Toen ik een paar dagen bezig was met m’n project ‘elke dag yoga zo lang de zwembaden dicht zijn’, drong het tot me door: ik zou wel eens de 100 dagen kunnen gaan halen. Het was toen half december en ik schatte in dat we door het kwakkelige beleid en de virusmutaties mogelijk heel erg lang in iets half-lockdown-achtigs zouden terechtkomen. Dat had ik goed: vandaag is het dag 100 van mijn ‘lockdown-yogastreak’ (LYS op mijn Strava, al is het woord lockdown al een tijdje niet echt meer van toepassing).

Wat een ontdekkingstocht is het geworden! En wat heeft me dat door de taaie winter heen geholpen!

Ik ben nu bezig aan de derde maandkalender van Adriene, hartstikke handig: op het overzicht staat hoe lang je bezig gaat zijn en de PDF bevat aanklikbare linkjes naar het YouTube-filmpje met instructie. Tussendoor heb ik haar ‘foundations’ doorgewerkt en wat andere instructieve dingen gedaan. Ik herhaal ook nog wel eens wat, als ik meer wil doen dan op de kalender staat, bijvoorbeeld voor mijn buikspieren, bovenrug of heupopeners.

De dagelijkse portie varieert van 5 tot 55 minuten, ik ben gemiddeld op net wat meer dan een half uur per dag uitgekomen – ruim 50 uur yoga dus, tot nu toe. Soms behoorlijk pittig qua kracht, soms juist meer gericht op ademhaling, rekken en ontspanning. Vaak allround, soms gericht op een bepaald lichaamsdeel of functie (buik, armen, rug, spijsvertering, ademhaling). Door die afwisseling was het goed te doen; elke dag een stevige allround-sessie zou wel erg zwaar geworden zijn. Maar die kalenders zitten goed in elkaar. De relatie met het thema is dun, wel vind ik maart (‘move’) net wat zwaarder en fysieker dan de eerdere twee maanden.

Ik ben aan de streak begonnen omdat ik dacht dat dat een manier was om de kracht van mijn romp en armen te onderhouden en in totaal voldoende te bewegen, in de zwemloze en winterperiode. Dat effect heeft het zeker gehad – en veel meer.

In de eerste plaats heb ik er veel meer plezier mee gehad (en nog steeds) dan ik had verwacht. Dat zat hem bijvoorbeeld in oude bekenden weerzien – hoe lang had ik wel niet in de kaars (‘shoulder stand’) gestaan? Dat loopt in de decennia. Maar ik kan het nog, sterker nog: ik had het gevoel dat mijn lichaam het zich herinnerde.

Lol had ik ook doordat ik merkte dat ik leerde – als íets mij drijft, is het dat wel. Het doorwerken van de foundations was heel leerzaam. De kameel bijvoorbeeld, die kon ik niet, maar nu wel, dankzij de goede aanwijzingen van Adriene (aangevuld door Marcel, die yoga-docent is, mijn masseur én degene die mij het eerst op Adriene attendeerde). Nu nog even door-oefenen op m’n voeten plat krijgen.

Maar eigenlijk leer ik bijna elk dag. Soms zomaar ineens een nieuwe houding, waaronder deze waarvan ik geen naam weet en die van alles tegelijk rekt:

Ik werd ook sterker, in mijn polsen en schouders vooral – al was het alleen maar dankzij de bijna dagelijkse downward facing dog en plank, die ik allebei ook technisch beter leerde uitvoeren.

Mijn schouders hebben zelfs een ware transformatie doorgemaakt. In het landen van plank naar grond ging op een van de eerste dagen iets mis in mijn rechterschouder – auw. In de weken erna heb ik last gehad van een aanhechting van de delta-spier en moest ik daardoor heel voorzichtig bewegen, wat goed was om die nieuwe techniek in te slijpen. Ik moest bijvoorbeeld mijn armen wel naar buiten roteren als ik erop steunde, zoals in die dog en plank.

Tegelijkertijd ging ik merken dat ik als ik rechtop zat of stond, mijn schouders breder en lager waren dan ooit eerder, met mijn schouderbladen beter naar beneden en naar elkaar toe – wat altijd lastig voor me is geweest, met m’n ‘schoolbankruggetje’. Het filmpje upper back love was het eerste dat ik van Adriene leerde kennen en het is voor mij goud waard. Daar was ik blij mee en ik vond het veelbelovend, maar ondertussen had ik dus wel ook pijn.

Toen ik het Foundations-filmpje van de dolfijn deed, knakten m’n schouders in de puppy-houding al ‘open’ op een manier die voor mijn gevoel ook nieuw voor me was. Daardoor lukte de dolfijn (de 2e foto hieronder) vervolgens wel.

Sindsdien gaat dat naar buiten roteren makkelijker, mijn bovenrug is rechter, ik voel ook meer ruimte over mijn borstkas (‘heart space’) en af en toe een aangename warmte ter hoogte van de onderkant van mijn nek, alsof daar meer leven in de brouwerij zit.

Mijn schouders hebben er dus nieuwe bewegingsmogelijkheden bij gekregen en een nieuwe balans gevonden. Dat klopt echter nog niet helemaal – ik moet ze nog regelmatig open klik-klakken voor mijn gevoel, alsof ze nog steeds terugvallen in die oude, beperktere positie. Ze zijn ook nog wat gevoelig en snel moe, soms zelfs flink gevoelig zijn als er iets verkeerd zit geklik-klakt. Maar dat verbetert. Het is subtiel, maar voor mijn gevoel heb ik een nieuwe set schouders. Ik heb geen idee hoe lang er daar iets vast heeft gezeten – heel lang in elk geval.

Ik merk die nieuwe breedte en openheid van mijn bovenrug soms ook als ik andere dingen doe – achter de computer zit, hardloop. Ook dat is nog niet stabiel, net zoals ik ook niet altijd de alignment voel waarmee ik mijn houding kan corrigeren – ik schreef daar eind december al over en ik ben er nog steeds mee bezig, nog steeds ontwikkeling ook: head over heart, heart over pelvis; mijn ruggengraat voelen als stabilisator, energie die voorlangs naar boven stroomt en achterlangs naar beneden.

Bij het hardlopen voel ik de laatste tijd meer souplesse in mijn heupbeweging, dat is vast ook yoga-bijvangst. Ik ben benieuwd of het me voor het zwemmen ook nog wat gaat opleveren. Fietsen is op het moment nog zoeken voor m’n schouders en dat valt ze zwaar – ik snap ook wel waardoor die zo naar binnen gedraaid waren geraakt.

Andere lichaamsdelen en houdingen ben ik nog aan het onderzoeken. De houding die de ‘makkelijke’ genoemd wordt bijvoorbeeld, maar die ik knap lastig vind, vooral om ontspannen én recht te combineren, zelfs als ik op een boek zit, zoals hier. Als ik mijn heupen ontspan, kiepert mijn bekken naar achter en kan ik dus niet ‘alignen’, als ik goed recht ga zitten, span ik m’n heupen aan:

Als ik langer netjes moet zitten, zoals bij de meer op ademhaling gerichte oefeningen, zit ik liever op mijn hielen, in de gebedshouding:

Ik heb ondertussen de ‘makkelijke houding’ wel leren begrijpen als ‘de houding waarvan het de bedoeling is dat die steeds makkelijker wordt’: nadruk op het proces. Dat hoorde ik Adriene een keer zeggen in een filmpje dat ik echt al vaker had gedaan, maar dat was toen niet tot me doorgedrongen. Dat heb ik wel vaker, dat ik iets doe waarvan ik denk: hè, dit herinner ik me helemaal niet. Het proces is elke keer anders.

Anders dan dit verhaal en zeker de foto’s misschien suggereren, heb ik dus ook geleerd dat het niet gaan om het aannemen van de houding, maar om hoe het in je lichaam voelt. Daarbij gaat het vaak om ‘more than meets the eye’, want Adriene vaak zegt. Zo ziet mijn all fours er misschien uit als elke all fours, ook die van mezelf van vroeger, maar ik dóe iets heel anders: ik druk mezelf echt op vanuit de grond, ik recht m’n ruggengraat van kruin tot staartje, ik roteer m’n bovenarmen naar buiten en ik trek mijn navel naar mijn ruggengraat als ik uitadem. Zo is zelfs zo’n simpele houding een oefening voor mijn hele lijf en in aandacht, ademhaling en lichaamsbewustzijn.

Er zijn ook dingen die ik niet kan, waar ik tegen de grenzen van mijn lijf aanloop. De kraai, die ga ik nooit kunnen, denk ik, met mijn polsen en lage zwaartepunt. Maar dat geeft niet.

Ik schreef in december ook al hoe de dagelijkse yoga me had geholpen om op een dieper niveau de beperkingen van de coronacrisis te accepteren: niet meer aan zwem- en sportschoolvervanging doen, maar op zoek naar nieuwe mogelijkheden. Dat is een sterke rode draad gebleven.

Daarmee begeef ik me op het vlak van de mentale en spirituele kant van yoga – iets wat nauw komt, maar wat Adriene goed doet, vind ik, door soms achter nogal zweverige dingen over bijvoorbeeld ‘self love’ relativerend te zeggen ‘or whatever that means to you’ of op een andere manier openheid te bieden om er een eigen draai aan te geven. Je kunt als je je hoofd buigt de wijsheid van je hart en je hoofd met elkaar verbinden, maar het is ook gewoon een manier om je nek en bovenrug te rekken. Daardoor werkte ook deze kant goed voor mij.

In de yoga oefen ik op gewoon leven, zonder te wikken en te wegen over wat ik zal of niet zal. Het heeft me namelijk de afgelopen maanden soms voor mijn gevoel bijna te veel ‘hoofd-energie’ gekost om mezelf op goede koers te houden, alsof ik mezelf wat al te bewust moest ‘sturen’. In de yoga zocht ik naar overgave en ontspanning. Ik kan merkbaar zowel in de forward fold als in de extended child’s pose dieper het hoofd buigen – wat ook metaforisch is, denk ik, voor dat accepteren waar ik geen controle over heb, mij meer aan de grond toevertrouwen.

Ik ben dus helemaal fan geworden van Adriene. Ik vind haar knettergoed, en ik vind bovendien dat ze een sympathiek businessmodel heeft: ze verdient er dik aan, mede door een deal met Adidas, maar die merknaam druipt er bepaald niet vanaf (in al die uren heeft ze hem één keer gezegd, en ik heb hem een enkele keer zien staan), en ze biedt honderden video’s gratis aan.

Adriene heeft bovendien een aardige dosis speelsheid en humor, daarbij vaak geassisteerd door haar hond Benji. Daardoor is het ook gewoon superleuk om haar filmpjes te volgen. In deze verder zo karige tijd is het daarom voor mij een bron van plezier. En dat is het állerbelangrijkste.

Ik ben er voorlopig nog niet klaar mee, daar schreef ik gister ook over. Ondanks dit alles word ik geen yogavrouw, ik ben en blijf in de eerste plaats een buiten-duursporter. In die ongeveerr 50 uur yoga is mijn hartslag maar een heel enkele keer wezenlijk omhoog gegaan. Oftewel: conditioneel doet het mij vrijwel niets. Bij alleen yoga zou ik alleen al dat ontzettend gaan missen. Ik doe yoga erbij. En dat werkte de afgelopen 100 dagen geweldig!

 

Hieronder een overzicht van de filmpjes die ik herhaald heb als een soort ‘best of’ naast de maandkalenders:

 

(Foto’s gemaakt door Henk, afgelopen zondag, in een speciale yoga-fotoshoot in de woonkamer)