon kan starten. Zo’n week als de afgelopen, dat is vooral een grote mentale uitdaging. Vertrouwen houden, koppie erbij, en het nemen zoals het komt. Maar ik ga liever gewoon sporten.

Door |2015-05-08T17:36:19+02:008 mei 2015|Triathlon algemeen|1 Reactie

Decadent

Deze week is een aardige aanleiding om eens een thema aan te snijden dat regelmatig in mijn hoofd zit, namelijk dat triathlon eigenlijk een dure, om niet te zeggen decadente, sport is. Ik had het eerder deze week al over de sportvoeding die ik liet aanrukken. Die zijn er inmiddels, dus dit is de doos met peperdure suiker (en eiwitten trouwens):

Doos met bestelde sportvoeding

En alsof dat nog niet genoeg was, kwam daar gister bij, met nieuwe wielen en een paar andere spulletjes, plus de deelnamekosten aan een toertocht (inclusief shirt en bidon van Roompot), en wat benzine. Kassa!

Sowieso heb je spullen nodig voor drie sporten, en zijn triathlons als evenement ook bepaald niet goedkoop. De Ironman die ik in gedachten heb voor volgend jaar, die kost bijvoorbeeld maar liefst € 300, als ik me op tijd inschrijf, anders nog meer. Plus de reis, plus enkele hotelovernachtingen. Eerder dit jaar kocht ik een nieuwe fiets. En dan zwijg ik nog over de ‘vaste lasten’, zoals daar zijn: abonnement op sportschool en atletiekvereniging, de toegang tot de zwembaden, en vrijwel wekelijks een bezoek aan masseur Marcel. En ik ben nog niet eens een extreme triathlonspulletjesfanaat – denk alleen maar aan mijn 13 jaar oude racefiets.

Ik weet: niet alles is strikt noodzakelijk. Sportdrank, dat maak ik ook wel eens gewoon van druivensuiker. Dat nieuwe achterwiel, dat had met iets meer moeite wel goedkoper gekund. Lopen kun je ook zonder vereniging. Enzovoort. Zo is bezuinigen op zich wel mogelijk. Maar leuker wordt het dan niet altijd, en hoe dan ook houd je aanzienlijke kosten over. Als je fiets stuk is, moet je wat, bijvoorbeeld.

Ik kan het me permitteren. De zaken gaan goed, dit jaar, en sowieso zijn manlief en ik wat vroeger dinky’s genoemd werd: double income, no kids. Die term hoor ik al jaren niet meer, maar nog steeds hoeven we echt niet op een paar centen te kijken. En dat is maar goed ook, want anders zou ik deze sport niet kunnen beoefenen.

 

Door |2015-05-03T19:49:50+02:003 mei 2015|Triathlon algemeen|1 Reactie

Er gaat er wel eens een de mist in

Wiel aan achtergevel

Het oude wiel wordt klimop-rek

Een dikke maand geleden schreef ik over ons lucratieve bezoek aan het Westland, nou, vandaag kan ik het omgekeerde verhaal ophangen: ik heb vandaag aan 26 kilometer fietsen over de € 300 uitgegeven. Er gaat er wel eens een de mist in…

Manlief en ik zouden vandaag meedoen aan de Kreders Klassieker. Die hebben we vorig jaar ook gereden en dat was leuk, vandaar. Dus wij in alle vroegte op de fiets naar Zevenhuizen. Daar zou om 9 uur een gezamenlijke start zijn voor wie wilde, voor een pelotonstocht met een gemiddelde van 30 km/u volgens de mail. Nou, dat leek ons wel wat, tenminste, als er een beetje fatsoenlijk gereden zou worden, en anders gingen we gewoon samen verder.

Meteen vanaf de start ging het hartstikke hard, en dan krijg je met zo’n groep het beruchte harmonica-effect: er vielen meteen gaten in het peloton, nog versterkt doordat sommige fietsers het meteen opgaven, en die moet je dan voorbij om nog aan te sluiten. Dat lukte nog wel, maar even verder kwam een stukje met wat geslinger en een smal bruggetje, en daarna lukte het niet meer. Manlief zag toen ook nog hoe net voor hem de verkeersregelende brommers alweer door reden, dan moet je dus voorrang geven en raak je nog meer achterop. Nou, gaat lekker, zo’n pelotonstocht… zo moet het dus niet, fietsen in een groep (en zo gaat het wel heel vaak, vandaar dat ik ook graag alleen fiets).

Net toen ik had besloten er de brui aan te geven, in Moerkapelle, en al met de handjes op het stuur reed, reed er van achter een andere fietser tegen mij aan. Ik merkte er zelf eigenlijk weinig van, behalve dat ik hem hoorde vallen. Ik kon makkelijk afstappen. Ik kreeg meteen de schuld van hem, zo van: hoezo ging ik remmen midden in een peloton? Nouja, ten eerste remde ik niet, ten tweede was het peloton uit het zicht aan het verdwijnen, en ten derde reed hij mij achterop, aan wie ligt dat dan?

En ten vierde, ontdekte ik later: hij kon verder, ik niet. Tot mijn verbazing zat er een joekel van een slag in mijn achterwiel. Fietsen kon echt niet, en we moesten de fiets zelfs naar de plaatselijke fietsenzaak tillen. Daar is de fietsenmaker dik anderhalf uur bezig geweest met proberen het wiel weer recht te krijgen. Manlief voelde de bui al hangen en was dus ondertussen terug naar huis om de auto te halen. Dat bleek geen overbodige luxe: net toen hij terug was, gaf de fietsenmaker er de brui aan. Total loss, dat achterwiel. Ik hoefde niets te betalen, wat ik heel aardig vond. Maar een nieuw wiel had hij niet.

Fiets ingeladen, en eerst maar eens terug naar Zevenhuizen. Daar nog iemand gesproken van de organisatie van de Kreder Klassieker. Volgens hem was de bedoeling van de pelotonstocht meekomen met de Kreders, de prof-broers/-neven uit die familie. Dat is wel wat anders dan 30 gemiddeld. En dat stond er toch echt, in de mailKnip uit de mail van gister van gister:

Vervolgens door naar een grotere fietsenzaak, in Moordrecht. Daar gingen wielen alleen per twee, maar wel meteen, dus een half uurtje later zaten er twee gloednieuwe wielen op mijn vorige maand 13 jaar oud geworden racefiets. En was ik bijna 300 euro armer, want toen we daar toch waren… nouja, die trapfrequentiemeter en de antilekvloeistof stonden toch nog op de boodschappenlijst. Voeg daarbij ieder een shirt en bidon, à € 25 inschrijfgeld, en dan was dit een prijzig dagje. Daar heb ik dan wel twee mooie nieuwe wielen voor, maar dat was vanochtend nog niet nodig, en dat voorwiel sowieso niet. Nouja, vooruit dan maar.

Toen naar huis, en daar nog even een ommetje gemaakt om te kijken of alles het deed, en ja, dat gaat allemaal prima. Wel een beetje rare anticlimax-dag: weggaan voor zo’n 155 kilometer, uiteindelijk werden het er krap 43. Mooi excuus voor als ik straks onvoldoende getraind blijk te hebben – ligt aan vandaag! Nouja, ik ben vooral blij dat de schade alleen aan mijn fiets was, niet aan mijzelf.

Het nieuwe achterwiel

Het nieuwe achterwiel

 

Door |2015-05-02T19:44:24+02:002 mei 2015|Fiets|0 Reacties

Rekenen aan koolhydraten

Voor de komende wedstrijden heb ik voor het eerst ooit een echt voedingsplan gemaakt. Tot nu toe deed ik het altijd een beetje intuïtief voor de triathlons, en bij lange fietstochten zaten er appeltaart-stops en dergelijke in en kwam het ook altijd wel goed. Maar voor straks ergens tegen de 5 (Bilzen) en 6 (Bocholt) uur bezig wilde ik het wat grondiger aanpakken, zeker ook om te oefenen voor volgend jaar, want bij zo’n hele triathlon is genoeg voeding binnenkrijgen één van de grootste uitdagingen – ‘eten’ wordt wel eens de vierde triathlon-discipline genoemd.

Ik kan in theorie 70 gram koolhydraten per uur verteren, al weet ik niet of dat in de praktijk ook lukt, zeker bij het hardlopen niet. Dus kom ik voor Bilzen, geschatte tijd 4u45, uit op ruim 300 gram koolhydraten. Daarvoor moet ik ongeveer dit wegwerken:

  • Direct na het zwemmen, bij de eerste wissel: 1 sportreep
  • Op de fiets: eerst 2 dubbele boterhammen met appelstroop, dan nog een reep, twee plakken ontbijtkoek, een bidon sportdrank, en tegen het eind een gelletje.
  • Tweede wissel: tweede gelletje
  • Tijdens het lopen: een zakje sportwinegums.

En daarbij tot wel 4 liter water, maar dat wordt onderweg verstrekt. Andere dingen trouwens ook, maar ik weet niet of ik het ‘spul’ van de organisatie van tevoren uit kan proberen (nooit iets onbekends eten tijdens een wedstrijd!) en kan bemachtigen onderweg, dus ik ga er maar vanuit dat helemaal self-supporting ben, dan kan het alleen maar meevallen. De kunst is wel om alle benodigdheden meegenomen te krijgen op de fiets. Ik denk dat dat nét lukt, onder andere dankzij mijn nieuwe tasje:

Tasje voor op bovenbuis

 

 

 

 

 

Tasje, zeg ik tasje? Dat heet een tubebox – het zit, hartstikke aerodynamisch, op de bovenbuis direct achter het stuur, met plaats voor enkele gels/repen/boterhammen.

Overigens wordt er meer vloeibaar voedsel en gel aangeraden dan in dit plan, maar ik ben gevoelig voor misselijkheid bij te veel gelletjes en ik doe het beter op iets solider eten. Misschien wordt die ene appelstroop zelfs wel marmite, want een beetje zout, daar houd ik ook wel van.

Nouja, zo dus – en ik kon zo op tijd wat bijbestellen van mijn vertrouwde merken (Born, Amacx – jammer dat die webshop de GU Chomps niet meer heeft, daarvoor moest ik uitwijken). Binnenkort komt er dus een doosje tjokvol koolhydraten binnen. Eigenlijk peperdure suiker en veel kunstmatigere voeding dan me lief is, maarja, in dit geval heiligt het doel de middelen. Ik gebruik die sportvoeding vrijwel alleen bij wedstrijden, en daarvoor om te oefenen. Als ik gewoon ga trainen, houd ik het het liefst bij gewone boterhammen en krentenbollen, bij winegums uit de supermarkt – en die appeltaart!

 

Door |2015-04-30T10:46:07+02:0030 april 2015|Triathlon algemeen|2 Reacties

En toch

Mooi sportweekend, dit. Gister in Delft de Bertusloop gelopen, 10 kilometer, als tempotraining bedoeld, en daarom hard vertrokken. Het waren twee rondjes, en het eerste rondje kwam ik door in een PR op de 5 km van 25’30. Maar dat was al piepend en benauwd: bij zo intensief sporten in deze tijd van het jaar heb ik wel eens last van inspanningsastma van de hooikoorts. Verder amper last van en niet de moeite waard om voor aan de medicijnen te gaan – maar ik moest wel even gas terugnemen en heb de tweede 5 rustiger gelopen. Desalniettemin werd het één van mijn betere 10 kilometers, en mijn benen voelden uitstekend.

Vandaag een rondje Voorne-Putten gereden, dat schitterend lag te blinken onder de felle zon. Dit is de mooiste tijd van het jaar, met het frisse groen, bloesems, koolzaad, fluitekruid, de jonge blaadjes, lammetjes in de wei… heerlijk! Wel een pittig briesje, maar dat was niet zo erg, want ik wilde wat intensiever rijden, en dat lukte tegenwind goed. Het zadel van de triathlonfiets staat ook eindelijk goed: geen pijn meer aan de edele delen, geen geschuif. Dus: allemaal prima signalen in de aanloop naar de wedstrijden (over 3 weken de eerste!).

En toch. Ondertussen was ik met mijn hoofd af en toe elders. De berichten over de aardbeving in Nepal hebben me diep geraakt. We waren in oktober 2012 in Nepal, en ik vond het een prachtig, indrukwekkend land. Het is verschrikkelijk hoe zwaar het land getroffen is, met  duizenden doden en een heleboel andere ellende. Het is ook moeilijk te beseffen dat die bijzondere historische gebouwen er niet meer zijn – dat Patan nooit meer zal zijn zoals op de foto hieronder. Gelukkig is giro 555 geopend, en ik blijf het nieuws volgen – verder voel ik me knap machteloos. En verdrietig.

Patan

 

Door |2015-04-27T19:23:14+02:0027 april 2015|Fiets, Loop|0 Reacties

Wisselvalligheid: -10 %

Laatst rekende ik eens uit wat het verschil is tussen mijn eigenlijke duurtempo en het langzamere tempo dat ik dit seizoen vaak loop bij dezelfde hartslag (130). Met ‘eigenlijk’ tempo bedoel ik dat op goede dagen, en ook wat ik vorig jaar eigenlijk altijd liep: net boven de 6′ per kilometer. Nu zit ik vaak rond de 6’30: een kleine 10 % verschil.

Sindsdien zijn me nog meer ‘kleine 10 % verschillen’ opgevallen: tussen de goede 400 meter op de baan van afgelopen dinsdag en de niet-vooruit-te-branden ronde van vorige week. Tussen een snelle 100 meter zwemmen en eentje waarom ik alleen maar kan lachen zo traag. Of tussen mijn gewone zwem-duurtempo en dat toen ik vorige week woensdag totaal uitgeteld was van een zware werkdag (’therapeutisch zwemmen’ noemde ik het dan ook maar). Ik denk dat ik zeker de helft van de trainingen op die -10 % zit. Alleen op de fiets merk ik het niet zo, want ik gebruik geen vermogensmeter en op de (gemiddelde) snelheid hebben parcours, fiets en wind een grotere invloed.

Voor dat verschil van een kleine 10 % zijn soms redenen, zoals die zware werkdag, iets onder de leden, slecht geslapen, moe e.d. Maar heel vaak kan ik die reden niet bedenken, en het is ook wel eens zo dat ik verwacht dat ik wel op die -10% zal uitkomen, maar dan gaat het juist goed. Ik ben soms ‘zomaar’ 10 % langzamer dan mijn kunnen, of dan in mijn gewone doen. Het enige wat ik dan nog kan bedenken, is de invloed van de overgangshormonen, maar ook dat is niet heel duidelijk.

Mijn prestaties zijn dus nogal grillig, en dit seizoen grilliger dan ooit tevoren. Ik vind het lastig om mee om te gaan. Ik heb er geen grip op, ik baal ervan als ik mijn loopmaatjes niet kan bijhouden. Die 10 % is ook weggaan voor een PR op de 10 km en dan uiteindelijk in 57 minuten eindigen – een doordeweeks resultaat. Want het risico op zo’n -10%-dag bij een wedstrijd is er ook. En 10 % langzamer, dat scheelt op een halve triathlon een half uur, op de hele een heel uur. Dat is nogal een hap!

Ik probeer er zo ‘zen’ mogelijk over te zijn – dan vandaag maar niet hard lopen of zwemmen, de grote lijn is goed, ik heb geen blessures, ik ben lekker bezig. Ik time ook niet altijd alles. Maar soms knaagt het dus wel. Qua zwemmen knaagde het zo dat ik vandaag een privé-zwemles heb gehad. Ik wilde namelijk heel graag weten of de cursus die ik in de winter gedaan had, resultaat heeft opgeleverd, en aan mijn snelheid merk ik dat niet: op die goede dagen ben ik ongeveer net zo snel als vorig jaar. Nou is die zwemsnelheid heel relatief: 1 seconde per baantje scheelt op de kilometer 40 seconden, en dus op de hele triathlon maar een dikke 2 minuten. Daar hoef ik het niet voor te doen, maar die nieuwe techniek, is dat wat?

Ja, zei Roy van Zwemanalyse vanochtend, en hij had nog wat nuttige aanwijzingen. Of ik er ooit sneller van ga zwemmen, geen idee. Aan het eind zwom ik een 100-metertje,in 2’04. Ah, het is weer een -10 %-dag dus. Nouja, soit. Of had die les er zo ingehakt?

Door |2015-04-23T19:40:36+02:0023 april 2015|Fiets, Loop, Zwem|0 Reacties
Ga naar de bovenkant