Blog2023-10-12T13:20:50+02:00

Koud-water-workshop

Lag ik daar afgelopen zondag zomaar ineens zonder wetsuit in het Oostvoornse meer:

Ik heb die middag een koud-waterworkshop gedaan in een kleine groep bij Annemarie Pruijt van Energia Training, van wie ik in 2016 chi-running leerde (nog steeds veel baat bij).

Aanleiding was enerzijds dat koud water wel eens wat triathlon-pret heeft vergald: één keer kon ik niet verder zwemmen en ik ben ook wel gespannen geweest voor de kou (voorbeeld) of heb mijn keuze voor wedstrijden ervan af laten hangen (Brouwersdam mede daarom niet voor herhaling vatbaar). De andere reden is dat het mij tof lijkt om ook in de koude tijd van het jaar buiten te kunnen zwemmen – beter dan die drukke chloorbak met elke 25 meter een muurtje, en een alternatief als die dicht is, zoals in de lockdowns.

Ik heb er afgelopen oktober aan gedacht. Maar toen was het ineens veel kouder en toen stond dat me toch te veel tegen. Terwijl ik wel houd van koud douchen en bijvoorbeeld dat zwemmen in het Van Maanenbad in de sneeuw van laatst een enorme kick vond. Ik heb een soort haat-liefde-verhouding met koud water.

Uiteindelijk was het zondag pure liefde. Aan de oever van het Oostvoornse meer ríep het water gewoon, het zag er prachtig uit. Ik voelde de kou wel, maar kon die prima verdragen. Daar had de workshop wel voor gezorgd: dankzij oefeningen die zorgden voor warmte, energie en ontspanning, maar ook dankzij oefeningen in verdragen. We deden bijvoorbeeld oefeningen waarbij je je ademprikkel moest onderdrukken en tegelijk ontspannen, en een squat van maar liefst tien minuten. Dat voelt hartstikke rot, mijn benen trilden als gekken – nou en? Dat kan ik wel.

Op diezelfde manier kun je dus ook koud water verdragen. En dat hoefde minder lang: twee minuten. Dat kon ik dus ook wel. Inderdaad. Het werd zelfs iets langer.

Eye opener vond ik dat juist de standaard reactie van schrikken en dan druk gaan doen, gaan gillen enzo, níet de weg is. Wél de weg is een rustige, diepe buikademhaling. En dan gewoon gaan. Ik bestond uit twee delen: een deel voelde de kou, het andere deel was gewoon rustig aan het ademhalen en bleef dus relaxed.

Het Oostvoornse meer leent zich er wel prima voor, de Schie hierachter is wat lastiger. Dit was ook nog iets heel anders dan echt zwemmen, al zou dat van mij best in wetsuit mogen. Ik wil er zeker mee doorgaan, al weet ik nog niet of ik het zo in het vat kan gieten dat ik een winterharde doorzwemmer word. Maar al helpt het maar een beetje, dat scheelt al. Ik weet nu dat ik het kan.

Sterker nog: ik dacht zondag zelfs ‘goh, is dit alles?’ Hele middag bezig voor een kort eitje. Maar zonder die hele middag had ik dat beslist anders ervaren!

Ik had er een hele sportdag van gemaakt door te fietsen, zowel heen (met haast na de Spijkenisser brug toen die open stond) als terug (prachtige avond, maar ik werd wel moe), 80 kilometer in totaal, met een bult spullen achterop. Hier is een foto van de terugrit, het Brielse meer:

Dik tevreden terug thuis!

 

3 mei 2022|Categories: Fiets, Zwem|0 Comments

Mooie sportdag in Zeeuws-Vlaanderen

Ik heb afgelopen zaterdag een bijzondere sportdag gehad in Zeeuws-Vlaanderen. Manlief liep daar de marathon, twee weken na Rotterdam, het was een doorgeschoven inschrijving uit 2020. Hij twijfelde tot donderdag maar hij voelde zich goed en zou kalm aan doen en van het parcours genieten.

Dus ik heb hem ’s ochtends in startplaats Hulst uit de auto gezet, ben doorgereden naar finishplaats Terneuzen en heb daar zelf gelopen: de ‘afwachtingsloop’, 10 kilometer, met start en finish op de finishlijn van de marathon.

Ons parcours was helemaal aan de buitenkant van de dijk van de Westerschelde, mooi uitzicht, maar dus eerst pal tegen windkracht 5 in naar het oosten buffelen, keren en dan terug wapperen:

Negatieve split gegarandeerd: ik was 3 minuten sneller op de terugweg!

Ik ben relatief slecht in tegenwind, had niemand om achter te schuilen want het was maar een klein loopje (35 deelnemers op de 10, nog zoiets op de 5). Op de terugweg kon ik zo een stuk of zes lopers inhalen, dat is altijd wel leuk natuurlijk. Desalnietemin geen snelle 10, het was ook nog eens iets te lang (de speaker noemde het een kwart marathon, maar zo lang was het niet – wel net iets langer dan 10 kilometer). Maar ik heb lekker gelopen en werd 5e van 12 vrouwen, als oudste deelneemster ???? Als aandenken kregen we een mooie zeegroene handdoek, erg leuk:

Daarna kon je douchen in het sportcentrum met de briljante naam ‘Vliegende Vaart’ 😆  Mooi centrum, groot zwembad ook. Dat was een stukje lopen (2,5 km), vond ik wel leuk (leuker dan de pendelbus): ontdek-je-plekje Terneuzen. Het was geen heel verheffende route, maar met wel een klein stukje intens voorjaarsgroen:

Het was voorjaar, luid en duidelijk:

 Ik was maar net op tijd terug om manlief te zien finishen, met een mooie medaille:

Hij was maar 10 minuten langzamer dan in Rotterdam en had eigenlijk lekkerder gelopen dit keer. Inderdaad een mooi parcours, veel onverhard. Wel warm ook.

Ik vond het een prettig evenement, met een aangenaam relaxte sfeer. Het is allemaal heel kleinschalig: marathon met 750 deelnemers; aan de kidsrun die ik zag starten deden er maar 7 mee. Klein maar fijn!

We zijn daarna nog wezen eten in Phillippine. ’s Avonds moe maar voldaan terug thuis!

 

28 april 2022|Categories: Loop|0 Comments

Sportschade

Als je goed kijkt op de foto bij de start van maandag, zie je op mijn gezicht een paar rode plekjes. Ik heb ze hier paars omcirkeld:

Dat zijn er drie van de zes, de rest zie je niet. Ik ben een paar weken doelbewust lelijk, om erger te voorkomen.

Die plekjes, daar zat zonneschade, officiële term: actinische keratose. Ik heb het eerder gehad; in 2014 zijn er een paar plekjes behandeld met vloeibare stikstof, maar volgens de huisarts was een crème tegenwoordig de voorkeursbehandeling. Die zoekt als het ware zelf de aangedane gedeeltes, want daar delen de cellen sneller en daar grijpt de crème op aan. Die brandt de slechte stukken huid weg, vandaar nu die wondjes en korstjes. Het is eigenlijk een soort oppervlakkige chemokuur.

Kanker is een te groot woord voor zonneschade (al kan het zich daar wel in ontwikkelen als je het niet behandelt, maar dat duurt decennia). Maar het is dus wel iets met de celdeling. Te merken door ruwe plekjes op mijn huid. Die zaten er alweer jaren, dat kan geen kwaad verder. Een tijdje terug begon er eentje echter te schilferen en dat wordt wel lelijk – want dat wordt het dus op den duur: steeds zichtbaarder. Dan maar weer ingrijpen dus.

Met het vele buitensporten kom ik nogal eens in de zon natuurlijk. Ik denk zelf ook dat de reis Down Under in de winter van 2017/2018 z’n sporen heeft nagelaten: door de intensieve zon tijdens die 5000 fietskilometers, maar ook omdat de zomers ervoor en erna mooi waren en het dus zo ongeveer 1,5 jaar lang non-stop zomer was voor mijn huid. Daar kan die niet zo goed tegen. Die zongevoeligheid zit in de familie. Mijn vader was rossig en meed de zon als de pest, en mijn broer heeft ook al plekjes laten weghalen.

De plek op mijn linkerwang (niet te zien op de foto) is veel groter dan ik had verwacht, daar was veel meer huid aangedaan die eigenlijk niet eens ruw was, hooguit dunner en rimpeliger dan de rest, dat had ik wel al gemerkt. Daar ben ik wel een beetje van geschrokken. Ik doe mijn best met zonnebrandcrème, maar het gaat ook wel eens mis en ik vind bruin worden toch ook wel fijn, dus ik wil niet de hele tijd factor 50 op m’n kop. Maar de 6 die ik veel gebruik is misschien toch te weinig.

Met die zalf wordt het eerst slechter voordat het beter wordt. Ik moet nog een paar dagen smeren, daarna kan het herstellen en ben ik er voorlopig weer vanaf. En daarna braver met de zonnebrandcrème in de weer!

 

24 april 2022|Categories: Fiets|0 Comments

Paasthuistrainingskamp, editie 3

In 2014 en 2015 deed ik in het lange Paasweekend iets wat ik ’thuistrainingskamp’ noemde. (In 2014 had ik nog geen blog, in 2015 schreef ik er twee stukken over: tijdens en na.) Dit jaar leek dat me ook wel weer wat: de laatste tijd was het zoeken naar regelmaat en structuur in het trainen en het seizoen nadert met rasse schreden. Het leek me fijn om een paar dagen prioriteit te geven aan het trainen. Zeker toen het weerbericht zich zo gunstig ontwikkelde!

Ik kon er zes dagen van maken: donderdag lukte het ook al om overdag wat langer te trainen en morgen komt er ook nog achteraan. Anders dan in die vorige twee jaren heb ik niet alleen maar veel gefietst. Ik had juist behoefte aan een allround programma: de drie sporten én yoga, zowel lang en rustig als kort en hard. Daardoor werden het gemiddeld per dag minder uren dan in die eerdere jaren, maar het was wel leuk en goed. 

Het was wat puzzelen om een goed gedoseerd programma op te stellen, met de trainingen die ik wilde doen in samenhang met de openingstijden van de zwembaden en met wat er verder leuk (Parijs-Roubaix, mijn lievelingskoers, kijken!) en nodig (donderdag en dinsdag werk, daartussen huishoudelijke klussen en werk aan het boek) was, maar dit werd het:

  • Donderdag: de eerste brick-training van het seizoen: eerst een uur fietsen op de triathlonfiets met langere intervallen net onder FTP, daarna 13 km rustige duurloop, in de stralende polder Schieveen, met kwetterende vogels en alles groen – heerlijk gelopen.
  • Vrijdag: 50′ zwemmen (techniek) en 2u40 rustige duur op de racefiets, lekker zwerfrondje over Putten, langs het Spui en de Bernisse, onder andere genoten van het koolzaad in bloei:

  • Zaterdag: de tweede brick-training van het seizoen: iets langer op de triathlonfiets, met power-intervallen (maximaal omhoog op de macht) in de Beneluxtunnel, op de viaducten van Pernis en de Botlekbrug (de eerste van het seizoen – oef, daar heb ik nog wat werk aan de winkel), daarna 45′ hardlopen met intervallen van 300 of 400 meter.
  • Zondag: paaszwem en paasyoga. Zwemmen: uurtje techniek, met kinderliedjes op de achtergrond want het was tegelijk ook peuter-zwemmen. Yoga: uurtje rekken en strekken met yoga (relatieve hersteldag)
  • Maandag: paasloop en paascore. Eerst de 10 kilometer Paasloop in Numansdorp. Die bepaalde de planning nogal: ik wilde in deze tijd ergens een keer een lekkere tien lopen, en dat kon dus vandaag in Numansdorp, te combineren met een bezoek aan pa, Henks vader die daar woont. Dus dan moest de dag ervoor rustig en met altijd een dag ertussen ‘moesten’ de andere hardlooptrainingen op donderdag en zaterdag, en de dag erna niet meer iets intensiefs. Het was een leuk klein loopje, met inschrijven in een school:

Het lopen zelf ging goed. Het was stralend zonnig weer, maar wel warm, met een droge lucht en ook nog wel een duidelijk voelbaar windje. Het parcours was wel grappig: eerst door de velden van de Hoeksche Waard, een keerpunt in het niks, en op de terugweg nog een extra rondje door het industriegebied. Ik finishte in 54’07, maar het was wel iets te kort. Voor zo’n ’tussendoortje’ prima. Manlief deed ook mee, hij had z’n camera bij zich en zette me dus een paar keer op de foto: voor de start, net voor het keerpunt, op tweederde ongeveer en in m’n eindsprint (let op de mooie bloesems):

En daarna dus op bezoek bij pa:

En nog later 48′ core stability training (ook yoga: kracht en een beetje rekken).

  • Vandaag ben ik op de fiets naar Amsterdam gegaan, waar ik om half 4 moest zijn voor werk. Met een omweg via de bollenvelden,  90 kilometer. Op de Afrika-fiets (want spullen mee), met wat moeie benen van gisteren, en met steeds hardere tegenwind – bij Schiphol was ik dat wel een beetje zat. Er 4u45 over gedaan, mijn langste rit tot nu toe dit seizoen. Het was daarna even haasten om me om te kleden enzo, dus wel wat gedoe, maar al met al was het toch wel erg leuk zo. Ik maak deze blogpost af in de trein terug naar huis.

 

Ik heb alles kunnen doen wat ik had gepland. In totaal was het zo’n 17 uur en drie kwartier, als je alles meetelt, dus ook stadsfiets en yoga. Ik ben nu wel een beetje moe, allround, dat is wel een lekker gevoel. Met ook goed eten, net wat langer slapen, een boel rust toch ook nog en al dat mooie weer waren het heerlijke dagen! 

19 april 2022|Categories: Fiets, Loop, Triathlon algemeen, Zwem|0 Comments

Terug wennen aan normaal

De laatste weken is mijn werk ineens weer een heel stuk ‘normaler’ geworden, in de zin van: het lijkt weer veel op hoe het ging voor maart 2020. Er blijft nog steeds wel wat online doorgaan, maar de meerderheid is ‘live’. Ik geniet daarvan: van werken met ‘echte’ mensen, van de praatjes tussendoor, van de dynamiek en afwisseling in mijn werkende bestaan. Ik vind het echter ook druk: het reizen, en als ik dan thuiskom, moet ik nog opruimen en afhandelen wat er in de tussentijd is gebeurd.

De afgelopen twee weken had ik daardoor iets wat ik me nog herinnerde van meer dan twee jaar geleden: sport-planningsproblemen. Als ik dan mijn agenda leg op de openingstijden van het zwembad en mijn trainingsschema vergelijk met de beschikbare tijd en mijn dan  verwachte energieniveau, krijg ik het gewoon niet allemaal voor elkaar. Het is ook nog net zo dat ik een beetje wil opschalen omdat het seizoen in zicht komt en ik het fietsen uit de mottenballen wil halen, én dat het nou net wél slecht weer is (en niet zo’n beetje ook).

Dit ken ik wel, het gebeurde sowieso wel eens en dit keer gaf ik mezelf een trapje onder de kont om weer wat strakker agendabeheer te gaan doen (met het oog op die zwemtijden). Komt ook wel weer goed, net deze weken waren ook druk met werk.

Maar ik realiseerde me ook nog iets anders: de afgelopen jaren was het sporten het hoogtepunt van de dag, het uitje, de kans om iets anders te zien dan mijn eigen beeldscherm, lekker naar buiten, eindelijk bewegen. Op een dag als gister was ik al naar Amsterdam geweest, inclusief 2X15′ stadsfiets en twee stukjes lopen. Aan de activiteitenmeter van mijn horloge kan ik zien dat ik op zo’n werkdag veel meer beweeg dan op een beeldschermdag thuis.

Om dan aan het eind van de dag ook nog, zoals op de planning stond, hardlopend naar het zwembad te gaan, daar moest ik me echt even toe zetten. De heenweg was dan ook wat futloos.

De afgelopen twee jaar heb ik me aan het sporten vastgeklampt als manier om nog iets van dynamiek en afwisseling in een verder saai bestaan te hebben. Dat heeft beregoed gewerkt, ik kijk daar met genoegen op terug. Het is ook niet zo dat sport die rol nu helemaal verliest, en dat sport corvee wordt ofzoiets. Zo zwart-wit is het niet. Maar in de hiërarchie van leuke dingen krijgt het wel een iets minder prominente plek. Die het vroeger ook had.

Daar is niks mis mee. Het is alleen even wennen. Wennen aan een normaler bestaan.

 

 

7 april 2022|Categories: Fiets, Triathlon algemeen, Waarom|0 Comments

Zwemmen in de sneeuw

Het was al meer dan twee jaar geleden: ‘uit’ zwemmen. Daarmee bedoel ik: ik moet ergens heen, meestal voor werk, en als het uitkomt maak ik van de gelegenheid gebruik om daar in de buurt te gaan zwemmen. Altijd leuk om eens andere tegeltjes te zien. Zo heb ik de afgelopen jaren regelmatig gezwommen in Amsterdam, Utrecht, Nijmegen en Leiden. Maar het was ook al meer dan twee jaar niet het geval, met al dat thuiswerken.

Vrijdag moest ik ’s middags in Amsterdam op de Zuid-as zijn, en toen dacht ik: laat ik eens kijken. Daar niet ver vandaan is het De Mirandabad, waar ik op deze manier wel vaker ben geweest, binnen in het 25-meterbad. Vorig jaar werd dat zwembad wereldberoemd in Nederland om het het eerste en lange tijd het enige was waar je in die eindeloze lockdown kon zwemmen – het was immers buiten, en 50 meter nog ook. Van heinde en verre kwamen de zwemmers erheen. Ik niet, ik vond dat in allerlei opzichten te ver gaan: qua corona-maatregelen toen maar ook qua reizen en tijd. 

Dat buitenbad bleek afgelopen vrijdagochtend open, en toen dacht ik: dan wil ik het wel eens meemaken. Ik bedacht dat een paar dagen van tevoren en had het er even over met Niels, een mede-triatleet van een andere opdrachtgever die daar in de buurt woont met ik vaker over triathlon dan over adviesrapporten praat. ‘Dan ga ik mee,’ zei hij. Leuk! Hij wist ook nog wat praktische zaken.

Het werd nog wel even spannend, want toen werd het winters en ging het sneeuwen. Niet alleen leek dat me bere-koud, maar ook zat ik met een mogelijk vervoerprobleem. Ik zou met de auto immers, want de watertemperatuur noopte tot wetsuit en met ook nog laptop en handouts enzo bij me werd het te veel voor fiets en trein. Ik moest er ook nog voor zorgen een beetje fatsoenlijk bij die opdrachtgever aan te komen, dus dacht na over warme, makkelijk aan te trekken nette kleren.

Uiteindelijk viel het verkeer reuze mee. Dus ik naar Amsterdam, waar de laatste restantjes sneeuw nog zichtbaar waren. Ik kleedde me om in de tent met kacheltje:

Ik trof Niels en we hadden een hele baan voor onszelf alleen. Het was aan de frisse kant, maar goed te doen als we maar bleven bewegen. We hebben nog wat intervalletjes samen gezwommen zelfs, dat ging net als Niels zich inhield en ik me flink inspande – hij is veel sneller dan ik.

Zo kwam ik erachter dat ik wel degelijk sneller ben in wetsuit. Ik had nog nooit in een zwembad in wetsuit gezwommen, en in buitenwater is de afstandsmeting niet zo precies en is er een boel anders wat de snelheid bepaalt. Daardoor had ik het nooit kunnen meten. Ook nu weet ik het niet precies omdat ik niet weet wat het scheelt in een 50 meter bad, maar ik zwom een snelle 100 meter wel frappant makkelijk. Het scheelt niet veel, maar wel wat.

Klein uur gezwommen, toen was het tijd om verder te gaan. Eruit was wel even koud in de ijzige wind, vooral aan handen en voeten. Gelukkig waren er warme douches. Daarna maakte ik nog gauw deze foto:

Als je goed kijkt, zie je daarop stoere bikkels zonder wetsuit! Niels maakte deze foto van me, let op het klontje sneeuw tegen de boom:

(aanvulling 12 april: ook de foto van Niels erbij:)

In de auto, met thermosflesje thee, warmde ik snel genoeg weer op en kon ik ook mijn haar enigszins fatsoeneren. Bij mijn opdrachtgever werden ook mijn voeten weer warm en kreeg ik enorm veel energie. Die kick duurde tot in de avond.

Ik vond het heel erg leuk en voor herhaling vatbaar. Buiten is fijn, 50 meter is lekker zwemmen, zo rustig gaf heerlijk veel ruimte, het voelt stoer, ik kreeg er veel energie van, het was leuk om samen te zwemmen.

Ik vond het alleen wel een ethisch dilemma. Wat een energie moet het kosten om zo’n enorme bak water te verwarmen, voor een handjevol mensen – al was het water net een graadje kouder geworden. Dan nog. Niet fijn voor milieu en klimaat en het sponsort Poetin want het is op gas. Dan ‘moest’ ik ook nog met de auto, waar ik anders voor het OV gekozen zou hebben. Oef. Morgen weer braaf op het fietsje naar een 25-meter-binnenbad. 

 

3 april 2022|Categories: Zwem|1 Comment

Project daglicht jaargang 2 √

Met het ingaan van de zomertijd heb ik de tweede jaargang van #projectdaglicht volbracht: in de wintertijd elke dag in het daglicht naar buiten, in totaal minstens zeven uur per week. Het is weer gelukt, ik vond het makkelijker dan vorig jaar. Ik heb daar drie redenen voor bedacht:

  • De corona-omstandigheden waren minder taai. De lockdown duurde maar kort en daarna kwamen uiteindelijk drastische versoepelingen. Als ik alleen al naar het lunchzwemmen kan, is dat 2X10′ stadsfiets-daglicht, en de laatste weken fietste ik zelfs naar het station om naar opdrachtgevers toe te gaan en naar etentjes in Den Haag – dat soort dingen, die vorig jaar onmogelijk waren.
  • Het weer was beter, vooral de laatste weken: de zonnigste maart ooit. Wat was dat lekker, zeg! Ik heb zelfs al royaal buiten gezeten: op terrasjes, en thuis bij de lunch en koffie. Februari was wat taaier, met al die storm en regen, maar daarvoor was het vaak ook prima buitenweer. Hooguit zo grijs dat ik me afvroeg wat ‘daglicht’ eigenlijk was, maar goed.
  • Ik liep langer hard, door te trainen voor een halve marathon, vorig jaar tien kilometer. Die lange duurlopen voegen aardig wat daglicht-uren toe.

Ik heb dus veel minder vaak speciaal een ommetje moeten maken om aan het daglicht van de dag of het totaal aantal uren van de week te komen. Desalniettemin was het wandelen ook weer de moeite waard. Hier zijn een paar wandelfoto’s van de afgelopen tijd.

Reeuwijkse plas, januari, met Bastiaan

Stormschade in Park Zestienhoven na Eunice

Gewoon op het Veerhuiseiland – ben ik minder geweest dan vorig jaar, maar blijft leuk

De Schiedamse ijsvogel, afgelopen vrijdag, ommetje met Arno en Marjon – foto van Marjon

Weer een corona-winter goed doorgekomen dus. Net als vorig jaar voel ik me voor maart goed, beter dan gemiddeld. Beetje hooikoorts, meer dan vorig jaar, dat is het effect van de zachte winter. Nog steeds covidloos, ben ik blij mee. Het is wel duidelijk drukker dan vorig jaar, ik zit al af en toe weer te puzzelen met m’n agenda, dus het werk op de openingstijden van het zwembad leggen enzo. Dat is ook lang geleden! Maar al met al komt wel de betere tijd van het jaar er weer aan, en dat is fijn.

 

27 maart 2022|Categories: Loop, Triathlon algemeen, Waarom|0 Comments

Ik sta in Fiets, met een nieuwtje

Fiets Magazine heeft elke maand een rubriek ‘Fietser’ en deze maand sta ik daarin! Dat is sowieso leuk natuurlijk, maar wat er nog extra leuk aan is, is dat ik daarin een nieuwtje aankondig – iets waar ik al jaren op de achtergrond mee bezig ben: als alles goed gaat, verschijnt volgend jaar van mij een boek! Het is bedoeld voor mensen (m/v) die met hart en ziel sporten, merken dat ze een dagje ouder worden, en zich afvragen: hoe blijf ik goed en hoe houd ik het leuk?

Ik ben kort na mijn Ironman begonnen met schrijven – ik zag toevallig onlangs nog dat ik dat hier had aangekondigd. Het boek is een paar keer van opzet veranderd, en een paar jaar geleden in de plooi gevallen van dat over en voor die oudere sporter. En met ook: ik heb tien sporters geïnterviewd of op een andere manier erbij betrokken. Ik heb er ook eigen ervaringen in verwerkt, soms in de vorm van bewerkte stukken van dit blog. Daarnaast heb ik ook praktische en informatieve nieuwe stukken geschreven.

Het interviewen en schrijven was leuk en leerzaam om te doen. Het is zo het boek geworden dat ik zelf graag een jaar of tien geleden had willen lezen. Mijn zoektocht naar informatie toen heeft me onder andere langs opleidingen gevoerd en veel doen lezen en praten – grondstof voor dit boek. Een titel heeft het nog niet, daar ben ik hard over aan het nadenken.

De laatste maanden ben ik vooral bezig geweest met het zoeken naar een uitgever. Die heb ik nu, of althans: een mondeling akkoord, met enthousiasme over en weer – erg leuk. Wordt vervolgd dus!

 

23 maart 2022|Categories: Boeken, Fiets, Trainer, Triathlon algemeen, Vrouwensport|1 Comment

Eindelijk!

Ik vond een zwemloop altijd een nogal masochistische bezigheid: fietsen is immers m’n beste en dierbaarste sport van de drie, en net die doe je dan niet. Ik had ooit eens één kort informeel zwemloopje gedaan in buitenwater op een trainingsdag van de Vrouwentriathlon, dat was toen toch wel leuk.

Al jaren wilde ik een keer toch zoiets masochistisch doen maar dan op een voor mij bijzondere plek: in mijn geboorteplaats. Zwemmen in het mooie Vrijburgbad waar ik sowieso wel eens kom en dan lopen daar in de buurt, net een stukje Vlissingen dat ik niet zo goed ken.

Aan de hand van mijn logboek kan ik nagaan dat ik tussen 2016 en 2019 nooit kon op de dag van de Zwemloop Vlissingen. In 2020 stond ik ingeschreven, maar toen kwam corona ertussen, en ook vorig jaar ging het niet door. Gister was het dan ein-de-lijk zo ver.

Manlief en ik hadden allebei gekozen voor de korte afstand: 500 meter zwemmen, 5 kilometer lopen. Hij zwemt nooit in het zwembad en dus ook niet buiten het openwaterseizoen en verwachtte met z’n schoolslag als laatste uit het water te komen – en dat was ook zo. Ook ik had gezien dat het niveau hoog was, en mijn zwemconditie is nog niet op peil na de zwembadsluiting van deze winter. Verder gaat het wel al heel lekker, maar een kilometer leek me nog een pleuriseind.

Bovendien had ik geen idee van m’n loopvorm, een week na de frustrerende halve marathon. Ik heb in die week veel rust genomen, voelde me tot woensdag vreemd moe, maar sindsdien opgeknapt – voor mijn gevoel heb ik toch echt wat onder de leden gehad ofzoiets.

Er kwam nog bij dat het met Henks vader niet goed gaat: die ligt sinds vrijdag in het ziekenhuis. Henk wilde toch wel mee, maar het werd een bliksembezoek aan Vlissingen: meteen na de finish terug naar Rotterdam voor het bezoekuur.

Dus met wat mitsen en maren aan de start. Leuk om voor het eerst in het seizoen in de weer te zijn met spulletjes klaarleggen voor de wissel, m’n wedstrijd-zwembrilletje op te graven, talkpoeder in m’n loopschoenen te doen, en een badmuts van de organisatie te krijgen. Het gaat weer kriebelen! De startnummers waren overigens medisch geheim, nouja, de doos:

Toen het zwembad in, heel even kunnen inzwemmen. Beetje gek dat de banen gemengd waren – je had je verwachte zwemtijd moeten op moeten geven, en meestal zijn ze dan gesorteerd met ongeveer even snelle zwemmers. De snelste in mijn baan raffelt 500 meter af onder de 7 minuten, zei hij, en inderdaad kwam hij mij na 100 meter al voor het eerst voorbij. Ik leek vooraf de langzaamste te zijn, ik hoopte net boven de 10 minuten uit te komen. Ik heb de rest dus even weg laten stormen en ben toen steady erachteraan gegaan.

Lekker gezwommen verder, nouja, beetje rommelig is het altijd zo, maar iedereen gedroeg zich keurig. Het vloog voorbij. Als ik in het zwembad een interval van 500 meter zwem, vind ik dat lang en saai. Nu was het zó gebeurd. Ik tikte aan in 10-blank, ben ik blij mee, en een fractie voor een baangenote die kennelijk langzamer had gezwommen dan voorspeld. Ik sprintte haar er in het laatste baantje net uit.

Daarna kwam een buitengewoon trage wissel. Eigenlijk moest je in je baan uit het zwembad klimmen over de rand, maar dat zag ik niet zitten: die rand is net te hoog en ik kan mezelf daar misschien wel net uithijsen, maar dat kost veel moeite en bij zoiets blesseer ik makkelijk m’n hypermobiele polsen, is mijn ervaring. Ik zag dat dus niet zitten – meerdere vrouwen in mijn baan niet, trouwens. Ik ben dus naar het trapje gezwommen. Daarvoor moest ik drie banen oversteken en voorrang geven aan de zwemmers die daar nog bezig waren – waaronder Henk.

Vervolgens was ik even aan het klunzen met m’n spullen en m’n schoenen, zo’n typische net-niet-scherp-wissel. Deels zelf gekozen: vanwege de koude wind wilde ik een shirt aan over m’n natte pakje en ik had gekozen voor mijn lekkerste en snelste schoenen, maar daar kom ik met natte voeten niet razendsnel in.

Enfin, toen gaan lopen en dat ging meteen superlekker: straffe bries in de rug, stralende zon, veel zuurstof in de lucht, en erg leuk: meteen een fietspad op waar ik nog nooit geweest was. Ik zei het nog tegen een mede-loper: ik ben in Vlissingen geboren en getogen en ik kom er nog vaak, en toch was ik precies hier nog nooit geweest. Deels is dat omdat dat hele gebied nieuw is. Ik kan me niet herinneren wat er was toen ik opgroeide – niks, denk ik, weilanden. Ik zette het fietspad na de finish op de foto; rechts is het hek van de sportvelden van onder andere organiserende vereniging Dynamica:

Het was een echt Walchers parcours: langs bunkers, met uitzicht op de Lange Jan, we schampten langs Middelburg en de tegenwind werd gebroken door meidoornhagen. Opnieuw vlogen de kilometers voorbij. Ik haalde zowaar een paar andere lopers in – maar werd al heel gauw ingehaald door manlief, die voor zijn doen best goed had gezwommen. Bij het keerpunt stond een fotograaf (dank!):

En hier komt manlief:

Ik liep in 26:13, dat is voor mij gewoon een goeie 5 kilometer, en finishte in 39’24. Voor mijn gevoel ging het gewoon hartstikke goed allemaal, zo anders dan vorige week, en dat is wel erg lekker. Dus, we gingen dik tevreden op de selfie; die bloempot achter ons is de entree van het zwembad:

Ik vond het heel erg leuk om te doen: het heeft iets speels en flitsends. Beetje kneuterig ook: heel kleinschalig, met een stuk of vijftig deelnemers. Niks-niet masochistisch, voor herhaling vatbaar!

 

20 maart 2022|Categories: Loop, Zwem|0 Comments

Recente berichten

Archief

Ga naar de bovenkant