Trainer

Evaluatie wedstrijdseizoen

Lang leve de korte afstanden!

Wat mij betreft is de kern van een evaluatie altijd de vooruitblik, dus hier komt-ie meteen: ik ga me volgend jaar in het triathlonseizoen concentreren op de korte afstanden, 1/8e en sprint, en stel dus de langere wedstrijden minstens een seizoen uit.

Twee redenen hiervoor:

  1. Ik heb dit seizoen de meeste lol gehad bij die kortste afstanden. Mijn beste prestaties heb ik geleverd op de 1/8e (PR in Ter Aar, op hetzelfde niveau gepresteerd in Wilhelminadorp), de sprint (PR en overwinning in mijn leeftijdscategorie bij de Bosbaantriathlon en mijn beste jaarprestatie was de sprint-run-bike-run van Triathlon 010, die dag voelde het geweldig) en op een kwart (persoonlijk parcours record, vergelijkbaar met mijn PR, bij Binnenmaas, en dat leverde een heuse podiumplek op).

    Op het podium bij de V50+ kwarttriathlon Binnenmaas



    Deels was het een beetje pech dat twee langere afstanden, Oud-Gastel en Bocholt, alsmede twee andere kwarten (Krimpen en Alphen) samenvielen met vorm-dips. Nouja, met een vrij pittige vormcrisis in het voorseizoen en met een dipje eind september.
    Maar deels zijn die korte afstanden ook gewoon goed te behappen en is het lekker om zonder voorbehoud te kunnen knallen. Bovendien zijn het de leukste, gezelligste evenementen. Ik heb ook dit seizoen weer ondervonden: het leukst zijn de kneuterige triathlons met een gemêleerd deelnemersveld. En tot slot: er zit nog rek op die PR’s. In Ter Aar heb ik helemaal niet goed gelopen door inspanningsastma en de Bosbaan was geen heel snel parcours en koud zwemmen. Wie weet, ook op mijn 52e nog op naar nieuwe PR’s?
    Dus puur en alleen voor het sportplezier vind ik de korte afstanden het leukste. Er is meer, ik wil meer, maar daarover strakjes.
  2. Ik heb nog een keer een goede trainingswinter nodig om mijn hardlopen vooruit te helpen en dan weer langere afstanden aan te durven. Ik kan geneigd zijn dit seizoen te zien als een verloren seizoen voor het hardlopen. Ik had in het voorjaar al de mislukte marathon en het gebrek aan progressie te ‘verknagen’, en in die vormcrisis in het voorjaar zakte mijn hardlopen, voor mij de moeilijkste van de drie sporten, het verste weg. Ik heb het weer genoeg uit die dip weten te trekken om de triathlons te volbrengen, maar echt goed heb ik geen één keer gelopen, hooguit in een training. En nog wel vaker was er iets waardoor ik een looptraining moest overslaan: pijntje hier of daar, moe.
    Toch ervaar ik het niet helemaal als mislukt, want ik heb wel stappen gezet op het gebied van techniek en een andere trainingsaanpak. Dat draait echter eigenlijk pas sinds eind juni weer een beetje, en dat was volop in het triathlonseizoen. Met de andere twee sporten ernaast lukte het in die korte periode niet om progressie te boeken. Dat kan alleen in de winter, als ik fietsen op een laag pitje zet en drie keer per week kan trainen en regelmatig een wedstrijd kan doen – alleen lopen dan dus, als wedstrijd, en niet lopen als sluitpost van een triathlon, dan bouw ik onvoldoende tempo-hardheid op. Maar komende winter komt dat er niet van, omdat we dan op reis gaan. Ik ga straks 3,5 maand helemaal niet lopen, daarna begin ik weer bij nul. 5 kilometer is dan voor volgend seizoen ambitieus genoeg. Een stap vooruit hoop ik dan in de winter van 2018/2019 te zetten.

Tevredener ben ik trouwens over de andere twee sporten:

  • Ik heb dit jaar harder gefietst dan ooit tevoren in triathlons, daarbij geholpen door mijn al niet eens meer zo heel nieuwe fiets waarmee ik nooit eerder echt goed in vorm korte afstanden had gedaan. Ik ben trots op een paar fietsresultaten, zoals de 2e fietstijd van de 40+-dames bij Triathlon010, de snelste fietstijd van alle vrouwen bij de Bosbaantriathlon op vrijdag, en de 33,1 km/u gemiddeld die ik bij Binnenmaas reed. Af en toe voelde het ook superlekker!
  • Ik heb ook beter gezwommen dan ooit te voren, volgende op het derde PR van dit kalenderjaar: dat op de kilometer zwemmen in januari. Ik ben al sneller geweest dan toen zelfs, het is er alleen niet van gekomen om dat ook goed te klokken. Ook met zwemmen stop ik straks 3,5 maand, maar ik kijk er nu al naar uit dat weer op te pikken volgend jaar.

Ondanks een aantal best goeie prestaties heb ik me in een wedstrijd maar één keer echt helemaal top gevoeld en er alles uitgehaald waar ik voor trainde (Triathlon 010). Deze foto is dus van het beste sportmoment van het jaar:  

2017_07_16_0155

Een paar keer zat ik ertegenaan, zoals in Wilhelminadorp en Binnenmaas, en ook op sommige trainingen heb ik me supergoed gevoeld en enorm genoten. Nouja, misschien is één zo’n piekmoment per seizoen ook al heel wat? De vorige twee seizoenen had ik dat helemaal niet gehad zelfs. 

Het was ook af en toe een moeilijk seizoen. Krimpen, Bocholt en Oud-Gastel waren eerder diepte- dan hoogtepunten, al ben ik achteraf best trots dat ik die laatste twee toch nog heb volbracht – het is dit seizoen bij één DNF gebleven gelukkig, en dat was wijs toen. Ook aan het eind ging het weer niet helemaal lekker, al ben ik uit die dip nu alweer uit de weg omhoog (geloof ik). Allebei de keren was de oorzaak duidelijk: de hormonale kermis die overgang heet. Ik had daar ook andere symptomen van, en het meest kenmerkende op sportgebied was dat ik in die vlagen het gaspedaal niet kon vinden.

Maar er is meer…

Dan de rest. Ik sport niet alleen voor de uitslagen en voor de prestatie. Ik sport ook niet alleen voor dat pure sportplezier van de korte afstanden. Ik zoek ook de uitdaging op van de langere, en ik verleg graag mijn grenzen. Het was op dat punt geen groots seizoen, maar aan het eind toch zeer bevredigend omdat ik dit jaar in kouder water heb gezwommen dan ooit tevoren. Dat is het soort grenzen-verleggen waar het me om gaat.

Wat me ook drijft, is nieuwe dingen doen. Dit jaar waren er een boel nieuwe dingen: nooit eerder deed ik zo veel wedstrijden (12), daarbij zat mijn eerste door-de-weekse triathlon en er volgden er nog twee, een nieuwe afstand in een nieuw land en ook nog eens de rommeligste triathlon ooit, mijn eerste start als onderdeel van een duo dus een triathlon met een pauze erin, mijn eerste korte run-bike-run en later mijn eerste officiële run-bike-run (dus niet als gemankeerde triathlon), andere nieuwe en voor herhaling vatbare parcoursen (Wilhelminadorp, Terneuzen, Alphen, Bosbaan). Voeg daarbij mijn nieuwe rol als trainer en als supporter van ‘Ironhenk’ en als helft van een Ironcouple:

Ironmen Henk Vermaas en Louise Cornelis

Er was een boel nieuws en goeds en grensverleggends dus en daarvan heb ik genoten en geleerd. Ook van de minder prettige kanten. Ik heb vooral door Oud Gastel ook weer stappen gezet in het leren omgaan met en het accepteren van het nu soms zo grillige lijf. Als het nu niet lekker gaat heb ik meer vertrouwen dat dat maar tijdelijk is. Bovendien zat er tussen die twee slechte vlagen een veel stabielere periode waarin ik me juist fitter en sterker dan in heel lang. Ik hoop dat dat een vooruitblik is geweest op hoe het er na de menopauze uit kan komen te zien. Ga ik dan betere jaren tegemoet?

Voor de langere termijn kriebelt er wel nog wat. Ik wil sowieso graag in 2019 in Almere starten (zeg ik nu). Dat kan dan weer, omdat dan manliefs ’project’ om van ’14-’18 de In Flanders Fields marathon te lopen afgerond is, en die is altijd in hetzelfde weekend. Maar in 2019 heb ik mijn handen weer vrij. Ik weet nog niet wat ik daar dan wil gaan doen: de halve triathlon (ik wil sowieso graag eens een halve doen in goeden doen, dat is er tot nu toe nog niet van gekomen), de hele in mijn eentje, of de hele als onderdeel van een trio of duo. Daar heb ik nog royaal de tijd voor om over na te denken.

En ja, dus toch weer gedachten over een hele? Ja, soms, een beetje. Nog steeds omdat ik denk dat het beter kan dan in Vichy en omdat het voor het zwemmen en fietsen wel te overzien is. En ook wel omdat ik afgelopen zomer heb ervaren hoe veel beter het kan zijn als de overgangshormonen zich een tijdje koest houden. En omdat ik dat grote doel toch ook wel een beetje gemist heb – hoe leuk het ook was om zo veel kleine doeletjes te hebben.

* * *

Dit seizoen laat zich niet vergelijken met het vorige, met zo’n duidelijke piek als de Ironman. Het was goed, ik kan ermee vooruit, maar het smaakt ook ergens wel nog naar meer. Niet meteen – ik ben moe, nu, ik merkte vorige week na de run-bike-run dat ik traag herstelde. Van de winter ga ik lekker op reis. Maar daarna… de toekomst kriebelt al!  

 

Door |2017-10-16T14:54:27+02:0016 oktober 2017|Fiets, Loop, Trainer, Triathlon algemeen, Vrouwensport, Waarom, Zwem|0 Reacties

Mijn coachees

Ik moet nog steeds een beetje wennen aan het woord maar ik weet geen beter: coachees. Als term voor de mensen van wie ik trainingsbegeleider ben, dus voor wie ik schema’s schrijf, aan wie ik advies geef, die ik train. Dat is allemaal nog nieuw voor mij – en het woord ook.

Over twee van mijn ‘coachees’ heb ik het hier recentelijk gehad. Het betreft mijzelf (zie hier, en mijn prestatie bij Binnenmaas sindsdien was op PR-niveau, dus het gaat echt wel lekker, zo op mijn eigen schema’s) en manlief, die met z’n Ironman-tijd van onder de 12 uur zijn eigen verwachtingen overtrof. Ik heb hem laatst nog eens gevraagd wat ik nou precies heb toegevoegd wat hij zelf als ervaren sporter niet had kunnen bedenken, en dat was vooral: structuur aanbrengen. Dus de ideeën in de brij in zijn hoofd ordenen tot een trainingsschema waar hij op terug kon vallen. En met succes dus!

(Ik heb hem trouwens afgelopen zondag ook weer heel letterlijk begeleid, maar dat was toch meer als echtgenote/supporter dan als trainer: ik heb weer met hem meegefietst tijdens de In Flanders Fields marathon:

Henk loopt, ik fiets ernaastAls trainer zou ik hem trouwens hebben afgeraden om 3 weken na een Ironman een marathon te lopen. Maarja, hij wil de historische jaren ’14-’18 volmaken daar en daar is ook wel wat voor te zeggen natuurlijk. En het ging naar omstandigheden goed – zie zijn verhaal erover. Bron foto: Facebook Kurt Lowie).

Verder begeleid ik Marcel. Hem ken ik al jaren als vakgenoot/collega, en we praatten ook wel eens over lopen. Marcel heeft halve marathons binnen de 2 uur gelopen, maar het lukte ook wel eens niet, en hij heeft een historie met een aardige verzameling overbelastingsblessures. En toen brak hij vorig jaar door een val van zijn fiets zijn heup. Hij was net uitgerevalideerd in de tijd dat ik voor mijn opleiding een jaarplanning en trainingsschema voor iemand moest masken, en dat heb ik toen voor hem gedaan om in ongeveer een jaar weer terug op niveau te zijn om een succesvolle halve marathon te lopen, in die 2 uur weer.

Marcel traint dus sinds begin maart met mijn schema’s, ik heb hem vorige maand ook nog een keer ‘live’ zien lopen zodat ik wat techniek-advies kon geven, enne: hij gaat als een trein! Hij maakt wekelijks progressie en voor hem was het een mooie mijlpaal om een jaar na zijn val voor het eerst weer aan een prestatieloop mee te doen: hij liep bij de Vlietloop 5 km in 28’15 (netto). En heel belangrijk ook: zonder blessure. Of in zijn eigen woorden:

Ben erg blij met je schema’s en je coaching van laatst. Als ik het zelf zou hebben uitgedokterd, zat ik nu waarschijnlijk met een blessure!

Kern van Marcels schema is doseren: hij moest van mij een verschil leren maken tussen rustige duurlopen enerzijds en snelle intervallen anderzijds – in plaats van alles even hard lopen. Dat is wat veel lopers doen: alle trainingen lekker hard lopen. Maar daar word je op een gegeven ogenblik niet meer beter van en het blessurerisico is wel vrij groot. Marcel heeft eerst vooral aan duur gewerkt en is nu stevig in de weer met intervallen. Ik ben heel benieuwd waar hij uit gaat komen – volgens mij kan hij op de halve marathon sneller dan die twee uur!

Dan ben ik verder ook aan de slag gegaan als trainer van een groep wedstrijdgerichte senioren en masters in Reeuwijk. Het is een leuke groep van vrij hoog niveau (ik zou zelf helemaal achterin lopen), maar wel met veel blessureleed. Iemand anders (Aad, die ik ken van RA) schrijft het programma en mijn rol is dus vooral die van het begeleiden van de training en het verzorgen van het techniekonderdeel. Dat doe ik ‘anders’ dan ze gewend zijn, wat vooral komt door mijn andere (niet-Atletiekunie-)opleiding en de meesten vinden het volgens mij interessant en leerzaam, net als de individuele techniek-feedback die ik geef.

Voor mijzelf is het ook leerzaam: echt voor de groep, een grote groep soms ook wel (rond de 20), veel vragen krijgen waarop ik soms wel maar soms ook geen antwoord weet (vooral over die blessures), en van die situaties moeten oplossen als afgelopen maandag in extreem slecht weer. Ik had een heleboel kleren bij me, maar uiteindelijk moest de training zelfs voortijdig beëindigd worden omdat het ging onweren!

Verder heb ik nog twee vrouwen geïnterviewd en en passant trainingsadvies gegeven. Eentje is gaan hardlopen als vervolg op ‘Beweeg je fit’, de ander zoekt naar mogelijkheden om te bewegen ondanks chronisch vermoeidheidssyndroom. Oja, en ik schreef ook nog een stukje over omgaan met wedstrijdspanning.

Maar nu dwaal ik af, dat zijn geen coachees meer, maar meer andere activiteiten als trainer/sportadviseur. Daar ben ik sowieso mee bezig: nadenken over wat ik voor wie wil gaan betekenen. Dit zijn mijn eerste schreden; als het aan mij ligt, komt er meer! 

 

Door |2017-09-12T18:09:15+02:0012 september 2017|Loop, Trainer|0 Reacties

Now he is an Ironman, too!

Zondagavond om ongeveer kwart voor 8 was het zover, in Kopenhagen:
 

Henk Vermaas, you are an Ironman!

Dat was 11 uur, 55 minuten en 17 seconden na zijn start. Hijzelf hield een tijd onder de 12 uur vooraf zo’n beetje voor onmogelijk, maar ik dacht wel dat dat erin zat, als het mee zou zitten – en dat deed het grotendeels. Ik kan dubbel trots zijn: als echtgenote en als trainingsbegeleider. En een beetje jaloers natuurlijk ook, op zo’n tijd en (relatief) gemak.
 
Hij is zelf nog bezig met zijn blog, houd dat in de gaten voor zijn eigen stoere verhaal, hier komt het vanuit mijn perspectief. Korte samenvatting: ik heb een bijzondere, intensieve en leuke dag gehad!
 
De wekker ging om half 5, oef. Nouja, we waren vroeg naar bed gegaan en we hadden goed geslapen. Alles stond klaar voor snelle ochtendrituelen, zoals hier onze afgedekte ontbijtpap:
 
Potjes op hun kop
Dus op tijd de deur uit en over eerst nog heel lege wegen naar Kopenhagen gereden. Het werd toen al licht, de zon komt vroeg op zo ver naar het oosten.
 
Ik heb Henk afgezet bij de start en ben toen de auto in de buurt van de finish gaan parkeren, in de binnenstad, zo’n 7 km verderop. Daar was, om 7 uur ’s ochtends, nog alle ruimte om te parkeren en op zondag is dat nogalliefst gratis. Een aardige hondenuitlater heeft geholpen om de logge stadsfiets (te leen van de airbnb) van het dak af te halen, en daarmee ben ik teruggereden naar de start.
 
Het fietsje bij de auto
Ik fietste nog langs de restanten van de night before: er zwalkte nog wat uitgaansvolk door de stad. Dat is op zondagochtend wel eens vaker, dat vroege sporters late uitgaanders tegenkomen – blijft maf.
 
Al meteen toen ik bij de strandlagune kwam, trof me hoe mooi het zwemparcours was: met een sliert zwemmers in de stralende ochtendzon.
 
zwemmers in de vroege zon
Even gekeken, geconstateerd dat de nummer 1 heel ver los lag en heel mooi zwom. Op de foto, genomen vanaf het bruggetje het verst van de start, is ze al zo’n beetje uit zicht op de terugweg, terwijl de nummer twee nog onderdoor moet komen! Links de voorhoede van de grote sliert van 3000 deelnemers op de heenweg.
 
Toen gauw doorgereden naar de start, waar Henk nog aan wal stond, want die startte in de laatste groep en uiteindelijk zelfs zo’n beetje als allerlaatste, om 7u52. Ik heb dus een praatje met hem gemaakt, hem zien starten, nagekeken en ben daarna een rondje om de lagune gaan lopen. Op elk bruggetje heb ik staan kijken of ik hem zag en foto’s gemaakt.
 
Henk zwemt
Hij zag mij vaak al eerder, want ik was wat herkenbaarder dan ‘iemand in wetsuit met paarse badmuts’, want daar waren er meer van aan het zwemmen 😉  Zijn fiets- en loopkleren had hij trouwens wel mede met het oog op zicht- en herkenbaarheid uitgekozen.
 
Het zwemmen bleef een heel mooi gezicht, en ik zag ook dat Henk lekker ging. Absoluut (hij heeft nog nooit zo snel gezwommen) maar ook relatief, want om hem heen werd nogal geploeterd terwijl zijn schoolslag er goed uit bleef zien. Het zwemmen is zichtbaar een zware dobber voor veel deelnemers. Henk haalde bijvoorbeeld best veel zwemmers in uit de eerdere, naar eigen inschatting snellere, startgroep, herkenbaar aan een andere kleur badmuts (de ‘groentjes’):
 
Tussen 'groentjes'
Na de laatste brug heb ik me strategisch opgesteld bij de uitgang van de wisselzone, voor de ‘fietsvertrekfoto’, maar toen zat hij achter iemand anders verscholen en zag ik vooral zijn rug, en hij mij niet:
 
Henk op de fiets op z'n rug gezien
Daarna heb ik de laatste zwemfinishers afgewacht. Er kwam er één 5 seconden voor de limiet (2u20) binnen, en minstens twee hebben het niet gehaald (een is er te zien op de foto hieronder). Ondertussen begon het grote puinruimen al, van onder andere een boel achtergelaten slippers:
 
Zooi en mensen op het strandje
Toen ben ik weer op de stadsfiets gestapt, en ben ik helemaal naar de andere kant van de stad gefietst, zo’n 15 km naar het noorden, waar de doorkomst van de eerste naar de tweede fietsronde was. Ik crosste lekker, voelde me helemaal geïntegreerd op m’n Deense fietsje door de fietsvriendelijke stad! Ik werd ook een paar keer in het Deens aangesproken, leuk zo’n land waar je niet als buitenlander opvalt.
 
Ik was ruim op tijd bij de doorkomst, zag onder andere de kop van de wedstrijd nog voorbijkomen, die gingen al richting het centrum van de stad om daar te gaan wisselen naar het lopen (nieuwsbericht profwedstrijd). Ik had daar een prima plekje, kon even zitten op een bankje bij een makelaarskantoor, totdat de bezemwagen voor mijn neus parkeerde:
 
De bezemwagen
Henk kwam precies op het verwachte/gehoopte moment langs (na 3 uur fietsen), maar ondertussen was het begonnen te regenen en ik moest paraplu en fototoestel tegelijk bedienen, samen met zwaaien en roepen en proberen de camera en mezelf droog te houden. Dat was een aardige multitaskuitdaging waar inzoomen bij inschoot:
 
Henk komt aangefietst in de nattigheid
Direct daarna veranderde de regen in een gigantische hoosbui, echt een wolkbreuk. Ik heb een tijdje in een portiek geklemd gestaan, met een boel medelijden met de triatleten (vooral met die ene)! Het duurde een minuut of 10, genoeg om aardig verkleumd te raken. Ik warmde eerst alweer op door terug naar de stad te fietsen, en ik vond een leuk tentje voor thee met wat lekkers en met wifi, zodat ik Henk later kon toeroepen dat Feyenoord gewonnen had. Hierbij droogde en warmde ik verder op:
 
Thee met iets met maanzaad
Fiets definitief geparkeerd; na naar schatting een kleine 35 km hadden mijn knieën het daar wel mee gehad. Hij heeft aan het eind wel nog dienst gedaan als pakezel toen we met al Henks spullen naar de auto liepen.
 
Toen was het alweer tijd om te gaan kijken hoe Henk binnen kwam fietsen, na 6 uur fietsen dus alweer keurig op tijd. Hier neemt hij de laatste bocht voordat hij de parkeergarage indook – de wisselzone was ondergronds: 
 
Nog één bocht te gaan
Het was daar op straat erg druk, met naast toeschouwers ook een heleboel gewone toeristen. Het viel me op dat de parcourswachters ook wel erg relaxed waren en regelmatig aan de late kant met overstekers tegenhouden en fietsers de weg wijzen. Ik hoorde later van iemand anders dan ook dat die daar een triatleet had zien vallen omdat er nog mensen aan het oversteken waren. Henk had daar gelukkig geen last van gehad.
 
Daarna heb ik me opgesteld langs het loopparcours, maar daar heb ik Henk in zijn eerste ronde niet gezien. Ik vond toen weer een plekje om te gaan zitten met goed uitzicht, en toen dacht ik: hier blijf ik zitten totdat ik hem zie. Dat duurde toen nog best lang, ik ging me zelfs een beetje zorgen maken. Ik begrijp ook nog steeds niet hoe ik hem gemist kan hebben in zijn eerste ronde. Maar alles onder controle toen hij voorbij kwam. Nouja, wat zere benen na/door die bui, zei hij, maar verder ging het goed.
 
Henk komt aangelopen
 Daarna ben ik doorgelopen voor het obligate plaatje van Kopenhagen:
 
De zeemeermin
Henk liep er vlak langs maar had haar niet gezien, wat niet zo gek is – ze zit nogal laag en er staat een meute toeristen omheen.
 
Op diezelfde plek zag Henk mij even later echter ook niet, maar ik hem wel:
 
Daar loopt-ie weer
Daarna ben ik weer een stuk opgeschoven en zo zag ik hem nog een paar keer voorbijkomen. Ondertussen had ik af en toe wat tijd over en ik bracht onder andere een bezoek aan het zoveelste openbare toilet van Kopenhagen, ik stopte nog een boterham in mijn mond (echt avondeten schoot erbij in) of ik maakte nog eens een toeristenkiekje:
 

Nyhavn

Dan moest ik steeds weer klaar staan voor de volgende passage + foto. Soms mislukte er iets, hier had-ie echt even harder moeten lopen 😉 :
 
Henk amper in beeld
Aan het eind van Henks derde loopronde zei ik tegen hem dat ik naar de finish zou gaan en dat ik hem daar over ongeveer een uur verwachtte, wat hem op dat moment nog wat te optimistisch leek. De minuten kropen weg, ik zat de hele tijd op mijn horloge te kijken – en het regende weer. Al veel te vroeg zat ik paraat op een plek waar ik hem kon zien aankomen, wel nog met een leuk praatje met de moeder van een deelneemster uit Man.
 
En toen zag ik in mijn ooghoeken ineens al iets wit-roods aan komen lopen, dik binnen dat uur! En in totaal binnen de 12 uur (zie hier voor de details van de getallen)! Wauw!
 
Bij de finish was het erg druk en hij is nauwelijks te zien op deze foto, maar hij loopt er echt, als je goed kijkt zie je iets wit-roods tussen de middelste Ironman- en KMD-vlag, dat is zijn rug en achterhoofd. En het is ook echt zijn naam in die rode lettertjes op dat ‘scorebord’ in het midden, met zijn geweldige tijd erop:
 
Meute
Dat was voor mij ook nog een lastig multitaskmoment, met ook nog proberen een geluidsopname te maken van het ‘you are an Ironman’ – wat ze net niet zeiden, maar wel duidelijk zijn naam en iets met ‘raise your hands up in the air’ en ‘Rotterdam shirt’.
En toen gauw kijken of ik ‘m kon vinden. Net als in Vichy vorig jaar zat er eerst een hek en afstand tussen ons:
 
In aluminiumfolie
Ik kon hem pas knuffelen toen hij met al z’n spullen werd ‘losgelaten’ op straat – ondertussen kwam er nóg zo’n plensbui over. Een Deen zei iets tegen mij dat ik niet precies verstond maar het klonk als ‘piesweer’ en dat heb ik maar beaamd.
 
We waren vlot bij de auto, maar met de auto de stad uitkomen in het donker en met nog een boel wegafzettingen was lastig. Gelukkig was het niet heel druk. Om een uur of 10 waren we terug in Øm en kon de kersverse Ironman eindelijk aan het bier + chips, in zijn nieuwe shirt:
 
Tegen middernacht lagen we in bed. Zodra ik mijn ogen dicht deed, zag ik weer eindeloze drommen hardlopers voorbij trekken. Ik had urenlang intensief naar sporters getuurd; ik ging sommige andere deelnemers ook herkennen (de zwemmer zonder zwembrilletje, die kerel met dat kleurrijke shirt, die dame met net zo’n trisuit als ik, die ene uit China, de Ier met mijn geboortejaar als startnummer, enzovoort). Het was voor mij ook een lange, intensieve en prikkelrijke dag geweest. Desalniettemin heb ik goed geslapen – en Henk helemaal!
 
Om het hele verhaal nog even af te maken: maandag hadden we een luie day after, waarop we in Roskilde smørrebrød hebben gegeten…
 

Smorrebrod

….terwijl Henks spullen uit hingen te wapperen:

Was aan de lijn

Ik heb nog een rondje gelopen, onder andere langs het kerkdorpje Glim – ook weer met een bui, in de wind en echt warm was het ook niet. 

Dinsdag hebben we de airbnb vaarwel gezegd en de lange autorit naar huis gemaakt, dit keer via het veer van Rødby naar Puttgarden (op de heenweg waren we door Jutland en over de Grote Beltbrug gegaan) 

En daarnet is de inhoud van Henks transitietassen linea recta de wasmachine in gegaan – we zijn weer thuis!

Voor wie meer wil zien: alle foto’s staan op Henks Flickr.

Door |2017-08-23T15:03:12+02:0023 augustus 2017|Trainer, Triathlon algemeen|0 Reacties

Trainen

Op het uitroepteken van vorige week volgen zeven wedstrijdloze weken. Het is zomervakantie, dan zijn er niet zo veel triathlons, en we hebben andere plannen. Het is dus een mooie ’tussentijd’ om lekker te trainen. Ik hoop het zwemmen te consolideren, mijn duurconditie op de fiets nog stevig te verbeteren en de stijgende lijn van het lopen uit te bouwen.

(Ik zeg ‘ik hoop’ want dit was meteen niet de makkelijkste trainingsweek. Dinsdag stond ik al klaar om met sportmaat Philip in de Schie te gaan zwemmen, maar toen dreven daar een heleboel dode vissen (zie nieuwsbericht). Het was echt geen porem, al viel ons niet-zwemmen-leed wel in het water (nouja, niet dus) in vergelijking met het dierenleed. Gister heb ik heerlijk gefietst, heen en weer naar Arno in Hoofddorp, dikke 120 km, maar er ging iets vaag zeer doen in mijn lies wat gisteravond zeer pijnlijk werd, geen idee wat het is. Vandaag kalm aan dus, het is niet weg maar beter dan gisteravond.)

In die tussenliggende periode ga ik ook bezig met trainen in die andere zin van het woord: als trainer. Nouja, dat ben ik sowieso al een klein beetje, als trainingsbegeleider (‘schemaschrijver’) van mezelf, manlief en Marcel. Met mezelf ga ik in die zeven weken dus sowieso aan de slag, manlief heeft in die tijd z’n grote evenement en Marcel ga ik zien. Afgelopen week ben ik bovendien bij een groep-met-vacature bij een andere atletiekvereniging wezen kijken en daar ga ik de komende twee weken aan de slag als proeftrainer. Het boek met trainingsadviezen ‘voor gewone mensen’ samen met Nicole vordert ook langzaam-maar zeker.

Over beide kanten van trainen de komende tijd dus meer! Ik heb een nieuwe categorie aangemaakt op dit weblog: ‘Trainer‘.

Door |2017-07-22T17:31:42+02:0022 juli 2017|Fiets, Trainer, Zwem|0 Reacties

Kijk nou! Trainer!

Diploma hardlooptrainer Running HollandAfgelopen zaterdag was de laatste bijeenkomst, in een zonovergoten Amsterdams Bos. Hier met de hele groep – iedereen is geslaagd, en die met de bloemen is docent Wim Schoots van Running Holland:

Groep met certificaten in de zonHet was leuk, ik vond het vooral een heel erg fijne groep, en het was dus zaterdag óók jammer dat het erop zit, al ben ik bij om niet meer om de haverklap op zaterdag naar Amsterdam te moeten. Ik zal het samen ‘buiten spelen’ in het Amsterdamse Bos (zon) en het Olympische Stadion (ik zal me de sneeuw van 11 februari lang heugen) toch ook wel een beetje missen.

Ik heb er veel van geleerd, maar ik heb op lang niet al mijn vragen op het gebied van trainingsleer antwoord gekregen. Dat vond ik wel lastig soms, maar het bevestigde me wel in het idee dat hoe meer je afwijkt van de prototypische sporter (jong, man, getalenteerd en gezond van lichaam en geest), des te minder antwoorden er zijn, en des te minder maakbaar het allemaal is. En daar kan ik wel mee verder.

De komende tijd ga ik me bezinnen op wat ik ermee ga doen. Dat suddert al een tijdje, en ik zal plannen hier melden zodra ze concreter worden.

Door |2017-04-10T09:27:04+02:0010 april 2017|Loop, Trainer|1 Reactie

Terugblik: turbulentie!

Flyer toneeluitvoering BloedbruiloftZomaar ineens was dat grote doel waar ik twee jaar naar toe had gewerkt behaald en het proces ten einde. Zeker in de laatste maanden had het een groot deel van mijn tijd en aandacht opgeslurpt, en had ik er nogal wat voor opzij geschoven – ik schreef daar eerder over (voorbeeld). Van die focus heb ik enorm genoten, maar ik heb er ook naar uitgekeken om weer tijd en aandacht te hebben voor andere dingen.
 
Zo had ik me al voor de Ironman ingeschreven voor toneel (in februari uitvoering, komt dat zien!), een opleiding in de acceptance-and-commitmenttherapie (ACT) en ik had me voorgenomen om eindelijk examen te doen in de schriftelijke cursus Sportpsychologie en coaching die ik anderhalf jaar eerder in huis had gehaald.
 
Dat is allemaal gelukt:
 
Certificaat ACT-opleiding
Diploma sportpsychologie en coaching
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Als eindopdracht voor die opleiding Sportpsychologie heb ik trouwens een workshop ‘Omgaan met wedstrijdspanning’ ontworpen. Geschikt voor groepen, dus als iemand interesse heeft voor bijvoorbeeld de atletiekvereniging, hoor ik dat graag. Ik heb het thema geïllustreerd met wat ik nog steeds één van mijn mooiste Ironmanfoto’s vind – van kort voor de start:
 

2016_08_28_0063

 En toen… zat er nog meer ruimte in mijn tijd en er kriebelde van alles,  ook nog eens aangewakkerd door die ACT-opleiding (die was erg leuk, goed, nuttig), en ook wel omdat het met mijn werk redelijk rustig was. Met een beetje kabbelen neem ik niet zo gauw genoegen, vandaar dat gekriebel.
 
Het leidde uiteindelijk tot drie nieuwe plannen die nu volop in werking zijn:
 
  • Ik ga weer een boek schrijven! Of ik moet zeggen: we, want het is samen met Nicole. De werktitel is ‘Je hoeft geen supermens te zijn om  je grenzen te verleggen’; we willen trainingsadviezen geven voor ‘gewone stervelingen’ of ‘mindere goden’ (‘voor losers’, zegt manlief). Ons is het namelijk al een tijd een doorn in het oog dat de trainingsadviezen die je in boeken en op internet vindt, gericht zijn op, of op z’n minst afgeleid zijn van, toppers. Daar vindt immers het onderzoek plaats, en daar verdienen trainers het beste hun brood. Maar als je, bijvoorbeeld, ouder bent, minder getalenteerd of ergens een andere beperking hebt, dan vind je weinig. Dat gat willen wij vullen, deels met echte adviezen en kennis, deels met ervaringsverhalen van onszelf en anderen – en Nicole voegt daar een geweldige dosis humor aan toe!
    Er is een hoop meer over te zeggen, natuurlijk, maar dat doen we wel in het boek. Jullie horen er natuurlijk te zijner tijd meer over – na deze terugblik zet ik een punt achter dit weblog, maar ik zal nog zeker terugkomen als er iets te melden is over het boek. Dat kan nog wel even duren natuurlijk. Als je ideeën hebt voor de uitgave ervan, dan horen we dat graag!
  • En toen…. Besloot ik ook nog hardlooptrainer te worden, althans, de opleiding te gaan volgen. Sinds half november ben ik HIO, hardlooptrainer-in-opleiding, bij RunningHolland. Ik vond het tijd worden om twee jaar gemopper op hoe de trainingen bij RA gaan om te zetten in iets constructies (probleem is nu wel dat ik alleen maar kritischer word, maarja, da’s een tussenfase), een papiertje halen leek me goed voor mijn geloofwaardigheid als schrijver van een boek met trainingsadviezen, en ik heb nog vagelijk ook wel een gevoel van missie om iets te betekenen vooral voor vrouwen die zich tegen heug en meug naar de sportschool slepen omdat ze ‘moeten’ sporten. Maar concreet is dat nog niet, ik heb nog geen heldere plannen voor zelf trainer zijn.
    Eerst die opleiding maar eens. Die is leuk maar pittig. Ik heb er veel aan voor mijn eigen lopen (zie mijn verhaal van eerder over techniek, dit is de andere ‘input’ voor daar hard aan werken op het ogenblik), vind het leuk om met de groep samen te trainen en elkaar aan het werk te zien, ik leer ervan bijvoorbeeld op het gebied van anatomie en fysiologie en ook po het gebied van hardloop-trainingsleer meer tot in detail dan eerder. Ik vind het leuk om zelf trainingen te geven en dat gaat ook goed tot nu toe – ik heb al flink wat kwaliteiten gescoord, want dat is de beoordelingswijze.
    Maar het kost wel veel tijd (dertien zaterdagmiddagen in Amsterdam, plus flink wat huiswerk) en ik vind het soms oncomfortabel om de langzaamste te zijn in de groep – want ja, dat ben ik, en ik heb zelfs al een stuip van faalangst gehad bij een moeilijke oefening. Hoe het eraan toe gaat sterkt me wel in de overtuiging dat er een gat in de markt is voor trainers speciaal gericht op de mindere goden.
  • Van een heel andere orde: ik heb de moed bij elkaar verzameld en ben gestopt met de hormoonsuppletie die ik sinds april gebruikte vanwege mijn slechte slapen, vermoedelijk een overgangskwaal. De pillen hielpen (denk ik), maar ik voelde me er oncomfortabel bij: ervoer het een beetje als de natuur tegenwerken (overgang is geen ziekte) en mezelf chemisch aanpassen om de ratrace vol te kunnen houden, iets waar ik bij ritalin en anti-depressiva altijd tegen ben geweest. Bovendien had ik zo geen idee meer hoe het zat met mijn eigen veranderende hormonen. Ik voelde me wel heel kunstmatig vlakgetrokken. Dat was lekker, maar ook onnatuurlijk. En wat ging ik zo uit de weg?
    Ik voelde me in de periode na de Ironman zó goed dat ik dacht: ik durf het wel weer zonder. Zelfs als het slapen weer zo slecht wordt als ervoor, trek ik dat voorlopig wel, en hopelijk kom ik dan hormonaal in rustiger vaarwater. Mocht ik het niet trekken, dan zijn die pillen er als vangnet. Maar nu: weg ermee! 
    Ik vond het superspannend, maar het gaat prima. Ik slaap redelijk – goed genoeg in elk geval. Minder goed dan met de pillen of dan vroeger, maar veel beter dan de voorgaande vijf jaar, royaal genoeg om goed bij te functioneren. Ik snap ook beter waarom ik slecht slaap als dat zo is, wat meer grip erop geeft. Meer in het algemeen voel ik me op dit moment niet die speelbal van mijn hormonen die ik vorig jaar was. Terwijl het allemaal nog zeker niet voorbij is: nog geen menopauze in zicht. Wel word ik minder vaak ongesteld (hèhè, eindelijk). 
    Over het allerslechtste slapen van vorig jaar denk ik achteraf dat ik mogelijk op het randje van overtraindheid zat, als gevolg van de lange duurlopen in de aanloop naar de marathon en daarna het trainen te vroeg weer te zwaar oppakken. De combinatie van winter + hormonale disbalans + iets te zwaar trainen ontregelde mijn slapen kennelijk, waardoor het helemaal een uitputtingsslag c.q. vicieuze cirkel werd. Maar slecht slapen deed ik de 4 jaren daarvoor ook al, en waarom het ten opzichte daarvan nu zo veel beter is, weet ik niet. Ik ben echt niet vier jaar lang overtraind geweest. Maar ik ben wel blij met hoe het nu gaat!
En zo was het dus in oktober en november best turbulent. Ik zat in verschillende opleidingsachtige situaties tegelijk, dat was druk, en ik moest me in al die situaties verhouden tot enerzijds de groep en anderzijds de persoon vóór de groep (die ook nog wel eens wat over mij roept, zeg maar), en dat terwijl ik het spannend vond hoe het met mijn slapen zou gaan. Maar zo heb ik het gevoel dat ik mezelf ook wel heel hard ontwikkelde. Die comfortzone, die was ik onderweg naar de Ironman al kwijt; ik heb ‘m nog steeds niet teruggevonden!
 
En oja, ondertussen  moest ik ook nog gewoon werken. En dat werd nog een okee jaar ook, dat ik onlangs financieel kon afronden op net iets meer dan mijn streefomzet, en een boel interessante dingen gedaan ook. De zomer was erg rustig, maar dat kwam goed uit dit jaar!
 
Zwart gat na de Ironman? Absoluut niet. Eerder is het zo dat ik aan het Ironmanproces extra zelfvertrouwen heb overgehouden en dat meteen heb benut. Frappant genoeg verscheen precies daarover een artikel in Pyschologie Magazine van november: dat dat de meerwaarde is van afzien. Sportpsycholoog Gerald Weltevreden legt het in dat artikel uit. Blijf je altijd maar in je comfort zone, dan daalt je zelfvertrouwen. Van een uitdagend doel stijgt het – als het maar niet té uitdagend is. Ik had dat zelf op die manier nog niet zo helder voor ogen, maar het vat wel de afgelopen periode in één keer samen.
 
Ik zei eerder al, hè: geweldig, dat Ironman-proces. Kijk eens wat het oplevert!
 
Door |2017-01-06T10:33:46+01:006 januari 2017|Boeken, Loop, Trainer, Triathlon algemeen, Vrouwensport, Waarom|0 Reacties
Ga naar de bovenkant