Net als de vorige winters ben ik bezig met ‘loods Louise goed de winter door’ en doe ik daarvoor twee projecten:

  • Het ene is hetzelfde als de voorgaande jaren, mijn corona-ontdekking: project daglicht. Dat wil zeggen: ik ga in de tijd dat het wintertijd is elke dag in het daglicht naar buiten, in totaal minstens zeven uur per week. Dit is jaargang 4. De derde week daarvan loopt nu bijna af en tot nu toe heb ik het probleemloos gehaald zonder iets extra’s te moeten doen. Ik kwam vanzelf veel buiten overdag, onder andere doordat ik net vijf dagen naar Terschelling geweest ben. We hebben daar veel gewandeld en op zondag, toen het prachtig weer was, een lange duurloop gedaan:

 

  • Het andere lijkt op dat van vorig jaar en is net even anders: ik zwem nog steeds elke week buiten, maar dit jaar zonder wetsuit. Nouja, zwemmen, het is dippen: even erin is genoeg. Ik vond het vorig jaar een enorm avontuur om door te zwemmen, maar ik vond het maar gedoe met dat wetsuit dat aan moet en later moet drogen voor maar een paar minuten zwemmen. Ook anders aan dit jaar is dat manlief meedoet. Het is opnieuw een avontuur. In de Schie bij ons achter moet ik elke keer over een fikse drempel om mezelf het water in te krijgen; eenmaal erin is alles prima en valt me op dat opnieuw mijn handen de beperkende factor zijn: die krijgen het het koudst. Afgelopen maandag in de schaatsbaan van Terschelling ging het eigenlijk makkelijker dan thuis. Manlief had zelfs tijd om foto’s te nemen vanuit het water:

 

Ondanks al die regen van de laatste tijd gaat het best goed. Als ik maar zulke leuke dingen kan doen, is de koude, grauwe en donkere tijd van het jaar goed te doen!