Ik heb…. een nieuwe fiets! Ik had er niet over geblogd, maar ben er sinds november mee bezig geweest, en dit is het resultaat:

Vrijdag de 21e in de winkel, net geleverd

Afgelopen vrijdag, de eerste echte rit, in de Zak van Zuid-Beveland

Eenmaal thuis, met blij baasje! Die daarna wel moest poetsen.
Dit is het resultaat van een zoektocht die vorig jaar om deze tijd begon. Eigenlijk wilde ik een nieuwe vakantiefiets. Met m’n oude ben ik nooit meer helemaal dikke vrienden geworden sinds het vervangen van het frame. Bovendien wilde ik een lichtere fiets, zo mogelijk met een ‘krom’ stuur (zoals van een racefiets). Dat bleek lastig. Door de eisen die ik stel aan de geometrie (lange benen, korte armen, bekken relatief rechtop) kwam ik er toen bij Bike4Travel niet uit: de fietsen die pasten, waren net zo zwaar als de oude én peperduur. Veel geld uitgeven alleen maar voor een beter fietsgevoel, dat ging me te ver.
De zoektocht stagneerde – eerst verhuizen. Eenmaal hier in Kapelle geland, veranderden er een paar dingen:
- We hebben hier verderop in de straat een goede fietsenzaak, de Kromme Spaak. We werden daar al gauw klant, en een van de dingen die ze voor me deden was een stevige beurt van die oude Afrika-fiets. Helemaal zoals vroeger rijdt hij niet, dat ligt echt aan het frame, maar eindelijk ‘bolde’ hij weer. Dat was een van de problemen namelijk: voor mijn gevoel ging er een boel energie verloren en lukte het me maar niet om ‘m lekker op gang te krijgen. Dat lag voor een groot deel aan het materiaal, zo blijkt nu: een inferieure ketting, nog uit de tijd met de grote leveringsproblemen, en lompe banden, eentje nog uit Tasmanië. Zoals hij nu rijdt, wil ik er nog wel langer mee weg. Al blijft het punt van het gewicht.
- Ik kreeg wel lol in het gravelen. Hier vlakbij ligt een erg leuke gravelroute, en ik ben ook snel bij de Brabantse Wal, waar je heerlijk onverhard kunt rijden. Een speciale gravelfiets leek me altijd overdreven, en ik deed dat tot nu toe op die Afrika-fiets. Maar als ik nou toch een nieuwe fiets wil…
- Mijn stokoude racefiets is echt wel een beetje overjarig. Ik rijd er nog steeds heel lekker op, en hij mag nevernooitniet weg (zó veel meegemaakt samen – ik reed daarop toen ik manlief leerde kennen!), maar ik verwen mezelf natuurlijk bepaald niet door in dik 22 jaar geen nieuwe racefiets te kopen. (Ik denk sowieso dat voor hoe veel ik fiets en hoe belangrijk die sport voor me is, ik ondergemiddeld geld aan materiaal uitgeef. De laatste nieuwe fiets dateert van het begin van dit weblog, tien jaar geleden. Ik hecht erg aan dit type spullen, ben niet statusgevoelig en de lol zit ‘m daar ook niet primair in, ook is een nieuwe fiets wel leuk natuurlijk.)
Ik leerde door wat rond te neuzen dat het mogelijk is om de wensen van de drie bullets met elkaar te verzoenen: er is in geometrie eigenlijk nauwelijks verschil tussen een gravelfiets en wat tegenwoordig een ‘endurance’ racefiets genoemd wordt, een racefiets voor langere afstanden. Het verschil zit hem in de wielen en banden. En als je dan een frame kiest met voldoende ‘nokjes’ erop, is het uitbreidbaar met een bagagedrager, lowrider en andere parafernalia die je nodig hebt als je op vakantie gaat. Nou, dat ging écht kriebelen
Ik stond dit hele verhaal ergens in de nazomer of vroege herfst een keer te vertellen aan Dirk-Jan van de Kromme Spaak, en toen vertelde hij dat hun ‘huismerk’ van opbouw-fietsen, Velo de Ville, in november met een betaalbare gravelfiets op de markt zou komen. Hij vermoedde bovendien dat we er met de geometrie wel uit zouden komen. Ik spitste mijn oren!
Vanaf november ben ik een paar keer gaan praten, passen en meten, en gaan kiezen. Het was zo een geleidelijke beslissing, voor het geheel (de G400) als de onderdelen, zoals de groep en de kleur. Rond de feestdagen heb ik de bestelling geplaatst, en toen was het aftellen!
De eerste indruk is erg goed. Ik vind hem er mooi en stoer uitzien en ik heb vrijdag heerlijk gefietst – in de zon nog ook! Het stuur is iets breder dan ik gewend ben, dat voelt robuust en het is niet of nauwelijks extra belastend. De remgrepen en omgeving zijn fijn en liggen lekker in de hand – dat is een groot verschil in ergonomie met die oude racefiets. Schakelen en remmen enzo gaat allemaal prima. Ik kom er makkelijker mee over onverharde wegen dan met de Afrika-fiets, al moet ik in diepe blubber nog wel m’n meerdere erkennen.
Wat nog gaat volgen, is een tweede wielset, zodat ik makkelijk tussen race- en gravelfiets kan wisselen, klikpedalen, wat kleine dingetjes, en een bagagedrager. Dan kan ik gaan experimenteren met bagage en een keuze gaan maken voor de volgende fietsvakantie.
En wat zéker ook nog gaat volgen, is een boel fietsplezier!
Heel erg mooie fiets, Louise! Ik hoop ‘m binnenkort eens in het echt te komen bewonderen.