In het weekend-magazine van het Financieele Dagblad van afgelopen zaterdag staat een interview met mij! Online staat het hier, maar wel achter de betaalmuur. Het is een van drie interviews over de vraag of er zoiets bestaat als ’te fit’ zijn, oftewel, in mijn woorden: over de grens tussen gezond en ongezond sportgedrag.

Ik vertel erin over de periode dat ik me, achteraf gezien, te zeer vastklampte aan het sporten, nu bijna tien jaar geleden. Het was de periode in de overgang dat ik heel slecht sliep, regelmatig maar twee uur per nacht. Ik zag daardoor m’n leven afbrokkelen – ik had moeite met m’n werk, ik kon niet mee autorijden, niet meer naar culturele dingen, ik zakte weg in somberheid en was voor mijn gevoel alleen maar aan het vechten tegen het slaapgebrek. Behalve als ik sportte. Dat moest en zou dus ook doorgaan, ook al kon ik niet meer uit mijn ogen kijken. Achteraf gezien ging ik daarin te ver –  net een klein beetje. Ik bedoel: het heeft niet tot schade geleid, het heeft me ook veel opgeleverd, waaronder dat ik er veel van heb geleerd, voor mijzelf (uiteindelijk kwam de benodigde mildheid wel) en voor anderen – ik ben niet voor niets als schrijver en als begeleider veel bezig met sporten in de overgang. Ik vind het hooguit achteraf stom van mezelf, en ik zou benieuwd zijn wat er was gebeurd als ik ook die laatste strohalm had durven loslaten. Van de tijd van mijn burn-out (1998) weet ik wel dat dat uiteindelijk positief uit kan pakken.

Ik vond het best spannend om mee te werken aan het artikel, omdat ik me niet als zwaar doorgeslagen sporter wil presenteren. Dat is geloof ik wel gelukt. Tenminste, ik zie de quote die is uitgelicht als geuzendaad en iets waar anderen een voorbeeld aan kunnen nemen en niet als doorgeslagen:

Tegen opdrachtgevers zeg ik wel eens dat ik niet kan. Zij hoeven niet te weten dat ik dan in het zwembad lig.

Gister kon m’n ene opdrachtgever daar hartelijk om lachen. Wij volgen elkaar op Strava, dus ik heb sowieso niets te verbergen.

De foto bij het artikel is hartstikke mooi geworden. Als ik hem zelf krijg, ga ik vragen of ik hem hier mag plaatsen.