Gisteren kwam eindelijk het goede nieuws: mijn nieuwe fiets is geleverd! Aangezien dat in Hilversum en hij in details nog afgesteld moet worden, moest ik een afspraak maken om ‘m op te komen halen en die staat nu op volgende week zaterdag. Nog 7 nachtjes slapen, dan heb ik hem eindelijk!

Mooie gelegenheid nu om iets te laten zien van wat er aan vooraf is gegaan, namelijk de bike fit bij Tri-Run. Enerzijds is dat wat je je erbij voorstelt: op een pasfiets gaan zitten om te bepalen welke fietsen geschikt zijn en hoe ze dan afgesteld moeten worden. Bijzonder daaraan was wel dat dat bij Tri-Run behoorlijk geavanceerd gaat, met het Retül-systeem – het zag er zo uit:

bikefitting1

En dat gaat dan via die zwarte stippen op mijn gewrichten verder helemaal vanzelf en leidt tot data zoals deze:

gegevensbikefit

Aan de hand daarvan dus die nieuwe fiets, enfin, daarover vertelde ik eerder op dit blog.

Minstens net zo interessant was wat Jeroen van Tri-Run opmerkte aan mijn rechtervoet. Daar is hij/zijn we een hele poos mee bezig geweest tijdens die bikefit en dat verwachtte ik niet. Ik bedoel: je gaat voor een nieuwe fiets en het gaat vooral over één voet, da’s toch gek. Maar ook weer niet.

Ik vertelde hem namelijk dat ik al jaren bij het fietsen wel eens last krijg van mijn rug, en dat dat volgens mijn fysiotherapeut komt doordat ik dan een scheefstand in mijn S/I-gewricht heb. Zij zet dat dan weer recht en dat is het weer okee. Afgelopen jaar had ik voor het eerst het gevoel dat die rugpijn door het fietsen ontstond. Volgens Jeroen kon dat wel, en heeft het te maken met die rechtervoet, die iets scheef staat. Als ik zit en mijn voeten ontspannen bungelen, bungelt-ie rechts onder een grotere hoek met de voer dan links, zeg maar – iets wat overigens veel mensen hebben, en Jeroen zelf al helemaal, liet hij zien.

Maar als je dus die scheve voet via schoenplaatjes vastmaakt aan rechte pedalen die aan een stijve, rechte fiets vastzitten, en als je dan ook nog je kont op datzelfde rechte, stijve ding zet, dan kan die scheefheid ineens geen kant meer op. Sommige mensen krijgen dan zere knieën, ik ga met mijn bekken zitten wringen. Volgens Jeroen was dat zelfs zichtbaar. En ondertussen heb ik het er ook nog met mijn fysiotherapeut over gehad en die vond het een plausibel verhaal.

Nou, da’s al interessant, maar het ging nog verder: volgens Jeroen was het ook wel op te lossen. Ik heb nu een verhoginkje en een wig tussen mijn rechterschoen en het plaatje zitten, en dat voelde inderdaad op die pasfiets een stuk beter (voor een paar luttele eurootjes aan materiaaltjes).

Volgens Jeroen fietste ik bovendien op te slappe inlegzooltjes. Ik kon dat iets minder goed uitproberen, want met die zooltjes waren mijn schoenen ineens te krap. Maar het leek wel steviger en ook krachtiger te voelen. Mijn schoenen waren volgens hem sowieso te smal eigenlijk, dus er gaan ook nieuwe schoenen komen. Want ja, ik heb inderdaad heel brede voeten, en ja, ik ben ook heel lenig – van die dingen die ik al wist, maar altijd wel grappig om weer eens bevestigd te horen.

Zooltjes, wig en verhoging, andere schoenen – het is voor mij de moeite waard om komend seizoen mee te gaan experimenteren. Ik illustreerde zo even het ándere idee achter bikefitting aan den lijve: het gaat niet alleen om de maten, het gaat er óók om dat je een niet-symmetrisch lichaam aan een stijf, symmetrisch, recht ding koppelt.  Het lichaam gaat zich dan aanpassen, en dat kan tot problemen leiden. Nu heb ik dus tips gekregen om de dingen aan te passen, zodat mijn lijf dat niet hoeft te doen. Ik ben benieuwd hoe dat gaat uitpakken!