Loop

Hollen-rollen-hollen

‘Hollen-rollen-hollen’ bedacht manlief vanochtend onderweg in de auto naar de run-bike-run van Spijkenisse. Ik ging daar meedoen aan de recreanten-startserie over 5-20-2,5 km. Dat leek me wel een leuk einde van het seizoen: ik had vorig jaar al naar die wedstrijd zitten kijken maar toen was ik te laat met inschrijven, en zeker na mijn goede run-bike-run in juli leek het me wel wat. Dat was toen nog een gemankeerde triathlon geweest, en zo heb ik vaker hollen-rollen-hollen gedaan, maar nog niet eerder een officiële. 

‘in de auto’ schrijf ik hierboven, nou, dat zaten we nogal lang want eerst leek het erop dat de A15 afgesloten zou zijn, maar dat was geen probleem, maar in Spijkenisse was wel een grote, slecht aangegeven omleiding, en zo zagen we nogal wat van die stad… Op de terugweg was het ook raar druk trouwens. 

Eerder deze week keek ik op de startlijst en toen zag ik dat ik veruit de oudste vrouwelijke deelnemer was. Nouja, er stond nog een oudere op, Nicole, we hadden ons samen ingeschreven, maar van haar wist ik dat ze geblesseerd was. De op één na oudste dame was 14 jaar jonger dan ik – ik voelde me een beetje de oma van het gezelschap.

Age is just a number, maar net de afgelopen weken slaat mijn leeftijd me weer aardig in mijn gezicht, althans, de levensfase: ik heb een lastige vlaag van de overgangshormonen. Ik slaap alweer een tijdje wat slechter en net in de afgelopen week heb ik twee nachten van maar een uur of vier slaap achter de rug. Ik voel me af en toe raar, en heb ook voor het eerst regelmatig opvliegers, nouja, opvliegertjes, dat valt allemaal nogal mee  – het slapen is het echt vervelende. Tussen vrouwen van ver onder de 40 voelt dat toch wel als ‘you ain’t seen nothing yet’, al zou ik dat nooit zo tegen ze zeggen, want vanwaar bangmakerij en een deel van de vrouwen gaat er zonder problemen doorheen rollen, want dat kan ook. Bij mij gaat het nogal met vlagen, en dit is weer even (?) een taaie.

Dus geen idee wat het lijf wilde. Nou, voor mijn doen ging het best redelijk. Maar ‘recreanten’ bij zo’n start, dat zijn er niet zo veel, maar ze gaan wel kogelhard. Dit was het groepje:

Net voor de startAl meteen hing ik in een clubje achteraan, maar wel met de moed erin, zo blijkt uit mijn zwaai naar fotograaf-manlief:

Klein clubje achteraanNog iets later vormde ik met die ene dame in Mickey-Mouse-tenue de achterhoede:

Met z'n tweeën achteraanBij de doorkomst na één ronde van 2,5 moest ik haar laten gaan en was ik dus nummer laatst:

Op een gaatjeIk had er even een hard hoofd in….

Moeilijke blikMaar het gat met haar werd niet groter en ik wist ook wel: ik ga er op de fiets wel een paar voorbij. 

Het was zelfs al eerder: ik haalde diezelfde dame in de laatste kilometer terug in…

…wisselde er nog één voorbij en begon dus aan het fietsen met twee deelneemsters achter me. Ik heb er nog drie of vier ingehaald, en die kwamen mij niet meer voorbij, maar die ene dame is uitgestapt en misschien waren dat er nog wel meer, waardoor ik in de uitslag als op-twee-na-laatste sta, maar ik dacht dat ik er vier achter me heb gezien. Nouja, voor wat het waard is. Overigens heeft manlief die uitstap-dame nog vastgelegd – ze had kennelijk fietspech gehad en werd terug naar de wisselzone gereden met een moter:

Fietster met motor

Aan het begin van het fietsen heb ik zelf iets tijd laten liggen door te zitten rommelen met de knopjes van mijn horloge, dat dan ook niet precies geregistreerd heeft. Hier ben ik daar nog mee bezig (en ja, er lag wel een fietspad, hoor, niet te zien op de foto, maar het was geen cross)Kloten met knopje

Ik ontdekte wel, eindelijk, na een heleboel gedoe met het knoppie-drukken dit seizoen, dat ik m’n horloge tegen mijn eigen hand aan op het slotje druk, waardoor ik het niet meer kan bedienen. Met m’n dunne en mobiele pols is het lastig dat anders te doen, maar daar kan ik volgend seizoen op gaan oefenen. 

Mijn fietstijd, nog geen 30 gemiddeld, valt me een beetje tegen, was dat de tegenwind heen of de invloed van het voorafgaande lopen? Het voelde goed, maar het was wel een eenzame strijd: recht-toe-recht-aan over een dijk naar nergens, keren en weer terug, met grote gaten tussen de deelnemers. Voor het publiek was het ook niet zo aantrekkelijk, want je zag de fietsers alleen vertrekken (foto boven) en terugkomen:

Terugkomen op de fiets

Toen het laatste stukje lopen, waarbij manlief me toeriep dat ik moest blijven lachen, dus het moest een run-bike-run-smile worden, en dat is aardig gelukt. Hij riep ook dat ik ontspannen moest blijven lopen, en dat lukte ook wel aardig.

Lopen

Finishen in 1u26-nogwat is niet heel geweldig maar wel okee. Het was bijna droog gebleven en best lekker van temperatuur, dat is ook mooi meegenomen op het ogenblik (manlief had gister bij de Kustmarathon heel wat heroïscher omstandigheden getrotseerd!). Dus lekker gesport, maar geen hoogtepunt, deze wedstrijd. Het blijft toch ook zo dat de ‘bredere’ velden het gezelligst zijn…

Thuis ontdekte ik nog iets sufs: er zat een leenchip tussen mijn startspullen. Ik had me met mijn eigen chip ingeschreven en ben daarmee prima geregistreerd ook, dus dat is een foutje van hun kant. Ik had daar helemaal niet naar gekeken natuurlijk, dus hem niet gezien tussen de stickers, startnummer en foldertjes. Ik heb net een berichtje op de website gezet met de vraag hoe ik ‘m terug kan sturen. Het voelt alsof ik een verstekeling heb ontdekt: 

Witte chip

En nou zit het seizoen erop… Bij thuiskomst m’n fiets afgespoten en ingevet voor de wintermaanden. Gek gevoel. Ik ben wel toe aan een beetje rust en niet meer in een weekend de ene dag manlief en de andere dag zelf aan het sporten. Zo was het vaker de afgelopen tijd, en gister was bijvoorbeeld een lange dag in Zeeland – maar wel heel leuk ook weer. Want ik zal het ook missen, ik heb een boel lol gehad de afgelopen  maanden. Een seizoensterugblik volgt! 

 

Meer foto’s, ook van een heleboel anderen, op Henks Flickr.

Door |2017-10-08T20:28:47+02:008 oktober 2017|Fiets, Loop, Vrouwensport|0 Reacties

Mijn coachees

Ik moet nog steeds een beetje wennen aan het woord maar ik weet geen beter: coachees. Als term voor de mensen van wie ik trainingsbegeleider ben, dus voor wie ik schema’s schrijf, aan wie ik advies geef, die ik train. Dat is allemaal nog nieuw voor mij – en het woord ook.

Over twee van mijn ‘coachees’ heb ik het hier recentelijk gehad. Het betreft mijzelf (zie hier, en mijn prestatie bij Binnenmaas sindsdien was op PR-niveau, dus het gaat echt wel lekker, zo op mijn eigen schema’s) en manlief, die met z’n Ironman-tijd van onder de 12 uur zijn eigen verwachtingen overtrof. Ik heb hem laatst nog eens gevraagd wat ik nou precies heb toegevoegd wat hij zelf als ervaren sporter niet had kunnen bedenken, en dat was vooral: structuur aanbrengen. Dus de ideeën in de brij in zijn hoofd ordenen tot een trainingsschema waar hij op terug kon vallen. En met succes dus!

(Ik heb hem trouwens afgelopen zondag ook weer heel letterlijk begeleid, maar dat was toch meer als echtgenote/supporter dan als trainer: ik heb weer met hem meegefietst tijdens de In Flanders Fields marathon:

Henk loopt, ik fiets ernaastAls trainer zou ik hem trouwens hebben afgeraden om 3 weken na een Ironman een marathon te lopen. Maarja, hij wil de historische jaren ’14-’18 volmaken daar en daar is ook wel wat voor te zeggen natuurlijk. En het ging naar omstandigheden goed – zie zijn verhaal erover. Bron foto: Facebook Kurt Lowie).

Verder begeleid ik Marcel. Hem ken ik al jaren als vakgenoot/collega, en we praatten ook wel eens over lopen. Marcel heeft halve marathons binnen de 2 uur gelopen, maar het lukte ook wel eens niet, en hij heeft een historie met een aardige verzameling overbelastingsblessures. En toen brak hij vorig jaar door een val van zijn fiets zijn heup. Hij was net uitgerevalideerd in de tijd dat ik voor mijn opleiding een jaarplanning en trainingsschema voor iemand moest masken, en dat heb ik toen voor hem gedaan om in ongeveer een jaar weer terug op niveau te zijn om een succesvolle halve marathon te lopen, in die 2 uur weer.

Marcel traint dus sinds begin maart met mijn schema’s, ik heb hem vorige maand ook nog een keer ‘live’ zien lopen zodat ik wat techniek-advies kon geven, enne: hij gaat als een trein! Hij maakt wekelijks progressie en voor hem was het een mooie mijlpaal om een jaar na zijn val voor het eerst weer aan een prestatieloop mee te doen: hij liep bij de Vlietloop 5 km in 28’15 (netto). En heel belangrijk ook: zonder blessure. Of in zijn eigen woorden:

Ben erg blij met je schema’s en je coaching van laatst. Als ik het zelf zou hebben uitgedokterd, zat ik nu waarschijnlijk met een blessure!

Kern van Marcels schema is doseren: hij moest van mij een verschil leren maken tussen rustige duurlopen enerzijds en snelle intervallen anderzijds – in plaats van alles even hard lopen. Dat is wat veel lopers doen: alle trainingen lekker hard lopen. Maar daar word je op een gegeven ogenblik niet meer beter van en het blessurerisico is wel vrij groot. Marcel heeft eerst vooral aan duur gewerkt en is nu stevig in de weer met intervallen. Ik ben heel benieuwd waar hij uit gaat komen – volgens mij kan hij op de halve marathon sneller dan die twee uur!

Dan ben ik verder ook aan de slag gegaan als trainer van een groep wedstrijdgerichte senioren en masters in Reeuwijk. Het is een leuke groep van vrij hoog niveau (ik zou zelf helemaal achterin lopen), maar wel met veel blessureleed. Iemand anders (Aad, die ik ken van RA) schrijft het programma en mijn rol is dus vooral die van het begeleiden van de training en het verzorgen van het techniekonderdeel. Dat doe ik ‘anders’ dan ze gewend zijn, wat vooral komt door mijn andere (niet-Atletiekunie-)opleiding en de meesten vinden het volgens mij interessant en leerzaam, net als de individuele techniek-feedback die ik geef.

Voor mijzelf is het ook leerzaam: echt voor de groep, een grote groep soms ook wel (rond de 20), veel vragen krijgen waarop ik soms wel maar soms ook geen antwoord weet (vooral over die blessures), en van die situaties moeten oplossen als afgelopen maandag in extreem slecht weer. Ik had een heleboel kleren bij me, maar uiteindelijk moest de training zelfs voortijdig beëindigd worden omdat het ging onweren!

Verder heb ik nog twee vrouwen geïnterviewd en en passant trainingsadvies gegeven. Eentje is gaan hardlopen als vervolg op ‘Beweeg je fit’, de ander zoekt naar mogelijkheden om te bewegen ondanks chronisch vermoeidheidssyndroom. Oja, en ik schreef ook nog een stukje over omgaan met wedstrijdspanning.

Maar nu dwaal ik af, dat zijn geen coachees meer, maar meer andere activiteiten als trainer/sportadviseur. Daar ben ik sowieso mee bezig: nadenken over wat ik voor wie wil gaan betekenen. Dit zijn mijn eerste schreden; als het aan mij ligt, komt er meer! 

 

Door |2017-09-12T18:09:15+02:0012 september 2017|Loop, Trainer|0 Reacties

Sporten met Shakespeare

Hoera, weer naar Buitenkunst!

In 2007 ging ik voor het eerst naar Buitenkunst, en ik ben sindsdien elk jaar gegaan, op één na: vorig jaar (zie hier voor het jaar daarvoor). Met de Ironman was het niet te combineren: trainen is behelpen, het kamperen vond ik te riskant voor mijn rug en het belangrijkste nog: mijn hoofd stond er niet naar, dat zat te vol met sport om er nog een week lang kunst in te stoppen. Maar ik heb het wel gemist. Het was één van de dingen die mijn leven vorig jaar eenzijdig maakten: leuk voor een jaar, alle focus op sport, maar niet structureel.

Dus dit jaar wilde ik zeker weer naar Buitenkunst, naar Randmeer, voor een speciaalweek, want dat is het allerleukste (een weekend doe ik zelfs niet meer: veel te druk en te veel festivalsfeer) en het werd een theaterweek over Shakespeare. Ik was superbenieuwd!

En het werd een heerlijke week. Zaterdag ben ik er op het gemakje naartoe gefietst, met m’n hele boeltje mee. De wind stond gunstig en ik fietste eigenlijk heel relaxed, ook al was het 150 km (dik 7 uur). Enige minpuntje was dat het net regende op het stuk door Het Gooi, en van de schelpenzandpaadjes werd alles smerig en mijn ketting ging kraken. Maar verder was het gewoon heel lekker. De polder, daar ben ik in de loop der jaar ook verknocht aan geraakt, dus vanaf de Stichtse Brug, met ook steeds meer zon, was helemaal heerlijk. Ik weet niet of ik het ooit eerder zo gemakkelijk en ontspannen heb gefietst.

Ik rijd altijd al lekker op de Afrikafiets, maar ik had er ook net een vaste voorvork op laten zetten (ik rijd toch nooit meer onverhard, dus geen nood aan vering), en nu is hij nog stabieler. Ik moet nog steeds een beetje wennen aan hoe hij eruit ziet, hier bespikkeld met Goois zand op z’n parkeerplekje bij de tent, met z’n nieuwe vork en voordrager:

Fiets bij tent

Een week lekker bezig geweest met Shakespeare (daarover later op mijn andere weblog meer). Een boel mooie dingen gezien van de andere groepen. Lekker gekampeerd, ondanks wat regen en enige zorgen om onze hoogbejaarde tent waar ducttape aan te pas moest komen omdat de reparatie-lijm ingedroogd was (oeps, foutje – als je op de foto hierboven kijkt, zie je bovenaan nog net zo’n stukje tape zitten). Beetje redderen bij het tentje, ’s nachts diep in de slaapzak kruipen, non-stop buiten – heerlijk. Zo’n week geeft een boel energie.

Het was gezellig, met een prettige groep en aangename tentburen. En het was voor Buitenkunst-begrippen rustig, dat vond ik wel fijn.

Gras met tenten in de verte

Uitzicht vanaf mijn tent: veel ruimte

Zelfs het ongedierte viel mee – het terrein wordt wel eens geplaagd door wespen en teken, maar nu bleef het bij een paar muggenbulten en een enkel kikkertje dat langs kwam door het natte gras. Gisterochtend moest ik een spin ongelukkig  maken:

spinnenweb

Goed kijken: spinnenweb met regendruppels

Voor mijn ego was het nog wel fijn om veel anderen te horen klagen over kou, praten over fleecedekens en rond te zien lopen in veel dikkere kleding. In kringen van triatleten en openwaterzwemmers ben ik nogal een koukleum, maar in artistieke kringen ben ik überstoer, hahaha. Nouja, nachtelijke kampeerkou is meer een kwestie van goede spullen.

We begonnen de dag steeds met een stevige warming-up, die mijn gebruikelijke oefeningen eigenlijk overbodig maakte, ook handig. Sowieso vraagt het dagelijkse leven net iets meer beweging dan thuis, en ik word ook altijd lenig van al het op-de-grond-zitten dat ik zo’n week doe.

Het sporten moest een beetje tussendoor. Op maandag was het warm en zonnig en toen ben ik na de workshop gaan zwemmen. Ik had natuurlijk geen wetsuit bij me (er zijn grenzen aan wat je op de fiets mee kunt nemen), en na 800 meter vond ik het wel best, met m’n witte vingers. Maar dat viel niet tegen, en het was wel heel lekker, in het Drontermeer.

Dinsdag en donderdag ben ik wezen lopen, dinsdag door de polder en donderdag het bos in. De rondjes gokte ik wat bij elkaar, en dat was allebei  iets korter dan ik vooraf had gedacht, maar het werd in de tijd ook krap (lunchpauze) dus het was wel goed zo – het is inderdaad best lastig te combineren, sport en Buitenkunst. Op vrijdag had ik het bijvoorbeeld veel te druk met onze uitvoering en die dag was sowieso vrij vermoeiend. Maar ik ben tevreden over wat ik wel heb gedaan. Hier liggen mijn zwem- en loopspulletjes in de tent (met daarboven weer een stukje ducttape):

schoenen, badpak, badmuts, zwembril

Ik ben ook nog twee keer naar Elburg gefietst voor boodschappen, maar dat is geen sport, dat is gewoon vervoer (6 km enkele reis).

Gister ben ik een eindje teruggefietst, naar Muiderberg, 68 kilometer. Daar heeft manlief me opgehaald. In 150 kilometer tegenwind had ik geen zin, het was net mooi zo. Met eerst nog flink wat regen, en daarna een heeeeeeeeeel lange rechte weg, van ongeveer het vliegveld van Lelystad tot aan het Gooimeer bij Almere Hout – ik heb een streep van 24 kilometer door de polder getrokken! Voor hoofd (Buitenkunst achter me laten) en lijf (even lekker doortrappen) was het precies goed zo, uitwaaien met zo veel ruimte om me heen. Prachtige roofvogels gezien ook nog onderweg, eentje van heel dichtbij.

Hier staat mijn fiets klaar voor de start, met op de achtergrond mijn kampeerafdruk in het gras:

Bepakte fiets voor lichte plek in grasHet blijft bijzonder om ’s ochtends m’n hele huishouden op te vouwen, in tassen te stoppen en dan zo mee te nemen. Het ultieme fietsen! Wel met een paar kilo aanhangend water, want het miezerde bij het inpakken, maar afgezien van de Hollandse Brug was alles natuurlijk zo vlak als een pannenkoek, dus dat was geen probleem. De ketting liep weer als een zonnetje, want in Elburg hebben ze alles, ook kettingsmeer.

Mijn enige fysieke probleem is geweest dat ik net voordat ik wegging speciale kampeer-Birkenstocks had gekocht: van plastic. Ik loop graag op Birkenstocks, maar de gewone kunnen niet heel goed tegen nattigheid, en in de zomer ben ik van het beleid: open schoenen, ook op nat gras enzo, want m’n voeten drogen wel en dan zitten ze niet opgesloten in laarzen ofzoiets (die ik bovendien niet mee kan nemen op de fiets). Dat plastic schuurde echter al op de eerste avond mijn iets vochtige voeten kapot, en met ook nog een middag regen eroverheen en gauw in Elburg gekochte Compeeds zagen mijn voeten er dinsdag zo uit, met de boosdoeners op de achtergrond:

Vieze voeten met drie compeedsIk hoop dat voeten en schoenen aan elkaar wennen, want verder is het wel ideaal: het lekkere Birkenstock-voetbed en dan waterbestendig. Gister stonden ze even voor de tent in de miezer, en daarna kieperde ik achteloos de plasjes uit en trok ze aan. Voor kamperen zijn ze superhandig.

Het is niet al te hygiënisch daar, door de blubber en met z’n allen in die paar douches, dus ik was een beetje beducht voor infectie, maar het is allemaal prima gegaan. Toch was ook dat wel zo’n momentje waarop ik dacht: hmm, vorig jaar had ik dit echt helemaal niet jofel gevonden. Groot gelijk dat ik toen niet ben gegaan.

Maar super fijn om dit jaar weer wel te kunnen!

Door |2017-08-13T15:42:52+02:0013 augustus 2017|Fiets, Loop, Zwem|0 Reacties

! , !

Bij het plannen van de wedstrijden had ik bedacht dat de Triathlon 010 mijn hoofddoel zou worden van het eerste deel van het seizoen. Niet alleen is dat een leuke wedstrijd; ik deed hem eerder en was vorig jaar supporter, maar ook wist ik dat het even zou duren voordat mijn fietsen op niveau zou zijn vanwege een relatief late seizoensstart (na de marathon). Ik wist toen nog niet dat daar een aardige vormdip bij zou komen.

Die dip voelde ik de afgelopen weken wegtrekken, en eronder kwam langzaam-maar-zeker juist een verrassend goede vorm te voorschijn – gewoon stug door blijven trainen is duidelijk toch wel ergens goed voor geweest. Dus ik had zin om lekker te knallen, een mooi uitroepteken achter de eerste seizoenshelft.

Mooi doel leek me om mijn tijd van 2015 te verbeteren. Dat was toen een 1/8e, nu ging het om een sprint, dat is officieel 250 meter langer zwemmen. Maar het zwemmen in 2015 was te lang en steenkoud, en bovendien was ik toen niet in goede doen (zie het verslag). Dus die paar minuutjes langer zwemmen kon ik vast wel compenseren, ook gezien de recente resultaten.

Maar toen bereikte mij het bericht dat het zwemmen niet door zou gaan. Blauwalg. Alwéér. Ik hoorde het zaterdag; het was vrijdagavond laat bekend geworden. Dat was sowieso heftig, want zaterdag waren er ook al wedstrijden, en niet de minste: de teams van alle divisies plus een NK! De divisiewedstrijden zijn als run-bike-run doorgegaan, maar het NK werd afgelast (bericht). En ook de wedstrijden op zondag, voor het gewone volk, werden een run-bike-run.

De moed zakte me even in de schoenen, want lopen is mijn slechtste en moeilijkste onderdeel, en ik had juist erg veel zin in een echte triathlon. Ik had bovendien niet zulke goede run-bike-run-ervaringen: in Luxemburg vorig jaar had ik de indruk dat mijn fietsen had geleden onder het hardlopen ervoor, en over Krimpen in mei, in het diepste dal van mijn dip, wil ik het maar niet meer hebben.

Ik was bang dat het uitroepteken zou veranderen in een komma in mijn seizoen, op weg naar nu zeven weken lang trainen en dan de resterende wedstrijden in september.

Maar niet getreurd, en gisterochtend op naar Zevenhuizen. Want het heet wel 010, maar het is niet in Rotterdam en het is 17,5 km hiervandaan, zo mat manlief precies onderweg naar huis, want hij is terug gelopen. Hij was mee voor support en foto’s, en terug trainen dus (zie zijn blog). Hij maakte veel meer foto’s dan ik hier laat zien, ook van anderen, dus voor de geïnteresseerden, zie zijn album.  

Ik had er toch wel zin in en de sfeer rond de roeibaan voegde daar nog wat aan toe – het is een hartstikke leuke wedstrijd, misschien wel de allerbreedste triathlon (inclusief fietsen met boodschappenmandjes en OV-fietsen), met altijd een aantal bekenden en verder ook aanspraak in het parc fermé. Als je goed kijkt, zie je op de grond naast me iets roods, dat is de Feyenoord-handdoek van mijn aardige buurman. Dat was voor mij ook een handig oriëntatiepunt bij het wisselen:

2017_07_16_0026

Door de omzetting naar run-bike-run liep alles wel wat uit, dus 40 minuten later dan gepland gingen we van start. Over het fietsparcours, en dus moest de laatste deelnemer van de startserie ervoor klaar zijn met fietsen. Wij stonden al klaar om te starten en hebben haar met luid applaus binnengehaald – zo’n wedstrijd is het dus.

2017_07_16_0104

De eerste 2,5 km (nouja, iets korter) liep ik in 12’12. Dat is voor mijn doen prima. Mijn lopen is door het diepste dal gedaan van de drie sporten, en is nu duidelijk op de weg terug naar boven, overigens mede dankzij een chi-running-opfriscursus vorige week. Het ging goed dus:

2017_07_16_0135

Maar het was vooral op de fiets dat ik mezelf verraste. Ineens voelde fietsen weer zoals het voelt als ik goed ben. Alles met een hartslag vlak onder mijn omslagpunt, zonder dat mijn benen pijn doen. De trapfrequentie rond de 100 zonder dat dat moeite kost. En voldoende power in mijn benen voor de stukken tegenwind. Aaah, zo lekker!

2017_07_16_0169

En voeg daar dan bij dat ik 20 kilometer lang tientallen deelnemers heb ingehaald. Het was misschien wel het beste pacman-spelen dat ik ooit heb gedaan. Ik reed tegen het einde nog een dame voorbij die opzij keek en ‘sodeju’ zei, dat was wel een momentje. Ik ben zelf maar één keer ingehaald, door een bekende van manlief nogalliefst. Hier heb ik er aan het einde van het eerste rondje net weer een hele zwik ingehaald:

2017_07_16_0154

En het resultaat daarvan was dat ik bij de wisselzone hoorde dat ik op dat moment 4e dame lag van mijn serie, en dat later bleek dat ik in de leeftijdscategorie 40+ (87 vrouwen) de derde fietstijd van de hele dag heb gereden: 40’25. 40+, hè, dus met vrouwen tot wel 11 jaar jonger ertussen!

2017_07_16_0187

De tweede loopbeurt (kleine 5 km) voelde iets moeizamer, maar het ging toch aardig. Relatief was mijn klassering zelfs beter dan de eerste loop (17e versus 28e), dus anderen hadden het nog moeizamer. Ik heb 5’30 gemiddeld gelopen, net zo hard als vorige week in Terneuzen, toen met frisse benen maar onder zwaardere omstandigheden. Er zijn me nog twee dames voorbij gekomen, dat viel niet tegen, en ik werd dus 6e vrouw in mijn serie, 3e 40+’er (jammer dat ze geen 50+ onderscheiden).

https://www.flickr.com/photos/henkvermaas/35153224503/in/album-72157683872961961/

2017_07_16_0432

En zo finishte ik dus, in 01:23:19 (uitslagen) – en was ik hartstikke tevreden. Het was toch een uitroepteken geworden! En misschien toch vaker doen, een run-bike-run. Gepland dan, hè. Want als het een triathlon is, wil ik toch graag zwemmen.

2017_07_16_0564

!

 

Door |2017-07-17T11:06:55+02:0017 juli 2017|Fiets, Loop, Triathlon algemeen|0 Reacties

Zeeuws drieluik # 3: duo in Terneuzen

Afgelopen zaterdag alweer een primeur: niet alleen was het sowieso de eerste triathlon die in Terneuzen werd georganiseerd (hopelijk niet de laatste!), maar het was ook mijn eerste duo-triathlon, of meer in het algemeen: de eerste triathlon niet in mijn eentje, want ook als trio heb ik er nog nooit een gedaan. Nicole zou fietsen, ik zwemmen en lopen, wat voor mij toch wel licht masochistisch voelt eigenlijk, maar voor ons tweetjes is het de sterkste opstelling.

Het was wat verder rijden dan de vorige twee Zeeuwse evenementen, dus een vrij vroege start, maar manlief was zelfs nog een uur eerder van huis gegaan om naar Terneuzen te fietsen – kilometers maken vanwege z’n Ironmantraining. Nouja, hij kwam tot aan de Westerscheldetunnel, want dan moet je als fietser op een bus stappen. Die tunnel is voor mij ook nog altijd gek, ik ben immers opgegroeid met de ponten, en dat had wel wat, maar goed, dit gaat echt wel sneller.

Nicole en ik kwamen ruim op tijd aan. Het was een ietsjepietsje ingewikkelde logistiek omdat het meldpunt vrij ver van de wisselzone en de start lag. Maar het was allemaal wel heel prima verzorgd. Zo zat er onder andere in het startpakket een startnummerband en A4-kleurenprintjes van het hele parcours. 

Zo ging het op naar de start, tussen vooral Zeeuwen en wat Vlamingen – het was een nogal regionaal deelnemersveld en een echte laagdrempelige breedtetriathlon. Dus weer gemoedelijk en gezellig. Nicole in het parc fermé:

Nicole trekt schoen aan bij fiets

Goed te zien op de foto: het was prachtig weer, zelfs iets aan de warme kant. En alweer zwemmen zonder wetsuit. Hier ga ik te water:

Trapje afIk trek daar een beetje vies gezicht, dat kwam door de dunne treetjes die nogal hard in mijn voeten duwden. Even later trok ik een  nog viezer gezicht, want het water rook niet bepaald lekker. Het was brak, blubberig en het stonk. Nouja, doorbijten maar, en gelukkig hadden ze een prima douche. De temperatuur was heerlijk.

Zo lag ik klaar voor de start, aan mijn gele badmuts te herkennen als onderdeel van een duo:

In het water tussen een boel andere badmutsenHet zwemmen ging lekker, al bleef het druk om me heen. Het leek me wel ook langer dan 500 meter en dat gaf m’n GPS ook aan. Als ik dat in zo’n 12 minuten heb gezwommen, ging dat prima.

Manlief was ondertussen aangekomen en die maakte deze overzichtsfoto van de kreek, met het zwemgeweld in de verte:

Kreek met zwemmertjesSnel eruit, en chip-enkelband doorgeven aan Nicole:

Nicole op de fietsOndertussen kon ik op mijn dooie akkertje wisselen, met manlief praten, de laatste zwem-finishers aanmoedigen, naar de wc, beetje warming-up doen… gek hoor, een triathlon met een pauze!

Nicole was netjes op de afspraak terug en toen kon ik gaan lopen. Dat ging wel goed, mede dankzij de rust natuurlijk, en ik had er bijvoorbeeld ook voordeel van dat mijn pakje nog vochtig was. Want het was goed warm geworden. En steeds harder gaan waaien, wat voor verkoeling zorgde, maar ook zwaar was geweest bij het fietsen. Dat ging precies ongunstig namelijk: de wind nam toe en de fietsers hadden hem terug tegen. En waaien kan het natuurlijk, in Zeeland!

Ik kwam in 1u22:08 over de finish. We waren tevreden én we kregen allebei een medaille:

Nicole en ik met medaille

We blijken het snelste duo geweest te zijn, hahaha! Overall werden we 99e van de 141 finishers, en 22e van 49 dames (zie details) – voor wat het waard is, want de meesten daarvan deden het alleen natuurlijk.

Ten opzichte van wat ik aankondigde als uitgelichte deelnemer zijn we daarna niet gaan toeren, dat werd veel gedoe voor kort. We zijn wel nog naar een geocache gewandeld aan zee, daar doet Nicole aan. De Zeeuwse kust was op dat moment op z’n aller-zomer-mooist, vond ik, in het licht, helder, met dat windje.

Daarna wel naar Philippine voor de mosselen. Eindresultaat:

Pan met lege mosselschelpen

Nicole met lege pannen en schelpenConclusie: mijn belangrijkste doel van dit seizoen was lekker sporten en lol hebben. In dat opzicht was deze triathlon buitengewoon geslaagd!

(foto’s van Paul Borght komen van de site van de triathlon, de rest zijn van mij of manlief)

Door |2017-07-10T11:36:17+02:0010 juli 2017|Loop, Triathlon algemeen, Zwem|1 Reactie

Na 11 jaar gefinisht!

Toen we 11 jaar geleden hier kwamen wonen, ontdekte ik al gauw dat op een steenworp afstand van ons huis een lange-afstandswandelpad liep, het Oeverloperpad.

Rood-witte LAW-aanduiding

Dichtstbijzijnde routemarkering

Nog diezelfde zomer kreeg ik het idee om dat hele pad te lopen, met z’n twee takken ten zuiden en ten noorden van Rotterdam (van/naar de ferries van Europoort en Hoek van Holland) naar Leerdam. De ronde rond Rotterdam leek me een uitgelezen manier om mijn nieuwe woonomgeving te verkennen, naast een mooi wandeldoel.

Dat had ik nog niet bereikt toen het project ‘per ongeluk’ ambitieuzer werd: het Oeverloperpad fuseerde met het Lingepad tot het Grote Rivierenpad en liep zo ineens door tot Kleef! Erg leuk natuurlijk, door onbekendere stukken Nederland en over de landsgrens, maar aanzienlijk verder lopen en een stuk bewerkelijker door de reisafstand naar oorden als Ochten en Zetten-Andelst.

Alles bij elkaar ben ik er 11 jaar mee bezig geweest, niet eens elk jaar een stukje (de vorige keer was bijvoorbeeld in november 2015; vorig jaar zat de Ironmantraining in de weg), soms een paar etappes per jaar en één keer eerder een tweedaagse. Het ging niet hard, maar het vorderde wel.

Vandaag was het dan zo ver: ik kan nu zeggen dat ik van huis naar Kleef gelopen ben, en dat ik alle andere stukjes van het Grote Rivierenpad gelopen heb, inclusief de doorsteek dwars door de stad (Erasmuspad)!

Grote Rivierenpad – in the pocket!

De laatste twee etappes behoren tot de hoogtepunten: gister Nijmegen – Kranenburg, vandaag Kranenburg – Kleef, met een afwisselend en bosrijk landschap met vrij veel hoogteverschil en met een verrassend leuke route Nijmegen uit en Kleef in. Samen met Jolanda, weekendje weg nog voor haar 50e verjaardag. Met prachtig weer, en met overnachting in een B&B. Met een beetje spierpijn tot gevolg, want wandelen is toch wel heel anders dan hardlopen.

Het einde was een tikje anticlimax, omdat het pad op een nogal willekeurige plek lijkt te eindigen, midden in Kleef, zonder ook maar iets van een bordje, en geen grote rivier te bekennen. Jolanda heeft toen maar een foto van  me gemaakt om te bewijzen dat ik echt was bij de laatste aanduiding in het boekje, de Grosse Strasse (‘Op kruising Grosse Strasse/Kavarinerstrasse eindigt het Grote Rivierenpad’, p. 183):

Bij bordje met markeringen en Grosse Strassse

En daarna hebben we het gevierd met koffie met iets lekkers:

Jolanda en ik aan de taart

En nu zit het erop. Misschien op zoek naar een nieuw wandeldoel? Dat weet ik nog even niet. Het Grote Rivierenpad is onderdeel van een Europese LAW, E8, die naar Bratislava en de Ierse Westkust doorloopt. Wat dat betreft zou ik nog even verder kunnen. Maar dat wordt iets heel anders dan gezellige dagwandelingen met vrienden.

Want dat was het ook: gezellig. In de loop der jaren hebben Jolanda, Jo, Leon, Marijke, Beatrijs en Karin stukken met me meegelopen (ik vergeet toch niet iemand?). Het was vooral fijn dat zij bereid waren om ook de wat taaiere stukken van zo’n lang pad mee te lopen. Maar eigenlijk zijn die taaie stukken juist ook wat LAW’s bijzonder maakt, want zo loop je op plekken waar je anders nooit zou komen. En ondertussen hebben we heel wat afgepraat – daarin is wandelen ook ongeëvenaard!

Bord met LAW's

Zaterdag, op de kruising met het Pieterpad, stond wel een bord, maar aan het eindpunt in Kleef dus niet.

 

 

Door |2017-06-18T20:34:35+02:0018 juni 2017|Loop|1 Reactie

Koel- en fietsfoto’s Bocholt

In vervolg op mijn vorige post: wat ook hetzelfde was dit jaar, was de enorme stortvloed aan foto’s die niet alleen zondag gemaakt zijn, maar die ook vrij beschikbaar zijn op internet. Daarin is Bocholt toch ook bijzonder. Het zijn er zo veel dat je je een ongeluk zoekt, maar gelukkig kreeg ik hulp van @jeanette van het Triathlonforum die mij had gespot.

Hier zijn twee koelfoto’s. Dat ziet er misschien niet uit, maar het is wel lekker:

Spons uitdrukken op hoofd

Water over mijn hoofd(da’s ook weer een fraaie in de categorie miss wet t-shirt met twee sterke punten…)

Oja, en die groene dingetjes om mijn armen, die zijn om je looprondes bij te houden. je krijgt er elke ronde één omgeschoven en met acht van die bandjes mag je finishen.

Op de fiets sta ik er iets normaler op. Nouja, wel met een blauwe stip, dat is om me van de voorkant te kunnen onderscheiden als Mitteldistanz-deelnemer – elke afstand heeft een andere kleur:

Fietsen

Fietsen met graffiti op de achtergrond

En dus danke schön Free.TriPix en Melanie Ivens Pixx.

En oja, ondertussen heb ik vandaag superlekker getraind, zwemmen en hardlopen. Waarom waren m’n benen zondag niet zoals vandaag?

Door |2017-06-14T17:03:48+02:0014 juni 2017|Fiets, Loop, Triathlon algemeen|0 Reacties

Wanprestatie

Twee weken geleden was ik nog blij met een PR, vandaag heb ik één van mijn grootste sportieve wanprestaties ooit geleverd, volgens mij: bij de triathlon van Krimpenerwaard, die vanwege blauwalg helaas een run-bike-run werd, ben ik al na 3,5 van de eerste 7,5 km hardlopen uitgestapt. Ik voelde me doodmoe, en kon alleen als ik heel langzaam liep (boven de 6’30/km, met een hartslag meer dan 15 slagen hoger dan normaal) voorkomen dat mijn ademhaling ging piepen. Het wilde echt helemaal totaal niet. 

Toen ik vanochtend erheen ging, had ik op zich goede hoop om ‘m relaxed te volbrengen (zonder zwemmen is de lol er een beetje af, zeker met m’n huidige loopvorm), maar eenmaal op gang dacht ik: hmm, ik had het eigenlijk kunnen voorspellen. Ik ben moe, leeg en uitgewrongen.

Duidelijkste fysieke aanleiding is weer eens de overgang. Ik werd twee weken geleden ongesteld, en sindsdien heb ik vier dagen gehad zonder bloedverlies. Ik ben dus al bijna non-stop twee weken ongesteld – ofzoiets: twee keer heel kort achter elkaar, heel lang met een pauze erin, of nog iets anders. Inclusief de bijverschijnselen van vadsigheid, buikpijn en een zweterige nacht slecht slapen. In elk geval, qua menstruatie de raarste overgangsgril tot nu toe.

In die twee weken heb ik ook nog eens: (1) allergische uitslag gehad van iets, dat is net weer weg en jeukte gelukkig niet heel erg, maar heeft toch anderhalve week geduurd, (2) een recordweek aan declarabele uren gedraaid, vorige week – maar dat was natuurlijk ook een heel pittige werkweek, (3) stevig getraind, deze week, inclusief het eerste openwaterzwemmen (het duurde lang, maar nu is het water superlekker) en (4) nog wat andere dingen gedaan, waaronder naar een concert van Kiss woensdag, wat ook vermoeiend was, met lang staan en laat naar bed (maar het was ook leuk, zie deze recensie). En oja, ik had begin deze maand ook nog bloed gegeven. Toen wist ik nog niet wat me boven het hoofd hing!

Alles bij elkaar was ik verspreid over de afgelopen twee weken een dag of vijf ’s avonds totaal afgedraaid, en soms ook overdag merkbaar moe in een periode waarin ik toch al wisselvallig presteer en qua lopen een stevige vormdip heb (zie eerder). Ik had afgelopen week ook al wel in de gaten dat ik maar matigjes herstelde en me bepaald niet top voelde.

Nouja, en dan was het ook nog tropisch warm vandaag. Daar kan ik normaal gesproken goed tegen, maar misschien vandaag niet? Hardlopen voelde in elk geval als marteling – ik heb mezelf de rust gegund waar mijn lichaam om smeekte.

Ik heb me daarna wel vermaakt met kijken en ik heb ook nog foto’s kunnen maken van manlief. De eerste twee zijn van z’n doorkomst na het eerste rondje van de afsluitende 5 km (2 rondjes) hardlopen, en de derde is wazig maar toch de moeite waard, want dat was net voor de finish, hij haalde daar nog iemand in. Het zag er bij hem sowieso nog relatief energiek uit, ondanks dat hij het ook heel warm had gehad:

Henk aan het hardlopen

Henk haalt in

Goed, moed verzamelen, uitrusten en verder gaan. Maar op een dag als vandaag ben ik heel blij dat er dit seizoen niet over een paar maanden iets Heel Groots moet…

Door |2017-05-27T19:30:59+02:0027 mei 2017|Loop, Triathlon algemeen, Vrouwensport|1 Reactie

Hoe had ik dat vorig jaar gedaan?

Vorige week had ik een trainingsweek zoals het niet moet. Ik had vooral een veel te drukke werkweek om fatsoenlijk te kunnen trainen: maandagavond vloog ik naar Zweden om daar dinsdag de hele dag op mijn nette schoenen te staan voor een grote groep, en ’s avonds vloog ik alweer terug. Ik was om 1 minuut voor middernacht thuis, toen had ik zere voeten en kon ik geen pap meer zeggen.

Niet echt veel tijd om uit te rusten, althans, er moest nog werk af, donderdag gaf ik college en vrijdag had ik nog een lange dag met een groep in Amsterdam, inclusief heen en weer in de spits. Alles bij elkaar geloof ik dat ik vorige week een record aantal declarabele uren heb gedraaid in mijn 17-jarig zelfstandigenbestaan.

Voor het sporten betekende dat sowieso al dat ik dinsdag en vrijdag geen tijd had. Maandag heb ik tussendoor nog wel een herstel-zwemtraining kunnen doen, om de dag ervoor te verwerken. Woensdag had ik alleen tijd om even te zwemmen, maar toen kon ik me amper concentreren – het zwembad was nog rommelig druk ook. Donderdag ging het nog wel aardig: lekker diep gegaan bij spinning.

Maar zaterdag ging ik hardlopen en daar heb ik na drie kilometer de brui aan gegeven: ik was niet vooruit te branden. Mijn hoofd vond het heerlijk om buiten te zijn en lekker te luchten, maar mijn lijf ging op een heel gematigd tempo al zuchten en steunen. Het was echt even genoeg geweest. Ik had ook nog ergens uitslag door opgelopen, rode vlekjes op een groot stuk van mijn lijf – misschien iets gegeten in Zweden waar ik allergisch voor ben?

In die drie kilometer had ik wel kans gezien om mijn kuitspieren fikse spierpijn te bezorgen: ik ben door de marathon uit de regelmaat geraakt van het lopen op de minimalistische schoenen, en ik moet eigenlijk weer zo’n beetje bij nul beginnen met opbouwen – dat stel ik maar even uit.

Nou is werkdrukte het soort vermoeidheid waar ik snel van opknap, dus gister heb ik heerlijk gefietst: mijn eerste rit van meer dan 100 km van het seizoen, ook de eerste in ‘kort-kort’ (korte broek en korte mouwen), naar de punt van de landtong van Rozenburg en daarna een rondje over Voorne-Putten, bij ideale omstandigheden (zon, precies de goede temperatuur, weinig wind), en in het prachtige lentegroen, inclusief divers jong grut (lammetjes, pulletjes enzo), en met mijn geliefde wide open spaces, inclusief een bijna rimpelloos Haringvliet. Dat is dan zo lekker dat het opknappen tijdens het trainen gewoon doorgaat. Ik kwam verfrist thuis, en juist niet afgedraaid als twee weken ervoor.

Maar goed, dit was dus een week waarin ik alleen een uurtje spinning en een fietstocht als beetje fatsoenlijke training kan meetellen. Met hardlopen heb ik nu echt wel een beetje trainingsachterstand zelfs.

Nouja, geen ramp – wat maakt het uit eigenlijk? Komende zaterdag staat de triathlon van Krimpenerwaard op het programma, dan loop ik maar wat rustiger. Daarna de draad weer oppakken. En ondertussen heb ik lekker verdiend vorige week natuurlijk.

Maar hoe deed ik dat vorig jaar? Toen had ik zulke weken niet. Ik heb de afgelopen maanden harder gewerkt dan in diezelfde tijd vorig jaar, en dat is ook te zien aan mijn omzet. Deels liep dat gewoon zo, deels stuurde ik daarop. Had ik vorig jaar nee gezegd tegen die Zweden-klus? Geen idee, het deed zich niet voor. En dat was misschien ook niet toevallig?

Tot slot nog een anekdote. Vorige week zondag, tijdens een voor Rotterdammers memorabele uitzending van Studio Sport, zei een commentator dat Ajax de finale van de Europa League zou spelen in Solna.  ‘Solna’, dacht ik, ‘daar moet ik morgen heen, dat is ook toevallig’. Dus maar eens wat beter op Google Maps gekeken en zo ontdekte ik dat mijn hotel bijna ín het stadion stond. Er was vorige week geen ontsnappen aan voetbal mogelijk!

Hier zie je mijn hotel links (mijn kamer had ook zo’n rond raampje, maar zat aan de andere kant) en rechts de ene wand van het stadion, met de poster voor de finale:

Hotel en deel stadion Solna

Door |2017-05-22T15:57:36+02:0022 mei 2017|Fiets, Loop, Triathlon algemeen, Zwem|2 Reacties
Ga naar de bovenkant