Morgen doe ik mee aan de zwemloop in Vlissingen. Dat is geen superbelangrijke wedstrijd, maar ik doe toch een procesverslagje, zoals gebruikelijk de dag ervoor.

Ik had bedacht dat de zwemloop een mooie afronding en dus ook evaluatie van de wintertraining zou zijn, kort voordat onze verhuizing losbarst. We tellen inmiddels af naar volgende week vrijdag, dan is de overdracht! We zijn al van alles aan het regelen natuurlijk. Ook met de verkoop van ons oude huis gaat het goed: de kopers zitten in de drie dagen bedenktijd na het tekenen van het voorlopig koopcontract, dus het is bijna definitief. Dus dat gaat allemaal goed maar het houdt ons wel bezig natuurlijk. Ik moet nog zien hoe veel er de komende maanden van sporten terechtkomt en bij wat ik kan doen, wil ik het vizier meer naar het fietsen wenden.

De zwemloop leek me een mooie graadmeter van hoe goed ik de winter met zwemmen en lopen ben doorgekomen. Ik hoopte op een persoonlijk parcoursrecord: de vorige keer had ik traag gewisseld,  ik zou nu minstens even hard moeten kunnen lopen, althans, dat was wel m’n seizoendoel (een losse 5 km weer eens onder de 26′ lopen, wat ik als ‘goed’ beschouw), en zwemmen zelfs iets harder dan twee jaar terug: binnen de 9’50. In trainingen lig ik daarvoor op koers.

Maar of het eruit wil komen morgen – geen idee. Ik schreef eerder al over in januari iets te veel drukte en stress en daardoor wat gekwakkel. Het ging een beetje op en neer met mijn vorm. Die 5 kilometer binnen de 26′ is zodoende nog niet gelukt: ik heb een paar Parkruns gedaan maar steeds was er wel wat. Het enige wat ik kon zien is dat bij een lager tempo m’n hartslag ook vrij laag lag, wat hoop gaf voor als ik het gaspedaal eens een keer wel zou weten in te trappen.

En toen…. werd ik verkouden. Ik ben niet echt ziek geweest, geen koorts, maar wel vervelend en langdurig aan het snotteren: in totaal bijna drie weken. Met onder andere nachtelijk hoesten en dus slaapgebrek, gepruttel in een bijholte en afgelopen week nog een snijdende keelpijn. Het is net op tijd over en ik heb de laatste week wel weer wat kunnen trainen, maar heel jofel voel ik me niet. Ik heb ook anderhalve week niet kunnen trainen en me beperkt tot wandelen en yoga. De snelheids-puntjes-op-de-i heb ik dus niet kunnen zetten.

Wel gingen die laatste trainingen alweer okee en ik weet: eens een keer flink verkouden is niks ernstigs en voor mij heel normaal (de laatste jaren kom ik eigenlijk gemiddeld heel goed weg zelfs). Qua timing komt het gelukkig net goed: ik ben fit genoeg om morgen te starten. Of ik het gaspedaal dan ga weten te vinden – geen idee.

Wat er als hindernis voor het persoonlijke parcoursrecord nog bijkomt is dat het weerbericht ongunstig is: gevoelstemperatuur van 3 graden, bij stevige wind. Dat lijkt me bij het hardlopen geen pretje: in m’n natte kloffie en met blote benen naar buiten. En de wind scheelt sowieso snelheid natuurlijk.

Nou goed, wat maakt het ook allemaal uit – ik ga morgen gewoon lol hebben. Afgaand op mijn trainingen, daarbij dan ook nog de trap- en krachttraining, waarmee ik veel verder ben gekomen dan vorig jaar, heb ik gewoon een goede winter gedraaid. En naar omstandigheden was dat helemaal super. Wat er morgen ook uitkomt!