Na de deceptie bij de Branderszwemtocht had ik er weinig fiducie meer in dat er nog wat door zou gaan de komende tijd. Maandag, op een qua weer ook heel sombere dag, lekten er ’s middags maatregelen uit waaronder dat we de stad niet meer uit zouden mogen. Dus toen ik aan het eind van de middag toch nog maar even op de fiets stapte (nat-nat-nat), waren de taper-intervallen wat halfslachtig. Gelukkig wel lekker.
’s Avonds vielen de maatregelen qua grote steden mee en bleek sport te vallen onder de talloze uitzonderingen van groepsgrootte- en reisbeperkingen. Verder viel het niet zo mee, en ontstond er de dagen erna een grote chaos in de opvolging. Daarin sneuvelden voor ons twee dingen waarnaar we hadden uitgekeken: woensdag de tijdrit van de BinckBankTour in mijn geboorteplaats (Mathieu van der Poel over de Boulevard zien racen, dat leek me supergaaf) en half november (pas!) de geheel op corona-maat georganiseerde marathon van Vlissingen waar manlief aan mee zou doen.
Er zaten aan de nieuwe coronamaatregelen en sowieso aan de huidige situatie nog wat meer haken en ogen waar ik bloedchagrijnig van werd. Qua maatregelen voelde ik me vooral overgeleverd aan de willekeur van plaatselijke bestuurders. Daarnaast moet ik nu zelf steeds ethische beslissingen nemen: is op de fiets naar Delft gaan voor een afspraak met vrienden een reisbeweging die je moet beperken of niet? We hebben het gisteravond niet gedaan, dat beperken, en het was gezellig, maar dat terzijde.
Tussen al die ellende door kwam het bericht dat TriOuderkerk door zou gaan. Sinds de afgelasting van Alphen in juli was dat nog de enige triathlon van dit seizoen waar ik me vooraf voor had ingeschreven (de HIAthlon was een ‘nakomertje’). Hij was wel doorgeschoven van half augustus naar begin oktober. Daarmee zou het mijn eerste oktobertriathlon ooit worden, de laatste in het seizoen. Dit eerste weekend van oktober kunnen we onder normale omstandigheden nooit, want dan loopt manlief de Kustmarathon, maar die is ook afgelast.
Wat ook frappant was, was dat het nou juist de Olympische Afstand doorging – verder had ik me dit seizoen vooral voor kwarten ingeschreven, waarbij je 500 meter minder zwemt. Deze OD (1500 meter zwemmen, 40 kilometer fietsen, 10 lopen) had ik nog maar één keer eerder gedaan, toen op een traag parcours en heel voorzichtig. Dat kon echt beter.
Maar goed, het bericht over het doorgaan kwam dus tussen al die maatregelen en afgelastingen. Toch wel een dilemma ook: moet dat nou, met honderden sporters naar de regio met de meeste besmettingen afreizen? Maar ik realiseerde me ook wel: als wij niet gaan, verander je daar niets aan, en ik ben niet bang dat zo’n triathlon een besmettingshaard is. Het is buiten en de aanpak is aangepast.
Dus: toch maar wel dan. Maar het vooruitzicht kon de corona-wolken in mijn hoofd toch niet helemaal verdrijven. Dat had ook wel met het weer te maken: de verwachting was kil en nat. In de auto op de heenweg regende het non-stop bij een graad of 13.
En ik hield een slag om de arm. Ik dacht: ik geloof het pas als ik ben gestart. Of eigenlijk pas helemaal als ik de finish haal. Mijn voorbereidingen bleven zo wat halfslachtig: ik heb nog een keer gelopen, ben wezen afharden in het afkoelende zwemwater en deed vrijdag nog wat yoga. Toen constateerde ik al: mijn hoofd weet het nog niet, maar mijn lijf heeft er wel zin in. Moet ik vaker doen misschien, halfslachtig taperen.
Nou, ik ben gestart. En gefinisht. En doordat de afstanden allemaal aan de korte kant waren – het fietsen zelfs maar 36 kilometer – was het niet moeilijk om sneller te zijn dan toen in Rotterdam: ik finishte in 2:44:51, dat was 18 minuten sneller dan toen, en dus een heel dik PR.
Ik heb al met al lekker buiten gespeeld. Het ging goed, zonder dat het echt super was – zoals bij de HIAthlon het fietsen. Het zwemmen was eerst wat rommelig en het water aan de koude kant (16 graden), maar het gaf me wel een kick hoe veel ik er inhaalde (m’n GPS had trouwens niet z’n beste dag, dus de afstanden van zwemmen en fietsen op Strava kloppen niet). Fietsen heb ik voorzichtig gedaan. Er werd gewaarschuwd voor gladheid, ik wilde wat overhouden voor het lopen en ik heb ook nog wat moeten inhouden om niet te stayeren. Het lopen ging naar behoren voor wat ik nu kan, wat wil zeggen dat het wat traag en moeizaam is, maar meer zit er niet in op het moment en het ging relatief beter dan bij de HIAthlon.
De wissels heb ik redelijk op m’n gemakje gedaan om voldoende warms en droogs aan te hebben. Dat ging goed, alleen direct na de finish was het echt kil. Het bleef zo goed als droog; de meeste regen viel tijdens het zwemmen. En later in de auto terug ook weer.
En zo ging het dus wel. Ik vond de coronamaatregelen minder precies dan bij de HIAthlon, maar wel voldoende. Beetje onhandig gedoe met dat je de gezondheidschecklist op je telefoon moet laten zien, parc fermé niet slim ingericht, rolling zwemstart was in twee rijen het water in sprinten en dus toch wasmachine. Maar volgens mij deed iedereen wel z’n best en dat is het allerbelangrijkste.
Het was een leuk parcours, in, om en zelfs over (vlonders) de Ouderkerkerplas en met een boel groen, onder andere langs het riviertje Holendrecht – vanwege het parcours wilde ik ‘m graag doen. Ik kende het daar net niet, terwijl ik de omgeving wel goed ken uit mijn Amsterdamse en Amstelveense tijd. Wel veel snelweg in de buurt.
Leuk dat manlief erbij was, bij zijn enige triathlon dit seizoen mijn buurman in het parc fermé – in mijn oude wetsuit, want hij is laatst uit het zijne gescheurd:
Het was niet de gezelligste triathlon, vond ik, mogelijk mede door het weer. Ik was ook minder euforisch dan bij de HIAthlon. Maar wel tevreden. En mijn humeur vandaag is veel beter dan eerder in de week, dat effect heeft het zeker ook gehad.
Dapper van de organisatie én de gemeente dat het door kon gaan! Dat voelde echt als against all odds. Dank!
Geef een reactie