Het waren van die grappen die rondgingen toen ik net oud genoeg was om ze te snappen en nog niet al te flauw te vinden – lang geleden dus. Het waren onmogelijke vragen, namelijk over het verschil tussen één ding, en daar kwam dan een maf antwoord op. Ik herinner me er twee, dit is de eerste:
Wat is het verschil tussen een kerkklok?
Hoe harder des te bimbam.
Daar moet ik nog wel eens aan denken omdat we tussen twee best wel bimbammende kerkklokken in wonen.
Maar het gaat nu om de andere:
Wat is het verschil tussen een dood vogeltje?
Zijn ene pootje is even lang.
Daar moest ik maandag aan denken, niet zozeer omdat ik een dood vogeltjes was (ik voel me zelfs de laatste paar dagen voor het eerst sinds eind januari weer fit, hèhè), maar omdat ik toen mijn nieuwe inlegzolen heb opgehaald. Die dienen enerzijds voor wat steun onder mijn voorvoeten, daar had ik een beetje last van, niet bij het sporten maar wel elke ochtend bij het opstaan.
Anderzijds is het een poging om iets te doen aan die hardnekkige scheeftrekproblemen bij bekken en heup en tot in mijn bovenrug. Ik heb een beenlengteverschil, vooral doordat mijn rechterknie meer naar binnen staat dan mijn linker, het effect van een heel oude blessure op toch al een zwak punt van mijn bouw. Van die knie zelf heb ik eigenlijk amper last, maar erdoor staat mijn bekken wel altijd ongelijk. Je ziet dat het rechterzooltje wat hoger is dan het linker:
Dat heft in principe het beenlengteverschil op. Vandaar: sinds maandag is mijn ene pootje even lang.
De zolen ‘doen’ sowieso iets, want ik voel sinds maandag weer van alles, daar waar die scheeftrekblessure zich daarvoor vier weken lang keurig heeft gedragen – heel maart nergens last van gehad, in groot contrast met februari. Ze zijn een experiment, ik moet er sowieso nog erg aan wennen, en ik ben benieuwd. Ik mag er voorlopig ook nog niet mee sporten, eerst rustig opbouwen in het dagelijks leven.
Dat zooltjes mogelijk soelaas bieden, dat idee is als eerste geopperd door de – sowieso goed en interessante – chiropractor die ik vorig jaar in Launceston, Tasmanië bezocht. Het heeft nog even geduurd voor ik met dat advies iets gedaan heb. Deels was dat omdat mijn vorige steunzolen geen succes waren en gelukkig maar tijdelijk nodig vanwege een tijdelijke blessure. Ik bleef op die dingen blaren houden en voor mijn gevoel over twee eieren heen lopen.
Deels was het ook omdat in al die jaren dus ooit maar één iemand had gezegd dat zooltjes mogelijk een goed idee was. Ik weet natuurlijk ook nog niet of het helpt, maar toch is het gek dat er verder nooit iemand heeft geopperd dat die scheefstand van mijn bekken zou kunnen komen door ongelijke benen. Het enige wat in de buurt kwam was het advies van Jeroen van TriPro om een verhoginkje en een wigje onder het plaatje van mijn rechterfietsschoen te doen om die knie de goede kant op te kantelen. Dat was een heel simpele oplossing die wonderwel werkte.
Ik ging zelf pas weer denken dat een zooltje het proberen waard was toen ik me realiseerde dat ik mogelijk gemiddeld genomen net iets meer last heb van die scheeftrekproblemen als ik veel hardloop. Het is niet heel eenduidig en zeker niet zo dat ik, als ik vandaag een lange duurloop loop, morgen scheef sta, maar ik denk wel dat het misschien net iets erger is in periodes waarin hardlopen centraal staat in mijn trainingen.
De remedie was verder altijd een kwestie van ‘fixen’ (zoals bij de chiropractor) of oefeningen doen (fysiotherapeut) – en de rest van onverklaarbaar. En ik heb heel wat deskundigen geraadpleegd in de vier jaar dat dit nu duurt – en eerder trouwens ook al, want ik heb ook eerder met bekkenscheefstand te maken gehad.
Ik werd me ervan bewust dat je dus als het ware het advies krijgt dat hoort bij de deskundige die je raadpleegt, omdat ze allemaal vanuit hun eigen kokertje denken. Van een podotherapeut krijg je een zooltje, een chiropractor zet je gewrichten recht, een fysiotherapeut geeft je oefeningen, een osteopaat kijkt naar de samenhang met je organen – enzovoort. Je moet dus eigenlijk zelf al een idee hebben van wat de oplossing zou kunnen zijn voor je probleem, en dan kun je die krijgen. Door in dat kokertje te stappen.
Dan denk ik toch: ergens klopt er dan iets niet in de zorg. Toch?
Nouja, ik hoop dat dit steunzolen-kokertje wat voor me gaat opleveren!
Geef een reactie